Newtoniaanse Kosmologie College 4: Thermodynamica en Hoe

advertisement
Prof.dr. A. Achterberg, IMAPP
www.astro.ru.nl/~achterb/
SAMENVATTING LAATSTE COLLEGE(s):
Hubble-parameter
1 dR
H=
R dt
D(t ) = aR (t )
Universele expansie
8π G
k
=
H
ρ− 2
3
R
Friedmann
vergelijking
2
ρstof ∝~ R −3
ρ = ρstof + ρstraling + ρ vac + ...
Materiële inhoud Heelal
ρstraling ∝ R −4
ρ vac
Λ
constant
≡
=
8π G
k
Friedmann vergelijking
8π G ρ
⇒
=
−
1
H2
H 2 R2
3H 2
> 1 als k > 0 (gesloten heelal)
k
8π G ρ

Ω≡
=
+
=
1
 = 1 als k = 0 ( vlak heelal )
2
2 2
H R
3H
 < 1 als k < 0 ( open heelal )

k
Friedmann vergelijking
8π G ρ
⇒
=
−
1
H2
H 2 R2
3H 2
> 1 als k > 0 (gesloten heelal)
k
8π G ρ

Ω≡
=
+
=
1
 = 1 als k = 0 ( vlak heelal )
2
2 2
H R
3H
 < 1 als k < 0 ( open heelal )

Ω = Ωstof + Ωstraling + Ω Λ + .....
Scale factor R(t)
Referentie-modellen (vlak, dus met k=0):
2/3
R(t )
t 
2
, H
R=

0
3t
 t0 
1/2
R(t )
t 
1
, H
R=

0
2t
 t0 
(t ) exp( H Λ t ) , =
R=
H
Λ
= constant
3
R(t ) = RΛ sinh 2/3 ( 32 H Λ t ) ,
H (t ) = H Λ coth( 32 H Λ t )
Stof-gedomineerd
Stralingsgedomineerd
De-Sitter oplossing
Friedmann-Lemaitre
Thermodynamica en de w-parameter
 0 voor stof
P
1
w≡ 2 =
 3 voor straling
ρc 
 −1 voor DE
Dichtheidswet:
 R(t ) 
ρ = ρ0 

 R0 
−3(1+ w )
Relativistische “correcte” Poisson vergelijking:
 4π G ρ voor stof

=
∇2Φ 4π G ρ (1=
+ 3w )  8π G ρ voor straling
 −8π G ρ = −Λ voor DE

2


d  dR  8π G
2
ρ R − k ⇒
 =

dt  dt 
3

d 2 R 4π G  2 dρ
 4π G ρ R  d ln ρ

R
R
2
2
ρ
=
+
=
+




R
n
dt 2
3  dR
3
d
l



d2 R
4π GR 
3P 
=
−
ρ + 2 
2
c 
dt
3 
Thermodynamics:

d ln ρ
P 
=
−3 1 + 2 
d ln R
 ρc 
2


d  dR  8π G
2
ρ R − k ⇒
 =

dt  dt 
3

d 2 R 4π G  2 dρ
 4π G ρ R  d ln ρ

R
R
2
2
ρ
=
+
=
+




R
n
dt 2
3  dR
3
d
l



d2 R
4π GR 
3P 
=
−
ρ + 2 
2
c 
dt
3 
Thermodynamica:
d ln ρ
=
−3 (1 + w )
d ln R
 −3
voor stof ( Pm  ρ m c 2  0)
d ( ln ρ )

2
1
=
−3 (1 + w ) =−
voor straling ( Prad =
c
)
ρ
 4
3 rad
d ( ln R )
 0 voor Donkere Energie ( P = − ρ c 2 )
Λ
Λ

d R
4π GR 
3P 
=
−
ρ + 2 
2
dt
3 
c 
2
Geldt ook voor een mengsel:
ρ =ρ m + ρ rad + ρ Λ
=
P
1
3
ρ rad c 2 − ρ Λ c 2
Hoe wegen wij het Heelal?
De inhoud van het Heelal bepaalt de
expansiegeschiedenis: mengsel van stof, straling
en donkere energie!
1. We kennen de typische lichtopbrengst van sterren.
Massa-lichtkracht verhouding:
 LICHTGEVENDE MASSA
M 25.000 kg

L
Watt
1. We kennen de typische lichtopbrengst van sterren.
Massa-lichtkracht verhouding:
 LICHTGEVENDE MASSA
M 25.000 kg

L
Watt
2. Beweging met snelheid V onder invloed van de
zwaartekracht van een massa M:
 DYNAMISCHE MASSA
V 2R
M=
G
V
R
mV 2 GMm

R
R2
V
mV 2 GMm

R
R2
R
V 2R
⇔M 
G
Een korte geschiedenis....
•
1932: Jan Hendrik Oort merkt op dat stersnelheden
in de Zonsomgeving duiden op een aanzienlijke
hoeveelheid ongeziene materie;
• 1933: Fritz Zwicky merkt voor de Coma Cluster op
dat: “....müsste also die mittlere Dichte im Comasystem
mindestens 400 mal grösser sein as die af grund an
leuchtender Materie abgeleitete”
•
1978: Vera Rubin c.s. laten zien dat er donkere materie zit
in spiraalstelsels vanuit Rotatiekromme’s: baansnelheid
als en functie van afstand tot het centrum.
Waargenomen curve
Curve zoals verwacht op
grond van lichtopbrengst
Rotatiekromme van een Spiraalstelsel
Rotatiesnelheid (km/s)
Gegevens
Donkere
materie
Sterren
(lichtgevende materie)
Afstand van centrum (kpc)
Geel: zichtbaar licht
Blauw: 21 cm
radiostraling van
waterstofgas
Conclusie: sterrenstelsels bevatten
Donkere Materie
Onze eigen melkweg:
Iocco, Parto & Bertone, 2015:
ρlocal
= 0.3 ± 0.1 GeV/cm3
Rotational speed (in km/s)
Distance to center (in kpc)
Spiraalstelsels (uit: Rubin et al., 1978)
Wat is die Donkere Materie?
Materie die géén licht uitzendt, maar wel bijdraagt aan
de massa van sterrenstelsels, groepen van sterrenstelsels …
15% van alle materie geeft licht (zit dus in sterren)
85% van alle materie is donker (elementaire deeltjes?)
Beide vormen van materie dragen bij aan de
massa-dichtheid van het Heelal
Donkere materie in groepen van sterrenstelsels
Gravitatie-lenswerking
Werkelijke positie
Waargenomen positie
Sterke Lenswerking door een enkele massa
Simulatie: zwart gat voor de Magelhaense Wolk
BULLET CLUSTER: Twee botsende groepen van sterrenstelsels
Heet gas: rood
Donkere Materie:
blauw
“Dark Matter Maps” van botsende clusters (Harvey et al, 2015)
Conclusie: 85% van alle materie is donkere materie
Beide duiden op
een
ΛCDM cosmologie!
En wat is die Donkere Materie dan?
Kandidaat
Zendt uit:
wel
Neutraal waterstofgas
(koud, T < 4500)
21 cm radiostraling
Ö
Geïonizeerd waterstofgas
(heet, T > 4500)
Thermische
remstraling
Ö
Bruine dwergen
Infra-rood licht
Niet genoeg van
Zwarte gaten
Bijna niets
Niet genoeg van
Elementaire deeltjes
(WIMPS)
Gamma-straling
Ö??
niet
Lijst van mogelijke DM kandidaten
Particle DM
(“exotic DM”)
Massa × c2
(= rustenergie)
Dichtheid
(in cm-3)
Type:
HDM of CDM
neutrino (light)
< 30 eV
100
Heet
neutrino (heavy)
> 1 GeV
10-5
Koud
axion
~ 10-5 eV
10-9
Koud
photino (licht)
< 100 eV
100
Heet
photino (zwaar)
> 2 GeV
10-6
Koud
Gravitino
< 1 keV
10
Heet
Higgsino
> 5 GeV
10-6
Koud
Gluino
> 5 GeV
10-6
Koud
Neutralino
~ 100 GeV
10-8
Koud
> 1013 kg
< 10-11 (M13 )-1 pc-3
“Koud”
Baronic DM:
Zwarte gaten
Supersymmetrische verdubbeling van
het aantal fundamentele deeltjes
Zoektocht naar Donkere Materie: astronomie
Gamma-ray excess in het Galactisch Centrum
Experimentele zoektocht op Aarde:
Voorbeeld van directe detective d.m.v. WIMP-atoom botsingen
DAMA resultaat:
1. Ongeveer 85% van alle materie is Donkere Materie:
Ω DM  0.27 , Ω ba  0.05 , Ω m ≡ Ω DM + Ω ba  0.32
2. Alle “conventionele” vormen van DM lijken uitgesloten;
3. Zoektocht naar “exotische” DM is vooralsnog zonder
overtuigend resultaat
8π G ρ vac
ΩΛ =
 0.68
2
3H 0
Bijvoorbeeld:
roodverschuiving-afstand
relatie verre SN1a
Supernova’s
Download