Magnetisme Soorten: natuurlijke en kunstmatige magneten. Vorm soorten: staaf, naald, hoefmagneet, cilindervormig (tekening op blz 9). Neutraal vlak is:…………….. Poolas is:………………….. De polen zijn ………………….. Gelijknamige en ongelijknamige polen (kenmerk) ……………………………….. Doorlaatbaarheid voor magnetische velden van een stof: Eenheid: H/m = o x r o = 410-7 H/m absolute permeabiliteit. r : relatieve permeabiliteit, voor lucht en lucht ledig is dit = 1. Veldsterkte (H): Eenheid: A/m Fig 217 en 223. Kenmerken en eigenschappen: blz 16 punt C. Veldlijnen tekenen zie figuren 224 tot en met 229. Magnetische flux () Eenheid: weber of Wb Definitie blz 17: Dat de totale ……………………………. binnentreden. Uniform veld: …………………………………………. Inductie of magnetische fluxdichtheid (B): Eenheid: Wb/m² De flux per oppervlakte éénheid. B=/A A= oppervlakte in m². Formules: =BxA B = x H = o x r x H Oefeningen: Elektromagnetisme Proef van Oersted Omschrijving: Een stroomvoerende geleider veroorzaakt een magnetisch veld eromheen, concentrische cirkels. Zin van het magnetisch veld bepalen door regel van de kurkentrekker (rechterhand). Fig 249 en 250 I Waarde van de veldsterkte: H =(A/m) I in A r in meter 2. .r Magnetisch veld in een spoel of solenoïde: Definitie solenoïde: Bepalen van de richting van de veldlijnen m.b.v. kurkentrekker regel, rechterhandregel Fig: 256 en 257 Omschrijving rechterhandregel: Waarde van de veldsterkte (in het midden van de solenoïde): H NI N windingen I in A d ² l² Als l>>d mag je d laten vallen, als d>>l mag je l laten vallen. Oefnigen Electrodynamische Krachten d en l in meter