PRAKTIJKLEEROPDRACHT 3.2B De chronische zorgvrager Timo de Veer HBO-V duaal GGZ Praktijkleerperiode 2 (01-09-2013 t/m 26-01-2013) Inforsa FPK 2.0 Werkbegeleidsters: Karin Eken & Rianne van Niel Praktijkbegeleider: Willem Jaegers 0 Inhoudsopgave Voorbereiding blz. 2 Invulling van de opdracht blz. 2 Doel van het gesprek blz. 2 Vijf criteria praktijkleerboek blz. 3 Theorie blz. 4 Observator blz. 4 Het gesprek blz. 5 De feedback blz. 6 Productevaluatie blz. 7 Procesevaluatie blz. 7 Bijlage I: De folder blz. 9 1 Voorbereiding Invulling van de opdracht: Gesprek over de toekomst/dagbesteding van cliënt, waarbij de cliënt, een collega van trajectbegeleiding en ikzelf aanwezig zullen zijn. Het bovenstaande is aangepast, omdat de opdracht in eerste instantie niet haalbaar leek te zijn. Toen ter sprake kwam dat de cliënt toch wel een passende dagbesteding nodig bleek te hebben, diende het gesprek diezelfde dienst nog uitgevoerd te worden (i.v.m. een inschrijvingsdeadline). De trajectbegeleidster kon niet bij het gesprek aanwezig zijn en na kort overleg met mijn collega hebben we besloten door te pakken. Ik zou met de cliënt in een kamer zitten met open deur, zodat de collega mee kon luisteren door op de afdeling te zitten. Doel van het gesprek: De cliënt spreekt haar wens uit m.b.t. dagbesteding en toekomstig wonen. Dagbesteding en de toekomstige woonsituatie dienen buiten de kliniekmuren plaats te vinden en eventueel een activiteit/werkzaamheid/programma starten. Mogelijkheden: RIBW, muzieklessen of nabijheid familie. Voordat het gesprek plaatsvond, was de cliënt al op de hoogte van haar vervolgplek. Zij zou terugkeren naar Delta, te Rotterdam. Er was echter nog geen datum van overplaatsing bekend, dus bleef het nodig nuttige invulling te geven aan de cliënt haar dagen. Ook heeft de cliënt al een eerste gesprek gehad met trajectbegeleiding, waarin zij haar voorkeuren heeft aangegeven omtrent dagbesteding buiten de kliniek. Ik heb mailcontact gehad met trajectbegeleiding, waaruit een vraag voortkwam. Hieronder de mail: “Graag uiterlijk 9 januari antwoord op het volgende: 14 januari is er een werkbezoek voor patiënten en personeel bij Kwekerij Osdorp van Landzijde. Kan mw. mee? c.q. Wil mw. nog wel? Groetjes Sylvia – Trajectbegeleiding” Hierdoor diende ik het doel van het gesprek aan te passen. Er was tenslotte al een concreet voorstel en mijn doel was om de cliënt enthousiast te krijgen en te zorgen dat zij mee wilde naar Kwekerij Osdorp. Nieuw doel van het gesprek: De cliënt spreekt uit dat zij zou willen werken bij Kwekerij Osdorp en laat zich inschrijven voor het werkbezoek op 14 januari. 2 Vijf criteria praktijkleerboek: In het praktijkleerboek staat een vijftal onderwerpen die aan de orde dienen te komen. Van tevoren zocht ik uit hoe de cliënt er voor staat met betrekking tot die onderwerpen, om hier rekening mee te houden tijdens het gesprek. 1. Ervaringsdeskundigheid zorgvrager: Dossiersamenvatting en het vorige BHP zullen veel informatie opleveren over de voorgeschiedenis van de zorgvrager. ‘Ervaringsdeskundigheid is de toepassing van de kennis die mensen met psychische beperkingen op grond van hun ervaringen opbouwen’, Trimbos-instituut, 2014. Interventie vanuit theorie: Motiverende gespreksvoering: Stel open vragen zodat mensen hun eigen situatie helder voor ogen krijgen. Luister met aandacht en aanvaard het perspectief van een ander zonder oordeel. - Welke activiteiten doe je op dit moment en heb je in het verleden gedaan? - Wat lijkt je leuk om te doen aan activiteiten/werk? - Wanneer je kijkt naar wat je hebt meegemaakt en rekening houdt met je aandoening, wat denk je dat je aan kunt? Mw. volgt computerles, gitaar- en zangles en werkt een blok per week bij de fietsenwerkplaats. Ook heeft zij de ‘kookgroep’ afgerond en volgt mw. psycho-educatie. Mw. is hier zo nu en dan lastig voor te motiveren en gaat niet altijd zonder de nodige aansporing. In een eerder gesprek gaf mw. aan iets te willen doen met muziek, of ‘iets met mensen helpen’. Receptioniste zijn leek mw. ook leuk. Nu het aanbod van Kwekerij Osdorp op tafel ligt, dien ik te vragen of mw. eerder soortgelijke werkzaamheden heeft verricht en of het haar wat lijkt. Uiteraard dien ik hiervoor op de hoogte te zijn van het takenpakket als werknemer bij de kwekerij, dus zoek ik dit uit. Ik besluit een folder te maken om mw. te enthousiastmeren. Deze folder is terug te vinden als bijlage. 2. Autonomie zorgvrager: In hoeverre de zorgvrager de regie heeft, is af te lezen aan het afsprakenblad. Denkende aan de verlofafspraken en -status, opgelegde artikel, etc. Interventie vanuit theorie: Ondanks de gebondenheid van de Rechtelijke Machtiging en de restricties die de maatregel met zich mee brengt, zijn de interventies met betrekking tot autonomie beperkt tot het gesprek. Gespreksinterventie naar aanleiding van motiverende gespreksvoering: - Laat mensen zelf met nieuwe ideeën komen in plaats van actief oplossingen aan te dragen. Wat betreft verlofafspraken zit met haar vrijhedenstappenplan in haar laatste stap. Dit houdt in dat mw. haar verloven niet tijdgebonden zijn (tot een maximum van 60 uur, vanwege Rechtelijke Machtiging) , maar wel doelgericht dienen te zijn. Kwekerij Osdorp valt binnen haar vrijheden. Verder zal ik tijdens het gesprek proberen te zorgen dat mw. het gevoel dat zij de keuze compleet zelf gemaakt heeft. 3 3. Hanteren van beperkingen zorgvrager: Naast de dossiersamenvatting en het BHP, zal het signaleringsplan informatie verschaffen over de coping van de zorgvrager. Interventie vanuit theorie: Roos van Leary: ‘Samenwerkend gedrag bij de één roept samenwerking op bij de ander’, Astare, 2014. Insteek: Boven-Samen; Helpend. Dit vertaalt zich in de volgende (ondersteunende) vraag/interventie: - Hoe denk je dat je het werken bij Kwekerij Osdorp vol zult houden, wanneer je rekening houdt met je aandoening? Mw. lijkt niet bezig met haar beperkingen. Ik zal met name benoemen dat Kwekerij Osdorp beschreven staat als ‘een opstap voor het starten met een reguliere baan’. 4. Veranderd toekomstperspectief zorgvrager: Ook op dit vlak zal de dossiersamenvatting een hoop informatie opleveren. Interventie vanuit theorie: Motiverende gespreksvoering: Help mensen de voorgenomen gedragsverandering te formuleren in concrete acties. Stel (open) vragen zodat mensen hun eigen situatie helder voor ogen krijgen. Roos van Leary: Helpend opstellen, samenwerkend. - Kan je een manier bedenken waarmee je duidelijkheid krijgt in de toekomst? (Werken naar opstellen concreet stappenplan) - Kan je een doel bedenken waarmee je/we naartoe kunnen werken? Lange/korte termijn. Mw. heeft sinds kort duidelijkheid over haar toekomstperspectief. Zoals eerder beschreven, zal zij terug gaan naar Rotterdam. Dit lijkt mw. rust en zelfs stabiliteit te geven. Om mw. enthousiast te krijgen over Kwekerij Osdorp zal ik benoemen dat het belangrijk kan zijn dat zij wat werkervaring opgebouwd heeft, voor het geval mw. kan starten met een baan in Rotterdam. 5. Sociale netwerk zorgvrager: Dossiersamenvatting en vorige BHP zullen veel informatie opleveren over het sociale netwerk van de zorgvrager. Het afsprakenblad kan hiervoor ook geraadpleegd worden. Interventie vanuit theorie: Roos van Leary: Ondanks het beperkte sociale netwerk zal ik Samen-Onder, Aanpassend, inzetten. Motiverende gespreksvoering: Stel vragen zodat mensen hun eigen situatie helder voor ogen krijgen. Ga mee met twijfel en onzekerheid (weerstand) en vermijd discussie en confrontatie. - Ik benoem het belang van een ruimvoldoende ondersteunend sociaal netwerk, maar aanvaard het perspectief van de ander zonder oordeel. Mw. heeft een vrij beperkt sociaal netwerk. Zij heeft goed contact met één van haar dochters en haar zus is haar mentor. Zij heeft wat contacten binnen de kliniek en zit veel op Facebook (lijkt hier zelfs op gefixeerd). Mw. zegt veel vrienden en voldoening/plezier te hebben door te chatten met mensen in haar vriendenlijst. Tijdens het gesprek zal ik benoemen dat mw. bij Kwekerij Osdorp de mogelijkheid zal bieden om contacten te leggen, vrienden te maken. Vrienden die haar wellicht kunnen toevoegen op Facebook. 4 Theorie: - Roos van Leary, een communicatiemodel dat interactiepatronen tussen mensen vereenvoudigt en daardoor inzichtelijk maakt. Samenwerkend gedrag door de een roept samenwerking op bij de ander. Dit is mijn insteek in het gesprek. Kijkend naar dit model neem ik mij voor om tijdens het gesprek mijn gedrag ‘Helpend’ (boven-samen) te houden. Volgens de Roos van Leary roept samenwerkend gedrag, samenwerkend gedrag op. Op deze manier denk ik mijn doel (inschrijving en enthousiasme Kwekerij Osdorp) te behalen. Bron: Astare, 2014. https://astare.nl/vademecum/roos-vanleary/ (geraadpleegd 11-1-14) - Motiverende gespreksvoering: Een definitie van motiverende gespreksvoering is onmogelijk om te geven. Na bestuderen van de literatuur kom ik tot een aantal concrete lijnen die ik zal volgen tijdens het voeren van het (motiverende) gesprek: Luister met aandacht en aanvaard het perspectief van de ander zonder oordeel. Stel vragen zodat mensen hun eigen situatie helder voor ogen krijgen. Ga mee met twijfel en onzekerheid (weerstand) en vermijd discussie en confrontatie. Laat mensen zelf met nieuwe ideeën komen in plaats van actief oplossingen aan te dragen. Help mensen de voorgenomen gedragsverandering te formuleren in concrete acties. Bron: M. van den Berg. Effectieve tweegesprekken. Den Haag: Sdu Uitgevers; 2007. W. R. Miller. S. Rollnick. Motiverende gespreksvoering. Ekklesia; 2005. Observator: Dit zal de collega zijn. De collega zal zitten in de huiskamer, op de afdeling, zodat het voor de cliënt lijkt alsof de collega niet meeluistert. Ik geef de observator een A4 waarop de eerdergenoemde vijf criteria vanuit het praktijkleerboek staan en vraag of zij hier feedback over wilt schrijven. Ook vraag ik of zij wilt evalueren op de Roos van Leary en de motiverende gesprekstechnieken. 5 Het gesprek Ik vroeg mw. of zij even tijd voor mij had (autonomie), omdat ik een heel positief voorstel had. Vervolgens maakten we een tijdsafspraak. We namen plaats in de ‘comfortroom’, een ruimte naast de zithoek. In de zithoek nam de observerende collega plaats. Toen mw. en ik plaats namen, presenteerde ik haar de folder en liet haar het rustig doorlezen. Nadat mw. de folder doorgenomen had, vroeg ik haar of zij zich de afspraak met trajectbegeleiding nog kon herinneren. Mw. antwoordde: ‘Ja, hoezo?’ Ik zei vervolgens: ‘Dit voorstel, het werken bij Kwekerij Osdorp, gaan we het over hebben’. Het gesprek verliep heel natuurlijk. Ik had het voorbereid, maar eigenlijk passeerden alle onderwerpen als vanzelf de revue. Ervaringsdeskundigheid: Ik vervolgde het gesprek met de vraag of mw. al eens eerder groenten heeft verbouwd. Ook vroeg ik haar of mw. dit leuk lijkt. Ik verwees naar de ‘opstap naar een reguliere baan’ (zie folder) en voegde daaraan toe dat dit goed zou staan op mw. haar CV. Mw. kwam namelijk een paar dagen eerder met de opmerking dat al haar diploma’s kwijt zijn geraakt en hoe dit dan invloed zou hebben op haar CV. Mw. kwam tot de conclusie dat werken bij Kwekerij Osdorp wellicht goed zou staan op haar nieuwe CV. Zelf tot oplossing komen en de situatie helder krijgen: motiverende gespreksvoering. Autonomie: Mw. leek nogal ambivalent ten opzichte van haar keuze, met name aan het begin van het gesprek. Ik heb met aandacht mw. haar argumenten aangehoord waarom zij niet wilde werken bij de kwekerij en gaf hierover geen oordeel (motiverende gespreksvoering). Zo woog mw. gedurende het gesprek mijn opgesomde voordelen en haar eigen nadelen af en kwam zij zelf tot de conclusie dat het werken bij Kwekerij Osdorp haar goed zou doen. De keuze bleef zo dus bij mw. Tevens heb ik mw. gewezen op het feit dat haar verloven ruimvoldoende zijn opgebouwd dat mw. makkelijk kan werken buiten de kliniek. Ondanks dat mw. hier al vanaf wist, leek het mij nuttig om mw. toch over te halen. Hanteren van eigen beperkingen: Zoals ik aangaf bij de voorbereiding van het gesprek, lijkt mw. niet echt bezig te zijn met het hanteren van haar beperkingen. Zij lijkt hierin weinig tot geen inzicht in te laten zien. Zo noemde zij bijvoorbeeld dat Kwekerij Osdorp te weinig betaald en dat ze daar haar bed niet voor uitkomt. Ik vroeg haar wat zij verdiende wanneer ze haar bed niet uitkomt. Zo kwam mw. weer tot de conclusie toch maar wel te werken (autonomie, motiverende gespreksvoering, Roos van Leary; boven-samen). ‘Opstap naar een reguliere baan’ genoemd en leek bij te dragen aan verandering van gedachte. Toekomstperspectief: Ik heb mw. zelf laten noemen dat het wellicht handig is dat zij wat werkervaring opgebouwd heeft, voor het geval mw. kan starten met een baan in Rotterdam (motiverende gespreksvoering). Dit onderwerp is verder niet ter sprake gekomen. Sociale netwerk: Volgens de voorbereiding heb ik mw. laten inzien dat Kwekerij Osdorp haar de mogelijkheid kan geven om haar sociale netwerk uit te breiden, misschien zelfs via Facebook. Dit leek zo goed als de doorslag te geven. Dit had ik echter zien aankomen, dus bewaarde ik dit argument tot het laatste moment. 6 Mw. stemde in over het werken bij Kwekerij Osdorp en kwam later met een grote glimlach en enthousiasme aan kantoor. Doel behaald! Roos van Leary: Ik ben het gesprek samenwerkend ingegaan. Wanneer gekeken wordt naar de afbeelding bij het kopje ‘Theorie’, zat ik rechtsboven: helpend. Het gesprek verliep mede daardoor ontspannen en dit heeft bijgedragen aan het optimale resultaat. Motiverende gespreksvoering: Kijkende naar de eerdergenoemde vijf concrete gesprekstechnieken van motiverende gespreksvoering, herken ik deze in het gespreksverloop. Alle vijf punten kunnen als het ware afgevinkt worden. Deze punten had ik doorgenomen/voorbereid. De Roos van Leary is naderhand toegevoerd. De feedback Je hebt je goed voorbereid om het gesprek over de kwekerij met cliënte te voeren, je hebt informatie hierover opgezocht en het een en ander op het papier gezet voor cliënte. Zodat het voor haar een stuk duidelijker werd waar je het over had en zo hielt je rekening met het niveau van de zorgvrager. Je bent het gesprek met cliënte aangegaan, je heb haar duidelijk uitgelegd wat er van haar verwacht word en uitgelegd wanneer de introductie dag plaats vind. Cliënte wilde niet maar je hebt haar kunnen overhalen en verteld dat het een stap is naar een reguliere baan. Waarna ze meer oor erna had, hierbij heb je duidelijk de autonomie bij cliënte gelaten. Cliënte moest op de dag van de introductie dag van der Kwekerij naar het ziekenhuis voor een mri scan. Je heb een mail gestuurd naar de traject begeleiding om een andere afspraak voor cliënte te regelen. Top gedaan.. 7 Productevaluatie: In hoeverre voldoet de opdracht/het verslag aan de criteria uit het praktijkleerboek en de theorie? De opdracht voldoet naar mijn mening aan alle gestelde criteria uit het praktijkleerboek. De vijf onderwerpen die voor dienden te komen zijn uitgebreid besproken in het gesprek (uitwerking van de opdracht) en verwerkt in dit verslag. De theorie zit mijn inziens ook goed verwerkt in het verslag. Omdat de opdracht uiteindelijk vrij onverwachts uitgevoerd diende te worden, is de theorie gedeeltelijk naderhand pas toegevoegd (Roos van Leary). Dit is een punt van kritiek. Procesevaluatie: Heb ik mij gehouden aan de opgestelde planning? Gedeeltelijk. De planning van opdracht 3.1 liep erg uit, waardoor ik niet precies wist wanneer ik deze opdracht uit kon voeren. Nu was er ook wat onzekerheid over de cliënt en haar overplaatsing (en dus het nut van het gesprek, de uitvoering van deze opdracht). Ik wilde daarom de uitvoering van de opdracht wijzigen, totdat er ‘opeens’ een hoop duidelijkheid kwam over de plannen voor de cliënt. Hierdoor kon ik mijn opdracht alsnog uitvoeren, zij het wat onverwachts (in dezelfde dienst nog, tussen de bedrijven door). Was mijn werkwijze succesvol/hoe kan dit beter? Uiteindelijk was mijn werkwijze zeer succesvol. Doordat de opdracht snel uitgevoerd moest worden, had ik het gesprek niet tot in de puntjes voorbereid. Hierdoor had ik het idee dat het gesprek heel natuurlijk verliep en ik er meer uit kon halen. Het doel is immers behaald. Liep ik tegen problemen aan/wat vind ik moeilijk? Zoals eerder aangegeven liep ik tegen het probleem aan dat de opdracht vrij onverwachts uitgevoerd moest worden. Maar dit had ook weer een voordeel: een natuurlijk gesprek en een behaald doel. Ik vind het altijd lastig als ik weet dat iemand over mijn schouder meekijkt en mij moet beoordelen op wat ik doe. Bij deze opdracht was dit niet anders. Nu had ik het geluk dat de collega-observator voor mij en de cliënt niet in het zicht zat, maar ik ben van mening dat het mij beter af zou gaan wanneer het gesprek gevoerd had geweest zonder extra observant. 8 Aan welke competenties/indicatoren heb ik gewerkt/zijn behaald? Competentie 1a: De verpleegkundige verleent zorg in complexe zorgsituaties van opname tot en met ontslag. o Stelt te allen tijde de patiënt centraal; speelt effectief in op de beleving, behoefte en wensen. o Ziet de behandeling of opname van de patiënt als deel van het ziekteproces en heeft oog voor de gevolgen daarvan op psychisch, lichamelijk en sociaal gebied. o Draagt zorg voor het welbevinden van de patiënt en heeft daarbij aandacht voor de omgeving van de patiënt. o Houdt rekening met verschillende achtergronden en culturen. Kan de gedachten en gevoelens van patiënten inschatten. Competentie 1c: De verpleegkundige onderbouwt de zorg met behulp van klinisch redeneren. o Speelt in op veranderde omstandigheden, ideeën en nieuwe informatie. o Denkt analytisch en probleemoplossend. o Plaatst problemen zo nodig binnen een bredere context. o Plaatst de verpleegkundige redenering in multidisciplinaire context. Competentie 2a: De verpleegkundige gaat een vertrouwensrelatie aan met de patiënt. o Schat de gedachten en gevoelens van de patiënt in en doet moeite deze te begrijpen, evenals de onderliggende factoren voor diens gedrag, daarbij rekening houdend met verschillende achtergronden en culturen. o Neemt een empathische houding aan. o Toont respect voor de patiënt, ongeacht diens sociale of economische status, levensbeschouwing, opleiding, ras, sekse of leeftijd. o Houdt rekening met de waarden en normen, de wensen en gewoonten en de behoefte aan privacy en de gevoelens van de patiënt. o Herkent en hanteert zijn machtspositie in het contact tussen patiënt en verpleegkundige. o Laat zorgverlening aansluiten bij de ervarings- en belevingswereld en de mogelijkheden van de patiënt. Competentie 2b: De verpleegkundige geeft informatie, voorlichting, GVO en advies aan individuen en groepen. o Signaleert de informatiebehoefte van de patiënt en brengt de vraag van de patiënt in kaart. o Geeft informatie die afgestemd is op de situatie en mogelijkheden van de patiënt. o Vertaalt en verduidelijkt informatie van andere disciplines voor de patiënt. o Geeft informatie over praktische zaken zoals hulpverleningsmogelijkheden en hulpmiddelen. o Geeft informatie gericht op kennisoverdracht. o Geeft informatie gericht op gedragsverandering en de bestendiging daarvan. Competentie 2c: De verpleegkundige zorgt voor een optimale informatie-uitwisseling met alle betrokkenen. o Bevordert de communicatie van de patiënt met alle betrokkenen, houdt de communicatie in stand of ondersteunt deze. o Zet communicatievaardigheden adequaat in. 9 Bijlage I: Folder Kwekerij Osdorp www.facebook.com/KwekerijOsdorp Zorg voor mensen en productie van duurzaam geteelde groenten komen samen in Kwekerij Osdorp, hét standslandbouwbedrijf van Amsterdam. Kwekerij Osdorp is een zelfstandig opererend onderdeel van Stichting Landzijde. Dagelijks vinden zo'n 40 cliënten bij ons een welkome dagbesteding. Onze producten vind je bij onder meer LaPlace, Marqt en diverse restaurants in Amsterdam. Een opstap voor het starten met een reguliere baan! Introductie woensdag 14 Januari 11.30 uur heen, maaltijd en rondleiding 14.00 uur terug 10