Opening Jihad Abousleiman

advertisement
Opening Jihad Abousleiman
Opening Jihad Abousleiman
Galerie Diversity & Art
Amsterdam 18 november 2011
Opening door Ineke Middag, Directeur Erfgoedcentrum DiEP
Dordrecht
Dames en heren,
Hartelijk aan AIDA en galerie Diversity & Art voor de gelegenheid
om hier te mogen spreken en de eer te hebben de tentoonstelling
van Jihad Abousleiman te mogen openen. Mijn naam is Ineke
Middag, Directeur van Erfgoedcentrum DiEP Dordrecht. Erfgoedcentrum is nu de naam voor wat vroeger het
Stadsarchief heette. Toen in 2008 de verzameling archeologie en
monumentenzorg aan de archiefcollectie werd toegevoegd zijn wij
Erfgoedcentrum gaan heten. We beheren niet alleen het
gemeentearchief van Dordrecht, de oudste stad van Holland, maar
ook de archieven van 13 regiogemeenten, samen zeven kilometer
archief – archivarissen praten in meters. Archiveren van
overheidsstukken is een publieke taak die de burger in staat stelt
‘recht en bewijs’ te vinden. Daarnaast verzamelen en beheren we
particuliere archieven, om met de combinatie van overheids- en
private gegevens het verleden te bewaren en te kunnen
reconstrueren. Als een van de oudste archieven van Nederland vierden we vorig jaar ons 125-jarige bestaan. Bij die
gelegenheid maakten we een tentoonstelling van topstukken die zijn gepubliceerd in het boekje Van ijzeren kast tot
hamam. Topstukken uit het archief van Dordrecht (WBooks) dat recent verscheen. De titel drukt uit dat we niet alleen
papieren documenten verzamelen, we hebben ook objecten, prenten en tekeningen, een topografische atlas, beeld en
geluid en een zeer omvangrijke collectie foto’s. Een daarvan is de foto Balkengaten aan de Noordendijk in Dordrecht,
uit ca. 1905 van fotograaf Hendrik Tollens – voor Amsterdammers, Tollens is de Jacob Olie van Dordrecht – en een
tekening Aankomst van een houtvlot op de Merwede uit 1775 van Arie va Wanum, die ik zojuist aan u heb uitgedeeld.
Kijk er even naar terwijl ik de tekst erover van mijn collega Jan Alleblas voorlees.
De historisch-topografische atlas van Erfgoedcentrum DiEP bevat duizenden afbeeldingen betreffende de topografie
en geschiedenis van Dordrecht en omgeving, zoals tekeningen, aquarellen, gravures, prentbriefkaarten, affiches en
foto’s. Belangrijk onderdeel is de collectie Dordracum Illustratum, ruim 8000 afbeeldingen bijeengebracht door mr.
Simon van Gijn en in 1916 door hem aan de gemeente geschonken.
Een van de allermooiste foto’s uit die rijke beeldbank is deze van de balkengaten aan de Noordendijk, gemaakt
omstreeks 1900 door Hendrik Johannes Tollens, Dordrechts bekendste fotograaf. De houthandel was eeuwenlang van
groot economisch belang voor de stad. Aanvankelijk worden de boomstammen in enorme vlotten vanuit Duitsland
over de rivier naar de stad geroeid en op het Wantij ontbonden en verhandeld. Op de vlotten zijn hutten gebouwd voor
de bemanning en er wordt zelfs slachtvee als proviand meegevoerd. Later komt Scandinavisch en Baltisch hout per
schip naar de Kalkhaven. Langs de Weeskinderendijk, ’s-Gravendeelsedijk en Noordendijk bevinden zich de
zogenaamde balkengaten, waterbekkens waarin de (soms al tot balken gezaagde) stammen eerst een tijdje moeten
liggen weken om voedingsstoffen, schimmels, bacteriën en insecten eruit te spoelen en het krimpen, scheuren en
kromtrekken na droging te beperken. Daar staan ook de houtzaagmolens waarmee de stammen tot planken worden
verzaagd. Tollens beklimt molen de Nagtegaal op de hoek van de Noordendijk en de later aangelegde Oranjelaan om
dit fraaie plaatje te kunnen schieten. Op de achtergrond ziet hij de paltrokmolens de Duinen en de Windhond.
Verderop richting Dubbeldam is molen de Jager al verdwenen evenals rechts vooraan bovenkruier het Hert.
Omdat rond de eeuwwisseling hout steeds meer door ander bouwmateriaal wordt vervangen en de import van
goedkoop gezaagd hout uit Amerika toeneemt, verdwijnt na 1900 de ene molen na de andere. (…) en de balkengaten
worden gedempt. (…) Tegenwoordig staat er een appartementencomplex, een kerkje en enkele scholen.
Waarom vertel ik u dit allemaal?
Het werk van Abousleiman wordt voor mij gesymboliseerd door die immense vlotten die drijvend en roeiend van oost
naar west kwamen. Met andere woorden, deels bewoog hij zichzelf, deels werd hij voortgedreven en meegevoerd. Bij
het verlaten van Libanon, of al eerder, en ook later, nam hij zijn spirituele leeftocht mee. Op die houtvlotten had men
kippen, konijnen, een melkkoe, granen, vuur zelfs kleine groentetuintjes en een behuizing om in te slapen en schuilen.
Als je goed kijkt naar de steunafbeelding lijkt er zelfs een kerkje op te staan en je ziet de vlotbewoners roeien met
lange spanen. Onderweg at men zijn eigen proviand op, kocht en ruilde voor nieuw en paste zich aan de wisselende
omgevingen aan.
Abousleiman begon zijn artistieke reis met zijn eigen ‘proviand’ uit Libanon, de middellandse zee, de berghellingen,
de iconen, de olijfbomen. Gaandeweg verruilde hij die in zekere mate voor nieuwe iconen, nieuwe indrukken en een
nieuwe expressie.
Zijn sterke voorkeur voor het niet afbeelden maar verbeelden zien we in zijn werk in het niet-natuurgetrouwe
landschap, het onnatuurlijke licht, de mysterieuze fluisteringen, de floers. Zijn eigen gefragmenteerde 360-graden
vogelvlucht perspectief leidt tot wat ik Abousleiman-kubisme zou willen noemen.
Als schilder verwerpt Abousleiman het reële en zoekt naar het verbeeldende. Hij wordt daarbij niet totaal abstract,
maar abstraheert wel. Voor mij wordt die wens, die keuze, dat streven, gesymboliseerd in de Tollens-foto. We zien in
de zogenaamde balkengaten geordende gezaagde groepen balken, elke molen had zijn eigen gat, zijn eigen voorraad.
We zien een reële werkelijkheid, zelfs met vijf mensfiguren, maar alles is onderdeel geworden van een abstract,
grafisch, ritmisch patroon van parallelle horizontale lijnen, waarbij ook de beide molens hun anekdotische gestalte
verliezen en verticale accenten worden. Abousleimans werk heeft precies die schoonheid en de kracht van
vereenvoudiging, met tegelijk een grote zeggingskracht. Maaike Meijer schreef ooit dat hij de natuur gebruikt als
iconografisch magazijn, dat vind ik mooi gezegd. Ik zou met een blik op de Dordtse balkengaten van Tollens het
volgende over Abousleiman als kunstenaar willen zeggen:
De kunstwerken van Abousleiman zijn als de gezaagde balken in een Dordrechts balkengat. Ooit in het verre oosten
geworteld en gegroeid als boom. Omgehakt, afgedreven en naar het westen gevaren, in een nieuwe vorm gezaagd en
geschaafd, gespoeld en ontdaan van onnodige voedingsstoffen, schimmels, bacteriën en insecten, bestand tegen
scheuren en kromtrekken.
En nu? Nu zijn Abousleimans balken en proviand verwerkt in nieuwe vormen, nieuwe objecten, met een hele nieuwe
betekenis, maar aan de oorsprong staat een zaad, een kiem, een boom uit het oosten
Daarmee verklaar ik de tentoonstelling voor geopend. Jihad Abousleiman gefeliciteerd met uw expositie en ik dank
allen voor uw belangstelling.
Download