Opwekkingsdienst 27 november 2011 In de Bethelkerk om 16.45 Voorganger: Ds. Terpstra Met medewerking van de Sing-in band Thema: ‘Wees voorbereid!’ Samenzang voor de dienst: 461 1e keer mannen, 2e keer vrouwen Mijn Jezus, mijn redder; Heer, er is niemand als U. Laat elk moment, al wat ik denk, vol zijn van uw liefde, Heer. Refrein (allen): Juich voor de Heer, heel de aarde wees blij. Zing van de Koning en zijn heerschappij. Bergen aanbidden, de zee juicht mee bij het horen van uw naam. U wil ik prijzen voor dat wat U schiep; mijn leven lang loven, want U heb ik lief. Niets is zo goed als een leven heel dicht bij U. Mijn schuilplaats, mijn trooster, veilige toren van kracht; adem en stem, al wat ik ben, brengen U voortdurend eer. Niets is zo goed als een leven heel dicht bij U. 706 Mannen: Zie hoe Jezus lijdt voor mij, aan het kruis de dood nabij. Die voor mij het oordeel draagt, Hij die tot zonde wordt gemaakt. Wat een offer - Hij voor mij! Wie wil worden zoals Hij? Zoveel pijn, ongerechtigheid, is op Hem die voor mij strijdt. Vrouwen: Zie hoe Jezus biddend strijdt met de pijn, verlatenheid. Zo alleen, verwond, roept Hij: Mijn God, waarom verlaat U mij? Zie wat Jezus heeft gedaan, in zijn lijden heeft doorstaan. Zoveel liefde verwondert mij, niemand heeft zo lief als Hij. 1 Mannen: Als de Heer zijn leven geeft, vlucht de dag, de aarde beeft. Zelfs de dood verliest haar macht als Jezus roept: 'Het is volbracht!' Waarlijk, Hij is Zoon van God die voor ons gekruisigd wordt. Door zijn wonden genezen wij, in zijn dood maakt Hij ons vrij. Hij roept ons uit de dood vandaan. Juicht want Hij, mijn Here leeft Hij die overwonnen heeft. Nooit meer tranen, en nooit meer pijn. Nooit van God verlaten zijn. Allen: Juicht want Hij, mijn Here leeft, Hij die ons de toekomst geeft. Nooit meer tranen, en nooit meer pijn. Nooit van God verlaten zijn. Vrouwen: Heel de schepping slaakt een zucht, zij ontwaakt, het duister vlucht. Jezus leeft, is opgestaan, 704 O kerk, sta op, met wapenrusting aan; stel je op als Christus' leger. Wie zwak is, kom en zeg nu: "Ik ga staan in de kracht die God wil geven." Omgord met waarheid, in Zijn kracht, weerstaan wij satans leugenmacht. Gods leger strijdt met liefde die bevrijdt wie gevangen zit in 't duister. Kom, zie het kruis waar liefde recht ontmoet, waar Gods Zoon zich heeft gegeven. De vijand ligt vertrapt onder zijn voet, Jezus is als Heer verrezen! De grote steen is weggedaan, en Christus, Hij is opgestaan. Zijn zegetocht duurt voort tot aan die dag dat elk oog en hart Hem zien zal. Kom, Heil'ge Geest, geef kracht voor elke stap, laat ons elke horde nemen. Dan lopen wij de wedloop om de prijs te ontvangen in de hemel. De heiligen uit vroeger tijd getuigen van zijn majesteit. En wij zien uit, verlangend naar de dag dat wij delen in zijn luister. De oorlog woedt niet tegen bloed en vlees, maar is tegen duist're machten. Hanteer het zwaard dat elke wond geneest en wees moedig en standvastig. Al dreigt gevaar aan elke kant, de uitkomst heeft Hij in zijn hand; want Christus krijgt de prijs waar Hij voor stierf: vele volken als zijn erfdeel. 2 Al dreigt gevaar aan elke kant, de uitkomst heeft Hij in zijn hand; want Christus krijgt de prijs waar Hij voor stierf: vele volken als zijn erfdeel. Want Christus krijgt de prijs waar Hij voor stierf: vele volken als zijn erfdeel. Welkom- mededelingen Stil gebed Votum en groet Psalm 98: 4 4. Laat al de stromen vrolijk zingen, De handen klappen naar omhoog; 't Gebergte vol van vreugde springen En hupplen voor des Heeren oog. Hij komt, Hij komt, om d' aard' te richten, De wereld in gerechtigheid; Al 't volk, daar 't wreed geweld moet zwichten, Wordt in rechtmatigheid geleid. Geloofsbelijdenis 713 Alles wat ik ben behoort U toe en al wat ik op aard heb, ontving ik dankzij U. Ik zet mijn trots en eergevoel opzij; het dienen van mijn Heer is nu het hoogste doel voor mij. Zo gauw wens ik wat U een ander geeft en zie ik niet de gaven die U mij gegeven heeft. Heer, blaas het vuur aan dat U eens begon; ontsteek in mij een liefdesvuur dat iedereen zal zien. Refrein: Want als U het huis niet bouwt, is mijn moeite tevergeefs. Als U niet werkt door mij blijft er niets dat waarde heeft. Ik wil bouwen aan een huis dat de vuurproef kan doorstaan; iets dat blijvend is, waarvan U zegt: “Goed gedaan”. (refrein) Voor de glorie van Uw naam. Glorie van Uw naam! Glorie van Uw naam! Glorie van Uw naam! (refrein) 3 Schriftlezing Mattheüs 25: 1-13 404 Wij gaan op weg met brandend hart, met een gebed bij elke stap. Het lied van hoop klinkt door de landen, zingend van de nieuwe dag. Refrein: Laat de vlam weer branden, als een helder baken; als heraut van 't morgenuur. Laat het lied weer sprank'len, laat de liefde branden, als een vuur, als een vuur. Tweeduizend jaar –en dag en nacht brandt deze vlam, verlicht ons land. Mensen wachten, harten smachten naar een liefde die verwarmt. De liefde roept, de waarheid spreekt; dat is de kracht waarmee wij gaan, om hen die vallen, hen die wank'len op te vangen in uw naam. (refrein) Gebed Tijdens de collecte zingen we: Elke morgen als ik wakker word (Elly & Rikkert) Kinderen zingen: Elke morgen als ik wakker word Praat ik zachtjes met de Heer Al mijn zorgen, hoe de dag ook wordt Leg ik bij Hem neer En hij vraagt mij, Hij vraagt mij, te doen wat Hij zegt Ja, Hij vraagt mij, te zijn als een knecht Leg ik bij Hem neer En hij draagt mij, hij draagt mij, Hij vult mij met kracht Ja, Hij draagt mij tot diep in de nacht Elke avond als ik slapen ga Praat ik zachtjes met U Heer En dan weet ik dat U bij mij bent Dus leg ik mij neer En U draagt mij, U draagt mij, U vult mij met kracht Ja, U draagt mij tot diep in de nacht Elke morgen als ik wakker word Praat ik zachtjes met de Heer Al mijn zorgen, hoe de dag ook wordt 4 595 Licht van de wereld, U scheen in mijn duisternis; nu mag ik zien wie U bent. Liefde die maakt, dat ik U wil kennen Heer, bij U wil zijn elk moment. Hemelse Heer, U, die hoog en verheven bent, Koning vol glorie en macht, bent als een kind naar de wereld gekomen, legde uw heerlijkheid af. Refrein: Voor U wil ik mij buigen, U wil ik aanbidden, U wil ik erkennen als mijn Heer. Want U alleen bent waardig, heilig en rechtvaardig, U bent zo geweldig goed voor mij. (refrein) En nooit besef ik hoe U leed, de pijn die al mijn zonde deed. En nooit besef ik hoe U leed, de pijn die al mijn zonde deed. (refrein) Verkondiging thema ‘Wees voorbereid!’ 665 Vrouwen: Ooit komt er een dag dat de hemel openbreekt en de doden zullen opstaan. Ooit komt er een dag dat U terugkomt op een wolk en dat U kijkt met ogen, stralend als de zon. Refrein (allen): Tot aan die dag wil ik weten wie U bent, wil ik leven dicht bij U en mij geven in aanbidding. Tot aan die dag wil ik horen wat U zegt en uw woorden tot mij nemen, als een kostbaar geschenk. Tot aan die dag! Mannen: Ooit zal het zo zijn, dat we leven in een stad, waar geen pijn en geen verdriet is. Ooit zal het zo zijn, als we komen in die stad, dat de Vader onze tranen wist. Ooit zal het zo zijn, dat we leven in een stad, waar geen pijn en geen verdriet is. Ooit zal het zo zijn, als we komen in die stad, dat de Vader onze tranen wist. (refrein) 5 Ik verlang zo naar de dag dat ik neerkniel aan uw voeten en ik U mag herkennen aan uw stem. Als we samen hand in hand het hemels paradijs betreden, zal ik eeuwig mogen zijn waar U bent. (refrein) Tot aan die dag! Tot aan die dag! Dankgebed Tijdens de collecte zingen we: 546 Nabij Gods hoog verheven troon is iemand die steeds voor mij pleit; Hij is volmaakt, Gods eigen zoon en Priester tot in eeuwigheid. Ja, Hij is mijn gerechtigheid, want zie, het Lam is opgestaan! Hij troont als Heer der heerlijkheid, wiens liefde eeuwig zal bestaan. Ik leef in Hem en Hij in mij; zo één met Hem sterf ik niet meer; eens zal ik zitten aan zijn zij, mijn Jezus, Redder en mijn Heer. Ik leef in Hem en Hij in mij; zo één met Hem sterf ik niet meer; eens zal ik zitten aan zijn zij, mijn Jezus, Redder en mijn Heer. mijn Jezus, Redder en mijn Heer. Mijn naam, geschreven in zijn hand, bewaart Hij eeuwig in zijn hart; ik weet: geen aanklacht houdt meer stand, wanneer mijn redder pleit voor mij, wanneer mijn redder pleit voor mij. Al klaagt de satan mij steeds aan, terwijl hij wijst op al mijn schuld, ik kijk omhoog en zie Hem staan die alles voor mij heeft vervuld. Omdat Hij al mijn zonden droeg en door zijn bloed ben ik nu vrij, want Jezus’ offer was genoeg voor Gods vergeving ook voor mij, voor Gods vergeving ook voor mij. 6 581 Mannen: Ik wil heel dicht bij U zijn, als een kind bij de vader op schoot. Ik wil heel dicht bij U zijn; dat is de plek waar ik hoor. Til mij op, neem mij in uw armen. Til mij op, houd mij dicht tegen U aan. Til mij op, ik wil U omarmen. Til mij op en laat mij niet meer gaan. Allen: Draag mij door het diepe water, waar ik zelf niet meer kan staan. In uw armen ben ik veilig, wanneer U mij draagt, als ik niet verder kan gaan. Vrouwen: Ik wil heel dicht bij U zijn, als een kind bij de vader op schoot. Ik wil heel dicht bij U zijn; dat is de plek waar ik hoor. Til mij op, neem mij in uw armen. Til mij op, houd mij dicht tegen U aan. Til mij op, ik wil U omarmen. Til mij op en laat mij niet meer gaan. En U tilt mij op, neemt mij in uw armen. En U tilt mij op, houdt mij dicht tegen U aan. En U tilt mij op, ik mag U omarmen. En U tilt mij op en laat mij niet meer gaan. En U tilt mij op en laat mij niet meer gaan. Ik mag heel dicht bij U zijn, als een kind bij de vader op schoot. Ik mag heel dicht bij U zijn; dat is de plek waar ik hoor. Zingen (staande): 705 Aan de maaltijd wordt het stil, als de Meester knielen wil, en vol liefde als een knecht elk apart de voeten wast en zegt: Dit is wat Ik wil dat jullie doen, dit is waarom Ik bij jullie neerkniel. Dit is hoe mijn kerk behoort te zijn, dit is wat de wereld ziet van Mij, als je Mij gaat volgen. Refrein: Toon mijn liefde aan de ander, dien de ander, zo heb Ik ook jou liefgehad. Heb elkaar lief, wat er ook gebeurt, dien de ander, zo heb Ik ook jou liefgehad. In de wereld wordt het stil, als wij doen wat Jezus wil en gaan dienen als een knecht, zoals Hij ons heeft gezegd. Hij zei: 7 Dit is wat Ik wil dat jullie doen, dit is waarom Ik bij jullie neerkniel. Dit is hoe mijn kerk behoort te zijn, dit is wat de wereld ziet van Mij, als je Mij gaat volgen. (refrein 2x) Zo heb Ik ook jou liefgehad. Zo heb Ik ook jou liefgehad. Zegen (aansluitend zingen opwekking 710) 710 Zegen mij op de weg die ik moet gaan. Zegen mij op de plek waar ik zal staan. Zegen mij in alles, wat U van mij verlangt. O God, zegen mij alle dagen lang! Vader, maak ons tot een zegen; hier in de woestijn. Wachtend op Uw milde regen, om zelf een bron te zijn. Met een hart vol vrede, zijn wij zegenend nabij. Van Uw liefde delend, waarin wij zelf tot bron van zegen zijn. Vader, maak mij tot een zegen; ga mij niet voorbij. Regen op mij met Uw Geest, Heer, Jezus, kom tot mij als de Bron van leven, die ontspringt, diep in mij. Breng een stroom van zegen, waarin U zelf steeds mooier wordt voor mij. Vader, maak ons tot een zegen; hier in de woestijn. Wachtend op Uw milde regen, om zelf een bron te zijn. Met een hart vol vrede, zijn wij zegenend nabij. Van Uw liefde delend, waarin wij zelf tot bron van zegen zijn. Zegen ons waar we in geloof voor leven. Zegen ons waar we hoop en liefde geven. Zegen om de ander tot zegen te zijn. O God, zegen ons tot in eeuwigheid! Met een hart vol vrede, zijn wij zegenend nabij. Van Uw liefde delend, waarin wij zelf tot bron van zegen zijn. Tijdens het uitgaan zingen de voorzangers opwekking 654 en 700 8