Heb vertrouwen in kinderen door Floor Raeijmaekers Jan Hendrickx is bekend als oprichter van het Leonardo-onderwijs voor hoogbegaafde kinderen. Tegenwoordig heeft hij een nieuwe missie: excellent onderwijs voor allen, oftewel: EXOVA. Je bent een onderwijsman in hart en nieren. Hoe ziet het ideale onderwijs er volgens jou uit? "Dat is in feite waar ik nu mee bezig ben, namelijk onderwijs waarin een kind zichzelf kan zijn, gezien wordt en zich kan ontwikkelen binnen de mogelijkheden en de interesses die het heeft. Dus het kind moet het centrale uitgangpunt moet zijn. Het onderwijssysteem is al 150 jaar hetzelfde, namelijk met de methode en de leraar als centraal uitgangspunt. Dus ik probeer nu een omslag te bewerkstelligen. Het eigenaarschap van leren hoort namelijk bij kinderen. Het onderwijs moet faciliterend zijn voor hun ontwikkeling. Maar dat vraagt om een andere inrichting van het onderwijs." Wat moet er veranderen? "Ik zeg vaak: na vijfenveertig jaar is het kwartje gevallen. Ik weet nu wat de oplossing moet zijn en die oplossing kun je alleen maar bewerkstelligen als je de goede instrumenten hebt. Dat betekent dat de klassikale methodes eruit moeten en digitalisering nodig is. Digitale programma's kunnen veel meer onderkennen wat kinderen al kunnen en daarop aansluiten. Ook kunnen ze bijhouden wat kinderen doen, zonder dat de leraar daar ook maar iets voor hoeft te doen. Dus je geeft kinderen veel meer de ruimte en de leraar krijgt veel meer de handen vrij." Wat vind je van de weerstand die er vaak is tegen werken met tablets en laptops in het onderwijs? "We moeten de ogen niet sluiten voor de huidige tijd. Kinderen werken voor hun vierde jaar al met zo'n ding. Ze groeien ermee op. Wat niet wil zeggen dat ze de hele dag achter de laptop moeten zitten. Als je kijkt naar MATH, de reken- en wiskundelijn van EXOVA, dan zit daar digitaal werken in, maar ook werken met concrete materialen. Dingen meten, wegen, weet ik wat allemaal. Het aanbod moet aansluiten bij wat het kind op dat moment het meeste nodig heeft. Soms is dat papier, soms is dat concreet materiaal en soms is dat een iPad." En het idee van mensen dat het individualistisch is? "Dat is de grootste onzin. We zijn nu voor het derde jaar met MATH bezig en we kunnen best al ervaringen delen. Het is leuk dat de Cito-scores hoog zijn, maar dat vind ik eigenlijk bijzaak. Veel belangrijker is veranderend gedrag van de leraar en de leerling. Dat kinderen gemotiveerder werken en dat ze meer samenwerken. Dat laatste had ik zelf eigenlijk ook niet zo verwacht, maar uit de praktijk blijkt dat ze tijdens het digitale werken meer met elkaar doen dan wanneer ze op papier aan de slag gaan. Het samenwerken stimuleren we ook door aan leerdoelen te werken. Als een leerling een leerdoel wil afvinken (op het moment dat hij vindt dat hij dat kan), dan kan hij ook nog een speciale functie aanklikken: de expert. Hij vindt zichzelf op dat doel dan een expert. Iedere andere leerling die aan hetzelfde leerdoel gaat beginnen, krijgt vervolgens te zien wie in zijn klas goed is in dat leerdoel. Dus als ze een keer wat te vragen hebben, gaan ze in eerste instantie naar hun klasgenoten toe en niet naar de leraar. " Kinderen vinken dus zelf hun leerdoelen af. Worden er ook toetsen gebruikt? "Het woord 'toetsen' is verboden in EXOVA. Een leerkracht kan wel checken of een leerling iets terecht heeft afgevinkt of niet. Dat gebeurt dan vooral door middel van leergesprekken. Als een leerling het uit kan leggen, dan snapt hij het. Daarnaast hebben we bij elk leerdoel ook werkbladen. Een leerkracht kan dus ook vragen of een leerling een werkblad dat hij gemaakt heeft, laat zien. Zo krijg je een korte check." Een nieuw systeem vraagt om andere leerkrachtvaardigheden. Welke rol speelt de leraar in jouw visie? "Ten eerste is de leerkracht een friendly mediator, wat niets anders betekent dan dat hij zorgt voor een veilige omgeving en heel stimulerend aanwezig is. Je hoeft geen uitleg te geven, je hoeft niet te zeggen wat de kinderen moeten doen, je hoeft alleen maar aanwezig te zijn. En kijken, heel goed kijken naar wat de kinderen doen. Ten tweede heb je de rol van teacher, waarin je leeractiviteiten organiseert. En dan heb ik het nadrukkelijk niet over instructies. Een leeractiviteit houdt in dat je met een groepje kinderen discussieert over bijvoorbeeld de vraag wat breuken nu eigenlijk zijn. Je haalt hierbij vooral kennis van kinderen naar boven, in plaats van zelf in te gaan vullen wat breuken zijn. Want die kinderen weten dat heus wel. Daarnaast kun je als leeractiviteit bijvoorbeeld een ontdekhoek inzetten. Als kinderen in groep 5 met lengtematen beginnen, ga het dan niet over meters hebben, maar geef ze een meetlint en laat ze van alles meten. Ze komen dan vanzelf wel met vragen en opmerkingen. Het moet eerst landen voordat ze sommen gaan maken. De derde rol van leraren is die van coach. Die coachingsrol heeft alles te maken met leren leren. Dat is een rode draad door alle vakken heen." Je bent als leerkracht dus geen informatie aan het geven, maar kinderen aan het helpen met leerdoelen zoals bijvoorbeeld doorzetten of hulp vragen? "Ja, we maken de leerkracht in het leren zelf zoveel mogelijk overbodig, zodat hij zich helemaal kan richten op de leerprocessen van de kinderen. Dat is het allerbelangrijkste." Wat heb je vanuit je kennis over hoogbegaafden meegenomen naar je huidige visie op onderwijs? "Alles. Heel veel ouders zeiden in de tijd van Leonardo tegen me: wat je nu vertelt zou eigenlijk heel goed zijn voor alle kinderen. Dat is in feite ook zo. Ik had destijds drie kenwoorden binnen Leonardo: ruimte, uitdaging en plezier. In de filosofie van EXOVA zijn de kernwoorden: visie (het eigenaarschap van het leren ligt bij het kind), verwondering (de nieuwsgierigheid van het kind is het uitgangspunt van het leren) en vertrouwen. Het vertrouwen dat kinderen veel meer aankunnen dan je denkt." Wat gebeurt er wanneer een slim kind heel snel door het programma loopt? "We hebben in MATH level I. We gebruiken bewust letters in plaats van cijfers om de relatie naar bepaalde groepen helemaal weg te halen. In level I zitten bijvoorbeeld het berekenen van hoeken, priemgetallen, machtsverheffen, worteltrekken en negatieve getallen. Eigenlijk hebben we een groot deel van wat op het voortgezet onderwijs wordt aangeboden in level I verwerkt. Want als kinderen de ruimte krijgen, kunnen ze veel meer aan. Daarnaast hebben we de Khan Academie aan het programma gehangen. Hiermee kunnen leerlingen tot 6 VWO doorgaan." MATH staat. Wat zijn de laatste ontwikkelingen? "T-WORLD, onze leerlijn wereldoriëntatie, is in concept ook klaar. Hiermee zijn nu zes scholen een pilot aan het draaien. We zijn de software nog wel door aan het ontwikkelen, zodat kinderen zelf ook dingen in kunnen gaan brengen. Als een kind een museum bezocht heeft en dat past bij een bepaald thema van geschiedenis, dan kan hij dat als activiteit inbrengen in zijn portfolio. Het grootste gedeelte van taal zit ook in T-WORLD. Taal heeft twaalf kerndoelen, waarvan de eerste tien alleen maar gaan over informatieverwerving, informatieverwerking, communicatie, presentatie, begrijpen enzovoorts. Dat hebben we allemaal specifiek verwerkt in T-WORLD. Dan houd je dus alleen lezen, spelling en grammatica nog over. Die lijn noemen we Code-26. Hiervoor zijn we nu met de Universiteit Utrecht de eerste module aan het ontwikkelen, bestaande uit een aantal games, waarmee kinderen vanaf 3 à 4 jaar zichzelf leren lezen. Spelenderwijs. Daarna gaan we verder met de onderdelen spelling en grammatica." Hoe ziet een onderwijsdag er dan uit, als alles klaar is? "Dat is afhankelijk van de school, maar de mogelijkheden die er zijn, noem ik het 3x8-model. Stel je voor dat een schoolweek vierentwintig uur bestrijkt. Dan heb je een uur of tien waarin kinderen vooral met elkaar bezig zijn. Met sport, met muziek, met beeldende vorming, noem maar op. Dat is ook heel belangrijk voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Dan houd je zestien uur over voor de leervakken. Een hoogbegaafd kind heeft aan acht uur meer dan voldoende om alles wat hij moet weten, te leren. Dat betekent dat hij acht uur vrije ruimte heeft. Deze ruimte kun je bijvoorbeeld invullen binnen T-WORLD. Binnen de thema's kunnen kinderen namelijk eindeloos de diepte in. Een gemiddelde leerling zal zo'n twaalf uur nodig hebben voor de leervakken en heeft vier uur vrije ruimte. En een leerling die nu misschien in het speciaal onderwijs zit, krijgt ruim de tijd om toch een acceptabel eindniveau te halen. Op die manier kun je nagenoeg passend onderwijs bieden voor alle kinderen." Tot slot: wat is jouw belangrijkste boodschap aan leerkrachten? Hendrickx, geëmotioneerd: "Heb vertrouwen in kinderen. Dat is eigenlijk de kern. Leraren durven te weinig. Eigenlijk zou iedere leerkracht het boek "Ik, de leraar" van Marcel van Herpen moeten lezen. Dan snappen ze precies wat leraar-zijn is. Als leraar moet je jezelf zijn en ook je zwakke kanten durven laten zien. Dan kunnen kinderen ook zichzelf zijn." "Ik heb het gevoel dat het gaat lukken. Ik heb er nog vijf jaar voor uitgetrokken, dan word ik vijfenzeventig. Als we dan met EXOVA op zo'n vijfhonderd scholen zitten, hebben we voldoende massa om duidelijk te maken dat het onderwijs echt anders kan."