10 De taal van de Bijbelse getallen

advertisement
13. De taal van de Bijbelse getallen.
Een letter kan in de bijbel worden gebruikt als een letter of als een getal. Een getal kan concreet zijn of
symbolisch. De cijfers in de bijbel zijn betekenisdragers, geen dragers van mystieke betekenissen.
Toch kregen sommige getallen gaandeweg een extra betekenis. Kennis van deze betekenis is
onontbeerlijk voor een goed begrip van de Hebreeuwse teksten.
1
1 staat voor God; zijn uniekheid en onverdeeldheid.
Mozes Sjma Israël ‘Hoor Israël de heer onze God, de heer is 1’
3
3 staat voor gezag, kracht, macht. Men bedoelt er niet de drie-eenheid mee.
3 wordt in de bijbel gebruikt om iets te benadrukken. Bv dat Petrus Jezus 3 maal zal verloochelen.
3 staat voor figuren. Abraham zat voor zijn tent en werd door 3 mannen bezocht, God en 2
boodschappers.
In Egypte was het getal 3 belangrijk. Egypte kende veel goden en ze deelden ze in groepen van 3.
In Israël werden de getallen niet gekoppeld aan planeten of goden.
4
In de kabbala staat 4 voor de 4 onderste sefirot van de kabbalistische boom. Zij vormen de driehoek
van het ego. 4, 40 of 400 betekent het begin van een nieuwe periode, een groeifase alvorens door te
kunnen breken in het hogere deel van dat gebied of rijk.
 40 staat voor 1 generatie.
 40 is de periode van een probleem, moeilijkheden, groei.
 40 dagen Jezus in de woestijn,
 40 dagen Mozes op de berg Sinai.
 40 jaar Mozes in Egypte
 40 jaar Mozes alleen in de woestijn bij Jethro
 40 jaar Mozes met de Israëlieten in de Sinaïwoestijn
 40 jaar de duur van de regeringen van Saul, David en Salomo
 Alle bewustzijnsaspecten gingen zich vermenigvuldigen. De Israëlieten groeiden en
vermenigvuldigden zich gedurende 430 jaar in Egypte.
 De Israëlieten bleven 400 jaar in Egypte
5








5 staat voor de 5 boeken van Mozes, de Thora. De 5 broden symboliseren de Thora.
5 openbaringen van God aan Israël; geestelijk voedsel.
Israëls tempels zijn in hun maten en getallen doorspekt van het getal 5. 5 pilaren van 5 el lang,
5 met elkaar verbonden tentkleden, de 5 el hoge voorhof, een 5 el hoge benedenverdieping, 5
el dikken muren, een 5 el hoge benedenverdieping, 5 el lange vleugels van de cherubim, links
en rechts staan elk 5 kandelaars, er staan 5 wasbekkens aan de ene en 5 aan de andere kant.
David heeft 5 gladde stenen om Goliat te verslaan.
David vraagt aan de priester 5 van de 12 tempelbroden voor hem en zijn gevolg.
5 dwaze en 5 wijze maagden
Jezus geeft eerst les aan 5 leerlingen
Er is een 1° brooduitdeling met 5 broden voor 5000 mannen gezeten in groepjes van 50. De 12
apostelen delen uit en verzamelen na afloop 12 volle manden. Bij de 2° brooduitdeling
wisselen de getallen. 7 broden worden verdeeld onder 4000 mensen. De 12 houden nadien 7
1
volle manden over. De 1° brooduitdeling gebeurde aan Joden in joods gebied; de 2° aan nietjoden in niet-joods gebied. 5 en 7 broden vormen samen Gods onderricht of openbaring, de 12
tempelbroden.
6
In de kabbala staat de 6 voor de 6 sefirot van Chesed tot Jesod. Deze 6 vormen het onderste deel van
de kabbalistische boom of van een rijk. Het onderste deel is volledig wanneer het wordt
samengebracht met malchoet en samen 7 vormt.


















6 symboliseert de mens zonder God of zijn zegen.
6 is gekoppeld aan iets negatiefs. ‘Het is nog niet’ Het moment van de ontmoeting is nog niet
gerealiseerd. Het betekent er nog niet zijn.
De 6° dag is de dag waarop de mens gemaakt wordt. Maar er is nog geen contact met God.
Zonder die 7° dag is het nog niet af. De 6 is een mens die zich nog niet op God heeft gericht.
6 is het getal van de mens die de stap naar de 7 nog niet heeft gemaakt.
6 is het symbool voor de mens die het zonder God gaat doen. Bv Goliath: ‘Ik ben hier
gekomen om de legermacht van de levende God van Israël te tarten. Het woord tarten wordt
5x gebruikt. Het wordt een conflict tussen de God van de Filistijnen versus de God van Israël.
David neemt 5 stenen. Het zijn de 5 boeken van Mozes of de Thora.
Goliath is 6 el groot. Het is 3m. Zijn lans heeft een punt van 600 sikkels ijzer.
Een andere reus van de Filistijnen heeft 6 vingers en 6 tenen.
In Babylon laat Abukadnessar een beeld van zichzelf oprichten van 60 el hoog en 6 el breed.
De Israëlieten verlaten Egypte met 600.000.
De Farao gaat met 600 wagens achter de 600.000 Joden aan.
De mens moet 6 dagen/week arbeiden.
Noach is 600 jaar wanneer de zondvloed er aan komt.
1 Samuel: 6000 soldaten van Filistijnen die Israël aanvallen. 6000 sikkels goud.
Farao Sisak 60.000 ruiters.
Openbaring 13:18 het getal 666 is het getal van het beest, antigoddelijke machten, de
antichrist.
Esra – 1 Koningen 14: Het volk moet elk jaar 666 talenten goud aan Koning Salomon betalen,
40 jaar lang. Salomon zit op een troon met 6 leeuwen links en 6 leeuwen rechts en 6 treden
hoog.
Alle mensen, 600.000 in totaal moesten meewerken aan de bouw.
6 staat voor iets in wording.
7
7 is het getal van volheid. De maat is vol. Het is rond. We hebben de ronde gedaan. 7 is de laatste. 8 is
een nieuw begin. 7 duidt op iets positief.
In de kabbala duidt 7 op de 7 onderste sefirot van Chesed tot Malchoet. Het vormt een afgesloten
geheel dat evenwel nog los staat van het hogere, nl de driehoek Keter, Chesed en Biena.








In Babylonië is het getal 7 belangrijk, de 7 gekende planeten. Het was belangrijk voor hun
kosmogonie.
7 volken (gaan het land binnen) koninkrijk van priesters
70 volkeren waar mee Israël in contact stond. Het zijn alle volkeren van de wereld nl de
Feniciërs, Filisteinen, Jordaniërs, enz...
Jesaja: 70 jaar in ballingschap
Jezus heeft naast zijn 12 apostelen ook 70 leerlingen. Hij zendt ze naar de niet-joden.
7 is een verkleingetal voor 70.
7 openbaringen van God aan de volkeren van de wereld.
7 dagen van de week
2




















7 dagen van het scheppingsverhaal. God rustte op de 7° dag en zegende die dag. Het wordt 3x
genoemd. (benadrukken)
7 dagen feest van zuurdesem
7 dagen Loofhuttenfeest
Pinksteren 7x7 weken na Pasen +1dag. Pinksteren is 50 dagen
Het 7° jaar moet het land braak liggen.
Boeren, Vee 6 jaar werken, het 7° jaar is het vrij
7x7=49. Het 50° jaar is een jubeljaar. Het land dat men kwijt was door schulden kreeg men
terug. Het land behoorde immers niet aan de mens maar aan God.
De 7° dag is een dag die tot de zegen leidt. Jozef gaat van de 1° tot de 6° dag 1x rond de stad
Jericho. De 7° dag gaat hij 7x rond de stad.
Mozes stelt 70 oudsten aan over Israël op de berg Sinai
Het sanhedrin bestaat uit 70 leden
Israël staat met de 7 buurvolkeren continu in contact.
Jacob trekt met 70 man naar Egypte
Juda dient 70 jaar in ballingschap bij de Babyloniërs
De Syrische moet zich van Elisa 7 keer onderdompelen in de Jordaan.
In het boek openbaringen wordt Jezus afgebeeld met in zijn trechterhand 7 sterren die 7
engelen symboliseren. Zij worden gestuurd naar 7 niet-joodse geloofsgemeenschappen die
door 7 kandelaren worden uitgebeeld.
In het 7° jaar worden slaven vrij gelaten en hun schulden kwijtgescholden.
Het 4° woord: Op de 7° dag zult gij rusten. 7 groepen worden genoemd die moeten rusten,
zoals je vrouw, je slaaf, je vee enz…
7° dag is een herinnering aan de bevrijding uit Egypte.
7 is geen heiligheid. Het is geen volmaaktheid, want dat woord bestaat niet in het Hebreeuws.
Het is een Grieks woord. De 7° dag is Gods weerspiegeling.
7 is de ontmoeting tussen God en Israël.
Verbond: Deuteronomium.
Als je het woord van God volgt zullen 7 zegeningen over je komen. Zoniet komen x-aantal vloeken
over je neer. Dan trekt God zijn bescherming weg en kunnen de 7 volkeren op het domein van Israël
komen. Dan is er rampspoed. Dan roept men God aan. Die kiest dan een redder, een richter die de 7
volkeren (Edomieten Amorieten, Moabieten enz…) weer uitdrijft. Er is dan rust tot de richter weer uit
beeld verdwijnt. Vb. Samuel was een richter. Hij had 2 zonen die hem opvolgden, maar niet in zijn
voetsporen liepen. Dan vroegen de 70 oudsten om een gewone aardse koning boven hen te kunnen
hebben. Samuel was boos. God zegde hoho, ze verwerpen mij. Het volk kreeg een nieuwe aardse
koning en het spel begon opnieuw.
Wij zitten nu in de 7° dag om de eenheid tussen het goddelijke en de materie te verwezenlijken. Het
zoeken naar de kern van het bestaan is een aspect van de 7° dag.
De 8° dag is het ontdekken van die kern. De 8° dag is de wereld na deze waarin alles op een hoger
niveau zal gaan trillen. Dit is de 5° dimensie. Daarom staan er in de Bijbel geen getalwaarden hoger
dan 400. 4 is de symbolische waarde van de 7° dag (materie).
6° dag = het bewustzijn rond het ego
7° dag = het verblijf in de woestijn = de transformatiefase
8° dag = het hemelse binnengaan = de besnedene van geest
10
In de kabbala staat 10 voor de 10 sefirot, een volledige boom of een volledig rijk.
 10 is alles wat met koningschap en koninkrijk te maken heeft; rijk der hemelen. Er zijn 4
rijken met telkens 10 sfirot.
 10 is het koninklijk getal.
 10 koningschap; positief.
 10 mannen voor een Joodse eredienst.
3











10 scheppingswoorden
10 woorden op de Sinai gegeven
10 plagen
Abraham bevrijdt zijn neef Lot. Hij vecht met de 4 koningen tegen de 5 koningen van het
Zuiden. Abraham bevrijdt de slechte koningen. De 10° koning Melchizedek komt hem
tegemoet. Hij is de Koning van rechtvaardigheid, de koning van Salem, vrede.
10 jonge vrouwen
10 sikkels, slaven, talenten
Farao is 10° koning
10 dagen op de proef gesteld
10x voortreffelijker dan de medestudenten en zijn leraren.
Boek Daniël: het beest uit de zee met 10 horens
Openbaringen: draak met 7 koppen en 10 horens.
12
12 staat symbool voor Israël en de 12 stammen.
 Mozes zendt 12 mannen ter verspieding, elk uit een andere stam naar het land dat hem werd
beloofd.
 12 stenen werden op de bedding van de Jordaan gelegd.
 De hoge priester had een borstplaat met daarop 12 kostbare stenen, 1 steen per stam.
 Ezra offerde 12 geitenbokken, 1/stam
 12 apostelen
 Jezus zoekt 12 man uit. Ze vertegenwoordigen Israël. Eenmaal getraind stuurt Jezus ze naar de
verloren schapen van Israël. Slechts 1 stam was nog volledig, nl. Juda. De eerste 10 stammen
werden eerder door de Perzen gedeporteerd. Juda werd later door Babylonië gedeporteerd.
Alleen van hen lees je dat ze mochten terugkeren.
 Boek openbaringen (is een Griekse tekst): De stad met 12 poorten met daarop de namen van
de stam; met 12 fundamenten voor de 12 apostelen.
 De vrouw die 12 jaar bloedde genas door Jezus aan te raken. Het symboliseert Israël dat
geneest door aan te raken waar Jezus voor staat.
 Het meisje van 12 jaar oud, dochter van de centurion ligt op sterven. Het wordt opgewekt door
Jezus aanraking. De beide vrouwen/lagere delen hebben een tekort aan de 12. De 12 geneest
hen. Het brengt hen tot een hernieuwd leven door de aanraking.
 Israël is 12. De 70 ligt buiten Israël. 2 Koningen 8: 1-3; Handelingen 6: 1-7; Eliem: Een plaats
van 12 bronnen is Israël en 70 palmbomen, de volkeren.
 Jacob heeft 12 zonen en 70 zielen wanneer hij Egypte binnen trekt. (70 = ayin, oog)
 Adam/bewustzijn was teleurgesteld in de kinderen die hij bij Eva had. Kaïn doodde Abel. Hij
verlaat Eva (lichaam) en woont gedurende 120 jaar bij Lilith (ego).
17
Mozes gaat de berg voor de 4° maal op om daar de hoogste inwijding te krijgen op de 7° van de 3°
maand. Hij moet dan terugkomen op de 17° van de 4° maand. 17 is altijd een verandering van
toestand. Toen Mozes terugkeerde gaf dit altijd een verandering.
Jozef werd als slaaf verkocht op zijn 17° verjaardag.
Mozes verliet Egypte voor Ethiopië toen hij 17 was. De materiële kalender komt niet altijd
overeenkomt met de spirituele tijd. Wij kunnen ons dus nooit vastpinnen op een jaartal omdat dit niet
overeenkomt met de spirituele kalender. De veranderingen die moeten komen zullen gebeuren op het
juiste ogenblik en niet volgens de kalender.
4
14. Het incarnatieproces – transmigratie.
Het Hoger Zelf is de goddelijke Vonk. Het is het zaadje dat afdaalt naar het hemelse om zich te
ontwikkelen. Daartoe moeten in de materie ervaringen worden opgedaan. Om deze ervaringen in een
lichaam op te kunnen doen is er een ziel (LZ) nodig ter verbinding met de materie. Ondertussen blijft
de binding met het HZ bestaan.
De transmigratie of zielsverhuizing betekent de verplaatsing van de ziel doorheen de verschillende
ervaringsdomeinen/werelden naar andere levens. Het is het ganse pakket van incarnaties en
reïncarnaties. Het betekent niet dat er een overgang bestaat van mens naar dier. ''Veelvuldig zijn de
werelden doorheen dewelke zij wentelen. En elke omwenteling is wonderbaarlijk in vele verborgen
wegen. Maar de mens hij weet of merkt het niet."
De weg van de ziel doorheen de rijken.
Oorsprong: de Schepper
GR
Tiferet = de goddelijke vonken
I
HR
de Grote Oceaan:
IK BEN?
Zij dalen af doorheen de hemelen tot de 3° hemel.
In het hemelse krijgt de goddelijke Vonk een lichaam zodat het zich op dit
trillingsniveau kan handhaven:
de GEEST
PR
In het PR krijgt de geest een paradijselijk lichaam:
de ZIEL
De ziel verblijft in afwachting van een incarnatie in de "schatkamer van de Lege Zielen".
Zuiver is leeg. De ziel heeft nog niets geleerd. Het is niet hetzelfde als een zuivere ziel die
terugkeert en alle bindingen heeft verbroken.
Materiële wereld: de ziel incarneert in een fysiek lichaam. Bij een 1° incarnatie bekijkt de
ziel het universum zeer naïef.
De verschillende rijken kennen een verschillend aantal dimensies:
Het goddelijk rijk:
? of 0 of ∞
Het hemelse rijk:
7 dimensies
De paradijselijke wereld:
5 dimensies
De materiële wereld:
3 dimensies
De 1° dimensiesprong gaat van het GR naar het HR; de 2° van het HR naar
het PR. Een indaling van een goddelijke vonk kan in verschillende hemelse
rijken tegelijk gebeuren zoals een 3-D doos veel 2-D papier kan bevatten. De
goddelijke vonk kan in 12 verschillende hemelse rijken tegelijk aanwezig
zijn en vanuit het HR tegelijk in 12 verschillende paradijselijke rijken. In de
kosmos die wij kennen zijn dit dus 144 ervaringsdomeinen (verschillende
zonnestelsels) waarin de goddelijke vonk (de geest) tegelijk aanwezig kan
zijn. Dit is te vergelijken met de geest die 144 scholen tegelijk bezoekt.
Hiervan zijn wij ons niet bewust maar wij leren er zo wel veel sneller door.
Er blijft een flauw contact bestaan via de bewustzijnslijn zoals 2 handen of
10 vingers door een zwart doek voor de toeschouwers ogenschijnlijk
afzonderlijk van elkaar werken maar toch een eenheid vormen.
De ziel in de paradijselijke wereld kan 7 lichamen tegelijk bezielen. Alles is
trilling en alles trilt op een bepaalde frequentie. De goddelijke vonk kan veel
hoge trillingen aan. Maar eenmaal in het PR en in de materiële wereld
afgedaald zijn die verdraagbare trillingen veel lager. De goddelijke vonk kan
5
dus verschillende lagere trillingen tegelijk waarnemen. Elk deel van het ervaringsgeheel heeft een
eigen inbreng. In de materiële wereld heeft de ziel nog een tweelingziel. De mens is er een 288° deel
van dezelfde ziel. In de afdaling kan de geest dus aanwezig zijn in
12
hemelse werelden
de ziel in
12 paradijselijke werelden
en lager kan de ziel zich vastklampen aan
12 materiële werelden
De Getuigen van Jehova geloven dat bij “het Laatste Oordeel” 144.000 zielen gered zullen worden:
12 x 12 x 103; 103 = de 10 sferen met 3 dimensies in de materiële wereld.
Uiteindelijk worden alle stukken in de materie weer verenigd. Alles wat uitgezonden werd komt ooit
eens terug naar het goddelijk niveau. Het is de terugkeer tot de grond van waaruit ge zijt gemaakt. De
eenheid is er altijd maar wij zien ze niet.
De 4 rijken vinden we terug in de 7 chakra’s:
 Het goddelijk Zelf:
7° chakra
 Het hoger Zelf :
hogere chakra’s
 Het lager Zelf
:
lagere chakra’s
 Het centrum of keerpunt is de hartchakra of Tiferet
De geest (HR) staat met het hoofd thv de 3° scheppingsdag. (droog land, veldgewas, struiken, bomen)
Hier komen de lessen tevoorschijn omdat er contact is met Malchoet van het goddelijke. Op dit niveau
zijn de lessen nog altijd louter theorie die in het hemelse niet in praktijk kunnen worden gebracht. Het
moet worden beleefd en uitgevoerd in de materiële wereld. Hiervoor moet de geest in het PR dringen
waar vorm wordt gegeven aan de ziel.
Vanuit het bovenparadijselijke werd de mannin gehaald om zich te kunnen verstrengelen met een
materieel voertuig, ons fysiek lichaam. Dat lichaam kan mannelijk of vrouwelijk zijn in functie van de
lessen die geleerd moeten worden en in functie van de behoeften van de aardse sfeer. Bv:
Na een oorlog waarin veel mannen gedood werden, worden er meer jongens dan meisjes geboren. Na
enkele jaren stabiliseert zich dit.
In een 1° kleuterklas zie je al eens een meerderheid emotionele kinderen, dan weer een jaar met een
meerderheid actieve of materieel ingestelde kinderen… Afhankelijk van het type binnen de cyclus van
4 jaar dat overheerst, nl lucht, vuur, aarde, water. Later worden door de zittenblijvers de klassen weer
heterogener.
De verstrengeling van een ziel met een lichaam is een deel van de persoonlijke “ladder”.
Van het materiële lichaam op de ladder zien we +/- de helft. De andere trillingen zien wij
niet. Sommige mensen kunnen dit wel (door training). De hoogste trillingen van het
materiële lichaam en de laagste van de ziel zijn gelijk. Zolang deze verstrengeling duurt
blijft het lichaam het centrum van het bewustzijn. Het lichaam bepaalt wat we ervaren en
doen. Deze ervaringen worden vertaald door het logisch verstand (materie) en geplaatst
in functie van het lichaam of de persoon.
Daalt de ziel af en bindt de ziel zich aan de materie “gaan de hemelsluiers dicht”. Dit is
nodig om
 de verbindingen met hoger te verbreken, anders is er geen impuls om door te
gaan.
 de toekomst niet te kennen, zo toch veroorzaakt dit angstreacties. Bv weten waar
je de dood zal vinden
In het hogere HR worden de individuele programma’s geschreven; de collectieve programma’s
worden in de lagere hemel geschreven. Op Daat van het HR bevinden zich de individuele
Akashakronieken. Die geven een overzicht van de doelstellingen van de eeuwige toekomst en van een
verwerking van het verleden. Op Daat van het PR (= Jesod HR) bevinden zich de collectieve
Akashakronieken.
6
Nostradamus had toegang tot de collectieve Akashakronieken. Hij zag enkel de blauwdrukken. Hoe
deze vorm zouden krijgen kon hij niet zien. Daarom zijn die teksten enkel te begrijpen als het voorval
al voorbij is.
De goddelijke Vonk daalt af vanuit het GR via het HR tot in het hoger PR om daar een vorm te
krijgen. Deze vorm is de behuizing van het bewustzijn in het hoger paradijs of ook de “tuin van Eden”.
In het hoger PR moet de ziel wachten tot het moment van een afdaling in de materiële wereld.
Incarnatie is “in het vlees” of in de materie komen.
Het niveau of de schatkamer der volleerde
zielen. De volleerde zielen zijn geesten zonder
ziel want ze incarneren niet meer.
Een zuivere ziel heeft alles ervaren en heeft
deze ervaringen ontdaan van de kennis van
goed en kwaad. Die is door de “wolk” of karma
gegaan naar het gebied van zuivering.
De schatkamer der lege zielen bevat de zielen
die voor de 1° keer zullen incarneren of nog
niets hebben ervaren
De binnencirkel van de mensheid of het huis
van Israel of het mystiek lichaam van Christus.
De objectieve Kennis zit op het niveau van de
volleerde zielen in het HR. De theorie moet
omgezet worden in de praktijk. De volleerde
zielen houden zich bezig met het onderricht
van de mens. De Kennis wordt in “cascades”
doorgegeven. Cfr Een universiteitsprofessor geeft geen les in het 1° leerjaar. De volleerde zielen
geven de Kennis door aan de “lege” zielen. Zij zien de wereld immers nog zeer naïef. Cfr Een kind in
de kleuterschool beseft niet wat komen zal in de hogere graden. Zij die onderricht geven op de
tussenniveaus zijn verzameld in de “binnencirkel van de mensheid”. Zij zitten met het bewustzijn in
het bovenparadijs. Van hieruit krijgt het woord vorm die de inhoud weerspiegelt. Dit wordt vlug
vergeten, zodat de vorm belangrijker wordt dan de inhoud. Dit gaf/geeft aanleiding tot menig
godsdienstoorlogen.
Van zodra de zielen afdalen, kunnen ze niet meer door de sluier van het hemelse ‘kijken’. Daarom
richten ze hun aandacht op wat zij nog wel kunnen waarnemen, en dat is wat ze kunnen waarnemen
door de openingen van hun fysieke beperking, nl de zintuigen. Dat gaan de afgedaalde zielen ervaren
als de enige werkelijkheid. Hierdoor gaat men onwillekeurig denken dat men vrij is. Men doet er aan
body- en egobuilding. Wordt men alleen hierdoor nog gedreven incarneert men onder de impuls van
één van de buitenzuilen in plaats van de middenzuil. Te veel vooruitgang of te veel conservatisme,
men krijgt de eigenschappen mee om een radertje in het systeem te zijn ter glorificatie van het ego.
Het concept van de mens werd geschapen op de 6° dag maar de mens zelf werd geschapen in Tiferet
GR: YAHVEH ELOHIM = Keter HR. Hier scheidden de goddelijke vonken zich af om de 7° hemel
te betreden. Na vele incarnaties zullen de goddelijke vonken terugkeren naar het GR als IK BEN! Dan
zijn ze de volmaakte mens of Adam Kadmon. Over dit niveau is in de Kabbala niets bekend.
Henoch/Metatron ging het GR niet binnen. Hij koos om de goddelijke vonken te begeleiden tot zij
minstens Malchoet HR zullen hebben bereikt.
Bij een doortocht in het HR krijgt de geest 1 van de 12 geestestypes (≠ zieletype). Dit wordt in de
Kabbala vertaald als 1 van de 12 stammen van Israël. Dit komt overeen met de tekens van de Zodiak.
7
De ziel daalt af onder begeleiding. Die begeleiding is niet altijd zichtbaar. In de
wachtkamer der zielen verblijft de ziel tot het ogenblik van haar incarnatie.
Tijdens dit verblijf vertelt Adonaï de ziel wat de kosmische bestemming zal zijn.
De ziel krijgt een volledig overzicht van het toekomstig leven. De ziel verschijnt
voor “de troon van God”. Elke ziel heeft een eigen kosmische bestemming. Ook
tijdens de zwangerschap krijgt de ziel inzicht vanuit het HR tot in “de hel”. De
werking van het rad van incarnatie en reïncarnatie wordt uitgelegd. De ziel krijgt
een overzicht van het hoe en waarom alsook van het volgende leven. Ook hier
wordt het hoe en het waarom uitgelegd. Alle omstandigheden, personen,
moeilijkheden, enz... worden getoond. Er wordt uitgelegd hoe de ziel zich moet
gedragen. Ook de juiste reactie op gebeurtenissen en alle antwoorden worden
meegegeven. Hoe de ziel deze ervaringen zal invullen blijft evenwel een vrije
keuze. Tijdens de groei in de moederschoot krijgt de ziel ook waarschuwingen
tegen de verleiding van de slang. Het hoe en het waarom en vooral het doel van
het leven moeten voor ogen worden gehouden! Het goddelijk Licht dat ons bij een
1° incarnatie werd meegegeven en de ervaringen van vorige incarnaties worden
gedimd om te voorkomen dat de ziel zou gaan “zweven”, verlangen om terug te
keren of de lessen te veronachtzamen. De ziel krijgt ook een overzicht van de werking van de kosmos.
Men toont de ziel haar kosmische bestemming. Elke ziel heeft een eigen kosmische bestemming op
het goddelijk niveau. Er wordt onderricht omtrent het doel van de lessen op het aardse niveau. Iets dat
in moeilijke omstandigheden wordt geleerd, schijnbaar afgesneden van de hogere niveaus, heeft een
grote waarde. Deze ervaringen zijn intrinsiek deel van de ziel. De eigenschappen moeten ten dienste
staan van het goddelijk Plan. Dit is de les om het 1° gebod te leren respecteren.
Omdat de kennis wordt meegegeven is er vaak strijd tussen handelen vanuit het verstand en handelen
vanuit het gevoel. Door deze kennis kan de ziel “zelfmoord” plegen in de moederschoot met een
natuurlijke abortus tot gevolg. Dit geldt natuurlijk niet voor alle natuurlijke abortussen. Het kan ook
een gevolg zijn van een disfunctionerend Hod of Netsach of omdat het levensplan van de ziel maar tot
daar reikt. Dit kan alleen wanneer dit een mogelijkheid is in het levensplan van deze ziel. Werd dit niet
“voorzien” lukt dit niet!
De ziel die verblijft in “de tuin van Eden” wil niet incarneren. Zij wil de hemelse sfeer van vrijheid
niet verlaten om te verblijven in een materiële sfeer van leugens, bedrog en corruptie. Zij is zich
bewust van het schijnbaar afgesneden zijn van de hogere sferen en van de valkuilen van die materiële
wereld. De ziel gaat pleiten om niet te moeten incarneren in de materiële wereld. Negatieve aspecten
zijn immers:
- Gehinderd worden door een lichaam
- Slaaf zijn van de materie en de omstandigheden.
- Leven in een wereld van corruptie en eigenbelang.
Het is nochtans de bedoeling om deze omstandigheden te leren kennen.
De incarnatie van de ziel en de vorming van het fysiek
lichaam. De fysieke geboorte.
In het PR krijgt de ziel een vorming. Daalt de ziel doorheen de planetaire sferen in het lichaam af,
krijgt zij van de planetaire sferen eigenschappen mee. Het fysieke lichaam wordt in de materiële
wereld door een man en een vrouw gemaakt. Het fysiek lichaam moet onderhouden worden. Dit
onderhoud is noodzakelijk maar geen doel op zich.
Kabbala: “Malchoet of het materieel niveau van het seksueel orgaan van de man en de vrouw
ontmoeten elkaar in Jesod”.
Jesod is de grondslag of het scheppend element. Op het moment van de extase worden de trillingen
van de materiële lichamen verhoogd. Deze trillingen werken door tot het hoger deel van het materiële
en dus ook tot in het lager paradijs. Hierdoor komen ziel en lichaam in een productieve eenheid. Dit
zuivere energieveld stijgt zodat de ziel van het kind kan indalen en dus meewerken aan de vorm van
het lichaam.
8
Biena (moeder) en Chochma (vader) van de fysieke wereld ondernemen actie. Zij stellen zich op als
doorgevers van het goddelijke Licht. De scheppende lichtflits kan indalen van het goddelijk niveau tot
Malchoet van het fysieke. De cel die ontstaat wordt goddelijk bevrucht.
De andere sferen van de fysieke boom zullen hun invloed laten gelden, voornamelijk die van de
moeder om die ene cel te helpen vermenigvuldigen. De actie gebeurt door CHESED (genade). De
vermenigvuldiging wordt gecontroleerd door GVOERA. Het geheel wordt in eenheid gebracht door
TIFERET. Die zorgt ervoor dat elke cel correspondeert met de ziel van het kind. In elke cel van het
kind moet de ziel zich volledig uitdrukken. Elke cel is uniek maar houdt de kenmerken van het
volledige lichaam in zich. Dit vraagt ongeveer 10 weken. Vanaf 10 à 12 weken is het menselijk
embryo te onderscheiden van andere dierlijke embryo’s. Dat is het tijdstip waarop de ziel zal indalen
en de kundalini of scheppende lichtflits van het goddelijke zich zal vestigen op Malchoet.
De natuurlijke ritmes van het nieuwe lichaam worden gecontroleerd door Netsach en Hod. Het
autonome zenuwstelsel in Jesod kan zich vormen. Het lichaam doorloopt alle fasen van mineraal plant – waterwezen - … Dit duurt 9 maanden. 2 engelen worden aangeduid om het kind te begeleiden
in de aardse sfeer. Zij plaatsen een licht in de ziel. De vormingstijd van het kindlichaam is niet
verloren voor de ziel. De ziel bindt zich langzaam aan het lichaam. Een volledige incarnatie van de
ziel in het lichaam duurt 27 jaar. Bij de meeste mensen is er nooit een volledige incarnatie. Pas op 27
jaar kan de ziel de rol spelen waarvoor zij gekomen is.
In de moederschoot vangt een kind alles op vanuit de omgeving: stemmen, geluiden, stemmingen van
de moeder, agressie of liefde… De ziel moet zich binden aan een natuurlijk lichaam. Dit lichaam
draagt de kenmerken mee van vele generaties.
Nadert het moment van de geboorte verdwijnt de kennis die Adonai gaf om weerstand tegen
de incarnatie te neutraliseren. Dit “weten” kan in het onbewuste blijven hangen. Zij kan door
omstandigheden of oefeningen naar boven komen. Soms weten we gewoon wat we in bepaalde
onverwachte omstandigheden moeten doen zonder dat we erover moeten nadenken.
Het kind zelf geeft de impuls tot geboren worden. Door de moeilijke omstandigheden in het
geboortekanaal zal het kind wilskracht opbouwen. De baby ondergaat hier een “bijna dood ervaring”.
Door een geboorte via een keizersnede mist het die kans om wilskracht op te bouwen. De ervaring van
een geboorte of een natuurlijke abortus is een ervaring waar vele mensen bij betrokken zijn. Hier
passen alle puzzelstukjes in elkaar. De manier waarop in onze westerse maatschappij een kind ter
wereld komt ligt verre van het natuurlijke en kan een groot geboortetrauma veroorzaken:
- Zij worden op de wereld “getrokken”.
- Het lichaam dat nog geen lucht kent wordt er onmiddellijk aan blootgesteld.
- De navelstreng wordt zo vlug mogelijk doorgesneden.
- De longen moeten onmiddellijk zuurstof binnen krijgen.
- De baby wordt weggenomen van de moeder voor het badje.
9
15. Psyche en BWZ.
De psyche is niet zichtbaar en heet “paradijselijk lichaam”. Het is de drager van het bewustzijn op de
paradijselijke trillingsniveaus, ook “grote Ziel” genoemd. De ziel kent 7 niveaus. In de 4 rijken is de
drager van het bewustzijn het geheel van lichaam en ziel.
De mens werd in het HR geschapen. Scheppen = scheiden = afgescheiden van het goddelijke. Van
hieruit moet de mens door de sfeer van vormgeving (PR) in een materieel lichaam afdalen via
Eva
Adam
Koningin
Koning
Anima
Animus
Biena
Chochma
Moeder
Vader
De genetische afstamming van de ouders en de specifieke eigenschappen van de ziel bepalen het
lichaam. Het lichaam wordt aangepast aan de rol en aan de aardse sfeer. Op Jesod van de psyche
worden de karaktereigenschappen en –tekorten ingebracht. Deze ondersteunen de rol. Het fysiek
aspect wordt op Malchoet ingebracht. Dit bepaalt het uiterlijke van het lichaam. Het fysiek lichaam in
de materiële wereld is in de onderste driehoek zichtbaar. Het niet-zichtbare lichaam is deel van het
natuurlijke lichaam. Keter van het materiële lichaam is het trefpunt van de geest (Malchoet) en de ziel
(Tiferet).
Incarnatie is geboren worden in het vlees. Dieren en planten zijn een deel van het collectief
bewustzijn. De mens heeft een individueel bewustzijn. Het collectief bewustzijn evolueert naar
volmaaktheid. Bv de grote hond, de grote kat… zit op Keter van het materiële rijk. Is de volmaaktheid
bereikt, zijn de aardse elementen niet meer nodig. Tot dan dragen alle dieren en planten bij, elk met
hun specifieke eigenschappen.
Het doel in de materiële wereld is zo veel mogelijk bepaalde lessen te leren. Dit gebeurt altijd in
moeilijke omstandigheden. Dieren staan voor de omstandigheden waarin de lessen worden geleerd.
Planten staan voor het spiritueel voedsel. Naargelang de omstandigheden wordt ook het lichaam
aangepast. Het wordt gevormd door de evolutie. De lichamen ontwikkelden zich van eencelligen →
planten → vissen → reptielen → zoogdieren → primaat → … Door de incarnaties werd het lichaam
geperfectioneerd, soepeler (makkelijker te bewegen), meer verfijnd (uiting in de kunst)… De ziel kan
zich uitdrukken in een welbepaald lichaam om een bepaalde rol te spelen. Cfr De katten uit de
Egyptische cultuur waren anders dan de katten in deze tijd. Deze ontwikkeling gebeurt enkel door de
overlevingskracht en het aanpassingvermogen van de sterkste. In makkelijke
omstandigheden verandert er niets in de natuur. Er is dan geen noodzaak tot
inspanning om iets te bereiken.
Het menselijk lichaam is de meest ideale drager van de ziel. Vóór het bestaan
van het menselijk lichaam kon de ziel niet incarneren omdat zij zich als ziel niet
kon uitdrukken.
De rijken hangen in elkaar. Ook lichaam en ziel “omhelzen” elkaar. De
trillingsniveaus zijn dezelfde, maar behoren tot een verschillend rijk of dimensie:
materiële wereld: lichaam
paradijselijke wereld: psyche
hemelse wereld: lichtlichaam
Wij zijn ons hiervan niet echt bewust. We kunnen wel zeggen dat het lichaam in
de ziel zit en niet omgekeerd. De natuurlijke mens heeft hiervan geen notie want
hij is enkel op de materie gericht. Dwz bij een incarnatie bevindt het bewustzijn zich in de psyche
maar het is op de materie gericht (♂). Het bewustzijn volgt dus het mannelijk aspect en zit gevangen
in de driehoek van het ego/verstand. Het verstand domineert de redenering, de bewijsvoering en de
10
waarneming via de zintuigen. Al wat niet via het verstand kan worden waargenomen of ervaren
bestaat niet! De ziel is echter niet met het verstand te bewijzen of waar te nemen.
De Jakobsladder van lichaam en ziel
In het fysiek lichaam en in de psyche onderscheidt men verschillende niveaus. Het aller laagste niveau
is het lichaam – mineraal bewustzijn.
1. Het LICHAAM – PLANT niveau
Dit bewustzijn bevindt zich in de onderste driehoek van het
lichaam en is gecentreerd rond Jesod. Dit niveau controleert
het autonoom zenuwstelsel, ademhaling, bloedstroom,
hartslag… Bij iemand in coma blijven deze functies actief
zonder dat de persoon er zich bewust van is. Op dit niveau
worden de pijlers van VORM (materie) en KRACHT (energie)
geplaatst:
- de beenderen
- de spieren
- de stromen tussen organen: bloed, lymfe…
Het doel van dit niveau is het lichaam in stand te houden. Dit gebeurt door het autonoom zenuwstelsel.
Op Malchoet van de materie worden de 5 zintuigen geplaatst. Zij zijn het contact met de materiële
wereld. Ontbreken deze zintuigen (voelen, ruiken, smaken, horen, zien) kan de mens niet overleven.
Het bewustzijn heeft dan geen contact met de materie. Bestaat dit contact niet, bestaat de mens niet.
Eén of enkele ontbrekende zintuigen maken de wel-functionerende zintuigen scherper werken.
Malchoet van het stoffelijk lichaam is de diepste vorm in de materie. De zintuigen zijn het geheugen
van het lichaam.
De wisselwerking tussen de zintuigen en de spieren en de wisselwerking tussen de organen wordt
gecontroleerd door het autonoom zenuwstelsel. Bv angst is een natuurlijke reactie. Het geeft een
adrenalinestoot en een zichtbare reactie van het lichaam. We hebben hierover geen controle.
Aarden = in de psyche aanvaarden dat we in de wereld zijn. Ons gedrag is vooral een routinegedrag.
Het verstand creëerde de dagelijkse routines. We zien niet altijd wat er gebeurt. Plaatsen we het
bewustzijn boven het verstand zijn we meer geaard. Het zoeken naar ‘het waarom’ kan dan in het
dagelijks leven geïntegreerd worden. Dit is een groeiproces.
Het ”niet-geaard” zijn wil zeggen dat er geen goed contact is tussen Malchoet van de psyche en Tiferet
van het lichaam. Op dit niveau raakt de ziel het lichaam. Het lichaam is het voertuig van de ziel. De
ziel moet dan ook goed in het voertuig zitten om het goed te kunnen besturen. Bij de meeste mensen
”rijdt het lichaam met de ziel” ipv omgekeerd. Het lichaam of het materieel verstand bepaalt wat wij
doen. De ziel heeft geen controle over het lichaam. Om in bewustzijn te klimmen moet men dus eerst
het lichaam beheersen. Zonder deze controle kan men niet verder. De periode om het lichaam te leren
beheersen of het verstand aan de ziel te onderwerpen duurt +/- 27 jaar.
Een handicap is geen straf. Het kan een middel zijn dat de ziel kiest om lessen sneller te leren.
Op het niveau HOD staan de VRIJWILLIGE BIOLOGISCHE PROCESSEN.
Het zijn de automatische processen zoals de spijsvertering, boeren… Deze processen (naar de vorm)
zijn verankerd in het biologisch proces van het lichaam. We hebben er geen controle over.
Op niveau NETSACH staan de ONVRIJWILLIGE BIOLOGISCHE PROCESSEN
Het spierstelsel kan men krachtiger maken door training van het lichaam.
11
2. Het LICHAAM – DIER niveau.
Dit niveau is gecentreerd rond Tiferet van het lichaam. Dit
niveau controleert het CENTRAAL ZENUWSTELSEL. Op
dit niveau bevindt zich het centrum waar de bewuste pulsen
tot handelen worden gegeven. Vb lopen, iets grijpen,
spreken… Dit komt overeen met Malchoet (uitvoering) van
de psyche. Het is dus langs de psyche dat de pulsen komen
om te handelen.
Dit niveau tracht het lichaam in de best mogelijke staat te houden. Het lichaam van spieren,
beenderen… ondergaat op een hoger niveau een biochemisch proces dat de energie omzet in vezels,
weefsels, cellen die de bouwstenen vormen van de beenderen, spieren, organen… De weefsels van het
lichaam worden automatisch vernieuwd. Verloopt dit proces te traag veroudert het systeem sneller dan
normaal. Loopt het te snel kan dit leiden tot bv CA of psoriasis.
3. Het MENS – PLANT niveau
of het elektromagnetisch niveau
Hier beginnen de lagere bewustzijnsniveaus van de ziel. De
meeste mensen hebben het bewustzijn op dit niveau. Het
EGO (karakter of rol) speelt hier een grote rol. De hersenen
beheersen dit niveau. De mens zal dus handelen in functie
van het ego, zoals de rol het voorschrijft. Hierover voert het
verstand de regie. Dit blijft zolang de mens los staat van het
Zelf.
Het metabolisme wordt onderverdeeld in:
ANABOLISME
en
|
omzetting van
energie naar materie
KATABOLISME
|
materie naar energie
Van boven uit komen impulsen die het CENTRAAL ZENUWSTELSEL bevelen. Het CZS is de
coördinator. Op dit niveau ontvangt het lichaam impulsen van de psyche. Tiferet van het lichaam is
Malchoet van de psyche. De ziel drukt zich oa langs deze weg uit in het lichaam. Er is een duidelijke
binding met de psyche. Dit niveau van trillingen wordt het etherisch dubbel genoemd. Het etherisch
lichaam is aan veranderingen onderhevig die ook het fysiek lichaam veranderen. Deze verandering in
het lichaam drukt altijd de verandering van de ziel uit. Het FL groeit, bloeit en takelt weer af, maar de
ziel blijft groeien. Dwz de ziel ondergaat veranderingen die verder gaan dan de veranderingen van het
lichaam. Bij oudere mensen kan men aan de fysieke uitstraling soms zien hoe de ziel evolueerde, bv
vals, sereen, kalm, heftig… De ziele-eigenschappen zullen zich door het lichaam manifesteren.
De ZELEM is de paradijselijke uitdrukking van de geest. Het is onderliggend aan de blauwdruk van
het fysiek lichaam. De Zelem drukt zich uit via Daat van het lichaam. Bv door te “kankeren” kan men
kanker veroorzaken op een zwakke plek in het lichaam. Door iets niet te kunnen “verteren” krijgt men
maagprobleem.
De pulsen van de psyche komen langs Daat binnen en stromen door naar Tiferet. In Tiferet (onder het
niveau waar cellen, moleculen en weefsels worden aangemaakt) is het mogelijk om met een verhoogde
concentratie tussen te komen in wat normaal automatisch verloopt. De ziel kan dus tussenkomen in
automatisch verlopende fysieke processen. Men kan dus bewust de aanmaak van cellen om bv wonden
te genezen beïnvloeden. Met een geconcentreerd bewustzijn kan men het goddelijk Licht richten.
12
4. Het MENS – DIER niveau.
Boven dit niveau ligt de “verheven drempel” van bewustzijn.
Slechts een klein percentage van de mensen zijn met hun
bewustzijn op dit niveau werkzaam. Hier begint het “ontwaakt
bewustzijn”.
Dit is in de materie de hoogste staat van lichamelijk bewustzijn. Dit is een gevaarlijk niveau wanneer
het niet voldoende ondersteund wordt door bewustzijn in de psyche. Bv in meditatie of yoga is dit een
ontspannende situatie. Dit is te weinig om het daar bij te laten. Dit niveau kan ook misbruikt worden
om anderen te beheersen. Een dier kan zich verplaatsen en de planten eten. Op dit niveau ziet de mens
hoe anderen reageren, voelen en denken, zowel individueel als collectief. Richt iemand zich met zo’n
niveau op de materie bestaat de mogelijkheid om anderen te “bespelen”. Dit geeft kansen om anderen
te misbruiken voor eigen doeleinden of om de tekorten van anderen te gebruiken voor persoonlijk
gewin door bv behoeften te creëren met bv doordachte reclame, mode enz… Een mens-plant
bewustzijn gaat onbewust mee in de nieuwe trends. Dit is ook het niveau van dictators, zogenaamde
goeroes, (Goeroe = verdrijver van de duisternis) en allen die een machtspositie nastreven. Zij kunnen
conflictsituaties creëren met de anderen van hun aard, bv Hitler, Stalin, Millosowitch… Zij werken op
de 1° en 2° chakra van de bevolking.
1. zekerheden in de materie: voor eten en werk moet je partijlid worden
2. ego: beter partijlid: meer mogelijkheden, meer eigenwaarde
Alles zogenaamd in functie van de natie. Dit gebeurt collectief en individueel door reclame en politiek.
Er worden artificiële behoeften gecreëerd (technologie, mode, gadgets…). Deze behoeften worden in
stand gehouden door zij die ze creëren, maar vooral door zij die zich hiervoor laten gebruiken. Willen
we het bewustzijn verhogen moeten we ons hierboven zetten. Deze types worden door de kosmische
voorzienigheid gebruikt om veranderingen tot stand te brengen. Zij menen zelfstandig en voor zichzelf
te werken, maar zijn in feite pionnen op een speelbord. Meestal gaat dit gepaard met oorlog,
catastrofe, revolutie… Hierdoor krijgen mensen met een “slapend bewustzijn” een kans om wakker te
worden.
Het is de bedoeling om dit gevaarlijk niveau te overstijgen. Men kan echter niet naar een hoger niveau
als men het vorige niet heeft afgewerkt. Met de dierenoffers bedoelde de oudheid dat men zijn mensdier niveau zou offeren om naar een hoger bewustzijn over te gaan. Bij het communiefeest wordt het
paaslam in roomijs onthoofd. Het dier-BWZ wordt geofferd en het grenadinebloed stroomt weg.
Offeren is de bereidheid om je kwaliteiten ten dienste te stellen van het goddelijke en van de anderen.
Het is een manier om op dat bewustzijnsniveau te verblijven voor de “tijd die nodig is”. Daarom heet
dit niveau het bewustzijnsniveau van de BEREIDHEID. De ziel komt onder controle. Men moet alle
macht loslaten. Door deze dienstbaarheid kan men anderen een helpende hand reiken. Er mag geen
druk worden uitgeoefend of men mag niemand beïnvloeden. Voor de geboden hulp mag men wel een
geldelijke verloning vragen om de reële kosten te dekken, maar niet om een kapitaal op te bouwen.
Ook Jezus moest door deze fase. In de woestijn moest ook hij verzaken aan de macht van de materiële
verleiding. Hij mocht zijn krachten niet voor zichzelf gebruiken.
5. Het MENS – MENS bewustzijnsniveau
In het centrum van het wezen, gecentreerd rond het Zelf ligt het
mens-mens bewustzijnsniveau. Hier begint het leven met de
hogere bewustzijnsniveaus: esoterisch, mesoterisch (niveaus van
de Meesters of heiligen)… tot en met het Christuskoningniveau (=
Zoon van God).
Alle kennis die in vroegere en in het huidige leven werd opgedaan zit opgeslagen in dit hoger
bewustzijnsniveau, bv leren lopen, talen, wiskunde… Alle kennis lijkt bij elke reïncarnatie verloren te
zijn. In functie van de rol moet alles opnieuw geleerd worden. Blijft het bewustzijn hangen op het
13
mens-plant niveau zijn de lessen niet geleerd en wordt de kennis bedolven onder “distels en doornen”.
Zit het bewustzijn op het rad van incarnatie kan men deze kennis gebruiken als het nodig is. Niet alle
kennis wordt bewust meegesleept. Dit zou een belemmering zijn voor de rol van het leven op dat
ogenblik.
DE kennis/inhoud is geen persoonlijk bezit. Tiferet PR is het niveau van de volwassenheid. De kennis
werd er “ingestopt” om langzaamaan een Horuskoning te kunnen doen laten geboren worden. Het LZ,
door de rol die het speelt, voedt de leeuw (HZ). Het voedsel is de kennis en de ervaring. Deze
vruchtbare samenwerking laat toe het bewustzijn te verheffen tot het Christusbewustzijn
(horuskoning). Op het mens-mens bewustzijnsniveau begint het spiritueel volwassen niveau. Het ligt
nog onder het niveau van de Zuivering, maar het is er wel mee verbonden.
Lichaam en psyche.
Het lichaam maakt contact met het ervaringsdomein via de 5 zintuigen. Enkel deze waarnemingen van
de natuurlijke wereld worden als werkelijk ervaren. Het lichaam, de ratio bepaalt wat het lichaam doet.
Het verstand (weer-stand) behoort tot de materiële wereld en bepaalt meestal hoe we handelen. Het
lichaam zal overheersen. Ervaringen worden opgedaan. Alle ervaringen laten gevoelens, gedachten en
reacties na. De kennis die er in zit wordt meegebracht en doorgegeven aan het HZ. Daar wordt zij
ontdaan van subjectieve elementen, zoals pijnen, angsten, frustraties, enz… die ermee verbonden zijn.
Ze worden geneutraliseerd.
Wordt het zon-maan-contact verbroken, gaan denken, voelen en handelen op zichzelf functioneren. De
verbinding met het HZ breekt en men vergeet zijn taak. De ziel komt dan in de verleiding te denken
dat ze een vrije wil heeft om te bepalen wat ze doet. Dan komt de ziel los van de goddelijke Wil en
plaatst ze zich op het rad van geboorte en wedergeboorte. De pijnen, frustraties, angsten… worden dan
opgestapeld in de lagere psyche of de gevangenisdriehoek van het ego. Deze ervaringen blijven dan
ongezuiverd en worden niet meer geneutraliseerd. De omstandigheden blijven dan aan de pijnen,
angsten, verdriet… gekoppeld. Dit creëert psychische problemen zoals schuldcomplexen, idee-fixen
omtrent straf en beloning enz…
De zintuiglijke prikkels worden opgevangen op het niveau Daat van het lichaam (= Jesod van de
psyche). Zij worden naar het ego gestuurd waar zij geïnterpreteerd worden. Vanuit Jesod (ego) van de
psyche worden zij teruggestuurd naar Daat van het lichaam. Daarna gaan ze naar de hersenen die de
vorm bepalen. Alle waarnemingen zijn subjectief. Jesod is het waarnemingsscherm. Hier neemt het
bewustzijn de omgeving waar. Er zijn 3 mogelijkheden om op de waarneming te reageren, nl denken,
voelen en handelen.
 In de driehoek van het denken (aarde – maan – mercurius) werd alles opgeslagen wat je ooit
dacht of wat je nu denkt.
 In de driehoek van actie (aarde – maan –venus) werd alles opgeslagen wat je ooit deed (actie –
reactie).
 In de driehoek van het voelen (maan – mercurius – venus) liggen alle gevoelens opgeslagen.
De 3 types in de bewustzijnsdriehoek nl denken, voelen en handelen worden altijd gesymboliseerd
door de 3 zonen van Noah:
voelen
Shem
Denken
handelen
Japhet Cham
In deze driehoek worden alle ervaringen opgeslagen. Verloopt alles normaal ontstaat er een
harmoniserend proces. Bij elke ervaring zijn deze 3 elementen aanwezig. Er wordt een evenwicht
gecreëerd in functie van deze 3 pijlers. Dit gebeurt quasi automatisch, maar enkel door tussenkomst
van het Zelf. Wij moeten onszelf kunnen zien als iemand die meespeelt in het geheel en niet als het
14
centrum van het geheel. Reageren we vanuit ons ego blijft de waarneming in de gevangenisdriehoek
van het ego. De driehoeken van het ego vullen zich met gedachten, gevoelens en reacties die onze
interpretatie van toekomstige waarnemingen zullen kleuren. Elke zintuiglijke waarneming prikkelt de
lagere psyche. Die spoort vroegere gelijkaardige omstandigheden op met alle bijgaande pijnen,
angsten, frustraties… die weer actief worden. Met steeds meer gereactiveerde ervaringen uit het
verleden zal de mens alsmaar meer gaan reageren als een automaat. (PKT)
Zolang het bewustzijn rond het ego hangt, blijven alle gedachten, gevoelens en handelingen uit het
verleden zich herhalen. Zij vormen de basis van alles wat je nu denkt, voelt en handelt. Er is geen
andere bron van informatie. Wij zullen dan reageren zoals we in het verleden reageerden op
gelijkaardige situaties. Dit kan een herinnering zijn uit dit leven of uit de talloze vorige levens.
Daarom reageert iedereen anders in gelijkaardige
situaties. De reacties gebeuren automatisch. Zo worden de
fouten uit het verleden telkens opnieuw gemaakt. We
putten altijd uit dezelfde opgeslagen “bestanden”. Als
excuus: “Ik ben zo” is niet correct. (PKT) Denken, voelen
en handelen moeten in eenheid komen. Bij de meeste
mensen zijn deze niet in evenwicht. Het komt door een
gebrek aan INZICHT. Denken, voelen en handelen
moeten altijd onder controle worden gehouden.
Elk leven biedt mogelijkheden om ervaringen te verfijnen,
maar tegelijk ook weer andere om op te slaan. Zo is er
geen vooruitgang. Dit leidt tot een zeer trage evolutie. De
psyche blijft gedestabiliseerd en deze toestand wordt
altijd doorgegeven aan het lichaam. Deze automatische
reacties blijven zich herhalen tot ze doelbewust worden
verwerkt of door frequente herhaling hun emotionele
lading verliezen. Dit verklaart de zeer verschillende
reacties van mensen op eenzelfde situatie. Deze carrousel
maakt ons ook gevoelig voor ziektes. In zuivere
omstandigheden is het lichaam niet gevoelig voor ziektes,
tenzij dit zou passen in het goddelijk Plan. In dit laatste
geval zou het een ziekte met een echte spirituele betekenis
zijn.
Is de lagere psyche niet in orde, ontstaan er ziektes met
zogenaamd psychologische oorzaken. Ziekten signaleren
dat we iets moeten doen met het “afval” van vele levens
dat in deze driehoek werd gedumpt. We moeten “opruimen” zodat het goddelijk Licht kan indalen.
Hoe beter het licht kan instromen, hoe makkelijker de ervaringen van de omstandigheden worden
losgemaakt zodat enkel de ervaring overblijft.
De omstandigheden zijn de “distels en doornen”. Die verstikken de eigenschappen en de kennis van de
ervaring. Dit gebeurt wanneer het bewustzijn gericht is op de materie. Dit is het bijten in de appel door
de mannin. Oefeningen om de psyche te ordenen helpen niet als ze niet gelijktijdig steunen op de 3
pijlers denken – voelen – handelen. De meeste oefeningen zijn slechts op 1 van deze 3 elementen
gericht. Een echte ervaring heeft altijd een gevoelsaspect, een mentaal aspect en een actie aspect.
Daarom kan men zichzelf nooit herprogrammeren met bv alleen positief denken. Is de gedachte niet
gekoppeld aan een echte ervaring heeft de techniek maar een tijdelijke invloed. De echte ervaringen
zitten in de gevangenisdriehoek van het ego. Werken aan één van deze aspecten is te vergelijken met
het oppoetsen van een gevangeniscel. De cel wordt mooier maar het blijft een gevangenis.
Worden de spanningen in de driehoek van het ego te groot ontstaan er impulsen om iets te gaan doen
met wat er misloopt. Het vormt een aanzet tot inzicht waarom we in dit leven zitten. Alle aspecten van
het verleden moeten worden gezuiverd en ontdaan van de subjectiviteit van de omstandigheden. Hier
is maar één oplossing: Verhoog het bewustzijn. Zolang het bewustzijn zich in de driehoek van het ego
bevindt brengen we ons eigen ego naar buiten. Vanuit de kosmos wordt hieraan gewerkt zodat
bepaalde aspecten toch geleerd en overwonnen kunnen worden. Hierdoor worden bepaalde karmische
15
gevolgen weggewerkt. Dit alles samen bepaalt het LOT. Het individuele lot moet in het collectieve lot
passen. Hierdoor moeten bepaalde dingen gebeuren of moeten we bepaalde mensen ontmoeten.
Stroomt het Licht, start automatisch een opruim in de lagere psyche. Dit is voelbaar op emotioneel,
fysiek en mentaal vlak. Deze levensfase is moeilijk en pijnlijk. Dit is het “wassen van het kleed (=
aura)”. Cfr Het wit kleed bij een doopsel (vroeger enkel met Pasen), communie, huwelijk en overlijden.
Deze symboliek werd thans vergeten.
Impulsief gedrag wordt telkens weer opgeslagen in de driehoek van de lagere psyche. Schuld- of
slachtoffercomplexen zijn goede vluchtwegen. Het vindt zijn oorzaak in verleden incarnaties. Het ego
moet het denken, voelen en handelen in evenwicht brengen met informatie van boven. Dit kan enkel
met het bewustzijn boven het ego. Pas dan kan het lichaam normaal functioneren. Hecht de ziel zich
niet aan materie en beheersen we de materie is dit een overwinning en wordt dit deel losgelaten, bv
verslaving aan roken, drank…
“Leven vanuit het hart” is leven vanuit de hartchakra, schoonheid of tiferet PR. Leven we vanuit de
hartchakra (liefde) wordt arbeid zichtbare liefde en kunnen we het bewustzijn loskoppelen van het ego
(= onderste driehoek). Dit kan alleen wanneer er een evenwicht is tussen denken, voelen en handelen.
Zit het bewustzijn enkel in het denken, wordt er niet gehandeld. Zit het bewustzijn enkel in het voelen,
wordt er nooit nagedacht en wordt er niets mee gedaan. Zit het bewustzijn enkel in het handelen, wordt
er nooit gedacht en worden de gevoelens opzij gezet. Bestaat er een evenwicht tussen denken, voelen
en handelen ben je veranderd.
HR – Malchoet = de uitvoering van het hemelse Plan
\
PR – Tiferet = Zelf
☼
\
Lichaam – Daat – waarneming
|
|
ego = waarnemingsscherm van de wereld 
|
|
De aspecten van de lagere psyche of ego worden
voorgesteld door de maan; de aspecten van de hogere
psyche of Zelf door de zon. De maan weerkaatst het
zonlicht wanneer er geen barrière tussenzit. De maan
stuurt het licht naar de aarde. De aarde is de
uitvoering. Ons handelen of onze reacties komen niet
spontaan vanuit het ego, maar zijn beredeneerd
beïnvloed door het hogere.
De Kennis stroomt langs Daat PR of Jesod HR. De
Kennis kan verschillende vormen aannemen of ook
geen vorm aannemen.
De informatie vanuit het Zelf wordt via de maan
doorgestuurd naar Daat van het lichaam en naar de
hersenen om uit te voeren. Dit zet een reactie in gang.
Is de verbinding echter verbroken haalt het ego
informatie uit de ervaringen die zij heeft opgeslagen in
de driehoek van de lagere psyche. Dit wordt
weerkaatst. Zo gaat het bij 96% van de mensen.
De mens is tegelijk slaaf en het product van het
verleden. Dit kan maar veranderen als het bewustzijn
zich boven Keter van de materie plaatst ofwel boven
het handelen met het verstand. Dit kan eventueel met
positief denken, maar dit werkt slechts tijdelijk want
hier komen de elementen voelen en handelen niet aan
bod. Het is niet aan een echte ervaring gebonden. Op zich is dit niet fout. Het kan ondersteunend
werken, maar elke therapie is tijdelijk. De mens vervalt snel in consumptiegedrag omdat de
doelstellingen fout waren en enkel op symptomen werden gericht. Een definitieve oplossing kan
16
slechts komen door bewustwording. Hiervoor moet de mens een hele tijd uit zijn dagelijks
functioneren; uit zijn functie van consument.
Met een BWZ-stijging verliest het verstand de controle over de handelingen. Men zal niet alles meer
in functie van de materie gaan zien, maar ook rekening houden met spirituele aspecten. Het spiritueel
aspect krijgt langzaam voorrang op het materiële en het leven gaat geordend worden volgens de
spirituele wetten. De handelingen worden niet meer bepaald door wat het verstand dicteert voor het
lichaam, maar door wat goed is voor de ziel en voor de uitvoering van het goddelijk Plan. Hiermee
bereikt men een bewustzijnsniveau dat onder controle van de aartsengelen valt. Gaat men door het
vagevuur komt men in contact met de binnencirkel van de mensheid. Dit is het Mystiek Lichaam van
Christus of het huis van Israël. Dit is het niveau van de Messias of Keter PR. Iedereen heeft dit niveau
in zich.
Boven de verheven drempel bevindt zich het hoger emotioneel lichaam of de plaats van de Zuivering.
Rond het Zelf zit het passief en actief emotioneel geheel. Het emotioneel geheel is de bergplaats van
alle belangrijke emotionele gebeurens, ontdaan van de omstandigheden en de pijnen. De emoties
kunnen ons sturen vanuit het onderbewuste om acties en reacties te vertragen, te versnellen of te
harmoniseren. In dezelfde omstandigheden, maar met het bewustzijn in de lagere driehoek, zou de
mens emotionele ontreddering zijn. Met het bewustzijn in het hoger emotioneel lichaam evenwel blijft
hij in zijn evenwicht.
Boven dit niveau, gecentreerd rond Daat, ligt het hoger intellectueel lichaam. Het is de bergplaats van
de intellectuele of mentale processen. Het bestaat uit de actieve en passieve mentale ervaringen; alle
concepten en ideeën van alle ervaringen ontdaan van de omstandigheden.
De actieve ervaringen vragen een impuls van de mens, de passieve ervaringen komen automatisch naar
boven als het nodig is. Om ze te kunnen gebruiken moet ook hier het bewustzijn opklimmen om er bij
te kunnen. Maw het bewustzijn moet boven de lagere driehoek staan.
In de hoogste driehoek bevindt zich het collectief van ervaringen van het ras en van de mensheid in
zijn totaliteit. Op dit niveau ligt alle kennis en alle ervaringen van alle tijden van de mensheid
opgeslagen, alle kennis en ervaringen van deze cyclus weliswaar, alsook alles wat nog komen moet.
Dit niveau is slechts voor enkelingen toegankelijk.
Rudolf Steiner kon dit niveau raadplegen. Zo zag hij dat de volgende dag op hem een aanslag zou
gepleegd worden in Nazi Duitsland. Ondanks dat nam hij de volgende dag de trein zoals hij van plan
was geweest. Hij kende de afloop van de aanslag niet. Tenslotte mislukte die zonder dat Rudolf er zich
bewust van was.
Met zijn hoger bewustzijn wist hij dat hij het goddelijk Plan niet mocht verstoren. Hij onderwierp er
zich aan zonder de gevolgen ervan te kennen. Hij mocht deze kennis niet voor zichzelf gebruiken. Een
echte “ziener” ziet op dit niveau en kent het hoe en waarom. Dit mag hij echter niet meedelen.
De 3 grote bewustzijnscirkels:
Het persoonlijk dagbewustzijn
centreert zich rond het ego. Het heeft hoofdzakelijk
betrekking op het materieel aspect. Zonder dit bewustzijn kunnen we niet functioneren. De mens kan
zijn bewustzijn projecteren in de tijd (verleden – heden – toekomst) en van oorzaak naar gevolg. Een
dier is ook bewust, maar is zich van dit bewustzijn niet bewust. Het leeft in het nu en legt geen
verband tussen oorzaak en gevolg.
Het individueel onderbewustzijn centreert zich rond Tiferet, het Zelf. Het ligt achter het
persoonlijk bewustzijn en is meestal niet toegankelijk.
Het collectief onderbewustzijn bevindt zich in de bovenste driehoek. Het is maar voor
een zeer klein percentage van de mensen bereikbaar. Stijgt het bewustzijn tot dit niveau kunnen we
17
langzaam gaan delen in de kennis en ervaringen van anderen, van het ras waarvan we deel uitmaken;
later ook van de kennis van de wereldbevolking. De hele mensheid heeft in de loop der tijden
objectieve kennis opgedaan die hier ligt opgeslagen. Deze bergplaatsen van kennis zijn met ons
normaal bewustzijn niet bereikbaar.
Het ego maakt deel uit van het dagbewustzijn en van het individueel onderbewustzijn. Een geoefend
persoon kan toegang krijgen tot het dagbewustzijn van anderen. Hij zal deze waarnemingen echter
interpreteren van op zijn eigen ego. Hij ziet de paradijselijke vorm maar niet de uitvoering in de
materiële wereld. Hij ziet de bouwstenen maar niet het afgewerkte geheel. De interpretatie zal dus in
functie van de bouwstenen zijn en niet in functie van het geheel. Daardoor komen vele voorspelling
niet uit.
Verplaatst het bewustzijn zich van het ego naar het Zelf wordt dit de bevrijding of bekering of
verlossing genoemd. Dan zijn denken, handelen en voelen in evenwicht in het NU, los van het
verleden.
Al onze reacties of acties worden vandaag vanuit het verleden bepaald, zowel in het denken, voelen als
handelen. Nu is er bij veel mensen een zuiveringsproces bezig, zodat ze toegang krijgen tot het
individueel onderbewuste. De afscheiding wordt vager door de indaling van meer Licht. Het is zoals
Mozes die terugkeert naar Egypte, of de prins die de prinses komt bevrijden. Deze verandering gebeurt
in fasen. Voor het Licht (goddelijke Liefde) indaalt is er altijd een duistere fase.
Alle elementen die in het paradijselijke vorm geven, beïnvloeden de psyche.
16. De invloed van de planetaire sferen op het
paradijselijk lichaam.
Het 1° bewustzijnsniveau dat we moeten bereiken is dat van de
ziel. De ziel is het paradijselijk lichaam of de psyche. De mens
is de goddelijke Vonk doorheen het GR – HR – PR – materiële
wereld. Het lichaam is enkel de drager van de ziel. Het
paradijselijk lichaam is dat deel van de mens dat huist in het
PR. Het is er altijd. Alleen heeft het bewustzijn zich op de
materie gericht en er zich mee verankerd. Het bewustzijn zit
nog steeds in het paradijs, maar ons dagbewustzijn heeft hier
geen toegang toe omdat het alles te letterlijk en materieel
neemt. We bekijken de psyche of het paradijselijk lichaam in
functie van wat in het PR aanwezig is. De paradijselijke
wereld is instabiel omdat zij vormgevend is. De vorm wordt
voortdurend aangepast in functie van wat moet worden
uitgevoerd, individueel en kosmisch. Het paradijselijk lichaam
is aan deze veranderingen onderhevig. Het PR wordt
voorgesteld als water. Vloeistof neemt elke vorm aan. Water is
altijd in beweging. In de zee zwemmen vissen die in de
Kabbala de engelen symboliseren.
Alle spirituele tradities nemen aan dat het fysiek lichaam
onderhevig is aan planetaire constellaties. De Kabbala kent
verhandelingen die spreken over de invloed van de 12
sterrenbeelden op het fysiek lichaam. Deze sterrenbeelden
plaatst men op het lichaam. Het verschuiven van de zon
doorheen de zodiaktekens beïnvloedt bepaalde delen van het
lichaam. Beïnvloedt de zon het lichaam, is het logisch dat ook
deze constellaties de psyche beïnvloeden. Deze stelling wordt betwist door bepaalde Kabbalistische
18
strekkingen. Sommigen stellen dat een Israëliet niet onderhevig is aan de invloeden van de sterren of
planeten.
Op de 3° dag werd het droog land geschapen. Dat zijn de concrete lessen. Bomen en gewassen of het
spiritueel voedsel in functie van de moeilijkheidsgraad kwamen toen tevoorschijn. In het
scheppingsverhaal worden de planeten op de 4° dag geplaatst. De cyclussen werden gecreëerd om in
functie van die moeilijkheidsgraad kennis over te dragen (= leerplan).
“Er moeten lichten komen aan het hemelgewelf om dag en nacht van elkaar te scheiden”.
Ook de cyclus van dag (actie) en nacht (rust) valt hieronder. De lichten aan de hemel moeten de aarde
verlichten. Maar zo binnen, zo buiten, zo boven, zo beneden, het licht dient zowel het fysieke aspect
als het psychische aspect.
“Het grootste licht om de dag te beheersen en het kleine licht om de nacht te beheersen”.
In het fysieke is dit duidelijk. In de psyche duidt de ☼ op de hogere psyche en de ☺ op de lagere
psyche. Heersen betekent dat hier alles door wordt geregeld, zowel in het materiële als in de psyche.
De 4° dag schiep God de cochavim of lichten aan de hemel. Vanuit dit niveau komt de sturing om in
het paradijselijke alle nodige vormveranderingen te genereren. Het hemelse Plan krijgt vorm in het PR
en wordt gerealiseerd in de materie. In de materie mag de vorm niet veranderen. De “lichten aan de
hemel” worden in de Bijbel altijd vertaald als de hemellichamen of de planeten. In de oudheid werd
geen onderscheid gemaakt tussen planeten en sterren. Planeten noemde men de “bewegende sterren”;
de andere hemellichamen waren de “vaste sterren”. De beweging van de planeten kon worden
waargenomen in een korte tijdspanne.
Cfr Sirius neemt 1460 jaar voor een volledige kringloop.
De steeds veranderende vormen dalen doorheen het PR af. Ze krijgen op elk niveau de nodige
verandering. Ze worden steeds concreter doorheen de diverse planetaire sferen. Wij worden niet
beïnvloed door de stand van de planeten, maar wel door de impulsen die in de planetaire sferen
worden gecreëerd en naar de aarde worden gestuurd. De stand van de planeten is daarvoor een
aanduiding. Deze impulsen zijn afhankelijk van de plaats op aarde en van het persoonlijke
trillingsgetal dat hierop reageert. Een klok bv geeft het uur aan maar is de tijd niet. De fysieke planeten
hebben een invloed op het fysieke. (maan(d)stonden, eb/vloed). De planetaire sferen hebben een
invloed op de psyche. Met het bewustzijn op de hartcakra wordt men niet meer beïnvloed door de
sneldraaiende binnenplaneten. De fysieke planeet heeft invloed op het fysieke aspect. De maan
beïnvloedt de menstruele cyclus. De gemoedstoestand van de vrouw wordt veroorzaakt door de
planetaire sfeer van de maan.
De planetaire sferen zijn te vergelijken met studiejaren.
Mensen met een lager bewustzijn worden sterk beïnvloed door de sferen van de aarde, de maan, venus
en mercurius. Ze worden weinig beïnvloed door de hogere planetaire sferen. De lagere planetaire
sferen bepalen het dagdagelijks bestaan van iemand met het bewustzijn in de natuurlijke wereld. Zij
regelen het leven van de massa (96% van de mensen). Het individueel aspect is beperkt.
Hier komen we terug op het discussiepunt dat “een Israëliet niet onderhevig is aan een gesternte”.
Wat we zien van een planeet is Malchoet van de planetaire sfeer. Van de aarde zien wij enkel
Malchoet maar de planeet aarde en de planetaire sfeer aarde vallen wel samen.
Op de tekening is het zwart deel het “huis van Israël”. Zit het bewustzijn op dit niveau is men een
“Israëliet”. Stijgt het bewustzijn, is de persoon niet meer onderhevig aan de planetaire sferen van de
lagere planeten of de binnenplaneten. Deze binnenplaneten draaien sneller dan de aarde rond de zon en
creëren enorm veel variatie op allerhande niveaus. Bv ego = maan; gevoelens = venus; gedachten =
Mercurius. Door de invloed van deze planetaire sferen wordt er telkens iets nieuws gecreëerd in de
aardse sfeer, zoals mode, muziekgenre, verslaving, “kick”… Een Israëliet heeft zijn bewustzijn
minstens op Tiferet. Hij staat dus boven de invloed van de lagere planeten.
Cfr Met WO I werd er een sterk nationaal gevoel gecreëerd. Vele vrijwilligers meldden zich aan. De
stand van de planeten zorgde voor een oorlogszuchtige sfeer. De braafste mensen voelden zich
geroepen om ten oorlog te trekken.
19
Wanneer de tijd rijp is zal hetzelfde zich herhalen. Er is echter maar 1 “vaderland” nl Israël/Tiferet.
Spiritueel gezien is het vaderland alle vorige incarnaties. Wij kwamen telkens vanuit dezelfde
“vaderen” (Ejn Sof).
Iemand met een bewustzijn in de onderste driehoek kiest voor een natuurlijk leven. Met een hoger
bewustzijn kiest men voor een bovennatuurlijk leven los van de planetaire sferen van de sneldraaiende
binnenplaneten. In dat laatste geval kan een horoscoop theoretisch perfect in orde lijken. Toch zal die
niet meer met de werkelijkheid overeenkomen. Die persoon koos een andere weg. De horoscoop komt
slechts overeen in functie van het bewustzijnsniveau. Daarom is een horoscoop nooit 100% juist.
De invloed van de planetaire sferen wordt in elke cultuur aanvaard, ook bij de Israëlieten. Bv Joden
wensen elkaar “Mazel tov”. Tov = hoogste, beste; mazel = mazalot/zodiak. Dwz wij wensen je het
beste gesternte van de trage planeten.
De 7 onderste planetaire sferen komen overeen met de zevenkoppige draak die over de aarde heerst.
MARS
PLUTO
VENUS
SATURNUS
MERCURIUS
URANUS
MAAN
NEPTUNUS
ZON
JUPITER
In het HR staat “Reshit hagilgulim”, de 1° wervelingen.
Keter PR/Neptunus.
of
Op Chochma wordt de Mazalot of dierenriem geplaatst
Op de niet-sfeer Daat staat Pluto
In het paradijselijke en in het materiële zijn de planeten
verschillend gestructureerd. Zij hebben een verschillende
volgorde. In het paradijselijke zijn de planeten gecenterd rond
de aarde, in de materiële wereld rond de zon.
De locale kosmos is opgebouwd uit verschillende sferen. De bovenste sferen zijn delen van een hoger
geheel. Ons zonnestelsel wordt voorgesteld als een theater. Hierin is, spiritueel gezien de aarde het
centrum met de andere planetaire sferen die er rond draaien. Dit heeft enkel te maken met de
organisatie van het rollenspel. De planetaire sferen staan achter het materiële. Deze sferen staan rond
de aarde en dragen dezelfde naam als de planeten. In het fysieke draaien de planeten rond de zon.
20
De ziel daalt af doorheen de planetaire sferen. In de maansfeer wordt de rol toebedeeld. In de aardse
sfeer wordt de rol gespeeld, uitvoering. Het bewustzijn bevindt zich in het PR (venus en mercurius).
Hier kan de ziel in bewustzijn groeien.
De Kerk verwarde de spirituele en de materiële betekenis van de zon. Het is eeuwenlang geweten dat
de zon het middelpunt is van ons locaal zonnestelsel. De spirituele context werd door de Katholieke
clerus als een waarheid in de materiële wereld geplaatst. Venus bv is dus niet hetzelfde als de sfeer van
venus.
De invloeden van de planetaire sferen gaan naar de werelden, continenten, materie, planten, dieren,
mensen. Het zijn regulerende invloeden. Zij regelen het leren van de mensen.
Cfr Hoe lager je zit, hoe meer invloeden van bovenaf komen. Zit je in het 1° leerjaar mengen
leerkrachten uit hogere jaren zich met je gedrag. Zit je in een hoger jaar zal de leerkracht van het 1°
leerjaar terughoudender zijn.
De tekenen van de zodiak staan op de boom en beïnvloeden de psyche. De eigenschappen van de
zodiaktekens komen overeen met de kenmerken van de sferen. Bv kreeft = gevoelig; leeuw =
heerschappij. Staat de zon in een bepaald teken wordt dit teken in de ziel (psyche) belicht. Het
onderliggend aspect van dit teken wordt dan gestimuleerd.
De geest in het HR daalt vanuit Malchoet HR in Tiferet PR of het Zelf. Elk Zelf krijgt bij de geboorte
een “laag” mee van bepaalde astrologische tekenen. Wordt bv een kind geboren met zon in
boogschutter, zal het Zelf/zon de aspecten van boogschutter in zich dragen. Komt de geest in het
paradijselijke, krijgt die daar als ziel een paradijselijke vorm. De ziel gaat dan behoren tot 1 van de 12
basistypes van de mensheid. Eén van die 12 types zal de ziel nadrukkelijker kleuren. Dit komt in alle
culturen voor.
De 12
= de 12 stammen van Israël
= de 12 astrologische tekens
= de volledige mensheid = uiterlijk
= de volledige psyche = innerlijk
= de 12 apostelen (Jesus had eigenlijk 72 vaste leerlingen)
zij waren de
stamvaders en dus mannelijk
Bij de 72 vaste volgelingen was er een evenwicht tussen de mannen en vrouwen. (72 namen van
GOD)
De ziel krijgt bij de indaling in het paradijselijk rijk dus een “laagje” mee van een bepaald astrologisch
teken. Doorkruist de zon/ziel dit teken, zal de ziel voor die kenmerken dubbel gevoelig zijn. Op dat
21
ogenblik zal ook de sfeer van het astrologisch teken een grotere invloed uitoefen. Hoe lager het
bewustzijn hoe sterker de invloed van de sferen zal zijn.
De planetaire sferen omkaderen het evolutiepad. Het bewustzijn evolueert onder invloed van de
omkaderende planetaire sferen, elk met hun specifieke werking en eigenschappen. Bv Mercurius
theorie. Dit type mens bekijkt alles van op een afstand. Venus praktijk. Dit type mens maakt altijd van
alles mee. Een venustype is altijd vrijwilliger voor allerhande.
De evolutie in de onderste driehoek gebeurt traag. (= kreeft) De evolutie in de hogere sferen verloopt
sneller (= leeuw = rad van geboorte). Hier zit het niveau van een hoger bewustzijn (horuskoning). Op
Tiferet (zon) is men één met het Zelf. Hier begint het echte leven. Dit is het mens – mens
bewustzijnsniveau.
De planetaire sferen beheersen de wereld van formatie. Één planetaire sfeer beheerst meestal 2 tekens
van de zodiak. Bv
Jupiter: vissen en boogschutter
Mars: ram en schorpioen
Venus: weegschaal en stier
Het zonnestelsel bestaat uit 10 planeten. Vroeger reikte de kennis tot Saturnus. Saturnus is de planeet
van de cycli, de planeet waarop Chronos leefde. Chronos is de heer van de tijd. Hij at zijn eigen
kinderen op. Hij wordt ook als “de dood” voorgesteld.
SATURNUS  stn = SATAN = transformatie. Satan “neemt het eindexamen af”. Hij brengt het
resterende karma naar voor waardoor hij een slechte bijklank heeft.
Met de stand van de planeten kan men enkel tendensen afleiden tav wat de toekomst zal brengen. Op
individueel vlak is het zeer moeilijk. Op grotere schaal is het minder moeilijk maar ook algemener.
De archetypes volgens Jung.
Biena
Anima
Saturnus
Moedersfeer
Passief intellect
Chochma
Animus
Uranus
vadersfeer
actief intellect
Gvoera
Mars
Held
Passieve emotie
Chesed
Jupiter
Grote koning
actieve emotie
Hod
Mercurius
Passieve biologische
zwendelaar
processen
Netsach
Venus
actieve biol. processen
mooi meisje of knappe jongen
De ziel daalt doorheen al deze sferen af. Aan elke sfeer zijn een reeks eigenschappen verbonden die
ogenschijnlijk positief of negatief zijn. Telkens wordt een deel van die sfeer meegegeven zodat de ziel
beschermd is bij haar geboorte. Tegelijk is zij ook gevoelig aan de invloed van al die planetaire sferen.
Het Zelf zal zich aan een cel binden om een lichaam te creëren. Het Zelf komt voort uit de geest (HR).
Het is een welbepaald astrologisch type dat zowel de psyche als het lichaam zal beïnvloeden. De stand
van zon en maan zullen bijgevolg belangrijk zijn bij de geboorte.
Het Zelf is Tiferet PR. Tiferet van het lichaam komt overeen met het centraal zenuwstelsel. Het Zelf
krijgt op het ogenblik van de geboorte een laagje van een zodiakteken mee dat meer bepalend zal zijn
dan de andere tekens. Dit wordt doorgegeven aan Keter van de materiële wereld. In Keter zit het
denken maar dit is niet waarneembaar. Deze psychische en fysieke aspecten zijn bij een 1° incarnatie
22
zuiver. Bij reïncarnaties zijn deze aspecten vermengd met de eigenschappen van vroeger be/geleefde
astrologische types.
De maanascendant ligt over het ego. Dit houdt de levensvisie in. Bv maagd: zal pietluttig overkomen.
Astrologie geeft inzicht maar mag geen doel op zich zijn. Astrologie kan gebruikt worden als kennis
of als hulpmiddel. De Kabbalist moet dit evenwel overstijgen. De kennis van de mens is te beperkt.
Dit geldt ook voor alle andere methodes die het lot van de mens trachten te verklaren.
Bij een laag bewustzijn oefenen alle hoger gelegen sferen veel invloed uit op de psyche. Met een
BWZ-stijging vermindert de invloed van de sferen. Het doel van de Israëliet is het lot te overstijgen.
Zie ook het verhaal van Osiris die in 14 stukken wordt gesneden, waarvan elk stuk in een tempel aan
de Nijl moest worden ontwikkeld om nadien alles weer tot een geheel te brengen. Zijn er
eigenschappen of tekorten van jezelf of anderen waaraan je je ergert, zijn dat aspecten van het ego om
je rol te spelen. In de maansfeer wordt die rol met alle eigenschappen en gebreken “ingebakken”.
Bij het geboortemoment bestaat er een subtiel verband tussen de macrokosmos en de microkosmos (=
het kind). Het nieuwe leven zal in een raderwerk passen en wordt meegesleept door het rad. Het kind
wordt op het juiste moment van het evolutieproces in de natuurlijke wereld geboren; met de juiste
eigenschappen nodig om in deze tijd te kunnen leven.
Cfr Een kind kan zelfstandig met een PC omgaan. Een volwassene van nu heeft hier meer problemen
mee.
De volwassenen van nu werden geboren met eigenschappen die pasten in het tijdschema van toen. De
evolutie in de huidige tijd moet de mens zelf invullen. Kun je de veranderingen niet meer aan “word je
oud/out”. Je kan dan niet meer mee met de tijd. In onze tijd gaat de evolutie zeer snel. De mens moet
zich dan ook zeer snel aanpassen of afhaken.
Om een hoger bewustzijn te kunnen verkrijgen moet men alle aspecten van het lager bewustzijn
doorlopen hebben. Je kan de spirituele weg niet opgaan als je niet geleefd hebt. De Joden zeggen: “Je
kan maar beginnen als je 40 wordt. Daarvoor moet je geleefd hebben”. Daarom moet een rabbijn ook
gehuwd zijn. Je kan niet loslaten (de materiële wereld) wat je niet eerder vasthield.
Alle mensen met een hoger bewustzijn begonnen ooit op niveau 1 van Malchoet (tot 9 jaar). Dan
begint het kind te denken (Mercurius). Dit is mentaal rijpen (communicatievaardigheid). In een
volgend stadium groeit het emotionele (in contact met anderen).
Cfr Op jonge leeftijd intreden in een klooster loopt meestal fout af. Dit kan wel als het in vorige levens
werd voorbereid.
Karnaval is het feest van het ego, van het uitleven. Het is pas na het uitleven dat men de tocht naar een
hoger bewustzijn kan aanvatten. Dit is de vastenperiode ofwel het losmaken van wat ons in de materie
vast hield. Dit kan pas als je alles hebt ervaren en beseft dat alle materieel bezit maar van beperkt
belang is. Zolang je het levensdoel in de materie stelt kan je de spirituele weg niet opgaan. Indien je
deze weg wel kan opgaan word je losgeweekt van het lot. Het lot is het tandwiel dat meedraait in het
raderwerk van de kosmos. Alle levens moeten in elkaar passen in de juiste omstandigheid en plaats.
Het leven moet passen in wat de natuurlijke wereld en de persoon zelf nodig hebben om bepaalde
zaken af te werken, te leren, banden te verbreken…
Pas wanneer het bewustzijn stijgt boven de Mercurius-Venus as, richt het Zelf zich op. Dan moet het
puzzelstukje los gemaakt worden uit het grote geheel zonder dat de andere stukjes daaronder lijden.
Men moet dus niet alles en iedereen verlaten om een hoger bewustzijn te verwerven, maar wel de
emotionele bindingen er mee verbreken.
Cfr Jesus was getrouwd en had kinderen. Hij bleef er voor zorgen. Dit wordt niet verteld omdat dit
niet belangrijk is voor de leer. Jesus was een rabbi. Die mag niet in het openbaar spreken als hij niet
getrouwd is. Maria Magdalena waste de voeten van Jesus. Dit was een voorrecht van de echtgenote.
Een echtelijke verbintenis mag enkel met onderlinge toestemming worden verbroken. Bij de
Ortodoxen kan dit tot 4 maal. De verantwoordelijkheden tegenover de medemensen (partner,
kinderen) blijven evenwel voor altijd gelden. Ook dit is een deel van het groeiproces op het spirituele
pad.
23
Cfr De priester bij het begin van de mis: schuldbelijdenis – door mijn schuld. Hij neemt de
verantwoordelijkheid waardoor hij de trappen verder op kan gaan. Hij staat op het Zelf, de
kerkgangers op Jesod
Met een bewustzijn in de onderste driehoek blijf je onderhevig aan de invloed van de planetaire sferen
en de tekens van de zodiak. Dwz men blijft onderhevig aan de veranderende getijden die vanuit het
hemelse doorheen het PR worden doorgegeven tot op het materieel vlak. Dit geldt voor de fysieke en
emotionele veranderingen. De spirituele veranderingen komen pas later.
Vermits wij constant het verleden repeteren, is er niet echt veel individualiteit. De werkelijke
individualiteit begint pas op Tiferet. Ook zij die denken zich individueel te gedragen, reageren op de
invloeden die naar hen van bovenuit werden toegestuurd. De reactie is anders of tegengesteld, maar
het is wel een reactie op binnenkomende impulsen. Bv iets anders dragen dan wat de mode
voorschrijft. Dit kan maar veranderen op het ogenblik men kiest voor een bovennatuurlijk leven.
Astrologie of de grondslag van de reïncarnatie.
Onze geboortehoroscoop geeft het leerplan voor een leven. Hij wijst het lot van de mens aan. De
levensweg van een mens staat bij zijn geboorte vast. De mens zet het geleidelijk in werkelijkheid om.
Er is in het leven geen toeval. Iedere gebeurtenis is de formele uitdrukking van de inhoud. Aan de
vorm kan men de inhoud herkennen en omgekeerd. De geboorte is een formele gebeurtenis die zich bij
een bepaalde kwaliteit van de tijd voordoet en een inhoud vertegenwoordigt. Bij de geboorte komt niet
een 'onbeschreven blad' op de wereld. Een ziel heeft een reeks aardse levens achter zich. In elk leven
werd ze met een bepaald leerplan geconfronteerd, dat ze meer of minder goed en volledig uitvoerde.
Sterft een mens, heeft hij in een zeldzaam geval alle eisen en taken van het lot volledig begrepen en
uitgevoerd. Meestal blijft er iets over. De handelsbalans, het cijfer onder de streep is het codenummer
van de ziel. Dit codenummer symboliseert de kwalitatieve rijpheid van deze ziel. Deze kan pas dan
weer incarneren wanneer de kwaliteit van de tijd aan de eigen kwaliteit beantwoordt. De kwaliteit van
de tijd is de voorwaarde voor het zich kunnen manifesteren van een inhoudelijk gelijkwaardige
gebeurtenis. Het is de wet van de resonantie.
Het incarnatietijdstip zou de conceptie zijn, maar volgens bovenstaande wetten correleert de conceptie
met de geboorte. De kwaliteit van de tijd van de geboorte zegt dus iets over de 'gesteldheid' van de
geïncarneerde. De horoscoop is het tussenliggend resultaat van de weg tot nu toe door de aardse levens
afgelegd. De horoscoop is daarom toevallig noch onrechtvaardig. De horoscoop toont ons het karma
van de mens. De horoscoop is het noodzakelijk geworden leerplan voor deze incarnatie. Astrologie
moet dus niet bedreven worden met de bedoeling het lot te slim af te zijn, om uit de kennis van de
sterren voordeel te slaan. Hij zou eerder moeten helpen het lot te vervullen.
De Grieken kenden een eenvoudige formule om in goede harmonie met de goden om te gaan. Zolang
men aan de goden offert, doen de goden niets. Offert men niets, haalt de godheid het offer met geweld.
Deze formule is nog altijd geldig en is de eigenlijke sleutel van de astrologie. Het komt ook dichter bij
de werkelijkheid dan zich onder de dode hemellichamen 'goden' voor te stellen.
Het begrip 'offeren' betekent ruimte scheppen in de eigen sfeer van beleving, het in het bewustzijn
integreren. De verschillende 'goden' of oerprincipes eisen op verschillende tijden van de mens hun
recht op. Zij vragen van de mens dat hij zich juist nu speciaal met hen zou bezigen. Wie op deze eis
ingaat en deze godheid bij zich binnenlaat om die te leren kennen, die offert aan deze godheid en heeft
daarvan niets te vrezen. Wie zijn deur sluit en de godheid niet binnenlaat, niet wil leren kennen, kan er
zeker van zijn tot zijn geweigerde offer te worden gedwongen.
De levensweg van het mens-zijn moet naar volmaaktheid leiden. Elke kleinste leerrijke stap maakt de
mens volmaakter. Volmaakter wordt men wanneer men nog iets toevoegt wat ontbreekt, iets wat
onbekend is integreert. Zo wordt de mens door het lot met principes geconfronteerd die hij nog niet
verwezenlijkte of die hem nog ontbreken. Dat is het gevaarlijke punt. De fout is zich dan af te sluiten
of weerstand te bieden om het noodzakelijk geworden offer te brengen. Daarmee begint de strijd
tussen het lot en de mens, waarbij de overwinning van het lot bij voorbaat zeker is. Als verliezer
beklaagt de mens zich dan over het boze lot dat hem te gronde richt. Een astrologisch advies zou de
24
mens op de hoogte moeten stellen welk leerplan hij in deze incarnatie te vervullen heeft en hem de
afzonderlijke principes moeten verklaren waarmee hij zich intensief moet bezighouden. De astroloog
mag geen toekomst voorspellen, wil hij hem niet van de eigen ontwikkeling beroven. Maar hij kan
hem vertellen op welk tijdstip 'welke godheid zal aankloppen' en hoe men daarmee om moet gaan om
die te leren kennen en lief te hebben. Dit verticaal denken maakt het de astroloog mogelijk op de
verschillende niveaus mogelijkheden te noemen om het nieuwe principe te verwezenlijken en een
constellatie in te lossen. Een echt astrologisch advies kan nooit een waarschuwing voor een principe
(constellatie) inhouden, maar altijd raadgevingen en aanmoedigingen om juist daar intensief mee bezig
te zijn. Problemen of ziektesymptomen zijn altijd alleen maar het inlossen van een constellatie op een
bepaald niveau. Het is de taak van elke ziekte om de mens met een bepaald principe in kennis te
brengen dat hij klaarblijkelijk niet vrijwillig inloste.
17. Het levensplan.
Voor de geboorte heeft de ziel inzicht in het komende levensplan of levenslot. Om dit in uitvoering te
brengen moet de nieuwe mens geboren worden op een welbepaalde plaats en op een welbepaald
ogenblik. De invloeden van de planetaire sferen van dat ogenblik worden in de psyche en in het
fysieke aspect van de nieuwe mens “ingebakken”. Zowel het lichaam als de psyche krijgen die
eigenschappen en tekorten mee nodig om die rol te spelen. Tegelijk bestaat in het geheel een
verscheidenheid aan karakters nodig om het leefbaar te houden.
In de westerse wereld wordt het lot als iets fatalistisch of negatief ervaren. In het oosten wordt dit
gelaten aanvaard als “de wil van Allah”. Om inzicht te krijgen in het lot wordt vaak beroep gedaan op
kaartleggers, numerologen, astrologen… Lag het lot vast zou de mens een pion op een schaakbord
zijn. Het lessenpakket ligt vast, maar de manier waarop men hiermee omgaat is onze eigen wil. De
kosmos helpt ons om met het lessenpakket (= het lot) om te gaan. We worden hierin begeleid. We
komen naar de aardse sfeer om iets te leren, niet om ons uit-te-leven of om het beste of het mooiste
leven te hebben zoals we dit zelf zouden willen. We kunnen wel jeugddromen hebben, maar in de
praktijk komt hier weinig van terecht. Onze verwachtingen zijn meestal niet realistisch. Bv de beste
partner, mooie carrière, mooi huis, perfect gezin, geen financiële problemen… Verliep ons leven zo
rimpelloos zouden we niets leren. In het oosten zegt men: “Zielen zijn als diamanten. Ze worden aan
elkaar geslepen”. Diamant wordt met diamant geslepen omwille van zijn hardheid. De hardste kanten
worden vaak geslepen in het huwelijk.
Elk leven wordt opgebouwd volgens een bepaald
levensplan. Ongeacht het karakter of de rol is de structuur
van elk leven gelijk. Het laat ons toe een groeiproces te
ondergaan. De blauwdruk van elk leven is 81 jaar. De
duurtijd kan individueel verschillen. 81= 9x9. In elke
levensfase van 9 jaar zijn er welbepaalde aspecten te leren.
Elke levensfase van 9 jaar is de voorbereiding op de
volgende fase van 9 jaar. De moeilijkheden komen telkens
terug, maar met een aangepaste moeilijkheidsgraad. De 1°
fase van de jeugd (tot 27 jaar) is een voorbereiding op de
moeilijkheden van het levensplan. De jeugdfase is een
training voor het verdere leven. De levensloop is een
training om later andere taken aan te kunnen. De
levensloop is geordend en gestructureerd rond 3 pakketen
van 3 x 9 = 27
1) 3 x 9 vorming
2) 3 x 9 actie
25
3) 3 x 9 oogsten
In de 1° fase van vorming wordt de persoon die hij al was. Hij zal opnieuw de eigenschappen
verwerven die hij in een vorig leven heeft achtergelaten. De eigenschappen uit een vorig leven worden
aangevuld met eigenschappen nodig in dit leven. Deze vormingsfase duurt 3 x 9 jaar + 9 maanden (in
de moederschoot). Het is een voorbereiding op de fase van actie. We gebruiken het beeld gecreëerd
door de wet van Pythagoras: “In een rechthoekige driehoek is de som van de kwadraten van de
rechthoekzijden gelijk aan het kwadraat van de schuine zijde”
A2 = (b2 + c2)
De 3 fasen zijn gecenterd rond een rechthoekige driehoek, het centrum van de ziel. Elke 27 jaar komt
men terug in contact met de ziel. Dit is een moment van heroriëntatie. Het duurt ongeveer 2 jaar (van
26 tot 28 jaar) en is meestal een moeilijke periode in het leven.
Vorming:
op 9 jaar verlaat men de kindfase
op 18 jaar is de wereld te klein. De tiener weet alles best, de ouders weten niets en zijn ouderwets.
Actie:
Van 27 tot 54 jaar is een moeilijke fase. We zijn met 1000 dingen te gelijk bezig: carrière, huis,
gezin… alles wat in de materie belangrijk is. Op 54 jaar wordt de mens wakker. Hij is zich bewust van
de beperktheid van het leven en vele illusies zijn niet ingevuld.
Oogsten:
Van 54 tot 81 jaar. Na 81 jaar begint alles opnieuw, maar op basis van de oogst. Mensen die zich
psychisch niet ontwikkelden worden “kinds” nog voor ze 81 jaar zijn.
In de begeleiding stuurt de kosmos ons periodiek de nodige signalen (crisismomenten) om ons te
heroriënteren (=wakker worden rond keuzemogelijkheden). Op 9 jaar is dit vrij simpel. Op 18 jaar, de
leeftijd van de grote revoltes, is dit meer complex. Op 27 jaar moet gebouwd worden aan de carrière,
het gezin… Dit veroorzaakt botsingen. De belangrijkste botsingen liggen in de volwassen fasen en in
het begin van het oogsten. Rond 45 jaar is in de materiële wereld alles zowat volbracht op materieel
vlak. De idealen van de jeugd zijn vervlogen. Nu treedt misnoegdheid op. Men is niet tevreden met
zijn leven. Het heet mid-life crisis. Dit is eigenlijk het kosmisch “wakker schudden” om ons erop te
wijzen dat eigenschappen ook ten dienste van anderen moeten worden gesteld. Wij stellen de vraag
waarom we leven. Dit inwendig ongenoegen wordt veroorzaakt door Bat Kol. Kan men dit
ongenoegen niet juist plaatsen, plaatst men het in de materie. Men zoekt een oorzaak of schuld in de
omgeving: partner, kinderen, buurt, regering… In deze periode wisselt men vaak van partner,
werksituatie of men verhuist… Men zal zijn leven heroriënteren.
In de actie-periode bevindt men zich in de “Jupiter-crisis”: 45 – 50 –54 jaar. Inwendig wordt men ter
orde geroepen om de balans op te maken van het leven tot nu toe. Rond 54 jaar is er opnieuw contact
met de ziel. Is men in deze periode bezig met het doel van zijn leven op spiritueel gebied te
verwezenlijken zal men er niet veel last van hebben. Zoekt men daarentegen een compensatie in de
materie, creëert men een nog moeilijker periode. Het zal steeds moeilijker worden om zich terug op te
lijnen aan het Plan.
In de oogstfase, rond de leeftijd van 60 jaar, komt men onder invloed van Saturnus. Die staat op de
plaats van het geboortemoment en wordt de Saturnuscrisis genoemd. Je wordt volledig door elkaar
geschud. Het wordt als onaangenaam ervaren. Het is in feite een kosmische terechtwijzing om je
duidelijk te maken dat de tijd dringt. Hoe meer de mens in de materie verankerd zit, hoe moeilijker het
zal zijn. SATURNUS = STN = SATAN = examinator.
26
Verder in de oogstfase komen periodes die ons toelaten om de gehechtheid aan de materie los te laten.
De meeste mensen bereiken deze fase niet omdat zij nooit spiritueel “volwassen” werden. Dan kunnen
de crisissen zwaar gaan doorwegen. Met spiritueel inzicht wordt men mild, aangenaam al heeft men
geen geld of mislukte men op materieel vlak. Verwierf men daarentegen geen inzicht, plaatst men alles
in de materie die alles zal onderlijnen. Je verzamelde bv een wijnkelder maar je mag er wegens
gezondheidsredenen niet meer van genieten. Je hebt geld maar je moet het spenderen aan dingen die je
niet wil, bv een rechtzaak. De verjongingskuur kan je betalen maar ze komt te laat. Ze heeft geen
effect meer. Gevolg: chagrijn of rancune. Elke crisis is er om je wakker te maken.
Het individuele levensplan is verbonden met een individueel lot. Dit moet de mens toelaten om wat in
dat leven mogelijk is te verwezenlijken, eventueel ook wat in dit leven niet mogelijk is. Het levensplan
is het minimum minimorum. Doorstonden we dit volledig halen we al 50% van de punten!
De manier waarop je het lot leeft bepaalt gelijk ook de moeilijkheidsgraad.
Wie afdaalt in deze wereld kan kiezen voor 1 van de volgende levens:
1. Een natuurlijk leven met het BWZ in de 3 laagste chakras. Je komt je karma afwerken; knopen
verbreken; negativiteit neutraliseren. Het is een beetje lezen en een taak afwerken. Een zwaar
Karma geeft je weinig tijd om nog te leren.
2. Een bovennatuurlijk leven met het BWZ in de 3 middelste chakras. Het is leven op je
hartchakra. Het karma en de knopen verdwijnen. Er zijn enkel nog taken te doen en te leren.
3. Een kosmisch leven met het BWZ in de 3 bovenste chakras. Je bent er enkel nog voor een
taak.
De mogelijkheid staat voor iedereen open. Stijgt je BWZ verandert je puzzelstukje en word je deel van
een andere puzzel. Met karma kan je enkel nog weerkeren waar je BWZ zat toen je het vorige leven
verliet. In een natuurlijk leven heeft men niet veel plaats om te kiezen. Kiezen kan pas in een
bovennatuurlijk leven. Men kan dan zoeken naar de juiste plaats. Het lot en de spirituele bestemming
lopen niet altijd perfect gelijk. Soms lopen de beiden schijnbaar tegenstrijdig. Je wordt geboren op de
meest geschikte plaats; op het meest geschikte tijdstip wanneer je karmisch nog iets te doen hebt.
Om dit Plan af te werken kregen we een karakter met eigenschappen en tekorten. Gebeuren er in de
psyche aanpassingen ontstaan er automatisch nieuwe eigenschappen en tekorten. De eigenschappen en
tekorten zijn steeds met elkaar verbonden. De tekorten zijn het werkdomein. Die moeten we
overwinnen of “meester worden”. Ipv de tekorten te bevechten (= voeden) moeten we ze in het Licht
plaatsen.
Bv Minderwaardigheidscomplex in het Licht plaatsen en met oefenen tot nederigheid komen.
Nederigheid is de juiste houding. Niemand is meer dan de anderen maar ook niet minder. Tekorten
zijn er om kwaliteiten op te bouwen. Ze zijn dus zeker niet negatief, maar we moeten er meester over
worden en ze dan als kwaliteiten naar buiten brengen. We moeten ze in de 1° plaats durven zien. Pas
dan kunnen we er iets aan doen. In functie van dit levensplan is het leven geweven tussen het geheel
van alle andere levens op een plaats en tijdstip dat overeenkomt.
“Alle levens samen vormen een wandkleed dat voor de troon van God hangt.”
Sommige draden vormen de achtergrond, andere vormen een patroon. De kleuren moeten op een
bepaalde plaats komen. Elke draad is nodig om het geheel af te werken. Zo ook is geen enkel leven
zonder betekenis. Zonder zieken zouden er bv geen verplegers nodig zijn en zou er geen
dienstbaarheid kunnen worden betoond. Dus ook schijnbaar “niet-productieve” levens zijn nodig voor
een aanvulling op het levensplan van anderen. Ook schijnbaar negatieve elementen zoals Hitler,
Napoleon, Osama Bin Laden… zijn nodig in het geheel.
Voor de geboorte krijgt de ziel een volledig beeld van het komend leven. Bij de geboorte worden alle
herinneringen hieraan weggenomen, zoals de herinneringen aan vorige levens. Dit is absoluut
noodzakelijk tot de ziel een bewustzijn bereikt waarbij alle levens en onderlinge verbanden vanuit een
neutraal standpunt bekeken kunnen worden. De kennis van
vorige levens zou een ernstige belemmering zijn om dit leven te leiden. Ook onbewust werken vorige
levens door in het huidige. Bv beloften van eeuwige trouw, kuisheid, vervloeking… In de
moederschoot krijgt de ziel inzicht in gans het leven dat moet komen. Dit kan de ziel afschrikken
zodat die zich voortijdig terugtrekt. Het kind wordt dan dood geboren. Dit geldt niet voor alle
27
doodgeboren kinderen. Zouden we ons hele leven herinneren zou ons de moed ontbreken om door te
gaan.
Bij de conceptie daalt de ziel in met zijn geboortekaart. Op het ogenblik dat sterren en planeten in de
juiste configuratie staan wordt het kind geboren. Deze configuratie moet overeenstemmen met de
geboortekaart. Deze stand van planeten en sterren zal de ziel alle fysische en psychische kenmerken
meegeven die nodig zijn. Ook wanneer de geboorte kunstmatig opgewekt wordt is dit ingecalculeerd
in de geboortekaart. De ziel zal contact maken met het fysieke lichaam en zal zich in de materiële
wereld ontwikkelen van Malchoet tot Keter. Bij de geboorte neemt het centrale zenuwstelsel de
besturing van het lichaam over. In de moederschoot was het autonoom zenuwstelsel de sturende
kracht. Bij de geboorte komt de ziel in contact met het fysieke. Dit start een kristallisatieproces in de
psyche en in het fysieke. Het lichaam begint onmiddellijk te verharden. Dit is altijd een traumatische
ervaring. Vanuit de warme, donkere beschermde omgeving komt het kind in een koude en veel te
lichte wereld terecht. Fysiek moet nog heel wat gebeuren, maar tegelijk begint ook de aftakeling.
Van bij de geboorte start een bewustzijnsgroei die deels gelijk loopt met de fysieke ontwikkeling: 9
maanden in Malchoet van de psyche is Tiferet van het lichaam, gevolgd door
cycli van 9 jaar.
Alles start in Malchoet van de materiële wereld. Het is de 1° cel in de baarmoeder. Na de geboorte
moet het kindlichaam zich aanpassen aan het eigen lichaamspatroon en zich loswrikken uit dat van de
moeder. Dat gaat met kinderziektes gepaard. Deze komen des te erger en frequenter voor naargelang
het kind en de moeder van elkaar verschillen. De ziel moet zich goed voelen in het lichaam.
Aardingsoefeningen trachten de ziel in het lichaam te trekken. Nadien moet die zielfrequentie zich
aanpassen aan de geest. Dit aanpassingsproces gaat door tot 27 jaar. Eenmaal fysiek aanwezig kan
men groeien, in de natuurlijke wereld; het lichaam.
In functie van de cyclus zal men gaan “tanken” bij een planetaire sfeer die kennis inhoudt. Dit zijn de
grote cycli: 9 x 9 = 81. Binnen deze grote cycli zijn er ook kleine cycli: dag/nacht, dagen van de
week… In het niet-spirituele tellen de hogere sferen niet. Er wordt dus vaak gedacht in cycli van 7 bv
dagen van de week:
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
lundi
mardi
mercredi
jeudi
vendredi
samedi
dimanche
maansfeer
mars
mercurius
jupiter
venus
saturnus
zon
actie / luiheid / reactie / instinct
discipline / rechtlijnigheid
communicatie / zwijgen
doorgeven kennis / ondersteuning
gevoelsactie / naastenliefde / vastendag
einde / terugkeer / bezinning (biecht)
volwassenheid / rust / aandacht voor het
goddelijke (communie)
Na de revolutie wilden de Fransen de 10 dagen week invoeren alsook 10 maanden per jaar. Dit was
niet houdbaar omdat het indruiste tegen het kosmisch ritme. Alvorens men bij een bepaalde sfeer kan
“tanken” moet men die bepaalde psychische rijpheid hebben. Dwz men moet voldoende geleerd
hebben in de vorige sfeer. In de levenscyclus onderscheidt men de psychische of zieleontwikkeling
(=spiritueel) naast de natuurlijke ontwikkeling van het lichaam (= bio-psychologisch). De beide cycli
ontwikkelen zich deels parallel. Het lichaam is de drager van de ziel. Het paradijselijk lichaam heeft
het fysieke lichaam nodig om te leren. De lessen van elke sfeer moeten toegepast worden anders kan
men niet verder doorgroeien naar de volgende sfeer. De fysieke ontwikkeling is normaal voltooid rond
27 jaar = jeugd.
9
maanden
moederschoot
1
Malchoet aarde
2
Jesod
maan
3
Hod
mercurius 9-18 jaar
0-9 jaar
kleuter
kind
in
lichaam is belangrijk
IK/ego; loskomen van de moeder
communicatie; schooltijd; tijdsbewustzijn;
oorzaak/gevolg bewustzijn
28
4
Netsach
venus
18-27 jaar jeugd
gevoel; intellect; interactie met anderen;
relaties; puberteit waarin alles in vraag wordt
gesteld
5
Tiferet
zon
volwassenheid
27-36 jaar (psychisch)
individualiteit
6
Gvoera
mars
36-45 jaar maturiteit
discipline en rechtlijnigheid
7
Chesed
jupiter
45-50 jaar mildheid
oordelen worden minder scherp
8
Daat
pluto
50-54 jaar kennis
spiritueel inzicht nodig
9
Biena
saturnus 54-63 jaar bezinning
levenservaring en kennis
10 Chokma
uranus
wijsheid op spiritueel gebied
11 Keter
neptunus 72-81 jaar de kroon
63-72 jaar openbaring
synthese - dood - sterven
1 De 1° 9 maanden: de aardefase.
De buitenwereld bestaat niet. Sommige volwassenen komen niet voorbij dit stadium. Zij leven in
zichzelf gekeerd.
2 Van 0 tot 9 jaar: de maanfase:
Zij houden zich enkel bezig met het ego. Het is het kleuter-BWZ. Een volwassene die hier blijft
hangen heeft enkel aandacht voor zichzelf. ‘Ik en de mijne.’ Asociaal. Ze doen zich enkel sociaal voor
tot eigen voordeel.
3 Het Mercuriustype is iemand die veel weet door een encyclopedisch geheugen. Het kent
echter alleen de theorie maar bracht die nooit in praktijk. Dit type bekleedt vaak hoge functies. Zij
maken plannen en werken theorieën uit. Functioneert dit niet is het nooit hun fout, maar die van de
uitvoerders. Zij hebben altijd gelijk, maar nemen geen verantwoorde-lijkheid. Zij zijn vaak laf.
Een nieuw tijdperk meldt zich wanneer de stand van de planeten aarde – maan wordt geaccentueerd
door Mercurius. Dan treedt een tijdperk van vernieuwing aan, weliswaar in de materie met: nieuwe
ideeën, theorieën, uitvindingen…
4 Het Venustype is meestal moedig. Zij leven van gevoelservaringen, maar leren er niet van.
Zij leven van de “kicks”, wisselen vaak van partner. Zij offeren zich op voor anderen of zijn
vrijwilliger. In de puberteit ontstaan vaak crisissen omdat de puber de drang voelt om het “anders te
doen”. Hij stelt alles in vraag en wil zijn eigen weg gaan. Deze fase geeft de kans om te breken met
traditionele waarden, rebels gedrag, maar durven de zekerheden niet los te laten om een eigen weg te
gaan. Zij moeten de keuze maken tussen individualiteit of bij de groep horen. Meestal kiezen zij het
levenspatroon van hun ouders. De reclame speelt hier op in. Het is zeer moeilijk om deze fase te
ontgroeien. Hiervoor is moed nodig, maar soms wordt dit kosmisch ook voorzien. Bv een
boerenfamilie die altijd weer incarneert op dezelfde plaats en in dezelfde familie. De cirkel kan
doorbroken worden door bv een oorlog. De ervaringen geven een andere kijk op het leven. Dit is een
moment om een keuze te maken om het anders te gaan doen en zich bewust te worden dat het doel van
het leven elders ligt.
Wordt de stand van de aarde (materie) – maan geaccentueerd door Venus zal er een tijdperk van
vernieuwing aantreden in de materie met actie: expansie, ontdekkingsreizen, nieuwe ondernemingen,
culturele vernieuwing, nieuwe kunstrichting, nieuwe gedachten…
5 De zon.
29
De meeste mensen blijven net onder deze bewustzijnsfase. In de overgangsfase blijven 99% van de
mensen hangen. Zij houden vast aan het materiële dat ons door de consumptiemaatschappij wordt
opgedrongen. In ons maatschappijbeeld is het belangrijk een diploma te behalen, een gezin te stichten,
een eigen huis te hebben met tuin en auto… Zo blijven we een radertje in het consumptiebeeld. Over
de zin van het leven wordt niet nagedacht. Vermits we het doel niet meer voor ogen houden kunnen
we niet verder naar de volgende sfeer.
Iedereen heeft in zijn levensplan mogelijkheden om de ladder van spiritueel bewustzijn op te klimmen.
“Zoek eerst het Koninkrijk der Hemelen.” Hier begint een ander soort leven. Dit is een 1° belangrijk
bewustzijnsniveau. Zolang we de verantwoordelijkheid voor ons eigen leven niet opnemen kunnen we
niet verder. Geld, goed of macht zijn niet belangrijk. Het nederig uitvoeren van zijn taak getuigt van
spiritualiteit. Hier begint de psychische volwassenheid. Een koster kan spiritueel dus hoger staan dan
priester.
De planeten kunnen vergeleken worden met de “leerstoelen” voor de verschillende levensfasen. Ze
werden afgebeeld met kronen omdat ze in de oudheid werden voorgesteld als “koningen”. Zij heersen
over een welbepaald aspect in de grote cycli alsook in de kleinere zoals bv de dagen van de week.
In de zonnefase komt het BWZ los van het ego. Vanaf hier kan men zich openstellen voor de
invloeden van de traag lopende planeten. Men evolueert van massabeest naar individualiteit. Men
reageert van hier af niet meer zoals de massa of delen van de massa. Men neemt waar en het hogere is
de impuls om te reageren. De tegenstellingen komen hier in eenheid samen. Men ontdoet de lagere
psyche van het verleden.
6 Mars is de fase waarin discipline wordt geëist spiritueel alsook in het fysieke, zoals zijn dagtaak
vervullen, maar ook in het spirituele, de rechtlijnigheid. We moeten weten waar we mee bezig zijn en
waar we naar toe willen los van wat de anderen willen of doen. IK stel mijn richtlijnen uit wat ik wil
handhaven bv. ‘niet oordelen’, ‘niet corrupt zijn’, ‘eerlijk zijn’, ‘niet gevoelig zijn voor geld’ enz…
om de sfeer van Jupiter te kunnen bereiken. Mars staat symbool voor maturiteit. In de negatieve vorm
staat hij voor agressie.
7 Jupiter test het mildere zowel in het fysieke als in het spirituele. “Wie zonder zonde is werpe de
eerste steen”. Men kan Jupiter bereiken zonder spiritueel inzicht doch enkel door een hoge moraliteit
aan te houden. Vanaf hoger, niveau Daat (Pluto) is zuiver spiritueel inzicht vereist, met een juiste
ingesteldheid. Bv een humanist kan tot niveau Chesed geraken.
8 Pluto is de barrière van Daat. Het is het gevecht met Saturnus/Satan. Pluto is kennis. Mensen
zonder spiritueel inzicht kunnen hier niet voorbij. Het is een duistere periode in het leven. Alles zal
slecht lijken te gaan en niets lijkt nog interessant. Dit is door de wolk gaan. Zonder spiritueel inzicht
kom je er niet voorbij. Saturnus neemt dan plaats op daat.
9 Saturnus is de fase van bezinning en kennis. Door de levenservaring is het makkelijker om alles
te relativeren en op zijn juiste plaats te brengen. Spiritueel gezien zal in deze fase veel gebeuren. In
deze fase worden grote delen van het karma teruggestuurd. Dit is de test of de lessen geleerd werden.
Karma is het geheel van niet-geleerde lessen. Doorstaan we de test valt er een groot deel karma weg.
Door de eigenschappen, de kennis en de inzichten die we ontwikkelden zijn we in staat problemen op
te lossen. De zingeving wordt duidelijk. De zin van lijden, leven, de cycli geeft zijn geheimen vrij.
In spiritueel opzicht lijkt de oogst mager maar zonder spiritueel inzicht is dit moeilijk juist in te
schatten. De zandloper van Chronos is de sleutel
10 Uranus is de openbaring. Het is de sfeer waarin spirituele (inwendig) ontwikkelingen kunnen
gebeuren die los staan van het gewone weten en ervaren, enkel door zich open te stellen. Men
concentreert zich op een probleem en het antwoord komt. De KENNIS wordt langs hier doorgegeven.
Gebeurt dit in het fysieke zal er een “desincarnatie” of dood volgen.
30
11 Neptunus of de sfeer van Keter is de levenssynthese. Alles krijgt er zijn reden. Hier voorbij
kan je of dood gaan of sterven. Ga je dood blijf je in de aardse sfeer, het ondermaanse. Je treedt uit het
lichaam en bij een reïncarnatie begint men weer van onder uit. Tijdens het sterven kan je de hele weg
nog vliegensvlug doorlopen.
De lagen zijn nooit zuiver afgelijnd. Er zijn steeds aspecten van een vorige fase die niet volledig
afgewerkt werden. Deze fasen kunnen in 1 leven doorlopen worden, maar meestal worden ze over
meerdere levens gespreid. Blijft het bewustzijn onder Tiferet, mist men de kans om los te komen van
het lot en om de invloeden van de planetaire sferen te overstijgen. Het lot kan men overstijgen door
inzicht (wat kan volgen op een positieve of negatieve beleving). In elk leven zitten mogelijkheden om
de fase waarin het lot strande te overstijgen. Dit is het loskomen van het natuurlijk leven om naar het
bovennatuurlijk leven te gaan. Dan krijgt het lot een andere wending. Door bewustwording kan men
zijn lot overstijgen.
Elke fysieke ontwikkelingsfase kent een psychische ontwikkeling. De 2 hoeven niet gelijk te lopen. De
fysieke ontwikkeling loopt door. In de psychische ontwikkeling kan men niet naar een volgende fase
overgaan zolang de vorige niet doorlopen werd.
Daat is een cruciale fase waar we niet voorbij kunnen zonder spirituele kennis. De lager gelegen sferen
kunnen doorlopen worden zonder spirituele kennis, als men leeft volgens de spirituele principes. Dit
staat los van godsdienstig gedrag. Elke dag naar de mis gaan is geen synoniem voor spiritueel leven.
Godsdiensten zijn vormen en niet kernen van spiritualiteit. Het godsbeeld dat ons werd voorgehouden
kan een misvorming zijn. De essentie blijft altijd: het goddelijke vertegenwoordigen op aarde. Dit kan
door iedereen beleefd worden als men leeft vanuit het hart, dus ook door een humanist.
De kosmos waakt over zij die de bereidheid tonen om Tiferet voorbij te gaan. Stijgt het BWZ van
Jesod naar Tiferet stort het lot in. De algemene voorzienigheid wordt dan vervangen door de
individuele voorzienigheid. Klimt het BWZ tot Daat, start het kosmisch leven. Ieder mens blijft een
vrije wil behouden om de kansen die geboden worden te nemen of te laten.
96% van de mensheid komt nooit verder dan de eerste 3 fasen. Zij doorleven het fysiek aspect of zelfs
dat niet. Anderen doorleven het maanaspect. In de maansfeer zitten de leraars die over deze aspecten
onderricht geven. Werd de maansfeer doorlopen kan men naar de sfeer van Mercurius en daarna naar
Venus. Deze sferen lopen doorgaans gelijk met de fysieke ontwikkeling (jeugdfase). Het betekent niet
dat het ene afhankelijk is van de andere. Het percentage spiritueel volwassenen is zeer klein (1 à 2%).
De sfeer van de zon (Tiferet) is voor ons zeer belangrijk. Het staat gelijk met het Koninkrijk der
Hemelen. Het is een 1° grote stap. Voor deze stap naar de zielenvolwassenheid werd gezet kan je
weinig beginnen.
De verschillende types komen zelden in een zuivere vorm voor. Iedereen heeft kenmerken van
meerdere types in zich, maar neigen wel naar één van de volgende fasen.
1. Het aardtype
Het aardtype stemt in het fysieke overeen met de 9 maanden in de moederschoot. De mens is hier
helemaal afhankelijk van de moeder. Het is de opbouw van de fysieke cellen van het lichaam,
Malchoet. Er worden aspecten van vader en aspecten van moeder vermengd met zielenaspecten.
De ziel zal langzaamaan bezit nemen van het lichaam en dit lichaam aanpassen. Het
trillingsniveau van de ziel komt niet altijd overeen met het trillingsniveau van de moeder.
Kinderziektes zijn aanpassingsverschijnselen van een niet-matchend trillingsniveau tussen de ziel
en het lichaam. Mensen die in deze fase blijven hangen leven quasi als dieren. Bij deze mensen
interesseert enkel hun lichaam en de primaire levensbehoeften (eten, drinken, slapen…) die
betrekking hebben op het lichaam (≠ ego). Zij zijn sterk afhankelijk van o.a. de seizoenen en leven
in het nu. Het percentage mensen dat hier zit is tamelijk beperkt, maar zij bestaan.
31
2. Het maantype
Het maantype is niet in staat om te kijken door de ogen van anderen. Hij ziet de wereld enkel in
functie van zichzelf: “ik en de mijnen”. Zij zijn onderhevig aan het maanritme. Zij willen zichzelf
niet kennen. Deze fase komt overeen met die van een opgroeiend kind tot ongeveer 9 jaar. Een
kind noemt zichzelf met de naam. Pas later noemt het zich zelf IK. Dan leert het zichzelf kennen.
Mensen kunnen fysiek volwassen zijn, maar psychisch in deze fase blijven hangen. De maan heeft
een invloed op het fysieke lichaam. Ongeveer 1/3 van de mensheid blijft in deze sfeer steken.
3. Het Mercuriustype
Fysiek is deze fase verbonden met de leeftijd van 9 tot 18 jaar. Het intellect wordt gescherpt en
men leert communiceren met anderen. Men leert anderen en de wereld kennen op intellectuele
basis. Mensen die in deze fase blijven hangen zullen alles intellectueel bekijken. Het verstand
primeert en ze zijn altijd op zichzelf gericht. Zij leven niet echt, maar zullen alles registreren,
catalogeren en op het gepaste moment boven halen. Zij reageren niet op emoties en hebben altijd
gelijk. In feite ZIJN ze het gelijk! Het zijn carrièremensen die alles mooi plannen en theoretisch de
wereld verbeteren. Als de uitvoering faalt is het niet hun schuld. Zij nemen in feite nooit zelf
verantwoordelijkheid, maar komen wel voor hun kennis uit. Zij leerden nooit te leren. Zij beleven
het leven niet. Voor hen is het een opslagplaats van feiten.
4. Het Venustype
Dit is de fase tussen 18 en 27 jaar. In deze fase wil de mens ALLES BELEVEN. Na de studies wil
je alles ervaren. Ook het emotionele leven ontwaakt. In onze huidige leefwijze kan deze periode
vervroegd optreden. Dit wordt echter van buitenaf opgelegd. Zij willen overal bij zijn en komen
nooit tot rust.
Cfr Contacten met het andere geslacht zijn een “must”, trektochtvakanties, alles uitproberen…
Blijft men in deze fase hangen trekt men uit de ervaringen niet de nodige lessen. Zij zullen steeds
in dezelfde fouten hervallen en uiteindelijk blijven leven voor “de kick”. Het zijn vaak
vrijwilligers. Zij zetten zich in voor het goede doel maar worden vaak misbruikt. Zij herhalen
steeds dezelfde situaties in een andere vorm.
Uitgesproken types zijn zeer zeldzaam. Politici zijn vaak goede voorbeelden van een of ander type. Zij
uiten zich naargelang wat in hun wereld overweegt. Zij overstijgen hun rol niet. Types uit vorige
levens worden meegesleept. In het huidige leven is de mens gevoelig aan de invloeden vanuit de
kosmos en invloeden van Mercurius, Venus, Maan en Aarde (de sneldraaiende binnenplaneten). Een
mens met het bewustzijn in deze onderste driehoek (mens – plant bewustzijnsniveau) moet meegaan
met deze invloeden, hetzij meer intellectueel, hetzij meer emotioneel. Het ego (maan) zit hier altijd
tussen.
De grote massa heeft een bewustzijn dat als een puzzelstukje past in het geheel van geboorteplaats en tijd. Hierdoor ga je mee met de massa als een “mens van de aarde” (96%). De evolutie verloopt dan
heel traag en de mens is sterk beïnvloedbaar. De massavolgzaamheid wordt uitgebuit door specialisten
(reclame). Enkel mensen met een bepaalde individualiteit zullen ontsnappen aan deze invloeden.
18. De algemene voorzienigheid.
De ontwaakte versus de slapende.
De slapende
32
Blijft men in de boom van “goed en kwaad”, blijft alles op het ego betrokken. Het negatieve zal dan
niet kunnen worden weggezuiverd omdat het niet wordt ingezien. Dit creëert “onkruid” in de psyche
zoals angsten, frustraties, complexen, pijnen… Dit “onkruid” overwoekert de lessen en ervaringen die
werden opgedaan. Men wordt dan een jager op materiële geneugten. Iedereen heeft de keuze om een
natuurlijk leven of een bovennatuurlijk leven te leiden. Dwz enkel zicht hebben op de materie versus
zicht hebben op het waarom van het leven en het bewustzijn richten naar boven.
Cfr Adam en Eva werden uit het paradijs verjaagd en moesten het land (materiële wereld) gaan
bewerken. Distels en doornen zouden ze voortbrengen en veldgewas zouden ze moeten eten.” De
distels woekeren voort.“In pijn zult ge kinderen baren”. Elk volgend leven zal moeilijk zijn, dit alles
omdat het bewustzijn zich niet oplijnt aan de goddelijke Wil. Het goddelijk Licht kan alzo het
“onkruid” niet verwijderen. De trillingen blijven laag en de negativiteit wordt vastgehouden.
Laat men het goddelijk Licht binnen zal de psyche langzaam in trilling verhogen. De lagere trillingen
worden afgestoten. De psyche verandert “in een mooie tuin waar vruchten en bloemen groeien”. Dit
zijn de eigenschappen waarvan je niet wist dat je ze had. Hoe meer we de vertegenwoordiger zijn van
het goddelijke op aarde, hoe meer de echte kwaliteiten in ons naar buiten komen.
Cfr Pinksteren: de apostelen waren eerst bang. Daarna gingen ze prediken in voor hen onbekende
talen.
Het traag draaiend rad van de snelle evolutie biedt weinig of geen hinderpalen. Men weet wat het doel
is nl lessen te leren. Er moeten geen karmische processen worden afgewerkt. De 10 geboden zijn
richtlijnen om geen karma aan te maken en om zich op te lijnen aan de goddelijke Wil. Dit oplijnen
heeft enorme consequenties. Het “onkruid“ dwz alle angsten, pijnen, complexen, frustraties… van alle
levens in de lagere psyche die alle eigenschappen tot dan verstikten zal worden gewied.
De ontwaakte
Is men zich bewust van zijn spirituele taak (Abel) zal men zich niet verliezen in de materiële wereld.
De ontwaakte houdt zich aan de goede raad die het goddelijke hem heeft meegegeven. Hij kan zijn
bewustzijn naar het niveau brengen waar hij in contact kan komen met het goddelijke en dus ook met
zijn zieleplan. Hij is opgelijnd aan de goddelijke Wil en zal in elke omstandigheid weten hoe er moet
gehandeld worden. Hij mag fouten maken. Hij zal ze tijdig inzien en proberen te verbeteren. Hier is
geen sprake van goed of kwaad, maar van juist of niet juist handelen. Er is dus ook geen straf of karma
meer aan verbonden.
De zielen kunnen door te pendelen tussen de schatkamer der zielen en de materiële wereld het
bewustzijn tot niveau Daat verhogen. De zielen die op het rad zijn blijven hangen kunnen dit niveau
ook bereiken mits zij zich tijdens het leven inspannen om zich alsnog te zuiveren. Op niveau Daat kan
men het hemelse binnengaan en zijn "diploma" behalen. De zielen moeten dan niet meer incarneren.
Incarneren zij toch is dat een keuze om het goddelijke op aarde te brengen. Zij moeten dan niet meer
"leren" maar doorgroeien tot Keter PR. Dit kan in het geziene (met een lichaam en geboren worden via
een vrouw) ofwel in het ongeziene (Maggid). Nemen zij een lichaam aan krijgen ook zij een karakter
mee om een rol te spelen. Zij groeien evenwel sneller, zodat zij hun taak ook vlugger kunnen
opnemen. Zij aanvaarden hun leven doelbewust. Zij zien de noden in het fysieke en de nodige
incarnaties om hierin een oplossing te brengen. Daartoe verdelen zij doelbewust de taken en
ondersteunen alle bewustzijnsvormen. Zij vormen een perfect LICHTKANAAL om de
bewustwording in de wereld te brengen. Sommige mensen zijn terughoudend en negeren het spirituele
Licht omdat het niet tastbaar is en hun mooie leventje verstoort.
De algemene- en individuele voorzienigheid.
De Algemene Voorzienigheid is alles wat nodig is om de rijken te onderhouden en de uitvoering van
de schepping en het goddelijke plan mogelijk te maken. Zij stroomt constant vanuit het goddelijke
niveau, in functie van wat de rijken behoeven. Dit gebeurt in harmonie met de wetten die het rijk
bepalen. Deze wetten zijn nodig om de rijken te onderhouden.
Voor – zien: Alle noden en behoeften in harmonie met de wetten van elk rijk. Het aardse rijk kent veel
wetten en is dus rigider dan hogere werelden. Er is dus meer te voorzien. Het hemelse rijk is eerder te
33
vergelijken met de wereld van het denken. Wanneer men er iets verkeerd doet hoeft dat nog niet
noodzakelijk consequenties te hebben. Pas wanneer je het doet in de materiële wereld zijn er
consequenties. Onze vrije wil lijkt in tegenspraak met het feit dat alles zou zijn voorzien. Wanneer
alles zou zijn voorzien en wanneer we allen leven onder een lot hoeft vrije wil in principe toch niet?
Alle wezens krijgen wat ze nodig hebben. Hierop bestaat één uitzondering, nl. de mens. De mens is
het enige wezen dat zijn bewustzijn op verschillende niveaus kan plaatsen; van de materiële wereld tot
het goddelijk niveau. De mens heeft de keuze zich te identificeren met een bepaald rijk. De mens kan
doorheen de rijken reizen. Zijn behoeften kunnen zich dus wijzigen naargelang zijn
bewustzijnsniveau. Daar zullen dan de specifieke voorzieningen toekomen. Het aardse valt onder de
Algemene Voorzienigheid wanneer het BWZ op het ego zit. De mens kan elke moeilijke situatie aan.
Na een bewustzijnsgroei kan men echter ook terugvallen. Elk leven begint altijd met goede
vooruitzichten. We hebben allemaal een beeld van de ideale job, de ideale partner, fantastische
kinderen, een droomhuis… Vele doelen worden echter niet bereikt omdat zij door het lot worden
tegengewerkt. De plaats en de situatie waarin we terecht komen zijn het resultaat van het lot en de
voorzienigheid. Elk leven biedt meerdere keuzes. Naargelang de weg die men kiest wordt de ziel
onderworpen aan de verleidingen van de materiële wereld of spirituele groei. Men kan maar
terugkeren wanneer men er klaar voor is, maw wanneer alle verleidingen en bindingen overwonnen
werden. Belangrijk is enkel dat men op een bepaald ogenblik het "Huis van Israël" weer kan betreden.
De keuzes die men kan maken zijn:
 Naar het Huis van Israël (hemel): Zich op de bewustwordingslijn van Kennis plaatsen van
Hier en Nu en het hemelse betreden. Je komt op Tiferet en je gaat het HR binnen om er te
blijven.
 Incarnatie (het paradijs) of op het rad van geboorte komen: pendelen tussen de materiële
wereld en het HR. Men gaat door de wolk van de zuivering. Hier wordt men langzaamaan
bewust en verplaatst men zich in het paradijselijke. Op het rad van incarnatie keert de ziel met
het bewustzijn ten minste terug tot Keter PR. Zo’n ziel gaat telkens door het “vagevuur” (=
niveau van de zuivering). Dit kan tijdens het leven of bij het einde van het leven.
Het vagevuur is het vuur dat wegvaagt. Angsten, spanningen, complexen, frustraties… die bij
het leven horen worden door de sfeer van zuivering of Daat gecorrigeerd, zodat bij een
volgende incarnatie de ziel zonder ballast kan incarneren.
 Reïncarnatie (de aarde): Men blijft op het rad van de fysieke geneugten hangen en men keert
niet terug naar het niveau van Zuivering. Dit is het rad van fortuin of het lot. Op het rad van
reïncarnatie blijft de ziel hangen, zonder terug te keren naar het niveau van de zuivering
(vagevuur). De omstandigheden van vroegere incarnaties, de ballast van angsten, spanningen,
complexen, frustraties… wordt meegesleept naar een volgend leven. Zo de lessen te leren
vergt zeer vele levens. Het maakt de omstandigheden moeilijker en zwaarder. Dit beperkt de
vrijheid en bepaalt het handelen. De ziel zal het lichaam moeilijker kunnen loslaten.
 Naar de hel: Je maakte het in de materiële wereld te bont en men sluit zich op in een eigen
gecreëerde wereld, de hel. Dan kan je of naar
o de bovenste hel. Deze bevindt zich in de materiële wereld, of naar
o de lagere hel. Deze bevindt zich buiten de materiële wereld.
Het zijn bewustzijnstoestanden waarin men zich kan bevinden
 tijdens het leven
 tussen 2 levens
 na het leven
De indaling: het bewustzijn verplaatst zich en zet zich vast op het ego om nadien weer op te klimmen.
Door het gevoel van afscheiding tav het hogere houdt de mens zijn bewustzijn op het ego of het
lichaam. Het bewustzijn is geen eenheid maar een verzameling bewustzijnselementen gekweekt
gedurende een verblijf in de materie. Ligt het centrum van het bewustzijn
 op het lichaam is een andere vorm van bewustzijn zeer flauw.
 op het ego is het bewustzijn zeer laag
34
 op het Zelf is er ook een bewustzijn van het lichaam en van het ego.
Bij een verplaatsing van het bewustzijn bedoelt men het centrum van het bewustzijn verplaatsen. Alle
lagere vormen van bewustzijn blijven bestaan en zijn min of meer onder controle.
1° Op het rad van geboorte en op dat van wedergeboorte werkt men in de aardse sfeer altijd volgens de
functionele kolommen. Op het rad van wedergeboorte bezigen de mensen vooral de productie van
goederen en diensten; de maatschappelijke ontplooiing en zachtjes evolueren. Men wil het zichzelf
vooral zo aangenaam mogelijk maken. Mensen op dit niveau functioneren op de zijkolommen die
altijd onderhevig zijn aan de aspecten ANGST en LIEFDE.
Het rad van fortuin is gebaseerd op de trage evolutie van de soort. Op dit niveau leeft men onder de
invloed van de Algemene Voorzienigheid die in dat rijk werkzaam is. In elk rijk bestaat een Algemene
Voorzienigheid die zich bezighoudt met alles wat nodig is voor het bewustzijn op dat niveau in
harmonie met de wetten van dat rijk. Alles staat ter uitvoering van het goddelijk Plan.
De Individuele Voorzienigheid schept mogelijkheden om van rijk te verspringen, bv van het materiële
naar het PR, PR naar het HR en HR naar het GR. De mens is het enige wezen dat naargelang zijn
keuze onderhevig kan zijn aan zowel de Algemene als de Individuele Voorzienigheid.
Eenmaal op aarde geïncarneerd weet de mens niet meer dat hij een lichtkanaal is. Hij ziet enkel de
materie nog. Hij verloor alle contact met het goddelijke. Zijn 1° contact is altijd de natuurlijke wereld.
Met zijn rol krijgt hij een karakter mee dat hem brengt op plaatsen en in omstandigheden die onder de
Algemene Voorzienigheid vallen. Het bewustzijn zit altijd in het paradijs, maar meestal zal het zich
identificeren met het lichaam en de materiële wereld. De eigenschappen en gebreken van het lichaam
en het karakter behoren tot het natuurlijk leven. Zonder controle hierover leven we het natuurlijk leven
uit. Hierdoor is de mens onderhevig aan de wetten van de totaliteit en afhankelijk van het geheel. Zo is
de mens ook onderhevig aan:
- De wetten van de natuurlijke wereld, oorzaak en gevolg.
- De wet van actie en reactie
- De wet van de grote getallen en de waarschijnlijkheid. Hierbij hoort ook de wet van de natuurlijke
piramides: dieren eten planten en dieren, mensen eten dieren en planten.
Een lager evolutieniveau moet een hoger niveau altijd ondersteunen in zijn fysieke evolutie. De wet
van de grote getallen wil zeggen dat er in een rollenspel van alles moet zijn. Overal vinden we
dezelfde menstypes, beroepen, leefgemeenschappen, structuren… De wet van de grote getallen is met
veel mensen onder elkaar. Daar is altijd wel een dikke en een dunne bij; een rijke en een arme; een
slimme en een domme enz… om de lessen te kunnen leren. Want hoe kan je domheid ervaren als er
geen slimheid is? Hoe kun je leren dat geweld zinloos is als er geen geweld is? Hoe kun je leren over
goed en kwaad als er geen goed en kwaad is?
De school is overal dezelfde. Allen, de dikke en de dunne, de slimme en de domme enz… zijn er
steeds om het te leren. Er zijn cultuurverschillen, maar het zijn voorstellingen van een gelijke inhoud.
Eens de rol aanvaard kan die op het toneel niet meer worden veranderd. Men blijft in deze
lessencyclus zo lang men wil. Een ziel kan daartoe meerdere malen afdalen.
De ziel komt op het gepaste ogenblik op de wereld en krijgt hiervoor een bepaald psychisch karakter
mee. De verscheidenheid toont zich in karakters, beroepen, specialisaties… Alles is gebonden aan de
wetten van de fysieke wereld en valt binnen het “levensplan”. Dit plan werd ontworpen op het niveau
van de Algemene Voorzienigheid en bestuurd vanuit de planetaire sferen. Deze elementen bepalen de
inhoud en het waarom van ons puzzelstukje. De planetaire sferen, elk met hun eigenschappen,
bezorgen de ziel 1 van de 3.240 types. De goddelijke Vonk blijft uniek, maar het karakter is 1 uit vele
(6 miljard : 3.240). De materiële wereld (=school) geeft de ziel wat nodig is om hier een rol te spelen.
Dit is een lichaam, voedsel, mogelijkheden om het lichaam in stand te houden... De ziel kiest hoe zij
haar rol speelt, bv met overgave of met enthousiasme, met luiheid, inzet of concurrentie voor de
medemens... De trillingsniveaus van het lichaam komen onder de heerschappij van het verstand/de
farao. Normaal zegt het bewustzijn wat men moet doen en het verstand hoe het moet. Maar bewustzijn
is in het begin evenwel veel te zwak. Het bouwt een lichaam op, vestigt zich in de materie en laat zich
runnen door het verstand. Maar het doel blijft kennis opdoen, het bewustzijn brengen naar Tiferet PR
en taken vervullen.
35
Bij de incarnatie gebeuren er aanpassingen in de psyche, eigen aan de rol die zij moet spelen.
Eigenschappen en gebreken worden ingebouwd. Wat we meekrijgen om onze rol te spelen behoort
niet ons toe maar het rollenspel. We handelen dan ook niet zelf. Zowel het lichaam als de
omstandigheden horen bij de rol. We kregen onze eigenschappen om er mee te handelen in functie van
het goddelijke. Elke rol en dus ook elk karakter verschilt. Uit deze diversiteit kan men de lessen leren
die men leren moet. Een incarnatie gebeurt steeds in een maatschappij waar de 3 grote generaties
aanwezig zijn, nl. kinderen, volwassenen en ouderen. De evolutie van het leven moet er aanwezig zijn.
De mens ervaart het kind in de familie; de jeugd bij het naar buiten kijken; de volwassenheid in het
verantwoordelijkheid opnemen; de ouderdom voor de reflexie over hoe ik het gedaan heb in het
afgelopen leven. Men komt bij het begin in contact met de verschillende fazen van het leven. De ziel
kan alternatieven in de buurt en op straat observeren. De ziel kan dit reeds bij het begin ervaren en
beschouwen, zonder te moeten geloven dat er zelf iets aan haar zelf zal veranderen. De ziel kan de
vraag stellen van waar al deze verschillen komen. Zij kan kiezen hoe zij het wil en kan doen.
LEVEN IS VERANDEREN; AL WAT LEEFT VERANDERT
VERANDEREN IS GROEIEN; WIE NIET VERANDERT LEEFT NIET
De wereld waarin we incarneren zit vol schijnbare tegenstrijdigheden. In deze wereld is DE kennis
verborgen. In de materiële wereld vindt de ziel de verborgen kennis in ALLE ervaringen die zij
ondergaat. Deze toestanden laten de ziel toe kennis in wijsheid toe te passen en in haar handelen het
goddelijke te vertegenwoordigen. Ook alle schijnbaar negatieve ervaringen of ontmoetingen houden
een les in. Het is aan de ziel om de les te herkennen. De eigenschappen die de ziel meekrijgt moeten
worden gebruikt voor haarzelf en voor anderen. De tekorten moeten worden overwonnen. Door de
omstandigheden in het leven komen we in de gelegenheid om telkens weer het goddelijke te
vertegenwoordigen in onze rol. Hierdoor krijgen we telkens een kans om hoger op de ladder te
klimmen. Dat kan door te handelen vanuit het hart, niet te oordelen en gewoon te doen.
In zijn rol ontmoet men de juiste omstandigheden en mensen. Men moet zich herinneren wat zijn rol
vertegenwoordigt in de evolutie van de kosmos. In de kosmos heeft elke mens en elke situatie zijn
belang zoals in een tapijt elke draad zijn plaats heeft en nodig is in het geheel. De evolutie van de
kosmos is dus afhankelijk van elk individu. De weg die ieder van ons moet gaan ligt vast. De manier
waarop we die weg gaan en de tijdspanne die we onszelf hiervoor toemeten, bepalen wij zelfstandig.
Om het leven te leiden dat ons werd voorbestemd krijgen we ruimte “tot het einde der tijden”. Dit is
niet eeuwig maar “de tijd dat de eeuwen duren”. Het is dus niet onbeperkt. De lessen die we moeten
leren kunnen we spreiden over verschillende incarnaties op het rad van incarnatie of door heel veel
reïncarnaties op het rad van reïncarnatie. Hoe langer de mens wacht met zijn klim, hoe moeilijker het
wordt. Hij zal dan meerdere levens nodig hebben waarin telkens weer karma wordt aangemaakt. Het
ego werkt tegen een bewustzijnsstijging. In JESOD komen kracht en vorm samen en creëren in de
psyche illusoire situaties die voor waar worden aangenomen. Verlaat het bewustzijn het egoniveau
over de drempel naar het Zelf, worden de handelingen in de aardse sfeer langzaam opgelijnd aan het
goddelijk Plan. Maar meestal ziet de mens enkel de natuurlijke wereld als de werkelijkheid. Hij
vergeet dan de kosmische verbondenheid en verblijft onder de verheven bewustzijnsdrempel op het
mens-plant of mens-dier bewustzijnsniveau. Dit is een onbewuste keuze. Toch zijn er altijd fasen in
het leven waar we voor de keuze staan. Bv tijdens de puberteit stelt men soms de zin van het leven in
vraag. Doch slechts weinigen zullen op die ogenblikken hun innerlijke stem volgen. Men kiest
uiteindelijk meestal voor de wetten van de natuurlijke wereld. Men valt dan onder de Algemene
Voorzienigheid of de wet van de grote getallen. Men functioneert dan onder de “waarschijnlijkheid”.
Deze mensen beperken zich dan tot het produceren van goederen en diensten. Met het verdiende geld
koopt men dan opnieuw goederen en diensten… Het systeem houdt zichzelf in stand. Maar de
Algemene Voorzienigheid houdt geen rekening met het individu. Zijn levenslessen zijn verbonden aan
ogenschijnlijk positieve en negatieve situaties die het leven sturen naar een BWZ-stijging. Dit is het
lot.
Definitie van het LOT volgens de Kabbala
Het lot is de ontwikkelingslijn van een leven dat een welbepaald geheel van karakteristieken volgt. Het
kan dalend of stijgend lijken; goed of slecht; klaar of duister, maar het volgt een patroon. Het lot past
36
altijd in het geheel van levens in een welbepaald tijdvak. Het verbindt het verleden met de toekomst
door acties in het heden. Elk leven of lot is speciaal voor die persoon. Het past in het totaal van zijn
levens en in dat van de mensheid. Het lot is de paradijselijke uitdrukking, leven na leven van de
bestemming van de mensheid voorzien in het Hemelse.
Bij verwaarlozing van het doel ontstaan onevenwichten tussen het innerlijke en het uiterlijke. Het
spirituele en het materiële aspect moeten in evenwicht zijn en blijven. Wat van boven vanuit het
spirituele wordt doorgegeven moet worden uitgevoerd in het materiële. Na enkele reïncarnaties op het
rad geraakt deze balans vaak volledig uit evenwicht. Het lichaam zal pijnen ondergaan of "het lot slaat
toe". Elk leven kent zijn "crisissen". Rond 18 jaar zijn er veel zelfmoorden, alsook rond 40 jaar bij
vrouwen en tussen 45-50 jaar bij de mannen. Dwz de "stem van Bat Kol" begint door te wegen:
Mens je bent op zending! Mens keer terug!
De meeste mensen zijn nog altijd geëvolueerde dieren. De beschaving waarin wij leven wordt in stand
gehouden door angst voor de straf. Dit is de NEFESH of de animale ziel in de mens.
De 4° scheppingsdag bracht de “lichten aan de hemel”. Dit is het begin van de planetaire sferen en de
cycli. Deze zorgen voor invloeden in de aardse toestanden bv in politiek, nationalisme, oorlog, mode
enz….
Zit het BWZ op het niveau van de zon, ervaar je de gevoeligheden van de mensen. Deze kennis kan je
goed en kwaad benutten. Hier zitten dictators, bankiers, industriëlen, staatslieden, schrijvers,
kunstenaars… Zij beheersen de natuurlijk mens. Zij creëren behoeften en vullen die ook in voor de
mensen. De natuurlijke mens consumeert en betaalt. Hitler speelde in op deze gevoeligheden. Wil je
een baan, voedsel en bestaanszekerheid moet je lid worden van de partij.
Banken en politici creëren onevenwichten en iedereen wil naar het andere uiterste, bv de hoelahoep
rage, de kubrickubus, playstation enz… Mensen op het niveau ‘mens-dier’ misbruiken hun inzichten
om de wereld naar hun hand te zetten. Een auto gaat 20 jaar mee, maar na 5 jaar ben je al uit de mode.
Ook de pseudospirituelen zijn in de handen van de voorzienigheid. Ze moeten de mensen zot maken
van het leven. Hitler en Napoleon werden kosmisch gestuurd. Mensen van het niveau ‘mens-plant’
zijn geneigd dit slaafs te volgen. Zij worden pas wakker na schokkende gebeurtenissen. Dan
doorbreken zij de vicieuze cirkel.
Iedereen die leeft onder de invloed van de Algemene Voorzienigheid komt automatisch onder de
invloed van de planeten. Dit alles is afhankelijk van het niveau waarop het bewustzijn zit. Het BWZ
kan zitten op het
1. Mens-plantniveau
2. Mens-dierniveau
1° Het mens-plant bewustzijn:
Het Mens-plant-BWZ legt zich neer bij de rest. Mensen op dit BWZ-niveau zijn als koren dat zich
neerlegt in de richting van de wind. De mensen met een plantbewustzijn zijn goede volgelingen voor
mensen met een dierbewustzijn. Zij zijn zich niet bewust van dat waarmee zij bezig zijn. Dit type
mens volgt de massa en kent een zeer trage evolutie.
2° Het mens-dier bewustzijn:
Het mens-dier bewustzijn streeft naar leiderschap in de maatschappij. Dit kan op alle niveaus: politiek,
economie, gangsterwereld, kunst, cultuur… Er wordt gestreefd naar de 1°, de beste, de baas zijn. Zij
proberen alles naar hun hand te zetten voor eigen welzijn en profijt. Mensen die macht uitoefenen zijn
angstig om anderen voorbij zich zelf te zien groeien. De Algemene Voorzienigheid biedt aan om te
ontwaken. Men doet er mee wat men wil. Het Mens-dier-BWZ is een ontwaakt BWZ en heeft lak aan
algemene opvattingen. Het doorziet de rest. Het zijn vaak leiders in amusement en politiek, in media
en militair… Ze creëren de nodige evenementen om in de wereld iets te doen evolueren.
37
Het streven naar macht kan in het fysieke, maar ook in de psyche. Het doet altijd zijn tijd die werd
toegekend, maar men zal er het doel van het leven mee uit het oog verliezen en dit wordt zwaarder
“aangerekend”. Een mens met een dierbewustzijn kan alles goed analyseren, inzien en keuzes maken.
Hij is echter verblind door de macht. Ook hij functioneert onder de Algemene Voorzienigheid. Wint
men bv de lotto speelt de wet van de grote getallen. Dit kan schijnbaar geluk zijn. Automatisch
verandert je levenspatroon. Langzaam trek je jezelf weg uit de vertrouwde omgeving. De oude
vrienden passen niet meer. Zij trekken zich terug omdat zij niet meer meekunnen met dit groots
materialistisch gebeuren.
Adonaï waarschuwt voor het kwade. Het kwade zijn alle activiteiten die los staan van het goddelijk
Plan.
“Laat u niet bepalen door de wetten die de grote massa beheersen”.
De massa is altijd onderhevig aan eb en vloed van mode, leedvermaak, economische spelletjes,
politiek en oorlog. De planeten bepalen wat de massa beweegt. Plaatst het bewustzijn zich in het
mens-plant of mens-dier bewustzijnsniveau handelt de mens naar de beweging van de massa. Dan leert
men enkel wat de massa belangrijk vindt. Dan is men niet in de wereld maar van de wereld.
Cfr - met veel enthousiasme ten oorlog trekken
- enkel de mode volgen, dwangmatig koopgedrag
- leven en werken om materie te verwerven, waarvan anderen zeggen dat het noodzakelijk is
(reclame).
Is dit het doel van het leven vergeet men het “hiernamaals” en komt de mens los van het goddelijke.
De mens zal waardeloze materiële doelen nastreven en de ziel raakt geblokkeerd op het rad van
geboorte en wedergeboorte. Bij het afdalen in de materie voorziet moeder aarde voor elke ziel alles in
functie van de oplijning aan het goddelijk Plan. Drukken we onze eigen wil door moeten we zelf ons
plan trekken. Dit is een vrije keuze. De eigenschappen die met de rol werden meegegeven mogen dus
niet worden gebruikt om de materie te dienen.
Alle vormen van materiële welvaart kunnen en mogen, maar mogen geen doel
op zich worden. De ziel bepaalt evenwel zelf de duur van zijn reis.
De AlgemeneVoorzienigheid kan omstandigheden creëren waardoor je schijnbaar in een ongelukkige
positie terecht komt. Dit kan nochtans ook een kans zijn om in een gelukkiger toestand terecht te
komen.
Bv een zakenman die enkel werkt weet niet wat het leven te bieden heeft. Hij verongelukt en komt in
een rolwagen met veel tijd om inzicht te verwerven rond de bedoeling van het leven.
De Algemene Voorzienigheid schept het levensplan, maar ook altijd mogelijkheden om in bewustzijn
te stijgen. Grijpt de mens die mogelijkheid, komt de Individuele Voorzienigheid in actie.
Hoe dieper men in een vastgeroeste situatie wegzakt, hoe explosiever de shock nodig om hieruit weg
te komen. Dit shockeffect komt van de Algemene Voorzienigheid om een bewustzijnssprong te
provoceren. Tot dan werd het leven bepaald door het verleden en de toekomst.
Dit geldt ook voor het streven naar leiderschap. Overal op de wereld zijn mensen die denken het beter
te kunnen dan de anderen. Zij kunnen de rol spelen voor de tijd die nodig is en voor de tijd dat zij zich
kunnen handhaven. Aan alles komt evenwel een einde, hoe groot iemands aanzien ook is. Mensen zijn
altijd onderhevig aan het mens-dier bewustzijn.
Cfr Een kudde dieren kent één leider. Die leider houdt stand tot in een gevecht een andere leider wordt
aangeduid. Politici houden stand tot zij van de macht worden verdreven. Caesar: “Liever de 1° in een
klein Gallisch dorp dan 2° in Rome”. Maradonna was het idool. Nu is hij afgetakeld door drugs.
In de gevangenisdriehoek van het ego wordt alles erger en zwaarder. De keuzes worden alsmaar
beperkter. De mens is een radertje in het geheel van de consumptiemaatschappij. Door een schokkend
en ingrijpend gebeuren krijgt men een kans om uit deze situatie te stappen. Hoe harder de noot, hoe
38
harder de notenkraker. Alleen in moeilijke perioden van het leven zoekt de mens antwoorden op zijn
vragen. Een rijk leven in de materie verhindert immers het bewustwordingsproces. Tijdens een rijk en
evenwichtig materieel leven bestaat weinig behoefte om zich van de materie los te maken.
Ogenschijnlijk negatieve events in je omgeving kunnen een les zijn waarbij de Maggid en anderen op
verschillende bewustzijnsniveaus toekijken. De bewustwording versnelt in zo’n gevallen meestal. Het
vraagt evenwel inspanningen
Cfr De Israëlieten her-innerden zich het Verbond met Jahweh toen het hen zeer slecht verging in hun
materiële bestaan.
Het bewustzijn krijgt dan de opdracht zich van de materie los te maken. Leeft men enkel op zijn ego
en leeft men alleen zijn lichamelijke kwaliteiten en gebreken uit, zit men in een straatje zonder einde.
Wanneer men zich alleen dit al realiseert, evolueerde men voldoende in de natuurlijke wereld om dit
pad te verlaten.
Bij het overlijden moeten alle eigenschappen weer worden afgegeven. De rol is uitgespeeld. De
eigenschappen moeten weer worden rechtgezet en losgemaakt zodat de lagere psyche weer zuiver kan
zijn. De psyche keert terug naar “het land van waaruit zij werd genomen”. Alle “distels en doornen”
worden in het vagevuur weggehaald. Dit kan alleen wanneer de ziel inziet dat de verantwoordelijkheid
voor de fouten bij haarzelf ligt. We hebben de eigenschappen niet meer nodig, de KENNIS
daarentegen nemen we wel mee. Deze kennis wordt in ons onderbewuste geïntegreerd. Dit moeten we
niet bewust meeslepen. We gebruiken het in onverwachte situaties.
In vorige levens verwierven we stukjes bewustzijn telkens we een “training” doorstonden. Het doel en
de zin van het leven is het goddelijke op aarde te brengen. De weg daar naar toe leidt doorheen het
karma. Het is geen makkelijke weg. Zolang het grootste deel van de mensheid hier niet klaar voor is
verloopt alles zeer traag. Iedereen draagt hierin zijn verantwoordelijkheid. Er gaat altijd een leerfase
en trainingsfase aan vooraf. Mensen stellen zich hiervoor pas open wanneer ze er klaar voor zijn.
(Exodus) We moeten begrijpen dat geld, goed, macht nooit het doel van het leven kan zijn. Wie bezit
en macht nastreeft zal het in de loop van meerdere levens weer verliezen. Er is een verzadiging nodig
om deze materiële ingesteldheid weer af te leggen. Het ego vindt altijd wel een excuus. Zij die bezit
vergaren moeten weten dat het geleend is. Rijkdom en armoede zijn attributen van een rol.
Het correctieproces.
De bewustzijnsverandering gebeurt op het ogenblik dat je er klaar voor bent. Je brengt jezelf hiervoor
"in de voorwaarden". Deze zuivering gebeurt over de hele wereld en in alle religies. Vroeger traden
mensen vaak in het klooster om er makkelijker mee om te kunnen gaan. De abt van het klooster werd
verondersteld dit zelf te hebben beleefd zodat hij de novicen kon begeleiden. Elke religie heeft haar
eigen methode om mensen hierin te begeleiden.
Het correctieproces kent aflaten die men verdient door daden te stellen of taken te vervullen. Dit
brengt inzicht in het doel van het leven waaraan dan gewerkt moet worden.
Cfr De 10 Geboden: Ik zal genadig zijn aan hen die Mij liefhebben. Dit is aan hen die zich oplijnen
aan de goddelijke Wil en hun doel op aarde. Dit gebeurt duizendvoudig.
Neemt men tijdens het leven de verantwoordelijkheid op voor zijn daden zal men een duizendvoudige
wederwerking ervaren. Men bereikt dan een staat van volwassenheid. Zij die geen
verantwoordelijkheid opnemen kunnen zich op dit niveau meestal niet handhaven. Ook tijdens het
overlijden kan men de staat van volwassenheid bereiken. Men aanvaardt dan tussen 2 levens een
correctieproces, waarvan men weet dat het pijnlijk kan zijn. Aanvaardt men dit niet, wil men vlug
terug reïncarneren om zijn verantwoordelijkheid te ontvluchten. Het correctieproces gebeurt dan
tijdens het leven gespreid over meerdere levens. In de katholieke kerk wordt dit omschreven als: "door
het vagevuur gaan". Zij worden dan snel herboren omdat hetzelfde zuiveringsproces nog moet
gebeuren. Dit is pijnlijker omdat men meer elementen dan nodig meesleept. Herhaalt dit zich telkens
weer blijft de ziel in de driehoek van het lager bewustzijn steken en blijft men onderhevig aan de
invloeden van de planeten.
39
De kosmos is evenwel zelfverbeterend. Er zijn bepaalde bewegingsvrijheden maar ook limieten.
Overheerst 1 van de 2 kanten komt er een reactie. Dit geldt voor individuen, groepen alsook voor hele
beschavingen. Wordt een beschaving te laks komt er een reactie. Bv De intolerantie van de
hedendaagse samenleving is een reactie op te veel tolerantie in het verleden.
Individueel wordt het karma van vorige levens in omgekeerde zin aangeboden. Stal men bv in een
vorig leven wordt men in dit leven bestolen. Oog om oog, tand om tand is een kosmische wet. De les
moet geleerd worden en de verantwoordelijkheid moet worden opgenomen. Op een bepaald ogenblik
creëren de omstandigheden een situatie waarbij een uitweg moet gezocht worden. Dit is een moment
van bewustwording. In de eigen psyche wordt een correctieproces gegenereerd door de sferen oordeel
en genade.
De mens mag de wet van oog om oog, tand om tand echter niet zelf toepassen. Straf is een
correctieproces of een middel om een les te leren. De kosmos zal die altijd met de nodige mildheid
toepassen.
Zit het bewustzijn op de middenzuil moet de rijke zijn bezit oordeelkundig gebruiken en niet alles
zomaar weggeven. Ook iemand met een hoger bewustzijn moet werken om den brode. Het doel van
zijn arbeid is evenwel verschillend. Het inkomen is bedoeld om te overleven, niet om meer en meer
bezit te vergaren. Ook een Messias moet deelnemen aan het gewone leven. Hij kan geen voorbeeld
zijn als hij de problemen niet kent. De wijze waarop hij met materie en macht omgaat verschilt van
een doorsnee mens. INZICHT + ACTIE = KARMA OPLOSSEN
Cfr De school van de Derwishen: ''Broeder, wat je ooit deed, laat het achter. Hier ben je veilig."
Het lot wordt bepaalt en kan niet veranderd worden, tenzij we het rad kunnen verlaten! Dan wordt ons
individueel lot losgemaakt uit het collectieve lot en worden we van het lot zelf ook losgemaakt. Het is
evenwel een pijnlijk proces en het duurt een hele tijd. De wereld “stort dan in”. Alles wat in het leven
belangrijk was verdwijnt dan. De mensen in de directe omgeving worden anders bekeken. De eigen
kinderen bv worden gezien als kinderen zonder nog een binding met het eigen leven. Ook de partner
wordt losgekoppeld van het dagelijks bestaan.
Tot zolang wordt het leven vaak ervaren als zijn we een pion op een schaakbord. We hebben immers
weinig invloed op de dagelijkse gebeurtenissen. Veel problemen hebben geen oplossing. Soms worden
we enkel individueel getraind om onze reacties te testen. Ofwel is er een oplossing, maar stelt het
probleem zich telkens opnieuw. Het individuele probleem stelt zich meestal niet enkel voor één
persoon. Het kan ook een les zijn voor een groep mensen in eenzelfde situatie. Er zullen in de wereld
altijd collectieve problemen zijn die ons testen. Op school worden generaties lang telkens weer
dezelfde vraagstukken aangeboden. Oorlogen komen altijd terug. Deze situaties blijven komen tot het
collectieve bewustzijn in Tiferet aankomt.
Overstijgt het bewustzijn het niveau van het ego, brengen we het goddelijk Plan naar buiten. Op dat
ogenblik wordt de barrière naar het HZ doorbroken. De hogere trillingen hebben dan opnieuw toegang
tot de lagere en kunnen opnieuw indalen. De lagere trillingen van alle omstandigheden en geleerde
lessen worden dan ontdaan van de subjectiviteit, angsten, frustraties enz… alsook van de conotatie
“goed en kwaad” met de daaraan gekoppelde beloning en straf. Dit gebeurt trapsgewijs van zodra we
onszelf in de volgende voorwaarden brengen:
- Baas worden over het eigen lichaam.
- Baas worden over het ego.
- Bereidheid om de eigenschappen te gebruiken voor jezelf en voor de anderen, in
overeenstemming met het goddelijk Plan.
Slechts op de lijn van bewustwording (= levenshouding) zal de Algemene Voorzienigheid plaats
maken voor de Individuele Voorzienigheid. Hier start een moeilijke fase. Je wordt losgemaakt van de
karmische bindingen met andere mensen ver of nabij. Ook hier moeten de rollen worden herschreven.
Dit gebeurt slechts zeer geleidelijk. Wordt iemand uit de Algemene Voorzienigheid losgemaakt, mag
het lot van de anderen die ermee verbonden waren niet worden beïnvloed. De bindingen die hier dan
worden losgemaakt, worden verbonden aan andere personen met eveneens karmische bindingen. Men
ervaart dit als een langdurig en pijnlijk proces. Hiervoor krijgt men altijd een begeleider in het fysieke
of buiten het fysieke; een ongebonden persoon met een bewustzijn op de middenkolom, bv een
priester.
40
Jesus was bij zijn kruisdood los van alle karmische bindingen. Hij was niet meer de “zoon” van zijn
moeder. De plaats moest ingenomen worden door iemand anders. Als dit iemand “overkomt” krijgen
de partner, de kinderen, de familie… een andere plaats. Zij worden JUIST ingeschat met alle
schijnbaar positieve en negatieve aspecten. Dit is uiteraard een moeilijk en zeer intens proces. De
persoon die losgemaakt wordt zal functioneren als een zelfstandig iemand zonder nog bindingen, maar
moet zich wel in de maatschappij integreren zoals iedereen.
Verplaatst het centrum van bewustzijn zich naar de ziel, bepaalt de ziel wat er gebeurt in functie van
een oplijning aan het goddelijk Plan. Hiermee verandert de focus van wat belangrijk is in het leven. De
verstrengeling met de materie moet verbroken worden. Dit kan reeds tijdens het leven, maar zeker op
het einde van het leven. Dan trekt de ziel zich terug uit het lichaam. De ziel blijft
meestal hangen op de 4° dimensie. Dit is het rad van geboorte en wedergeboorte. Het is
echter de bedoeling dat de ziel zich los maakt van het lichaam en zich terug trekt naar
de 5° dimensie: het bovenparadijs.
Cfr De uittocht uit Egype en de doortocht door de Rode Zee.
Verplaatst het bewustzijn zich naar een niveau Hod en Netsach PR vestigt het centrum
van het bewustzijn zich op de ziel. Er is dan contact met Malchoet van het hemelse en het bewustzijn
lijnt zich op aan het goddelijk Plan. Is men opgelijnd aan het goddelijk plan worden de kennis en de
kwaliteiten die werden opgedaan door te ervaren ontdaan van alle negatieve aspecten en stijgen op
(bloeien in de woestijn). Het ego is nodig om een rol te spelen maar mag niet overheersen. We moeten
onze rol beheersen. Elk individu speelt een eigen rol en vormt een deel van het geheel. Dacht of deed
iedereen hetzelfde zou alles stilstaan. De variatie aan rollen is noodzakelijk. De kosmos waarin wij ons
moeten ontwikkelen is volmaakt. Er heerst een zekere gestrengheid maar ook vrijheid. Helt de kosmos
naar 1 van de zuilen komt er een compensatie van de andere kant.
Cfr Toen het Romeinse rijk te luxueus en te makkelijk leefde raakte het in verval.
Kom je tot inkeer kan je je ten dienste stellen van de maatschappij. Elk leven is een groeiproces van
een puzzelstukje. Het zal even stoppen zodat er gewerkt kan worden aan het zuiverings- en
correctieproces. Ervaringen en belevingen kunnen verborgen niet-verwerkte emoties uit vergelijkbare
vroegere situaties of ervaringen weer tot leven brengen. Een kind wordt dus geboren met "krassen op
de ziel". Tijdens het leven heeft men de keuze om nog meer van hetzelfde te repeteren. Het bewustzijn
zal dan evenwel nog meer vernauwen. Men reïncarneert dan bv telkens in dezelfde omgeving, in
dezelfde groep mensen. Het haalt de bindingen met die omgeving dan alsmaar sterker aan. Het
bewustzijn raakt vast omdat er in dezelfde groep steeds meer karma wordt aangemaakt en er
nauwelijks nog wat wordt afgewerkt. Enkel het rollenpatroon verandert. Dit was tot +/-100 jaar
geleden vaak zo in landelijke gebieden.
Cfr Rond de kerktoren werden de doden begraven, werd er kermis gevierd, vonden alle feestelijkheden
plaats om de doden te laten meevieren.
Cfr Bij sommige volksstammen wordt de erfenis doorgegeven aan de kleinkinderen. Zij gaan er van uit
dat de kleinzoon de reïncarnatie is van de grootvader.
Cfr Adellijke families maar ook boerenfamilies hebben dezelfde trekken als hun voorvaderen.
Deze strakke bindingen vergen ongewone situaties om ze te verbreken, bv slavenhandel, oorlog,
volksverhuizingen, emigratie of het terrorisme van vandaag. De boerenzoon die plots ten oorlog wordt
geroepen. Dit verweidt het perspectief en men is niet meer dezelfde wanneer men terug komt. Men
kan het oude patroon nadien weer opnemen ofwel de nieuwe impuls volgen. Hier zit een kans op een
bewustzijnsklim. Hij kan zich de vraag stellen of het doel van het leven is te leven als een plant en
afgeschoten te worden als een dier. Dit besef kan ook meegedragen worden naar een volgend leven.
Dit ingrijpen van de Algemene Voorzienigheid kan een mens in een crisissituatie storten waarbij men
van niveau kan verspringen. Het correctieproces gebeurt best op een ogenblik van niet-incarnatie.
Tijdens het leven draagt men immers nog extra fysieke ballast mee. Het correctieproces vergt alle
energie van de mens. Op dat ogenblik functioneert men nauwelijks nog. Dit kan maanden tot jaren
duren. Deze toestand wordt soms verkeerd geïnterpreteerd als chronische vermoeidheid. Omdat men
in de psyche werkt zal de mens enorm veel emotionele pijn kennen. Af-zien is loslaten.
41
Ook de omgeving van de persoon zal dit correctieproces mee beleven. Die persoon verliest alle
interesse in het leven. Het wordt vaak als een depressie aanzien. Het is nochtans geen echte depressie.
Medisch kan men enkel het fysieke ongemak beperken. Het is geen ziekte. Men kan er in wezen
weinig aan doen. Het is de "grote opkuis" die gebeurt op een hoger trillingsniveau. De ziel is
grotendeels weg zodat het contact met het lichaam eerder beperkt is. Tegelijk wordt ook het lichaam
aan de hogere trilling aangepast. Dit is niet altijd merkbaar.
De hellen.
Wanneer het goddelijke licht blokkeert en niet meer door kan, is het licht uit. Dan kunnen demonen en
archetypen het lichaam en de scène overnemen. Zij nemen de controle over het lichaam en voeren hun
eigen plannen uit. Demonen hebben licht nodig. Ze brengen mensen spiritueel op een dwaalspoor.
Personen gaan dan dwangmatig handelen.
Zielen die blijven hangen rijden zichzelf vast in een neerwaartse spiraal tot het bewustzijn zich
centreet op Malchoet. Zij verzijlen op 1 van de 7 helleniveaus. Dit kan tijdens het leven maar zeker
ook na het leven gebeuren. Dit type bewustzijn gaat de wereld stilaan beschouwen als een speelgebied
voor zichzelf. In meerdere levens richt het ego zich dan op de eigen wereld, waarin nog net de directe
familie past. "Ik en de mijnen". Zij blijven hangen in de 4 bovenste hellen of dalen nog dieper af in de
3 onderste hellen. De 4 bovenste zijn veranderlijk; de 3 onderste zijn niet-veranderlijk. Het laagste
paradijs is de hemel van de hel. Het BWZ kan hier gericht zijn naar boven of naar beneden. Mensen
die verblijven in de bovenste hellen keren zich onbewust tegen het goddelijke plan. In de diepere
hellen verblijven zij die zich bewust van het goddelijke afwenden. Ze zien de aarde als een wingewest.
Ze menen dat de school niets voor hen is. Op de speelplaats willen ze meteen geld verdienen. Ze
willen de kosmos naar hun hand stellen voor eigen belang. De grootste demonen worden van het rad
van wedergeboorte gehaald. God straft ze evenwel niet. Men straft zichzelf. Stop met alles te
ontbinden in goed en kwaad. Het getuigt immers van persoonlijk voordeel. Wel: Ben ik juist of niet
juist bezig. Je mag fouten maken als je er maar van leert. Je kan niet zeggen dat je nu eens een fout
gaat maken. Zo leer je uiteraard niets. Hij die zwaait met verdoemenis en ondergang zal zelf met zijn
volgelingen ondergaan. Zit men met het bewustzijn in 1 van de 4 bovenste hellen kan men nog
deelnemen aan het kosmisch plan. Bij elke incarnatie krijgt men gelegenheden tot inzicht of men juist
handelt of niet. Er is telkens kans om tot bezinning te komen. Dit kan over meerdere levens lopen. Een
moordenaar bv kan beroerd worden door het overlijden van zijn huisdier. Deze emotionele binding
kan het begin zijn van een "ontbolstering" en dus het begin van inzicht.
Ervaart de ziel zichzelf als het centrum van de kosmos en linkt zij alles daaraan, komt ze met haar
bewustzijn in de onderste hellen; een gevangenis van eigen makelij. Haar wereld ligt dan buiten de
42
Jakobsladder en dus buiten de evolutie van de kosmos. Enkel zijzelf of het goddelijke kunnen hierin
verlossing brengen. Hier speelt de vrije wil. Zij krijgt de tijd van de "grote jubilee"; tot het einde der
tijden, tot de Apocalyps, om hieruit bevrijd te geraken. De Grote jubilee is de tijdspanne die gegeven
werd aan de Schepping. Zij kan uit deze gevangenis bevrijd worden door inkeer of op het einde van de
"grote jubilee" wanneer de zielen teruggeroepen worden naar de Schepper. Bij een nieuwe Schepping
kunnen ze dan opnieuw beginnen. Het komt erop aan om deze zielen "wakker" te maken. De zielen
plaatsten zich buiten de "school" en leerden dus niets. Ook op de zielen in de onderste hellen wordt er
vanuit de kosmos ingewerkt. Niets gaat verloren. Alles wordt gerecycleerd.
De hel is een correctieplaats. De psyche wordt er hersteld. De geesten die hersteld worden kunnen
gehandicapten zijn. Het kunnen geesteszieken zijn of mensen die moeten leven onder erg strenge
wetten, bv vrouwen in Afganistan. Het herstelproces vraagt om even stil te houden of om de psyche
een tijd vast te zetten om er makkelijker aan te kunnen werken. Men ziet dan alleen zichzelf en zijn
eigen materiële behoeften om in een volgende incarnatie te herstellen. De psyche wordt er uit elkaar
gehaald. Vroeger werd dit uit elkaar halen door de smid gedaan. Van daar de associatie met vuur,
zwart, roet enz… Vandaar komt het beeld dat wij hebben van onze hel.
Dit correctieproces kan 100.000 jaar duren. 1985 startte de Apocalyps. Alle herstelde zielen kregen
opeens weer een kans. Dat vraagt om een algehele dispensatie of verlichting waarop deze verloren
zielen weer kunnen inpikken. De recyclage gebeurt door zwarte engelen.
Voorbij de wolk wisselt men de kandelaars. Wat goed schijnt wordt kwaad en omgekeerd om je op je
pad te houden.
Het mannelijk en vrouwelijk aspect om de lessen te leren.
Om deze lessen te leren, dragen we altijd 2 belangrijke aspecten mee: het vrouwelijk en het mannelijk
aspect. Het mannelijk aspect is gericht naar de materie en het uiterlijke. Dit is het handelend aspect.
Het vrouwelijk aspect is gericht naar het innerlijke, het spirituele. Dit aspect maakt de binding met het
hogere. Deze 2 aspecten moeten in evenwicht worden gebracht.
Volgens het principe “zo binnen, zo buiten” zegevierde tot nu het mannelijk of materiële aspect over
het vrouwelijk of spirituele. Het mannelijk aspect was het dominante beeld in de voorbije eeuwen,
voorgesteld door de zwarte Madonna's. Zwart neemt geen deel aan het leven. Aan deze tijd komt
stilaan een einde. Vandaag komt het vrouwelijk aspect meer aan bod, zodat er opnieuw aandacht is
voor de spirituele binding met het hogere. Zo zal er in de toekomst een evenwicht ontstaan.
Ten tijde van de Kelten was er een vrouwelijke overheersing. De vrouwen gingen hun krachten echter
meer en meer voor zichzelf gebruiken (= mannelijk aspect). Het vrouwelijk aspect kwam in de
verdrukking. Nu zijn we aan een heropleving van het vrouwelijk aspect. Het evenwicht zal blijven
omdat we in een tijdperk van TRANSFORMATIE leven. Spirituele kennis mag nooit misbruikt worden.
Cfr Kaïn en Abel. Zij vertegenwoordigen het mannelijk en het vrouwelijk aspect in ons. Abel werd
door Kaïn gedood. Het symboliseert het spirituele aspect dat in de mens wordt gedood.
Volgens het mannelijk aspect is het spirituele immers niet nuttig in de materiële wereld en moet het
onderdrukt worden. Laat men dat gebeuren wordt men meegesleurd naar de laagste
bewustzijnsniveaus.
Cfr Adam en Eva zijn aspecten in het zelf. Je bijt zelf in de appel als je de materiële
aantrekkingskracht niet kan weerstaan. Adam en Eva werden uit het paradijs verdreven.
Kaïn werd uit het paradijs verdreven. Hij ging “dolen” of belandde op het rad van reïncarnatie tot hij
er zich bewust van werd. Ismael werd in de woestijn gestuurd. Esau verloor zijn 1° geboorterecht.
43
Related documents
Download