Kirjepohja - Schneider Electric België

advertisement
INTERNE BOOGDETECTIE
Het boogdetectiesysteem wordt gebruikt om de gevolgen van een interne boog te beperken
voor het personeel en de apparatuur. De beschikbaarheid van elektrische energie wordt
verhoogd door een snellere herindienststelling.Het is geschikt voor retrofit in bestaande metalclad en/of metaalomsloten schakelapparatuur alsook voor het installeren in nieuwe
schakelapparatuur.
Het interne boogdetectiesysteem wordt als extra beveiliging geplaatst naast het traditionele
beveiligingsrelais en geeft bijna onmiddellijk een uitschakelbevel bij het optreden van een
interne boog.
Algemeen
Scope
Deze specificaties omvatten de minimale eisen voor het ontwerp, de productie, het testen, het
aanbod en de levering van de interne boogdetectie, inclusief alle componenenten en
noodzakelijke accesoires voor een betrouwbare, continue werking, zelfs als niet alle details
expliciet zijn genoemd in deze specificaties.
Normen
Alle ontwerpen, materiaal en apparatuur die vereist worden, dienen te voldoen aan de laatste
versies van de IEC, DIN, VDE, ANSI of gelijkwaardig.
Testen en Omgeving
Het aangeboden material is minstens in overeenstemming met de volgende normen:







EMC radiated emissions: EN 55011
EMC Immunity tests: IEC 61000-4-2 (ESD), IEC 61000-4-3 (RF field immunity), IEC
61000-4-4 (Electrical fast transients), IEC 61000-4-5 (Surges immunity), IEC 61000-4-6
(Conducted RF immunity), IEC 61000-4-11 (Voltage dips and interruptions), IEC 6025522-1 (1MHz burst)
High voltage tests: IEC 60255-5 (2kV 1min High voltage), IEC 60255-5 (5kV impulse
withstand)
Mechanical tests: IEC 60255-21-1 (Vibration), IEC 60255-21-2 (Shock and bump)
Environmental tests: IEC 60068-2-30 (Damp heat)
Operating temperature: -40 ... +60° C
Relative humidity: Up to 90 % (without condensation)
1 (4)
Technische Specificaties
Een boogdetectiesysteem kan bestaan uit de volgende componenten:
1. Centrale module of autonoom werkende module
2. I/O unit voor centrale module
a. Detective van licht/stroom
b. Stroommeting
c. Tripvermenigvuldiger
3. Sensoren en kabels
4. Draagbare sensor
De modules dienen immuun te zijn voor interferentie met andere lichtbronnen,
elektromagnetische invloeden, vibraties en aanraking. Het beveiligingsprincipe is gebaseerd op:
1. Vergrootte lichtintensiteit die gedetecteerd wordt door de lichtsensoren
En/of
2. Detectie van de overstroom door de stroommeetmodule
Arc flash centrale modules
Wanneer gewerkt wordt met een centrale module met bijhorende I/O units, ontstaat een
systeem waarbij alles met elkaar geconnecteerd is. De centrale unit zorgt ook voor een selffailure (SF) alarm indien een component van het systeem ontkoppeld geraakt of faalt.
De unit beschikt over een interface voor stroomtransformatoren, stroomsensoren, lichtsensoren
en rooksensoren.
Opdat de uitval van elektrische energie kan geminimaliseerd worden, kan de monitoring unit
uitgerust zijn met een display die de exacte foutlocatie weergeeft na het uitschakelen door een
adres weer te geven van de geactiveerde sensor. Het aantal geïnstalleerde eenheden en
sensoren kan eveneens op dit display worden weergegeven.
De centrale module beschikt over een intern geheugen waarin foutdata, zoals stroom,
geactiveerde sensoren, onderbrekingstijd, kan worden opgeslagen. Ze beschikt eveneens over
een geïntegreerde beveiliging tegen faling van de vermogenschakelaar (CBFP = Circuit Breaker
Failure Protection) met een instelbare tijdvertraging van 1 tot 255 ms.
De module beschikt over communicatiemogelijkheden aan de hand van de volgende protocols:





IEC 61850
ModBus / ModBusTCP
IEC 103
IEC 101
DNP3
2 (4)
Er wordt voldaan aan de volgende specificaties:

Hulpvoeding, Vs

Tripcontacten:


Alarm contacten :
SF contacten:

Onderbrekingstijd:

Beveiligingsklasse
(display)
Configurator software
interface

110(-20%) – 240(+10%) V ac / dc of
24 - 48 (+-10%)V dc
Minimum 1 relais output
Nominale spanning ≤ 250V ac/dc
Belastingsstroom 5A
Inschakelstroom voor 0.5s 30A
Inschakelstroom voor 3s 15A
Minimum 1
Minimum 1, NO (normal open) of NC (normal
closed)
Typisch rond 7 ms van detective van de boog tot
onderbreking van de vermogenschakelaar,
inclusief de onderbrekingstijd van het trip contact
IP54
USB
I/O units
De I/O unit detecteert het ontstaan van een interne boogfout aan de hand van sensoren en/of
stroomdetectoren, en stuurt onmiddellijk een uitschakelbevel naar de respectievelijke
vermogenschakelaar.
Afhankelijk van de gekozen eenheden is het mogelijk een selectieve uitschakeling te verkrijgen,
zodat enkel het deel van de installatie waar de fout is opgetreden geïsoleerd wordt van de rest,
die wel in dienst kan blijven.
De I/O unit heft de volgende specificaties:


Hulpvoeding, Vs
Tripcontacten:

Onderbrekingstijd:


Inbouwprincipe:
Weergave:
24 V dc
Minimum 1 relais output
Nominale spanning ≤ 250V ac/dc
Belastingsstroom 5A
Inschakelstroom voor 0.5s 30A
Inschakelstroom voor 3s 15A
Typisch rond 7 ms van detectie van de boog tot
onderbreking van de vermogenschakelaar,
inclusief de onderbrekingstijd van het trip contact
Op DIN rail of deurgemonteerd
LED voor licht- of stroomdetectie, power on,
tripactivering en systeemfout
3 (4)
Stroommeetmodule
De stroommeetmodule beschikt over de volgende specificaties:







Nominale fasestroom, In
Nominale aardstroom, In
Thermische weerstand
Instelling stroomdrempel voor fase
Instelling stroomdrempel voor aarde
Nominale frequentie, fn
Energieverbruik:
1A of 5A
In 1A of 5A
4 x In (continu), 60 x In (voor 1 s)
0.5…5.0 x In
0.05…5.0 x In
45…65 Hz
< 0.3 VA
Het is niet noodzakelijk om bijkomende stroomtransformatoren te installeren in de
schakelapparatuur. De stroommeetmodule kan gekoppeld worden met de bestaande
stroomtransformatoren. De stroominformatie wordt doorgegeven tussen stroommeetmodules
onderling en naar de centrale eenheid. Het doorgeven van deze informatie heeft geen effect op
de uitschakeltijden.
De stroommeetmodule zorgt ervoor dat er geen uitschakeling is, wanneer de gemeten stroom
lager is dan een bepaalde ingestelde stroomdrempel.
Sensoren (licht en/of rook)
Er wordt aangeraden om de sensoren te plaatsen in elke compartiment van de
schakelapparatuur, namelijk:
 Busbarcompartiment
 Vermogenschakelaarcompartiment
 Kabelcompartiment
Draagbare sensor
Een draagbare sensor kan gebruikt worden om de persoonsbeveiliging verder te verbeteren.
Wanneer een persoon werken uitvoert aan het schakelmateriaal, dan kan de draagbare sensor
ingeplugd worden in een I/O unit en vastgeklikt worden op de kledij. Wanneer een interne boog
optreedt tijdens de werken, zal onmiddellijk een tripsignaal uitgestuurd worden naar de
beveiliging.
Zelfcontrole
Indien een component (centrale module, I/O unit, sensor, verbindingskabel of andere
component) van het system zou falen, dan zal een NC of NO alarm contact geactiveerd
worden. Wanneer er een display aanwezig is, zal een foutcode verschijnen en een LED zal
aangeven dat een interne fout is opgetreden.
4 (4)
Download