MAGNETISME Magnetische inductie Rechtlijnige geleider: Lusvormige geleider: Solenoïde: Toroïdale spoel: [T] B u0 I (cos 1 cos 2 ) formule eindige geleider 4 a B u0 I 2 a formule oneindige geleider u 0 IR ² u 0 IR ² 3 2r 2( z ² R²) 3 / 2 u NI B 0 (cos cos ) 2l u 0 NI B 2 r B Binnen oneindig lange rechte stroomvoerende geleider: Zelfinductiecoëfficient Voor zéér lange spoelen: Voor een torus: u 0 Ir 2r02 L I N² L Rm N² L Rm B L M I 1 Wederzijdse inductievector: 1 1 L M 2 2 I 2 Koppelingscoëfficiënt k: M k L1 L2 NI B uH u 0 u r A ALGEMEEN: l Stelling lijnintegraal Binnen rechte stroomvoerende geleider: B ds u I B ds u I B ds 0 B ds u I 0 Binnen cirkelvormige stroomvoerende geleider: 0 Integratieweg buiten stroomvoerende geleider: ALGEMEEN: n 0 L i 1 Magnetische flux (= totaal aantal veldlijnen) [Wb] ALGEMEEN: B dA Flux gekoppeld met een gesloten stroomkring: BA Blb cos B Magnetische veldsterkte ALGEMEEN: H [A/m] NI B M l u0 Arbeid – Magnetische energie ARBEID: MAGNETISCHE ENERGIE: [J] W I LI ² I ² WM (spoel) 2 2 2l L1 I 12 L2 I 22 WM MI 1 I 2 (meewerkend gekoppeld) 2 2 L I2 L I2 WM 1 1 2 2 MI 1 I 2 (tegenwerkend gekoppeld) 2 2 MMS - Draagkracht van een magneet [N] MMS: homogene keten met gelijke doorsnede: Homogene keten met veranderlijke doorsnede: B ² A 2 ² F Draagkracht magneet: 2u 0 u0 A Elektromagnetische inductie Fm NI Rm Fm ( R1 R2 ) [Wb/s] Inductieverschijnselen 1ste soort: Ei Blv Inductieverschijnselen 2de soort: Ei E1M E2 M d dt d dt d ( MI 2 ) dt d ( MI 1 ) dt