EHBO-opdrachten voor ……………………………………… EHBO-opdrachten voor ……………………………………… NB dit zijn vooral SPEL-opdrachten; die moet je niet in ’t echt uitvoeren. Bij echte ongelukken roep je de leiding of bel je 112. NB dit zijn vooral SPEL-opdrachten; die moet je niet in ’t echt uitvoeren. Bij echte ongelukken roep je de leiding of bel je 112. 1. Bouw met 3 personen een brancard van 2 palen en enkele jassen. Elk persoon moet een rondje rond ’t clubhuis gedragen worden langs een uitgezet parcours. 2. Leg een vingerverband bij een ander; dit vingerverband moet minimaal een kwartier blijven zitten. 3. Leg een spalk om één been van een ander. 4. Loop met een spalk aan één been, die je van een ander kreeg, een rondje om het clubhuis langs het uitgezet parcours. 5. Maak van je eigen das een langwerpig verband. Leg dat over één van je ogen en bind ‘m om je hoofd. 6. Leg een mitella aan met de das van/bij een ander, terwijl je met die das op je oog zit. 7. Maak van je eigen das een langwerpig verband. Bind jouw enkel aan de enkel van een ander. Loop samen een rondje over het parcours rond het clubhuis. 8. Maak met een rode stift een bloedplekje op 2 plekken op het gezicht/hoofd van een ander. Plak op elke plek een pleister. 1. Bouw met 3 personen een brancard van 2 palen en enkele jassen. Elk persoon moet een rondje rond ’t clubhuis gedragen worden langs een uitgezet parcours. 2. Leg een vingerverband bij een ander; dit vingerverband moet minimaal een kwartier blijven zitten. 3. Leg een spalk om één been van een ander. 4. Loop met een spalk aan één been, die je van een ander kreeg, een rondje om het clubhuis langs het uitgezet parcours. 5. Maak van je eigen das een langwerpig verband. Leg dat over één van je ogen en bind ‘m om je hoofd. 6. Leg een mitella aan met de das van/bij een ander, terwijl je met die das op je oog zit. 7. Maak van je eigen das een langwerpig verband. Bind jouw enkel aan de enkel van een ander. Loop samen een rondje over het parcours rond het clubhuis. 8. Maak met een rode stift een bloedplekje op 2 plekken op het gezicht/hoofd van een ander. Plak op elke plek een pleister.