883 Operaties aan de schildklier In deze folder vindt u algemene informatie over operaties van de schildklier (thyreoïdectomie). Uw situatie kan daarvan afwijken. Voor vragen kunt u altijd bij uw behandelend arts terecht. Schildklierziekten De schildklier is een klein vlindervormig orgaan dat midden in de hals voor de luchtpijp ligt. De schildklier produceert hormonen die belangrijke processen in het lichaam regelen. Voor de productie van schildklier hormonen is de schildklier afhankelijk van voldoende aanbod van jodium. Ziekten van de schildklier komen vaak voor; veel vaker bij vrouwen dan bij mannen. Naar schatting lijden meer dan 500.000 Nederlanders eraan. Vaak is een operatie niet nodig. Struma is een ander woord voor een vergrote schildklier. Hoewel het kan zijn dat zo’n vergrote schildklier normaal functioneert, zijn de voornaamste redenen voor een operatie: een struma, het volume van de schildklier, klachten of vernauwing van de luchtpijp. Een te hard werkende schildklier die niet reageert op medicamenteuze behandeling, kan ook een reden zijn voor een operatie. Daarnaast kan ook een nodus in de schildklier een reden voor een operatie zijn, waarbij de klachten van de nodus of de verdenking op een kwaadaardige aandoening reden zijn om de schildklier of een deel van de schildklier te verwijderen. 28-11-2016 1-4 883 De operatie Voor de operatie Soms kan de chirurg het belangrijk vinden om voor de operatie de stembandfunctie te laten controleren door de KNO-arts. Met de anesthesioloog en/of chirurg heeft u afspraken gemaakt over uw medicatie vóór, tijdens en na de operatie. Ook als u nuchter moet zijn, mag u een beetje water gebruiken om uw medicijnen te slikken. Gebruikt u nog andere medicijnen, neem die dan mee. Voor een opname heeft u een identiteitsbewijs (rijbewijs, ID-kaart of paspoort) en uw verzekeringspapieren nodig. Wij verzoeken u om op de dag van de operatie niet te roken. Ook stellen wij het op prijs als u voor uw opname een douche (of bad) neemt, uw haar wast en uw tanden poetst. Bent u de nacht voor de operatie al opgenomen, dan kunt u dat in het ziekenhuis doen. Een goede hygiëne helpt om het risico op infecties zo klein mogelijk te houden. Wilt u ook uw make-up, inclusief nagellak, verwijderen? Sieraden en piercings kunt u beter thuislaten. Indien de operatie in het Flevoziekenhuis plaats vindt: Op de dag van opname meldt u zich op de verpleegafdeling. In uw bevestigingsbrief voor de operatie staat vermeld welke afdeling dat is. Indien de operatie in het AMC plaats vindt: Op de dag van uw opname meldt u zich bij de afdeling Opname in de hal van het AMC op de begane grond. Opname verwijst u naar de verpleegafdeling. Vlak voor de operatie doet u uw contactlenzen en/of gebit uit (als u die heeft). Daarna trekt u operatiekleding aan; meestal is dit een jasje met een losjes vastzittend achterpand. Bent u erg gespannen, dan kunt u een rustgevend middel krijgen. Een verpleegkundige brengt u naar het operatiecentrum. De operatie zelf De operatie wordt meestal onder algehele narcose verricht; u bent in diepe slaap en merkt er niets van. Tijdens de operatie ligt u met uw hoofd achterover. De arts maakt een horizontale snede laag in uw hals en verwijdert uw schildklier geheel of gedeeltelijk. De operatie duurt ongeveer twee uur. De chirurg kan de operatie op twee manieren uitvoeren: Bij een totale thyreoïdectomie verwijdert de arts uw hele schildklier. Dit gebeurt bij sommige vormen van schildklierkanker en bij sommige vormen van een te hard werkende schildklier. Bij een hemi-thyreoïdectomie wordt één helft van uw schildklier in zijn geheel verwijderd. Deze operatie wordt bijvoorbeeld uitgevoerd als er een knobbeltje in zit, waarvan niet duidelijk is of het goed- of kwaadaardig is. Een heel enkele keer zal de chirurg een drain in het operatie gebied achterlaten. Deze wordt dan meestal snel weer verwijderd. 2-4 883 Na de operatie Na de operatie blijft u een paar uur op de uitslaapkamer (verkoever of recovery). U mag dan geen ontvangen. Als u weer bij bewustzijn bent en de pijn draaglijk is, gaat u terug naar de verpleegafdeling. Omdat u rondom de operatie niet mag eten of drinken, heeft u een infuus in uw arm. Dit is een dun slangetje, dat in een bloedvat is geschoven. Door het infuus worden vocht en voedingsstoffen in uw bloed gebracht. In het gebied rond de operatiewond heeft de arts soms een drain achtergelaten. Dat is een slangetje waardoor wondvocht wordt afgevoerd. De arts bepaalt wanneer de drain wordt verwijderd. De pijn na de operatie valt over het algemeen mee en is te vergelijken met die van een keelontsteking. De pijn verdwijnt binnen een paar dagen. De wond geneest snel; na een paar dagen is hij al dicht. Alleen als er nog vocht uitkomt, moet er een gaasje op. Complicaties en blijvende gevolgen De kans op complicaties, het soort complicatie en mogelijk blijvende gevolgen zijn afhankelijk van de operatie die u heeft ondergaan. Hoe ingewikkelder die is geweest, hoe groter de kans op beschadiging van de structuren die vlakbij de schildklier liggen. De mogelijke complicaties en blijvende gevolgen zijn: nabloeding, beschadiging van uw stembandzenuw, tekort aan bijschildklier- of schildklierhormoon, wondinfectie. Nabloeding Soms treedt er na de operatie een bloeding op. Soms moet u hiervoor opnieuw geopereerd worden. Beschadiging van uw stembandzenuw Deze complicatie treedt bij ongeveer één op de honderd patiënten (0,5-2%) op. Ze is meestal van tijdelijke aard. Wordt u vanwege een kwaadaardige tumor of voor een tweede keer in de hals geopereerd, dan is de kans op beschadiging iets groter. Als uw stemband slecht functioneert, kan een logopedist u leren weer goed te praten. Hard spreken of roepen is dan meestal niet meer mogelijk. Ook als de stembandzenuw niet is beschadigd, kan uw stem veranderen. Dit kan komen doordat uw halsspieren of kleinere zenuwtakjes beschadigd zijn geraakt. Tekort aan calcium Na een totale thyroidectomie behandeling kan hypocalcemie als complicatie voorkomen. Als u thuis tintelingen rondom mond, handen en/of voeten voelt, neemt u dan contact op met uw arts om het kalkgehalte in uw bloed te laten bepalen. Tekort aan bijschildklierhormoon Als er tijdens een totale thyroidectomie operatie (eigenlijk alleen van belang als zowel rechts als links wordt geopereerd) bijschildkliertjes zijn beschadigd of verwijderd, kan er een tekort aan het bijschildklierhormoon ontstaan (bij ongeveer 8% van de operaties). Dit tekort is soms merkbaar aan tintelingen in uw vingertoppen en/of spierkrampen. Deze symptomen zijn goed te bestrijden met kalktabletten en vitamine-D-preparaten. Heel soms is het nodig dat tijdelijk de kalk via een infuus wordt gegeven. Hiervoor zult u langer opgenomen blijven. 3-4 883 Tekort aan schildklierhormoon Als de helft van uw schildklier is verwijderd, is er een kans van 3% dat de rest van de schildklier te weinig schildklierhormoon produceert. Tijdens de controle op de polikliek na uw operatie zal er dan ook bloedonderzoek plaatsvinden. Als het schilklierhormoon te laag is, zult u schildklierhormoon krijgen. Na een totale verwijdering zult u altijd schildklierhormoon krijgen. Afhankelijk van de indicatie voor de operatie zal dit kort na de operatie gestart worden of enkele weken. Deze medicatie kan leiden tot snelle vermoeidheid, traagheid, kouwelijkheid, constipatie, droge huid, haaruitval, opgezwollen oogleden of een dikke tong. Uw chirurg of internist controleert hoeveel schildklierhormoon u na de operatie nog produceert. Afhankelijk daarvan schrijft hij tabletten schildklierhormoon voor. Het tekort wordt hiermee aangevuld, waardoor de symptomen meestal snel na de start van de medicatie verdwijnen. Deze medicijnen moet u meestal uw verdere leven blijven slikken. Ontslag uit het ziekenhuis Als u goed herstelt, mag u één of twee dagen na de operatie weer naar huis. U kunt dat niet alleen, dus is het noodzakelijk dat u van tevoren voor vervoer en begeleiding zorgt. Bij uw vertrek krijgt u een afspraak voor controle bij de chirurg mee. De hechtingen van de operatie lossen vaak vanzelf op. Zijn ze niet oplosbaar, dan verwijdert de arts ze na 10 dagen op de polikliniek. In de meeste gevallen kunt u uw dagelijkse werkzaamheden één of twee weken nadat u uit het ziekenhuis bent gekomen, hervatten. AMC patiënten die in het Flevoziekenhuis worden geopereerd, komen in principe terug voor controle op de polikliniek van het AMC. Ter informatie Het Flevoziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Dit betekent in de praktijk dat (een deel van) de operatie door een chirurg in opleiding onder supervisie van de chirurg kan worden uitgevoerd. Nog vragen? Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, stelt u die dan gerust aan de chirurg of verpleegkundige. Polikliniek Chirurgie Flevoziekenhuis: (036) 868 8701 Polikliniek Chirurgie AMC: (020) 566 2714 Het telefoonnummer van uw casemanagers (Angelica van Sloten en Mariska Bibo) is: (036) 868 98 67. 4-4