Hoofdstuk 24 Pijnsyndromen

advertisement
Inhoud
Tabel 1. Oorzaken lokale pijnsyndromen
Tabel 2. Bursitiden met specifieke kenmerken
Tabel 3. Typische gelokaliseerde enthesopathieën/enthesitiden
Tabel 4. Voornaamste zenuw entrapment syndromen
Tabel 5. Oorzaken of aandoeningen geassocieerd met van het carpaal
tunnelsyndroom
1
Tabel 1. Oorzaken lokale pijnsyndromen.
Structuren
Weke delen (nociceptieve) pijn
Neuropathische pijn
Gewrichtskapsel
Zenuw
Ligament
Radix
Spier
Centraal zenuwstelsel
Vasculaire component
Pees
Peesschede
Bursa
Enthesis
Synovium
Periost
Oorzaken
Weke delen aandoeningen
Zenuw
Tendinitis
Entrapment
Tendinopathie
Neuritis
Enthesitis
Polyneuropathie
Enthesopathie
Radix
Tenosynovitis
Discus hernia
Bursitis
Spinale osteoartrose
Capsulitis
Radiculitis
Spierkramp
Centraal zenuwstelsel
Spieroverbelasting
Vasculaire ziekten
Myopathie
Syringomyelie
Myelitis
Myelumcompressie
2
Tabel 2. Bursitiden met specifieke kenmerken.
Naam
Kenmerk
Bursitis subacromialis
De meest voorkomend bursitis. Zie hiervoor paragraaf
schouderaandoeningen
Gelegen aan de dorsale zijde van de elleboog. De pijnklachten
zijn over het algemeen gering en de functie van de elleboog is
ongestoord
Een dieper gelegen ontsteking van een van de bursae rond de
trochanter major femoris. Ontstaat meestal sluipend en wordt
slechts bij een kwart van de gevallen voorafgegaan door een
trauma. De pijn neemt toe bij lokale druk en bij exorotatie van de
heup of abductie van het been tegen weerstand. Er zijn geen
pijnklachten bij flexie of extensie van de heup. Soms wordt
hierbij een “snapping hip” gezien, een knappend gevoel door het
afglijden van de tractus iliotibialis over de trochanter major.
Gelegen tussen iliopsoas en ligamentum inguinale. De pijn
straalt uit in de lies en tot de knie. Bij lopen is er een verkorte
paslengte ter voorkoming van hyperextensie van de heup. Bij
onderzoek bestaan drukpijn onder het ligamentum inguinale,
lateraal van de arteria femoralis, en pijn bij hyperextensie van
de heup
Gelegen tussen de musculus gluteus maximus en de
tuberositas ischii, ten gevolge van het lang zitten op een hard
oppervlak (weaver’s bottom)
Subcutaan gelegen en veroorzaakt door knielen of op de knieën
kruipen (nonnen- of keukenmeidenknie). Deze bursitis kan
vaker septisch zijn
Gelegen bij de mediale zijde van de proximale tibia en vooral
pijnlijk bij het bestijgen van de trap
Gelegen tussen de insertie van de achillespees en de
calcaneus, optredend bij sporters en door strakke schoenen
Gelegen bij de aanhechting van de fascia plantaris aan de
calcaneus
Pijnlijke bursitis gelegen aan de mediale zijde van het kopje van
MTP I, meestal bij een hallux valgus
Een minder frequent voorkomende bursitis van twee of drie
bursae gelegen tussen de musculus serratus anterior,
subscapularis of serratus anterior en de laterale thoraxwand
Bursitis olecrani
Bursitis trochanterica
Bursitis iliopectinea
Bursitis ischiatica
Bursitis pre- en infrapatellaris
Bursitis anserina
Bursitis retrocalcanea
Bursitis calcanea
Bunion
Snapping scapula
3
Tabel 3. Typische gelokaliseerde enthesopathieën/enthesitiden.
Naam enthesopathie
Betrokken structuur
Plaats aanhechting
Epicondylitis lateralis
Extensor carpi radialis
Epicondylus lateralis humerus
(tenniselleboog)
longus en brevis
Epicondylitis medialis
Flexor carpi ulnaris en flexor Epicondylus medialis
(golferselleboog)
digitorum superficialis (caput humerus
humerale)
Trochanter enthesopathie
Gluteus medius en minimus
Trochanter major femoris
Achillespees enthesopathie
Achillespees
Calcaneus
Fascia plantaris enthesopathie Fascia plantaris
Calcaneus
Apexitis patellaris (Jumper’s
Ligamentum patellae (knie-
Tuberositas tibiae
knee)
extensoren)
4
Tabel 4. Voornaamste zenuw entrapmentsyndromen
Aangedane zenuw
Gebruikelijke naam
Lokatie entrapment
Kliniek
N medianus
Carpale tunnel
Palmaire zijde pols, ligamentum
Tintelingen in de dig. I tot en met IV. Toename van de klachten ’s
transversale
nachts en bij dragen van zware voorwerpen. Sensibiliteitsverlies
handpalm, ulnaire zijde van de duim, dig. II, III en radiale zijde IV,
zwakke abductie en oppositie van de duim, atrofie thenar
N ulnaris
- Mediale condylus elleboog
Paresthesieën, doofheid en soms pijn ulnaire zijde dig. IV en V
- Ulnaire tunnel pols [kanaal Guyon]
- Os hamatum [ niet sensibele tak]
Plexus brachialis
Thoracic outlet
- Cervicale rib (aangeboren)
Houdingsafhankelijke klachten. Uitstralende pijn en paresthesieën
- Fibreuze vergroting processus
in schouder, onderarm en hand. Soms gepaard gaand met
transversus 7de cervicale rib
spierzwakte [Indien compressie van de arteria subclavia, ook
(aangeboren)
vasculaire symptomen]
- Compressie onder musculus scalenus
anterior
N peroneus communis
Proximale fibula
Pijn kan aanwezig zijn in laterale deel van het onderbeen en het
dorsum van de voet. Dropvoet.
N cutaneus femoris lateralis Meralgia paresthetica
Laterale zijde bovenbeen
Brandende paresthesieën voorzijde van het bovenbeen.
Verergering bij staan, lopen, zitten. Geen motorische uitval, dus
geen spieratrofie.
N tibialis posterior
Tarsaal tunnel
Tenosynovitis van de fibreuze tunnel
van de begeleidende pezen
Brandende pijn en doof gevoel in de tenen en de voetzool.
Uitlokbaar door geforceerde valgus van de enkel.
aan de mediale malleolus
Ni plantares communes
Neuralgie van Morton
Kop metatarsaal III en IV
Hevige pijn bij het gaan uitstralend in dig. III en IV en verdwijnend
na uittrekken schoen.
5
Tabel 5. Risicofactoren geassocieerd met van het carpale tunnelsyndroom
Risicofactor
Commentaar
Zeker een risicofactor
Geslacht
1 man op 4 tot 8 vrouwen
Leeftijd
Piekincidentie man: 45-54 jaar
Piekincidentie vrouw: 66-64 jaar
Overgewicht
Sterke risicofactor vooral als BMI>25
Mogelijk een risicofactor
Diabetes
Overgewicht als mogelijke confounder
Zwangerschap
Aanzienlijk deel van de klachten verdwijnt na de
zwangerschap
Bepaalde beroepen
Blootstelling armen of handen aan repeterend werk
of trillingen
Recente menopauze
Diabetes mellitus
Hypothyroïdie
Rheumatoïde artritis
Acromegalie
Amyloïdose
Uraat tophi
Benigne tumor
6
Download