onbewaakte kopie Lichaamsverzorging en observatie 353 Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Aanbrengen elektroden bij TENS Omschrijving De huid wordt geïnspecteerd. De elektroden worden aangebracht en de TENS-behandeling wordt gestart. Opdracht tot voorbehouden of risicovolle handeling: Mag zelfstandig verricht worden door: Aandachtspunten - De geschikte plaatsen voor de elektroden worden samen met cliënt vastgesteld door arts, fysiotherapeut of pijnpoli. - De wijze van behandeling, instelling apparaat, frequentie van de behandeling en de duur van elke behandeling wordt samen met arts, fysiotherapeut of pijnpoli vastgesteld. Meestal wordt afgeraden om de behandeling ’s nachts uit te voeren. - Plaats de elektrode niet op een vette, geïrriteerde of kapotte huid. - De elektrode plakt beter wanneer overmatige haargroei is verwijderd. Knip het haar weg; scheer niet, om irritatie te voorkomen. - De elektrode hoeft niet steeds te worden verwijderd na elke behandeling. Verwijder wel minimaal eens per dag de elektroden van de huid (en breng ze bij de volgende behandeling weer aan). - Elektrode die niet meer goed meer plakt, bevochtigen met een natte vinger of reinigen met vloeibare zeep. - Draag de elektrode niet tijdens baden, douchen of zwemmen. Complicaties tijdens de handeling Handelwijze Verwijzingen - Achtergrondinformatie: TENS-behandeling. - Hygiënerichtlijnen: handhygiëne. Benodigdheden - TENS-apparaat en gebruiksaanwijzing - elektroden - washand, handdoek en zeep - evt. schaartje voor het wegknippen van te veel haar - afvalbak © Vilans 22-06-2011 Associatie van Zelfstandige High Care Hospices Aanbrengen elektroden bij TENS: 1 (van 2) onbewaakte kopie Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Lichaamsverzorging en observatie 354 Werkwijze 1 Pas handhygiëne toe. 2 Zet de benodigdheden binnen handbereik. 3 Ga met cliënt na wat een geschikte houding is om de elektroden aan te brengen: zittend of liggend. 4 Ontbloot de huid waarop de elektroden geplaatst worden. 5 Inspecteer de huid. Geen elektroden plaatsen op een vette, geïrriteerde of kapotte huid. 6 Knip met een schaartje evt. overmatig haar weg. 7 Reinig de huid met washandje en weinig zeep. 8 Droog de huid goed. 9 Controleer of het TENS-apparaat is uitgeschakeld. 10 Pak de elektrode aan de randen en haal hem voorzichtig van de plastic beschermlaag. 11 Plak de elektrode op de afgesproken plaats op de huid. a Plak de elektrode in het midden van de plakplaats vast. b Strijk de elektrode vast op de huid. 12 Steek de stekkertjes van de ene kant van de kabel in de elektroden. 13 Steek de stekkertjes van de andere kant van de kabel in het TENS-apparaat. 14 Schakel het TENS-apparaat aan. 15 Draai de stroomsterkte op tot de afgesproken waarde (volgens gebruiksaanwijzing). 16 Bevestig het TENS-apparaat aan de (broek)riem, zak of rand van de rok. Zorg dat er niet aan de elektroden getrokken wordt. 17 Ruim de materialen op. 18 Pas handhygiëne toe. 19 Noteer de handeling, de stroomsterkte en eventuele bevindingen. © Vilans 22-06-2011 Associatie van Zelfstandige High Care Hospices Aanbrengen elektroden bij TENS: 2 (van 2)