Nieuw Ensemble Persbericht Amsterdam 26 april 2010 Nieuw Ensemble speelt twee wereldpremières in Muziekgebouw aan ’t IJ Op donderdagavond 13 mei speelt het Nieuw Ensemble met chef-dirigent Ed Spanjaard in het Amsterdamse Muziekgebouw aan ’t IJ een programma met twee wereldpremières. Van de Vlaamse componist Wim Henderickx wordt Mudra ten doop gehouden, dat is geïnspireerd door oosterse mystiek. Met de Amerikaanse violiste Jennifer Koh, winnares van het Tsjaikovski Concours in Moskou, geeft het ensemble de primeur van Klas Torstenssons nieuwe vioolconcert. Voorafgaand aan zowel Mudra als aan het vioolconcert klinken Anton Weberns Fünf Stücke für Orchester, opus 10. De Vlaamse componist Wim Henderickx krijgt in binnen- en buitenland steeds meer erkenning voor zijn geavanceerde, maar ook verrassend toegankelijke muziek. Hij laat zich graag inspireren door oosterse filosofie en mystiek en noemde zich in een interview “een oosterling verdwaald in het Westen.” Mudra is het slotdeel van zijn zevendelige Tantric Cycle. Mudra’s zijn de handhoudingen die in het Hindoeïsme en Boeddhisme een symbolische betekenis hebben, bijvoorbeeld bij Boeddhabeelden en Balinese danseressen. Binnen het tantrisme, een mystieke stroming, drukken ze verschillende energieën en staten van bewustzijn uit. Dit inspireerde Wim Henderickx tot een veelkleurige compositie die bestaat uit zeventien delen, waarin elk deel een eigen klankwereld en tempo heeft. De Zweedse componist Klas Torstensson, sinds 1973 werkzaam in Nederland, geldt als een van de meest vooraanstaande en origineelste componisten in ons land. Het vioolconcert, Torstenssons eerste soloconcert, heeft als ondertitel “Zelfportret met viool” en is deels geïnspireerd door Zweedse volksmuziek. In het concert krijgt niet alleen de soloviool, maar ook het slagwerk een centrale rol. Torstensson componeerde een contrastrijk werk, waarin, aldus de componist, “Wroeten in de aarde, maar ook fragiele, hemelse klanken” te horen zijn. De Amerikaans/Koreaanse violiste Jennifer Koh won in 1994 het Tsjaikovski Concours in Moskou. Sindsdien treedt zij wereldwijd op met vooraanstaande symfonieorkesten. Zij is veelzijdig en wordt zowel geprezen voor haar vertolkingen van modern repertoire, als voor haar visie op Bach en de grote romantische soloconcerten. Haar laatste cd is genomineerd voor een Grammy Award. Amsterdam, Muziekgebouw aan ’t IJ, Donderdag 13 mei 2010, 20.15 uur Nieuw Ensemble o.l.v. Ed Spanjaard, Jennifer Koh (viool). Wim Henderickx: Mudra, slotdeel van Tantric Cycle (wereldpremière); Klas Torstensson: Vioolconcert (2010) (wereldpremière); Anton Webern: Fünf Stücke für Orchester, opus 10. Toegangsprijs: € 23,– / CJP: € 18,–. Kaarten zijn te koop bij de kassa (020 788 2000) of via de website van het Muziekgebouw aan ’t IJ: www.muziekgebouw.nl. Voor de redactie Wim Henderickx, Klas Torstensson, Jennifer Koh en Ed Spanjaard zijn beschikbaar voor interviews. Neem voor interviewafspraken, perskaarten voor het concert, persfoto’s of geluidsmateriaal contact op met Dimitri van der Werf ([email protected] / 06 – 4935 26 16) of Lucas Wiegerink ([email protected] / 020 – 519 18 80) Biografie Wim Henderickx Wim Henderickx (°1962) studeerde compositie (bij Willem Kersters) en percussie aan het Conservatorium van Antwerpen. Hij nam verschillende malen deel aan de Internationale Ferienkurse für Neue Musik in Darmstadt en volgde sonologiestudies aan het IRCAM Parijs en het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Hij doceert compositie en muziekanalyse aan de Conservatoria van Antwerpen en Amsterdam. Jaarlijks organiseert Musica een compositiestage voor jongeren met Wim Henderickx als hoofddocent. Sinds enkele jaren is hij huiscomponist bij Muziektheater Transparant. Wim Henderickx componeerde zowel kamermuziek, orkestwerken als opera (uitgegeven bij CeBeDeM, Brussel). Zijn werk wordt bekroond in binnen- en buitenland; hij ontving o.a. de Jeugd- en Muziekprijs Vlaanderen, de Compositieprijs voor Hedendaagse Muziek in Quebec (Canada), de driejaarlijkse prijs Eugène Baie I (1999) van de Provincie Antwerpen voor een talentvol Vlaams kunstenaar en hij werd in 2002 Laureaat van de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor de Klasse Kunsten. In 2006 werd hij door minister Anciaux genomineerd voor de Cultuurprijs Vlaanderen 2006 in de Klasse Muziek. Zijn partituren worden gekenmerkt door een solide bouw, wisselende klankkleuren en een intense expressiekracht. Buitenmuzikale impulsen stimuleren zijn componeren. Veel inspiratie vindt hij in oosterse filosofie, al sinds zijn vroegere werken, zoals Mysterium (1989) voor 10 blazers, Om (1992) voor strijkkwartet en Dawn (op tekst van Kahlil Gibran) (1992) voor mezzosopraan en ensemble. Op cd verschenen de 3 Raga’s (bij Megadisc) uitgevoerd door de Filharmonie, onder leiding van Grant Llewellyn ; Raga I (1994) voor percussie en orkest, Raga II (1995) voor orkest en Raga III (1995) voor altviool en orkest. De opera Triumph of Spirit over Matter (2000), geschreven in opdracht van Muziektheater Transparant, ging in première in de Muntschouwburg (Brussel) en was te zien tijdens een tournee door België en Nederland. Achilleus (een opera voor jongeren) ging in première in 2003 bij de Vlaamse Opera in Antwerpen en werd vertaald in het Deens en meerdere keren opgevoerd in de Opera van Kopenhagen in 2006. In 2006 gingen de muziektheaterproducties Een totale Entfuhrung (in samenwerking met Ramsey Nasr) en Olek schoot een beer... (in samenwerking met Bart Moeyaert) op tournee door Vlaanderen en Nederland. Olek tourde in 2009-2010 door Nederland en Vlaanderen in een nieuwe enscenering (I Solisti del Vento en Theater Taptoe). In 2007 schreef Wim Henderickx Canzone voor stem en piano in opdracht van de Internationale Muziekwedstrijd Koningin Elisabeth Van België, voor de halve finales van de editie 2008. Tussen 2004 en 2010 werkte Wim Henderickx aan zijn Tantric Cycle, een zevendelige compositiereeks met het Oosten als inspiratiebron. The Seven Chakras (2004) voor strijkkwartet, Nada Brahma (2005) voor sopraan, ensemble en elektronica en Maya’s Dream (2005) voor hobo en ensemble waren de drie eerste werken in deze cyclus. Void/Sunyata voor 5 zangers, ensemble en elektronica (2007) werd opgevoerd op internationale podia (Zürich, Antwerpen, Stavanger, Brugge, Zwolle en Rotterdam), telkens met Wim Henderickx als dirigent. Disappearing in Light (2008) voor mezzo, altfluit, altviool en percussie, Tejas (What does the sound of the universe look like?) (2009) voor orkest en Mudra (2010) voor ensemble voltooien deze cyclus. Mudra zal gecreëerd worden door het Nieuw Ensemble op 13 mei 2010 in het Muziekgebouw aan ‘t IJ in Amsterdam. Opdrachten voor 2011 zijn een symfonisch werk voor percussie en orkest (Vro) en een nieuwe opera in opdracht van Muziektheater Transparant, het HermesEnsemble en de Veenfabriek. Confrontations voor Afrikaanse en westerse percussie (2003) is geregeld te horen op podia in binnen- en buitenland. De cd Confrontations, met Gert François en Adama Dramé werd uitgebracht door het Wereldculturencentrum Zuiderpershuis. De cd In Deep Silence, Modern Guitar Music met twee werken voor gitaar van Wim Henderickx, In Deep Silence I en Saeta, met Raphaëlla Smits als soliste, verscheen op het label Accent. www.wimhenderickx.com Toelichting Mudra Mudra voor ensemble (fluit, hobo, klarinet, mandoline, gitaar, harp, piano, viool, altviool, cello, contrabas en percussie) is het zevende en laatste deel van de Tantric Cycle, een compositiereeks geïnspireerd door oosterse filosofie. Het werd geschreven in 2009-2010 in opdracht van het Nieuw Ensemble en Muziekgebouw aan ’t IJ in Amsterdam en is geïnspireerd op de handposities (mudra’s) die in het Oosten bekend zijn in het Boeddhisme en het Hindoeïsme. 11 Mudra’s (uitdrukkingen van bescherming, verlichting, devotie,…) worden niet programmatisch maar overschouwend behandeld. In het Tantrisme drukt een mudra de vorm uit van een devata (een godheid), een kwaliteit of een staat van bewustzijn. De verhoudingen tussen microkosmos en macrokosmos worden muzikaal geschetst, zowel in de grote vorm als in de kleine muzikale frase. Typerend in Mudra is de confrontatie tussen getemperde en microtonale stemming en het heterofone gebruik van de blazers. Het werk bezit een ritueel karakter met een duidelijk onderbouwde muzikale grondslag. De compositie bestaat uit 17 delen en 3 interludes. Elk onderdeel heeft een eigen klankwereld, tempo en tijdsorganisatie. Als melodisch en harmonisch materiaal werd gebruikt gemaakt van de ‘tantric mode’, die de basis vormt van de volledige Tantric Cycle. In Mudra versmelten de klank (mantra), de vorm (yantra) en de beweging (mudra). Mudra gaat enerzijds over energie en anderzijds over een staat van bewustzijn. Twee muzikale onderdelen (Lotus en Om) staan centraal in de compositie. Lotus bevindt zich op de gulden snede van het werk waarin het melodisch karakter primeert, tijd en metrum worden hier vrij behandeld. Om (refererend naar de Boeddhistische klank) – als de conclusie van de compositie en ook van de ganse cyclus – lost op in ruis bij de strijkers, terwijl de blazers van achteraan het podium een etnisch getinte melodie vertolken. In de opstelling van het ensemble wordt een onderscheid gemaakt tussen tokkelinstrumenten (in het midden), strijkinstrumenten en houtblazers (aan de buitenkanten) en resonerende instrumenten; piano, harp en percussie (achteraan). Hier was de Shri Yantra (geometrische figuur die de leidraad vormt voor meditatie en ontwikkeling van het bewustzijn) de inspiratiebron. Wim Henderickx Indeling Mudra Devotion Offering (I, II) Teaching Discussion (I, II, III) Knowledge (I, II) Interlude 1 Lotus Interlude 2 Meditation Enlightment (I, II) Protection (I, II) Healing Interlude 3 Om Biografie Klas Torstensson De Zweeds-Nederlandse componist Klas Torstensson (1951) woont en werkt sinds 1973 in Nederland. Zijn composities worden uitgevoerd door orkesten, ensembles en solisten over de hele wereld. Torstenssons muziek was te horen op de meeste belangrijke festivals voor nieuwe muziek in Europa. Hij was gastcomponist op festivals als Stockholm New Music 1999 (samen met Mauricio Kagel en György Kurtág), Time of Music 2001, Viitasaari (Finland) en Montréal-Nouvelles-Musiques 2003 (Canada). In 1991 kreeg Torstensson de Matthijs Vermeulenprijs, de belangrijkste compositieprijs van Nederland, in 1999 het Zweedse equivalent: Stora Christ Johnson Priset van de Zweedse Kungliga Musikaliska Akademien. Van 1994 tot 1999 componeerde Torstensson De Expeditie, voor solisten, orkest en (live-)elektronica. Deze opera, met een zelfgeschreven libretto, beleefde zijn concertante wereldpremière o.l.v. Peter Eötvös tijdens het Holland Festival van 1999 in het Amsterdamse Concertgebouw. Hierna volgden enthousiast ontvangen uitvoeringen in Duitsland, Zweden en Noorwegen. In april 2006 werd De Expeditie genomineerd voor de prestigieuze Nordic Council Music Prize 2006. Van 1999 tot 2002 componeerde Torstensson Lantern Lectures, Volumes IIV, een avondvullende cyclus voor groot ensemble, een gezamenlijke opdracht van Le Nouvel Ensemble Modern (Montréal), het ASKO Ensemble (Amsterdam), KammarensembleN (Stockholm), Klangforum Wien en Oslo Sinfonietta. Nadien is Lantern Lectures meer dan 25 keer uitgevoerd door ensembles binnen en buiten Europa. In oktober 2004 gaven Charlotte Riedijk en het Osiris Piano Trio in het Concertgebouw de première van In großer Sehnsucht, een liederencyclus op teksten van vijf ‘tragische’ vrouwen: Camille Claudel, Frida Kahlo, Cristina di Svezia, Rosa Luxemburg en Louise Michel. Ook in het seizoen 2006/2007 was de cyclus te horen, onder andere tijdens een tournee door Zweden en als muziektheaterproductie tijdens de Rotterdamse Operadagen (Onafhankelijk Toneel Opera). In mei 2006 speelden Peppie Wiersma en het Asko Ensemble tijdens de Wittener Tage für neue Kammermusik de première van Self-portrait with Percussion (Lantern Lecture, Volume V) voor slagwerk en groot ensemble. Torstensson werkt momenteel aan A Cycle of the North, een vierluik voor orkest. De eerste aflevering, Fastlandet, geschreven in opdracht van de ZaterdagMatinee, werd op 6 oktober 2007 in het Concertgebouw uitgevoerd door het Radio Filharmonisch Orkest o.l.v. Jaap van Zweden als openingswerk van de serie Sibelius en de Nieuwe Muziek. De tweede aflevering Polarhavet is geschreven in opdracht van het Sveriges Radios Symfoniorkester/Berwaldhallen (Stockholm) en het Stavanger Symfoniorkester (Noorwegen). Dit werk beleefde zijn première in augustus 2008 tijdens het Baltic Sea Festival in Stockholm. Het Koninklijk Filharmonisch Orkest van Stockholm en het Brabants Orkest hebben de opdracht gegeven voor de derde aflevering van A cycle of the North; de première vindt plaats in het seizoen 2010-2011. De meeste composities van Torstensson zijn verkrijgbaar op cd. www.klastorstensson.nl Toelichting Vioolconcert (2010) Ondertitel: ‘Zelfportret met viool’ – Concert in drie delen voor viool en groot ensemble Geschreven voor en opgedragen aan Jennifer Koh en het Nieuw Ensemble, met financiële ondersteuning van het Fonds Podiumkunsten Van zwartwit naar grijs naar kleur – en terug Lyrische passages tegenover ruige glissandi – als krassen op een gepolijste oppervlakte. Monolithische blokken naast melodieën die in de verte doen denken aan Zweedse volksmuziek – of laat mijn geheugen mij in de steek? Wroeten in de aarde, maar ook: fragiele, hemelse klanken. De nu en dan opvlammende, glinsterende arpeggioakkoorden zijn bedoeld als hommage aan het Nieuw Ensemble en haar zo kenmerkende bezetting (en repertoire), met – naast blazers en slagwerk – de snaarinstrumenten mandoline, gitaar, harp, piano (in dit stuk: synthesizer), viool, altviool, cello en contrabas. Het tweede deel is gebaseerd op het centrale lied Le dolci parole uit mijn liedcyclus In grosser Sehnsucht uit 2004. Ook hierin speelt de Zweedse volksmuziek een (bescheiden) rol: vooral in het begin en het einde van het deel is dit duidelijk te horen. Als schakels tussen de melodiefragmenten laat de solist veelvuldig bariolage-passages horen: een snelle afwisseling van een en dezelfde toon op verschillende snaren. Het laatste deel, dat begint met een cadenza-achtige solo, lijkt eerder van de andere kant van de wereld te komen. De viool doet in veel opzichten denken aan een fiddle, o.a. door het – ook in de akkoorden – veelvuldige gebruik van open snaren. De snelle, repeterende loopjes in dit deel grijpen weer terug naar het begin. In het vioolconcert als geheel speelt het slagwerk een prominente rol: als aanjager, als begeleider, als sparring-partner. Zodoende worden hier de twee hoofdrolspelers uit mijn beide ‘zelfportret-stukken’ (het andere is Self-portrait with percussion uit 2006) samen ten tonele gevoerd. Klas Torstensson Biografie Nieuw Ensemble Het Nieuw Ensemble heeft zich onder leiding van dirigent Ed Spanjaard tot een internationaal toonaangevend ensemble voor hedendaagse muziek ontwikkeld. De groep heeft een geheel eigen repertoire opgebouwd van ongeveer vijfhonderd in opdracht geschreven stukken. Geprezen om zijn baanbrekend werk op het gebied van programmering- en repertoirevernieuwing onderneemt het NE een grote diversiteit aan activiteiten en geeft het per jaar veertig tot vijftig concerten in de gehele wereld. In 1998 werden het Nieuw Ensemble en artistiek leider Joël Bons onderscheiden met de Prins Bernhard Cultuurfonds Muziekprijs vanwege de ‘uitgesproken avontuurlijke en speelse programmering die letterlijk en figuurlijk als grensoverschrijdend kan worden betiteld’. Het ensemble introduceerde een groot aantal niet-westerse componisten. In premièreprogramma’s stonden het Midden-Oosten en Midden- en ZuidAmerika centraal. Groot succes oogstten de concertseries Nieuwe Muziek uit China in 1991 en 1992. Als vervolg daarop bracht het Nieuw Ensemble diverse Chinese opera’s in première: Wolvendorp, Night Banquet en Fengyiting (Guo Wenjing) en The death of Oedipus en Life on a String (Qu Xiaosong). In het voorjaar van 1997 vond een tournee naar China plaats en in 2008 keerde het ensemble terug in Beijing. In april 2010 gaven zij concerten in Hong Kong en Shanghai (wereldtentoonstelling). Het Nieuw Ensemble werkte nauw samen met componisten als Boulez, Carter, Donatoni, Ferneyhough, Kagel, Ton de Leeuw, Ligeti en Kurtág. De groep initieerde thematische festivals zoals Complexity? (1991), Regels & Spel (1995), Improvisaties (1996), het Tokkelfestival (1998) met westerse- en niet-westerse muziek, Het Verfijnde Oor (2002-3) over stemmingen en microtonen, Bezielde Tijd (2004-5) over ritme, OpenMusic (2005-6) over computer aided composition en Orientations (2006-7) over westerse en nietwesterse instrumenten. Op cd is het Nieuw Ensemble te beluisteren met muziek van Carter, Donatoni, Ferneyhough, Gerhard, Guo Wenjing, Heppener, Kagel, Loevendie, Poulenc, De Raaff, Tsoupaki en Chinese componisten. Samen met cineast Frank Scheffer maakte het NE een documentaire over Boulez’ Eclat en met Eline Flipse De Oogst van de Stilte over Chinese componisten. Als ensemble in residence bij het Conservatorium van Amsterdam organiseert het Nieuw Ensemble jaarlijks een educatief componistenpracticum met jonge compositiestudenten van diverse conservatoria. Sinds 2002 participeert het Nieuw Ensemble in het Atlas Ensemble. Biografie Ed Spanjaard Ed Spanjaard (1948) werd geboren in Haarlem. Hij kreeg zijn muzikale opleiding (piano en directie) in Amsterdam en Londen en werkte vanaf 1973 als repetitor en assistent-dirigent in het Royal Opera House Covent Garden (onder meer met Colin Davis), bij de Glyndebourne Festival Opera, het Koninklijk Concertgebouworkest (toen nog geleid door Bernard Haitink) en bij Leonard Bernstein en Herbert von Karajan. Daarnaast assisteerde hij enige jaren in Bayreuth, waar hij in 1983 betrokken was bij de voorbereiding van een nieuwe enscenering van Wagners Ring des Nibelungen gedirigeerd door Georg Solti. In 2001 maakte hij met opmerkelijk succes zijn officiële debuut bij het Concertgebouworkest, dat hem sindsdien regelmatig heeft teruggevraagd. Als pianist heeft hij zich gespecialiseerd als liedbegeleider. In het verleden werkte hij samen met Elisabeth Söderström, Frederica von Stade en Elly Ameling. Recenter trad hij op met Charlotte Margiono en Miranda van Kralingen. In mei 2008 was hij bij zijn “eigen” orkest in Maastricht solist in Mozarts Pianoconcert KV 488 met Jaap van Zweden als dirigent. Met het Nieuw Ensemble gaf hij talrijke (wereld)premières, waaronder de kameropera’s Wolvendorp en Night Banquet van Guo Wenjing, een nieuwe productie van Der Kaiser von Atlantis van Viktor Ullmann, Een Ziel van Hout van Robert Heppener (Holland Festival 1998) en Alfred, Alfred van Franco Donatoni. Op initiatief van het Nieuw Ensemble en Ed Spanjaard werd het Atlas Ensemble opgericht met muzikanten uit alle windstreken – Oost en West. In 2002 werden door deze groep in Berlijn de premières gegeven van Seyir van Theo Loevendie en The waters flow their way van Fabio Nieder. Als operadirigent is Ed Spanjaard werkzaam geweest bij De Nederlandse Opera, de Opéra National de Lyon, de Nationale Reisopera, Opera Zuid en “Opera in Ahoy” in Rotterdam, waar hij een aantal grootschalige producties leidde. Bovendien trad hij op bij de Vancouver Opera en de Frankfurter Oper. Hij introduceerde Wolvendorp ook in Parijs en New York, in 2007 in Central City (Colorado) gevolgd door de wereldpremière van een nieuwe opera van Guo Wenjing: Poet Li Bai. Met het Limburgs Symfonie Orkest voerde hij september 2007 zowel de Symfonie nr. 1 van Mahler als de Symfonie nr. 9 van Bruckner uit. In november/december 2007 stond met hetzelfde orkest Puccini’s drieluik Il Trittico (Il Tabarro, Suor Angelica en Gianni Schicchi) op het programma bij Opera Zuid. Begin 2008 leidde hij de wereldpremière van Snow White van Micha Hamel bij de Nationale Reisopera. In november 2008 werd met de première van de opera Hotel de Peking van Willem Jeths het nieuwe theater in Enschede ingewijd. In september 2009 dirigeerde hij Das Rheingold, de eerste aflevering van Wagners vierluik Der Ring des Nibelungen. De jaren daarna wordt de complete Ring (voor het eerst) door de Nationale Reisopera op het repertoire genomen met Ed Spanjaard als dirigent. Biografie Jennifer Koh De violiste Jennifer Koh betovert haar publiek met de intensiteit van haar spel en de manier waarop zij virtuositeit combineert met een scherp intellect. De New York Times schreef: “Jennifer Koh’s violin recitals are consistently pleasing, not only because she is in command of a strong technique and a rich arsenal of tone, but also because she builds her programs thoughtfully, with a sensible balance of contemporary works and standard repertory.” Onlangs kreeg haar cd String Poetic (met werken van Jennifer Higdon, John Adams, Lou Harrison en Carl Ruggles) op het label Cedille een nominatie voor een Grammy Award. Hoogtepunten in het seizoen 2009-2010 zijn optredens met de New Jersey Symphony, de National Symphony of Washington D.C. en New World Symphony. Zij maakt haar debuut in de Londen Proms met de BBC Symphony onder leiding van Jiri Belohlávek in de première van Augusta Read Thomas’ vioolconcert Juggler in Paradise. Ook treedt zij op met het BBC Scottish Orchestra en het Philharmonisch Orkest van Dresden. In Amsterdam speelt zij met het Nieuw Ensemble de première van het voor haar geschreven nieuwe vioolconcert van Klas Torstensson. Om de 325ste geboortedag van Bach te herdenken geeft zij drie recitals met als titel Bach and Beyond. Daarin combineert zij Bachs zes sonates en partita’s voor solo viool met nieuwe opdrachtwerken. In November 2008 debuteerde Jennifer Koh met het orkest van het Mariinsky Theater en Valery Gergiev in de Russische première van Ligeti’s vioolconcert. Nadat zij in 1994 het Tsjaikovksi Concours in Moskou had gewonnen, heeft zij opgetreden met vele grote orkesten, zoals de New York Philharmonic, de Los Angeles Philharmonic, het Cleveland Orchestra, het Philadelphia Orchestra, de Baltimore Symphony, de Chicago Symphony, de Houston Symphony, het Tsjechisch Philharmonisch Orkest, de BBC London Symphony, de BBC Scottish Symphony, het BBC National Orchestra of Wales, het Helsinki Philharmonisch Orkest, de Lahti Symphony en de Singapore Symphony. Jennifer Koh speelt recitals in prestigieuze zalen en festivals als Carnegie Hall, The Kennedy Center, The Kimmel Center in Philadelphia, Marlboro, Wolf Trap, Spoleto, en het Festival International de Lanaudiere in Canada. Geregeld brengt zij cd’s uit op het label Cedille. Naast haar recentste cd String Poetic, heeft zij Schumanns complete vioolsonates opgenomen en werken van Bach, Schubert, Schoenberg en Ornette Coleman. Met het Grant Park Orchestra en dirigent Carlos Kalmar nam zij vioolconcerten van Szymanowski en Martinu op. Jennifer Koh voelt zich zeer betrokken bij muziekeducatie en nam zeven jaar geleden het initiatief voor het innovatieve Music Messenger Outreach Program, waarin zij kinderen door de gehele Verenigde Staten met klassieke muziek in contact brengt. Zij verklaarde: “Music is a visceral experience which can create a positive outlet for emotions and a place for inner expression that is more compelling than time spent in front of the television or at a mall.” Zij is ook lid van de Board of Directors of the National Foundation for the Advancement for the Arts, dat beurzen verstrekt aan kunststudenten. Jennifer Koh is geboren in Chicago en heeft Koreaanse ouders. Zij studeerde aan het Oberlin College en het Curtis Institute, waar zij intensief werkte met Jaime Laredo en Felix Galimir. Momenteel woont zij in New York. Jennifer Koh speelt op de Ex Grumiaux Ex General DuPont Stradivari viool uit 1727, een bruikleen van een genereuze privésponsor.