ATVC 06.01.17.indd

advertisement
SYMBOLISME • GROOT OMROEPKOOR
• RADIO FILHARMONISCH ORKEST • MUZIKALE
MEESTERWERKEN • AVROTROS KLASSIEK 1
• AVROTROS KLASSIEK 2 • AVROTROS VOCAAL
vrijdag 6 januari 2017, 20.15 uur
inleiding Huib Ramaer 19.30 uur
Vier pianotrio’s
Van Baerle Trio
Hannes Minnaar piano
Maria Milstein viool
Gideon den Herder cello
Ludwig van Beethoven 1770-1827
Eerste pianotrio in Es opus 1 nr.1 (1795)
Allegro
Adagio cantabile
Scherzo: Allegro assai
Finale: Presto
Tristan Keuris 1946-1996
Pianotrio (1984)
PAUZE
Daan Manneke * 1939
Tombeau pour Ton de Leeuw (1996 / 2016)
versie voor pianotrio; wereldpremière
Maurice Ravel 1875-1937
Pianotrio in a (1914)
Modéré
Pantoum: Assez vif
Passacaille: Très large
Finale: Animé
2
Live-uitzending
De AVROTROS
zendt dit
concert vanuit
Tivoli Vredenburg live uit
op NPO Radio 4. Alle
luisteraars kunnen volop
genieten van het concert
als mobiele telefoons,
horloges en gehoorapparaten geen geluid maken.
Presentatie voor Radio 4
vanuit de zaal door Mark
Brouwers.
Gelukkig Nieuwjaar
Het team van het AVROTROS
Vrijdagconcert wenst u allen
een voorspoedig en gezond
nieuwjaar.
➜ WWW . RADIO 4. NL
Groot Meezingconcert
Drankje na afloop
Na het enorme succes van het Groot Meezingconcert
georganiseerd door het Groot Omroepkoor in januari
2016 rondom het Requiem van Brahms, kunt u op
zaterdag 11 februari 2017 opnieuw meezingen met het
Groot Omroepkoor, het grootste professionele
symfonische koor van Nederland.
Op het programma staan twee beroemde werken van
Gabriel Fauré: het Requiem en Cantique de Jean Racine.
Na het concert is er
gelegenheid om een
drankje te nuttigen.
Meer informatie of aanmelden?
➜ WWWW . GROOTOMROEPKOOR . NL
Vier pianotrio’s
3
Sinds de eerste pianotrio’s van Joseph Haydn is deze bezetting
uitgegroeid tot een van de belangrijkste en meest prestigieuze
kamermuzikale ensembles. Zoals ieder zichzelf respecterend
componist minstens een strijkkwartet geschreven moet hebben, zo
moet hij of zij zich ook eens wagen aan het pianotrio. Dat het
pianotrio zo’n prestigeobject in de kamermuziek is geworden is
weer te danken aan Ludwig van Beethoven die de kunst van het
schrijven voor viool, cello en piano rond 1800 verhief tot een genre.
Beethovens pianotrio’s, hij zou er uiteindelijk twaalf schrijven,
vormen sindsdien de schouders waarop componisten tot op de dag
van vandaag stevig staan. Zo putte Tristan Keuris in zijn lyrische
Pianotrio dankbaar uit de lessen van Beethoven en latere romantische componisten, voegde Maurice Ravel aan het raamwerk zijn
eigen Spaans-Frans impressionistische tinten toe en volgde Daan
Manneke, net als Keuris leerling van Ton de Leeuw, zijn eigen pad.
Dat leverde een schitterende bewerking van zijn Tombeau pour Ton
de Leeuw op die hij speciaal voor het Van Baerle Trio schreef en die
vandaag zijn première beleeft.
Zoals ieder zichzelf respecterend componist minstens
een strijkkwartet geschreven moet hebben, zo moet
hij of zij zich ook eens wagen aan het pianotrio.
Beethoven – Eerste pianotrio
Beethoven was een roekeloze twintiger toen hij in 1792 zijn
geboortestad Bonn achter zich liet en naar het grote Wenen
verhuisde. Vandaar ook dat het behoorlijk botste met de oude
Joseph Haydn in wie Beethoven de ideale docent zag. Haydn
begreep de wilde jongeling niet en Beethoven wist waarschijnlijk al
4
LUDWIG VAN BEETHOVEN
snel dat hij op deze manier niet veel aan Haydn had. Hij ging in de
leer bij Johann Schenk en publiceerde in 1795 zijn opus 1: drie
pianotrio’s die enerzijds duidelijk maakten dat hij zijn klassiekers
kende – de trio’s van Haydn en Mozart zijn niet ver weg – en
anderzijds dat zijn dadendrang niet zonder grond was. Beethoven
verhief in deze trio’s niet alleen de drie instrumenten tot volstrekt
gelijkwaardige partners, hij veranderde het traditionele pianotrio
ook direct door er een extra deel, een scherzo, aan toe te voegen.
Met zijn eerste Pianotrio in Es sloot Beethoven ondanks zijn
vernieuwingen goed aan bij de heersende smaak, wat blijkt uit de
speelse lyriek van het eerste deel. In het Adagio cantabile dat volgt
bewijst Beethoven al vroeg in zijn carrière hoezeer hij de piano
intens kan laten zingen. Met het Scherzo voegde
hij een nieuw element toe. Het is het vooral
robuuster en volkser dan het elegante Franse
menuet. In de Finale lijkt Beethoven zijn leermeester Haydn nog even te groeten. Niet alleen
de muzikale humor, ook de zigeunerachtige toets
leerde hij door Haydns trio’s en kwartetten te
bestuderen.
Haydn was overigens getuige van de première van
Beethovens eerste pianotrio’s. De componist
droeg ze op aan zijn beschermheer van het eerste
uur, Prins Karl von Lichnowsky, die ook de eerste
uitvoering organiseerde. Haydn zou volgens
overlevering kunnen leven met de eerste twee
trio’s, maar vond dat Beethoven in het laatste trio
echt te ver ging voor de smaak van het Weense
publiek. Gelukkig luisterde Beethoven niet en
ging hij gewoon verder op de ingeslagen weg.
Keuris – Pianotrio
Tristan Keuris groeide op met het naoorlogse serialisme. Al snel
ging de componist zijn eigen gang en kreeg de traditie steeds
meer een plek, zowel in symfonische gebaren als in tonale elementen die Keuris meer en meer toeliet. Deze leerling van Ton de
Leeuw bouwde zo aan een eigen taal, een eigen wereld waarmee
hij zich niet alleen onderscheidde als eigenzinnig componist, maar
waarmee hij ook een steeds breder publiek wist te bereiken. Keuris
slaagde er doorlopend in om gekende klassieke vormen een
5
nieuwe betekenis te geven door zijn athematische schrijfwijze en
zijn schitterende instrumentatiekunst waarin de invloed van
componisten als Mahler, Stravinsky en ook Webern te ontdekken
valt. “In deze tijd waarin alles mag en kan, is de basis voor het
componeren volledig zoekgeraakt”, zei hij al eens in een interview.
“Want als je de klassieke traditie en de tonaliteit de deur uitgooit,
en ook hetgeen ervoor in de plaats kwam, de dodecafonie, het
seriële componeren en andere technieken als voorbij beschouwt,
wat moet je dan nog?”
“Want als je de klassieke traditie en de tonaliteit de
deur uitgooit, en ook hetgeen ervoor in de plaats
kwam, de dodecafonie, het seriële componeren en
andere technieken als voorbij beschouwt, wat moet je
dan nog?”
– Tristian Keuris
Zijn Pianotrio dat hij in 1984 voor het Nederlandse Mendelssohn
Trio schreef is net als de andere werken uit de jaren tachtig van de
twintigste eeuw een antwoord op deze vraag. Het stuk past in de
traditie van het pianotrio, maar is op geheel eigen wijze vorm
gegeven. De basis is een toonreservoir dat steeds op een andere
manier belicht wordt, als een set variaties zonder ‘thema’. “De
wijze waarop Keuris dat materiaal in de inleiding stap voor stap
ontvouwt en aftast, geldt als model voor het verloop van de hele
compositie”, schreef Leo Samama al in zijn standaardwerk Nederlandse muziek in de twintigste eeuw. “In elk segment wordt hetzelfde materiaal, datzelfde toonreservoir als uitgangspunt gehanteerd voor een nu eens virtuoos dan weer lyrisch en ingetogen spel
met dalende en stijgende loopjes, trillers, akkoorden en ritmische
cellen.”
Het meest opvallende aan het werk dat zich laat omschrijven als
een soort boogvorm, is de uitbundige lyriek die overal onder de
oppervlakte zingt. Hoewel het Pianotrio heerlijke ‘muzikantenmuziek’ is, vormt juist die lyriek een voorbode van Keuris’ vocale
preoccupatie in zijn laatste jaren.
TRISTAN KEURIS
Manneke – Tombeau pour Ton de Leeuw
6
6
DAAN MANNEKE
Net als Tristan Keuris was Daan Manneke een leerling van Ton de
Leeuw. Dat zijn muziek heel anders klinkt dan die van Keuris, pleit
voor de wijze waarop De Leeuw compositie doceerde. Hij propageerde geen stijl, hij zocht naar de eigenheid van elke student.
Ondertussen zijn er wel overeenkomsten. De Leeuw maakte zijn
leerlingen zeer bewust van de traditie en bood daarnaast een
brede blik waarin ook de muziek van andere culturen een plek had.
Voor Daan Manneke was vooral de polyfonie van de renaissance
een eerste inspiratiebron. Ook een renaissancistische praktijk als het intavoleren, het
omzetten van een vocale compositie tot een
instrumentaal werk, behoort tot het palet van
Manneke. Het is zelfs de methode die ten
grondslag ligt aan zijn Tombeau pour Ton de
Leeuw. Toen De Leeuw in 1996 overleed
schreef Manneke ter nagedachtenis aan zijn
leermeester voor het Egidiuskwartet een
madrigaal op de beroemde tekst Egidius waer
bestu bleven? Dit vocale werk ‘intavoleerde’
de componist op verzoek van gambist Ralph
Meulenbroek vervolgens tot de gambasolo
Tombeau pour Ton de Leeuw. Een prachtig
statig werk in de traditie van de tombeaus uit
de renaissance en barok dat laag begint in de
frygische modus, de klaagmodus bij uitstek, en
dan langzaam naar hogere registers opstijgt.
Manneke herschreef het werk voor cello solo
en vervolgens kwam er ook een versie voor
cello en piano. Deze versie – er is inmiddels
ook nog een versie voor harp en cello en
vijfstemmig koor, die vervolgens weer is bewerkt voor de vijf
blazers van Calefax – werd het uitgangspunt voor de trioversie
voor het Van Baerle Trio die vandaag zijn première beleeft. “Ik heb
een vioolpartij toegevoegd”, verklaart Manneke. “Deze gaat
omgekeerd aan de cello van hoog naar laag en zat in feite al
verscholen in de pianopartij. Ik ben dol op dit soort doorgeefluikjes, maar ik denk dat het stuk nu voltooid is. Het wordt geen
pianokwartet meer.”
Ravel – Pianotrio
De grootste verdienste van Maurice Ravel is misschien wel dat hij
zijn mediterrane temperament met klassieke precisie in een
dwingende vorm goot. Dat evenwicht is zeer manifest in het
laatste werk dat Ravel vóór het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog schreef, het Pianotrio waaraan hij begon om de balansproblemen tussen de piano en de strijkers te onderzoeken. Het
werd een meesterwerk waarin Ravel Baskische volksmuziek,
Maleise versvormen, barokke elementen en klassieke vormprincipes tot een schitterende eenheid smeedde en dat hij opdroeg aan zijn contrapuntdocent André Gédalge.
In het eerste deel, Modéré, gebruikt Ravel het samengestelde
metrum 3+2+3 vol hoekige ritmes en uit het lood geslagen accenten, hetgeen veel voorkomt in de Baskische volksmuziek. Dit deel
refereert aan de klassieke sonatevorm, maar vaker creëert de
componist een haast statische structuur die een ademstokkende
richtingloosheid oplevert.
De grootste verdienste van Maurice Ravel is
misschien wel dat hij zijn mediterrane temperament
met klassieke precisie in een dwingende vorm goot.
Het scherzoachtige tweede deel Pantoum is een wonder van
constructie. Ravel groepeerde de frases volgens het schema van
een Maleise versvorm, de pantun, vaak gebruikt door de Franse
dichters Victor Hugo en Charles Baudelaire. Het is een groep
kwatrijnen waarin de tweede en de vierde regel van het voorgaande couplet steeds herhaald worden als het eerste en derde van het
volgende.
In de Passacaglia, het hart van het trio, etaleert Ravel zijn voorkeur
voor barokke vormen. En in de opzwepende finale komt het
belangrijkste thema uit het eerste deel in gevarieerde vorm terug,
waardoor de eenheid van het hele werk versterkt wordt.
Paul Janssen
7
uitvoerenden
8
Van Baerle Trio
Het Van Baerle Trio is in 2004 opgericht
door pianist Hannes Minnaar, violiste
Maria Milstein en cellist Gideon den
Herder. De naam van het trio ontlenen ze
aan de straat waar hun muzikale wortels
liggen: de Van Baerlestraat in Amsterdam.
Hier ontmoetten de drie musici elkaar
tijdens hun studie aan het Conservatorium van Amsterdam, op een steenworp
afstand van het Concertgebouw, dat het
trio als zijn muzikale thuis beschouwt. Na
het winnen van het Vriendenkrans
Concours in het Concertgebouw in 2011
treedt het trio veelvuldig in deze zaal op
en wordt het door het Concertgebouw
genomineerd voor de ‘ECHO Rising Stars
2013/14’, een tour die het trio naar
belangrijke zalen in heel Europa brengt,
waaronder de Musikverein in Wenen, de
Barbican in Londen, de Cité de la Musique
in Parijs, L’Auditori in Barcelona en de
Philharmonie in Keulen.
Al voor het begin van deze Europese tour
heeft het Van Baerle Trio zijn internatio-
MARCO BORGGREVE
VAN BAERLE TRIO
nale reputatie gevestigd met het winnen
van het ARD-concours in München in
2013 en het internationale kamermuziekconcours van Lyon in 2011. Bij beide
concoursen wint het trio ook de publieksprijs. In Nederland ontvangen ze in 2012
de Kersjesprijs, een beurs die ieder jaar
aan een jong veelbelovend ensemble
wordt toegekend.
Het Van Baerle Trio werd gevormd onder
de hoede van Dmitri Ferschtman en
volgde daarna lessen bij onder meer
Ferenc Rados en Claus-Christian Schuster.
De ontmoeting met Menahem Pressler in
2008 was een grote bron van inspiratie
voor de drie musici, die sindsdien meerdere keren voor hem speelden. Inmiddels
staan ze op het punt hun ervaring door te
geven aan een volgende generatie musici
op uitnodiging van het Conservatorium
van Amsterdam.
De eerste cd van het Van Baerle Trio met
werken van Saint-Saëns, Loevendie en
Ravel uit 2012 ontving een Edison Klassiek
2013 en werd lovend ontvangen door de
nationale en internationale pers. Hun
tweede cd met Mendelssohns pianotrio’s
uit 2014 werd eveneens geprezen in de
pers.
Hannes Minnaar (1984) studeerde piano
bij Jan Wijn aan het Conservatorium van
Amsterdam, waar hij in 2009 met hoogste
onderscheiding afstudeerde. Hannes is
prijswinnaar van het Concours de Genève
en de Koningin Elisabeth Wedstrijd in
Brussel. Hij soleerde bij diverse orkesten,
waaronder het Concertgebouworkest,
het Radio Filharmonisch Orkest, deFilharmonie en het Nationaal Orkest van
België, onder leiding van dirigenten als
Herbert Blomstedt, Eliahu Inbal, Marin
Alsop en Frans Brüggen. Recitals speelt
hij door heel Europa, alsook in Azië en
het Midden-Oosten. In 2011 ontving
Hannes de Borletti-Buitoni Trust Fellowship. Zowel zijn debuutalbum, met
werken van Rachmaninov en Ravel, als
zijn tweede cd ‘Bach Inspirations’ werden
lovend ontvangen in binnen- en buitenland. Afgelopen september 2016 bracht
Hannes Minnaar een derde solo-cd uit
met werken van Gabriel Fauré, en op 1
oktober werd hem de Nederlandse
Muziekprijs uitgereikt.
Violiste Maria Milstein (1985) werd
geboren in Moskou, maar groeide op in
Frankrijk. Ze studeerde bij Ilya Grubert in
Amsterdam en David Takeno in Londen.
Zowel haar bachelor- als haar masterdiploma behaalde ze met hoogst mogelijke onderscheiding. Van 2011 tot 2014
was ze ‘Artist in Residence’ van de
Muziekkapel Koningin Elisabeth, waar ze
bij Augustin Dumay studeerde. Maria won
de tweede prijs bij het internationale
concours ‘Città di Brescia’ in 2007, de
Vioolbeurs van het Kersjes Fonds in 2010
en de tweede prijs bij het internationale
concours ‘Rodolfo Lipizer’ in 2011. In
2013 nam ze met het Koninklijke Philharmonische Orkest van Luik werken van
Saint-Saëns voor viool en orkest op cd op
(Zig-Zag Territoires). Maria bespeelt een
viool van Michel Angelo Bergonzi, die zij
in bruikleen van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds heeft. Maria Milsteins
eerste cd ‘Sounds of War’ (samen met
pianiste Hanna Shybayeva) leverde haar
een Edison Klassiek Award 2015 op. In
2016 ontving Maria Milstein een BorlettiBuitoni Trust Fellowship.
Gideon den Herder (1986) studeerde
cello bij Monique Bartels in Amsterdam
en Clemens Hagen in Salzburg, waar hij
zijn Masterdiploma met hoogste onderscheiding behaalde. Hij voltooide zijn
opleiding bij Thomas Grossenbacher in
Zürich met het Solistendiploma. Ook
volgde hij lessen barokcello bij Jaap ter
Linden en Roel Dieltiens. In 2003 werd
Gideon uitgeroepen tot Jong Muziektalent van het Jaar. In 2009 won hij met het
Trio Otono het oude muziek concours ‚À
Tre‘ in Trossingen, Duitsland. Sinds 2014
is Gideon als aanvoerder cello aan het
Residentie Orkest in Den Haag verbonden. Hij bespeelt een cello van Giuseppe
dall‘Aglio met een strijkstok toegeschreven aan Dominique Peccatte, beide in
bruikleen van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds.
➜
W W W .VANBAERLETRIO . COM
9
volgende concerten
vrijdag 13 januari 2017, 20.15
TivoliVredenburg, Utrecht
inleiding Huib Ramaer 19.30 uur
SERIES AVROTROS KLASSIEK 1 /
RADIO FILHARMONISCH ORKEST
Drie avonturiers
in de bergen
Radio Filharmonisch Orkest
Rafael Payare dirigent
Thomas Zehetmair viool
Beethoven Ouverture Leonore nr. 3
Schumann Vioolconcert
Strauss Eine Alpensinfonie
IVAR PEL
RADIO FILHARMONISCH ORKEST
In begin van het nieuwe jaar kunnen
muziekliefhebbers in Utrecht en omgeving,
maar ook luisteraars van Radio4, bewogen
momenten beleven met het AVROTROS
Vrijdagconcert van 13 januari 2017 in
TivoliVredenburg. Dan treden de musici
aan van het veel geprezen Radio Filharmonisch Orkest, een van de belangrijkste
artistieke peilers van de Nederlandse
Omroep. Ze worden vergezeld door de
jonge Venezolaanse dirigent Rafael
Payare die hier zijn Nederlandse debuut
maakt. Payare is een groot talent uit de
muziekschool El Sistema in zijn geboorteland en jarenlang eerste hoornist van het
Simón Bolívar Orkest. Hij dirigeerde al
talrijke orkesten in Europa en de VS en is
momenteel chef-dirigent van het Ulster
Orchestra.
De vioolsolist is inmiddels een vertrouwde
verschijning in het Vrijdagconcert, ook in
de rol van dirigent: de Oostenrijker Thomas
Zehetmair. In april 2013 dirigeerde hij in het
Vrijdagconcert het Radio Filharmonisch
Orkest en het Groot Omroepkoor in een
programma rond De Vrede van Utrecht,
met Peter van Onna’s The Ceremonial (uit
The Treaty of Utrecht) en Beethovens
Negende symfonie.
Op 13 januari speelt Zehetmair het lang
‘onbegrepen vioolconcert’ van Robert
Schumann. Vanwege ‘gewaagde dissonanten’ wachtte het tachtig jaar op zijn erkenning als een uitzonderlijk meesterwerk.
Verder klinkt Richard Strauss’ Alpensinfonie,
vol sterke landschapsbeelden, van ijle
ochtendnevel tot watervallen, storm en
onweer.
11
vrijdag 20 januari 2017, 20.15
Jacobikerk, Utrecht
inleiding Huib Ramaer 19.30 uur
SERIE GROOT OMROEPKOOR
De Duitse koortraditie
Groot Omroepkoor
Klaas Stok dirigent
Matthias Havinga orgel
Mendelssohn Warum toben die Heiden
Brahms Drei Motetten
Mendelssohn Koraal & fuga in d
Röntgen Gleichwie die grünen Blätter
auf einem schönen Baum
Wolf Das verlassene Mägdlein
Reger O Tod, wie bitter bist du
Rheinberger
delen uit de Vijfde Orgelsonate
Mis in Es
Mahler Ich bin der Welt abhanden
gekommen
Het Groot Omroepkoor zingt dit
programma op zondag 22 januari ook in
de Philharmonie in Haarlem.
12
zaterdag 7 januari 2017, 14.15 uur
Concertgebouw, Amsterdam
WWW . ZATERDAGMATINEE . NL
zaterdag 14 januari 2017, 14.15 uur
Concertgebouw, Amsterdam
WWW . ZATERDAGMATINEE . NL
De slavenroutes
1444-1888
Onstuitbare
mechanieken
Hespèrion XXI
La Capella Reial de Catalunya
Tembembe Ensamble Continuo
(Mexico)
Ensemble Modern
Jordi Savall dirigent
musici uit Mali, Madagascar, Marokko,
Brazilië, Argentinië en Venezuela
Raymi Sambo recitant
Brad Lubman dirigent
Reich Runner (Nederlandse première)
Reich Pulse (Nederlandse première)
Nas No Reason to Panic (nieuwe versie;
wereldpremière)
Adams Son of Chamber Symphony
colofon
traditionele en gecomponeerde muziek
uit Europa, Afrika en Zuid-Amerika
PROGRAMMERING
PRESENTATIE
Astrid in ’t Veld
AVROTROS NPO RADIO
PRODUCTIE
Mark Brouwers
Roland Kieft
Manon Tuynman
EINDREDACTIE AVROTROS NPO
PROGRAMMATOELICHTING
MARKETING
&
COMMUNICATIE
RADIO
DIRECTEUR STICHTING OMROEP
4
4
MUZIEK
Paul Janssen
Tim Moen
REDACTIE PROGRAMMABOEK
CASTING DIRECTOR
Clemens Romijn
Mauricio Fernández
VORMGEVING
Stichting Omroep Muziek
ARTISTIEK LEIDER
Dorine Verharen
RANDPROGRAMMERING
Kees Vlaardingerbroek
EINDREDACTIE
Marco van Es
Daniëlle Heere
ADMINISTRATIE
&
FINANCIËN
AVROTROS NPO RADIO
Thea Derks
4
Onno Schoonderwoerd
Download