HET CHINESE NIEUWJAAR 23 januari 2012 Alle landen die onder de Chinese culturele invloed vallen, vieren het Nieuwjaarsfeest in combinatie met de eigen cultuur (bv. Viëtnamees, Koreaans, Tibetaans). In de oorspronkelijke beleving ervan is het gebruikelijk dat men schulden betaalt, nieuwe kleren koopt en het huis schoonmaakt. Er is gewoonlijk een groot familiemaal en de goden worden geëerd, ofwel in de pagode ofwel thuis. De mensen geven elkaar cadeaus, ingepakt in rood papier; in rood papier verpakt vuurwerk wordt afgestoken. Dat zijn universele ingrediënten van nieuwjaarsfeesten. Maar er is de specifieke tijdsberekening en de dierenriem. 2012 staat in het teken van de draak! CHINESE KALENDER In China is sinds 1912 de westerse (Gregoriaanse) kalender in gebruik. De traditionele maankalender is daarentegen nog van groot belang. Zo wordt bijvoorbeeld de datum van het belangrijkste festival, Chinees Nieuwjaar ofwel het Chinese Lentefeest, bepaald volgens de maankalender. Nieuwjaar valt op de eerste dag van de tweede maanmaand na de winterzonnewende (eind december). Op zijn vroegst is dat 21 januari, op zijn laatst 20 februari. Elke maanmaand begint op de dag van de nieuwe maan. De maancyclus duurt 29 à 30 dagen (gemiddeld 29,5 dag). Een jaar van 12 maanmaanden telt dus 354 dagen. Aangezien de aarde er 365 en een kwart dag over doet om dezelfde positie ten opzichte van de zon te bereiken, komt de Chinese kalender elf en een kwart dagen per jaar te kort. De Chinese traditie lost dat probleem op door om de drie jaar een schrikkelmaand in te lassen. ELK JAAR IN HET TEKEN VAN EEN DIER Er zijn twaalf namen van dieren, die in een cyclus van twaalf jaren hun naam geven aan een jaar. 2012 staat in het teken van de draak. De oorsprong hiervan is tamelijk ingewikkeld. Sinds de tijd van de eerste, mythische, Gele Keizer in 2697 v.Chr., worden cycli aangehouden van zestig jaren, elk met een eigen naam. Om de twaalf namen is het laatste gedeelte van de naam weer hetzelfde. Zo zijn er twaalf achtervoegsels mogelijk. Zo'n 2000 jaar geleden is de gewoonte ontstaan om elk van de achtervoegsels te noemen naar een van de twaalf dieren uit de Chinese dierenriem. Een andere verklaring ligt in het boeddhisme. Volgens de legende wenste Boeddha, op het moment dat hij zijn definitieve verlichting bereikte, alle dieren te ontmoeten om ze te zegenen. Twaalf ervan waren aanwezig. Deze dieren werden dan verbonden aan de opeenvolgende jaren, in volgorde van hun aankomst bij Boeddha. Na twaalf jaren herbegint dan dezelfde cyclus: muis, os, tijger, haas, draak, slang, paard, schaap, aap, haan, hond, varken. VIERING EN CEREMONIE Twee mannen trekken een éénhoornkostuum aan en maken buitelende bewegingen, zowel binnenshuis als op straat. Het verhaal wil dat telkens een nieuw jaar start, de draak de gehele mensheid wil vernietigen. Luide muziek en voetzoekers helpen om het kwade te verjagen en ervoor te zorgen dat de draak zijn doel niet bereikt. Volgens legenden was Nian een mensetend prooidier in het oude China, die ongemerkt huizen kon binnen-dringen. Al gauw leerden de Chinezen dat Nian gevoelig was voor hard lawaai en rode kleur, en zij verdreven hem met explosies, vuurwerk en veelvuldig gebruik van de kleur rood in het huis. Deze gebruiken leidden tot de eerste nieuwjaars-vieringen. In Antwerpen wordt het feest zeer openlijk gevierd met vertrek aan het restaurant Wong Kee. Nadien is er de traditionele éénhoren- en leeuwenoptocht met Chinees vuurwerk. In Brussel beperkt het zich meestal tot een ontmoeting in de pagode, met maaltijd en straatoptreden van de draak.