Verplichte monstername bij export

advertisement
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Albanië (AL)
Potplanten van Anthurium /
Marantaceae/ Musa/
Philodendron/ Strelitzia
Algerije (DZ)
Potplanten van Anthurium/
Calathea/Ctenanthe/Citrus/
Fortunella/Maranta / Musa/
Philodendron/
Poncirus/Stromanthe
Algerije (DZ)
consumptie- aardappelen
Algerije (DZ)
consumptie- aardappelen
Angola (AO)
consumptie- aardappelen
Anguilla (AI)
consumptie- aardappelen
AntiguaBarbuda (AG)
consumptie- aardappelen
Argentinië (AR)
Potplanten van Anthurium/
Chamaedorea/
Spathiphyllum
Argentinië (AR)
Consumptie- aardappelen
Argentinië (AR)
Pootaardappelen
Argentinië (AR)
consumptie- aardappelen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
Radopholus sp.
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Ralstonia solanacearum
(Bruinrot)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Ralstonia solanacearum
(Bruinrot)
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
knollen
per 100 ton 200 knollen Bovenmaats pootgoed hoeft niet opnieuw te worden bemonsterd.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
knollen
Per 25 ton 200 knollen
1 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Tab 06 16
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Australië (AU)
GEWAS
Planten bestemd voor
opplant, m.u.v. zaden uit de
families, genoemd in het
veld "OPMERKINGEN"
Barbados (BB)
consumptie- aardappelen
Belarus (BY)
consumptie- aardappelen
Belize(BZ)
consumptie- aardappelen
Benin (BJ)
Consumptie- aardappelen
Benin (BJ)
Pootaardappelen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
Xylella spp.
Bladeren, inclusief volledige bladsteel of
stengelstukjes / dunne twijgjes. Indien er
geen bladsteeltjes aanwezig zijn, zoals bijv.
bij Lavandula, neem dan stengelstukjes /
dunne twijgjes.
Bemonster bij plantjes met een
bladsteel(diameter) dunner dan 1,5 mm
geen bladeren maar stengeltjes/twijgjes. Bij
monstername van
stengelstukjes/twijgstukjes moeten de
blaadjes van het stengeltje/twijgje afgestript
worden (dus bladloze stengelstukjes/
twijgstukjes insturen).
Voor planten in rust (zonder blad):
stengelstukjes / dunne twijgjes met knop.
Neem per stengel/twijg een stukje van ca.
1,5 cm. Neem niet de top van de
stengel/twijg, maar een tussenstukje onder
de top.
Neem van weefselkweek-materiaal stukjes
stengel van 1,5 cm. Neem, indien mogelijk,
niet de top van de plant, maar een
tussenstukje onder de top.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Alle cystenvormende
aaltjes
Alle cystenvormende
aaltjes
OPMERKINGEN
Ingeval van weefselkweekmateriaal de moederplanten bemonsteren, in andere gevallen het product zelf.
Verzamel zo mogelijk minimaal 50 gram materiaal. Geen groeimedium / wortels in het monster stoppen.
Neem van partijen tot 200 (moeder)planten van elke plant het te bemonsteren deel,
neem van partijen vanaf 200 (moeder)planten van 200 planten het te bemonsteren deel.
Bedrijfsbemonstering op soortniveau (bijv. Hedera helix) is mogelijk. Toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum
monstername.
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Gewas: Acanthaceae, Adoxaceae, Altingiaceae, Amaranthaceae, Amaryllidaceae, Anacardiaceae, Annonaceae, Apiaceae,
Apocynaceae, Aquifoliaceae, Araliaceae, Arecaceae, Asparaguaceae, Asteraceae, Balsaminaceae, Berberidaceae,
Betulaceae, Bignoniaceae, Boraginaceae, Brassicaceae, Bromeliaceae, Cannabaceae, Caprifoliaceae, Caryophyllaceae,
Celastraceae, Cistaceae, Clethraceae, Commelinaceae, Convolvulaceae, Cornaceae, Cucurbitaceae, Cupressaceae,
Cyperaceae, Ebenaceae, Elaeagnaceae, Equisetaceae, Ericaceae, Escalloniaceae, Euphorbiaceae, Fabaceae, Fagaceae,
Geraniaceae, Ginkgoaceae, Hamamelidaceae, Hydrangeaceae, Juglandaceae, Lamiaceae, Lauraceae, Lythraceae,
Magnoliaceae, Malpighiaceae, Malvaceae, Meliaceae, Montiaceae, Moraceae, Myrtaceae, Nyctaginaceae, Oleaceae,
Onagraceae, Orobanchaceae, Oxalidaceae, Passifloraceae, Paulowniaceae, Phytolaccaceae, Pinaceae, Pittosporaceae,
Plantaginaceae, Platanaceae, Poaceae, Polygalaceae, Polygonaceae, Portulaceae, Proteaceae, Ranunculaceae,
Rhamnaceae, Rosaceae, Rubiaceae, Rutaceae, Salicaceae, Sapindaceae, Solanaceae, Talinaceae, Theaceae, Ulmaceae,
Urticaceae, Verbenaceae, Vitaceae, Xanthorrhoeaceae, Zygophyllaceae
Bemonster bij plantjes met een bladsteel(diameter) dunner dan
1,5 mm geen bladeren
maar stengeltjes/twijgjes.
Bij monstername
vanmaximum
stengelstukjes/twijgstukjes
de blaadjes van het s
aanhangendegrond
bemonstering:
één monster per
partij, met een
van 250 ton permoeten
monster.
Voor planten in rust (zonder blad): stengelstukjes / dunne twijgjes
met knop.
aanhangendegrond
bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Neem per stengel/twijg een stukje van ca. 1,5 cm. Neem nietaanhangendegrond
de top van de stengel/twijg,
maar eenéén
tussenstukje
onder
de top.
bemonstering:
monster per
partij,
met een maximum van 250 ton per monster.
Neem van weefselkweek-materiaal stukjes stengel van 1,5 cm.
Neem, indien mogelijk,
niet de top van
plant, maar
een tussenstukje
onder de top.
aanhangendegrond
bemonstering:
éénde
monster
per partij,
met een maximum
van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
2 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Bermuda (BM)
Potplanten van Araceae,
Citrus, Fortunella,
Marantaceae, Musaceae,
Piper nigrum, Poncirus en
Strelitziaceae
Bosnië
Herzegovina
(BA)
consumptie- aardappelen
Bosnië
Herzegovina
(BA)
Planten van Araceae,
Musaceae, Marantaceae,
Persea en Strelitziaceae
Brazilië (BR)
consumptie- aardappelen
Brazilië (BR)
Pootaardappelen
Burkino Faso
(BF)
consumptie- aardappelen
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
zeefgrondbemonstering. Proefzendingen onder de 500 kg. hoeven niet bemonsterd.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
Minimaal 200 cc. Zie register: Bedrijven met waterplanten vrij van Globodera sp.
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Canada (CA)
Planten van Butomus/
Nymphaea
Canada (CA)
Planten van Pelargonium
Ralstonia solanacearum,
Race 3, (Biovar 2)
Stengelstukjes of bladsteeltjes
Planten met groeimedium
Alle Nematoden en
overige in het
groeimedium
voorkomende
organismen (zoals
mijten en
springstaarten).
Van 200 moederplanten het stengelstukje van de oudste (onderste) zijstengel of het bladsteeltje van het onderste blad
(gedeelte van één cm dat het dichtst bij de stengel zit) in het monster stoppen. Bij partijen tot 200 moederplanten elke
plant bemonsteren.
Plant met groeimedium
Agar wordt in dit verband niet als groeimedium beschouwd. Minimaal 10 planten per geslecht/groeimedium opsturen naar
Canadese PD. Zie register: Toegelaten bedrijven geconditioneerde teelt Canada.
Canada (CA)
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
3 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
TE BEMONSTEREN DEEL
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Canada (CA)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Canarische
eilanden (XC)
Potplanten van Anthurium,
Anubias (waterplant),
Calathea, Ctenanthe,
Maranta, Monstera,
Philodendron, Scindapsus,
Spathiphylum, Strelitzia,
Stromanthe, Syngonium en
Zamioculcas
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Chili (CL)
Planten van Acer,
Cotoneaster, Dicentra,
Fragaria, Malus, Prunus,
Pyrus
Pratylenchus penetrans
wortels
Geteeld op zandgrond. Minimaal 25 gram.
Chili (CL)
Potplanten van Anthurium,
Dieffenbachia, Philodendron
en potplanten en
voortkwekingsmateriaal van
Chamaedorea
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Chili (CL)
Planten van Cactaceae
Cactodera (Heterodera)
cacti
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Chili (CL)
Consumptie- aardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
bollen
OPMERKINGEN
4 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Chili (CL)
Chili (CL)
Chili (CL)
Chili (CL)
Chili (CL)
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
Heterodera fici
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Xiphinema americanum
grond
Minimaal 300 ml
Monilinia fructigena
takjes
Neem van alle planten , met een maximum van 10 planten, één takje met blad.
Aphelenchoides
fragariae
groeipunten
60 groeipunten / 10.000 planten (maximaal 4 monsters à 60 st per bedrijf)
Uitslag bedrijfsbemonstering blijft 6 maanden geldig vanaf datum monstername
stengel
Onbeworteld stek: moederplanten bemonsteren
grond
Minimaal 300 ml
--wortels
--Minimaal 25 gram
grond
Minimaal 300 ml
Voortkwekingsmateriaal van Carnation necrotic fleck
Dianthus
virus en Carnation
ringspot virus
Planten van Ficus
Planten van Cydonia
(beworteld)
Planten van Cydonia
Planten van Alstroemeria
(zaailingen), Anthurium,
Asplenium, Gerbera,
Limonium (be- en
onbewortelde stekken en
zaailingen)
Erwinia chrysanthemi
m.u.v. E. chrysanthemi
pv. dianthicola en E.
chrysanthemi pv.zeae
Chili (CL)
Limonium (Be- en
onbewortelde stekken en
zaailingen)
Chili (CL)
Planten van Malus
(beworteld)
Xiphinema americanum
en X. diversicaudatum
--Phytophthora cambivora
Chili (CL)
Planten van Pyrus
(beworteld)
Xiphinema americanum
en X. diversicaudatum
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
5 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
China (CN)
Potplanten van Anthurium /
Marantaceae/ Musa/
Philodendron
China (CN)
Pootaardappelen
China (CN)
Pootaardappelen
Bloembollen van tulp,
narcis, gladiool
China (CN)
China (CN)
Colombia (CO)
Colombia (CO)
Colombia (CO)
Colombia (CO)
Congo dem.
Rep. (CD)
Bloembollen van lelie
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Planten van Aconitum
Zantedeschia bloembollen
Zantedeschia weefselkweek
materiaal
Consumptie aardappelen
Cuba (CU)
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Cuba (CU)
consumptie- aardappelen
Cuba (CU)
wortelen/peen
Cuba (CU)
wortelen/peen
Cyprus (Turks)
(CY)
Potplanten van Anthurium/
Citrus/ Fortunella/
Marantaceae/ Musa/
Philodendron/ Poncirus/
Strelitzia
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
Radopholus sp.
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Alle cystenvormende
aaltjes
Phoma exigua
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
knollen
Monster opslaan bij temperatuur 4-5 °C. Knollen kneuzen na zes weken beoordelen
ArMV
bollen
Bemonstering van partij na oogst, bij teler of exporteur. Tenminste 25 % van de partij dient aanwezig te zijn.
ArMV, SLRSV
bollen
Plantgoedtoets bij teler op ArMV. Bemonstering bij exporteur voor toets op ArMV, SLRSV. Tenminste 25 % van de partij
dient aanwezig te zijn.
Ditylenchus sp.
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Aaltjes
DSMV, KoMV
wortels
blad
DSMV, KoMV
blad
Alle cystenvormende
aaltjes
Minimaal 25 gram. Of warmwaterbehandeling
Minimaal 480 blaadjes per BKD lotnummer.
2 plantjes per geïsoleerde groeipunt
Zie ook Protocol weefselkweekmateriaal Zantedeschia voor Colombia
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Ditylenchus sp.
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
wortelen
Neem per 30 ton, een monster van 60 wortelen.
aanhangende grond
aanhangende grond bemonstering: een monster per partij.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
G. pallida, G.
rostochiensis, H.
avenae, H. schachtii
Ditylenchus destructor,
Meloidogyne chitwoodi
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Radopholus sp.
6 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Cyprus (Turks)
(CY)
Planten van Ficus
Heterodera fici
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Cyprus (Turks)
(CY)
Allium spp (consumptie)
Ditylenchus sp.
o.a. consumptie uien, prei, knoflook sjalotten
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Cyprus (Turks)
(CY)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)/
Sclerotium cepivorum
(witrot)
bollen
Dominicaanse
Republiek (DO)
Pootaardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Dominicaanse
Republiek (DO)
consumptie- aardappelen
Globodera rostochiensis,
Globodera pallida,
Heterodera sp.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Egypte (EG)
Pootaardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Egypte (EG)
consumptie- aardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
El Salvador(SV)
consumptie- aardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Filippijnen (PH)
Potplanten van Anthurium
wortels
Minimaal 25 gram.
Filippijnen (PH)
consumptie- aardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Filippijnen (PH)
Frans Polynesië
(PF)
Rosa
Chrysanthemum
voortkwekingsmateriaal
wortels
m.u.v. stentlingen, gestekt materiaal en potrozen. Minimaal 25 gram.
blad
Moederplanten bemonsteren
Gabon (GA)
consumptie- aardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Plantparasitaire aaltjes
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Pratylenchus penetrans
Tomato spotted wilt
virus
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
7 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Georgië (GE)
consumptie- aardappelen
Ghana (GH)
consumptie- aardappelen
Guatemala
(GT)
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Guyana (GY)
consumptie- aardappelen
Honduras (HN)
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Honduras (HN)
consumptie- aardappelen
Honduras (HN)
Pootaardappelen
India (IN)
Allium spp (consumptie)
India (IN)
India (IN)
Allium porrum, in vitro
Alstroemeria, in-vitro
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Ditylenchus sp.
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Ditylenchus sp.
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
consumptie uien, knoflook, sjalotten
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Ditylenchus sp.
Iris yellow spot virus
Arabis mosaic virus,
Freesia mosaic virus en
Tobacco rattle virus
8 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
India (IN)
India (IN)
India (IN)
GEWAS
Araceae in vitro (zie register
Plantenfamilies)
ORGANISME
Dasheen mosaic virus
Chrysanthemum, in-vitro
Chrysanthemum vein
mottle virus, Tomato
spotted wilt virus and
Tospovirus.
Geranium, in-vitro
Pelargonium leaf curl
virus, Arabis mosaic
virus, Tomato ring spot
virus, Tomato black ring
virus en Tobacco
necrosis virus
India (IN)
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Gerbera in-vitro
Tomato spotted wilt
virus
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
9 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
India (IN)
India (IN)
India (IN)
GEWAS
ORGANISME
Lilium in-vitro
Arabis mosaic virus ,
Lily mottle virus, Lily
virus X, Tobacco rattle
virus, Tulip breaking
virus, Tulip mosaic virus
en Necrotic fleck virus
complex
Limonium in-vitro
Orchidaceae in vitro
Tomato bushy stunt
virus en Clover yellow
vein virus
Cymbidium mosaic,
Vanilla necrosis,
Odontoglosum ring spot,
orchid fleck
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
India (IN)
overig in-vitro materiaal
(relevante) virussen
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Indonesië (ID)
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Ditylenchus dipsaci
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
10 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
ORGANISME
Residu onderzoek Maleic
Indonesië (ID)
Hydrazide (MH)
Globodera sp.
Indonesië (ID)
consumptie- aardappelen
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
Indonesië (ID)
Pootaardappelen
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
Irak (IQ)
Pootaardappelen
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
Iran (IR)
consumptie- aardappelen
(aardappelmoeheid)
Sclerotium cepivorum
Consumptie-uien en
Israël (IL)
Urocystis cepulae en
sjalotten
vrije levende alen
Aphelenchoides
Voortkwekingsmateriaal van
Israël (IL)
ritzemabosi en
Aconitum
Meloidogyne chitwoodi
Planten van Agapanthus,
Israël (IL)
Meloidogyne chitwoodi
Kniphofia en Tricyrtis
Israël (IL)
Israël (IL)
GEWAS
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Potplanten van Anthurium,
Maranta, Philodendron,
Strelitzia
In-vitro materiaal van
Bacopa
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Radopholus sp.
Tobacco ringspot virus
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster minimaal 1 kg of 10 bollen.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
bollen
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen. (één monster voor onderzoek op nematoden en schimmels)( onderzoek niet
verplicht, alleen onderzoek indien de bijschrijving prior to shipment wordt gebruikt)
neuzen (groeipunten) en wortels
Hele plant is dus nodig voor deze 2 testen
wortels
partijen tot 120 planten: 50% van de planten bemonsteren, van partijen > 120 planten: 60 stuks
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
11 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
In-vitro materiaal van
Begonia
Erwinia chrysanthemi,
Xanthomonas
axonopodis pv.
begoniae, Arabis mosaic
virus, Impatiens
necrotic spot virus en
Tomato spotted wilt
virus.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Voortkwekingsmateriaal
(stek / zaailingen) van
Begonia
Aphelenchoides
ritzemabosi
groeipunten
60 groeipunten / 10.000 planten (maximaal 4 monsters à 60 st per bedrijf)
Onbeworteld stek: moederplanten bemonsteren
Uitslag bedrijfsbemonstering blijft 6 maanden geldig vanaf datum monstername
Planten van Cactaceae
Cactodera (Heterodera)
cacti
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Onbeworteld stek van
Calibrachoa
Tomato spotted wilt
virus, Tobacco ringspot
virus, Impatiens
necrotic spot virus,
Tomato ringspot virus,
Tobacco rattle virus,
Tomato chlorothic dwarf
viroid en Tomato bushy
stunt virus
blad
Moederplanten bemonsteren
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
12 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Israël (IL)
In-vitro materiaal van
Calibrachoa
Israël (IL)
Camellia stekken
Israël (IL)
In-vitro materiaal van
Cattleya
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
Erwinia chrysanthemi,
Ralsonia solanacearum
race 1, Tobacco rattle
virus, Tomato black ring
virus, Tobacco ringspot
virus, Tomato ringspot
virus, Tomato bushy
stunt virus, Broad bean
wilt virus,Tomato
aspermy virus, Potato
stolbur mycoplasma,
Potato spindle tuber
viroid, Tobacco mild
green mottle virus,
Tomato chlorothic dwarf
viroid en Impatiens
necrotic spot virus.
Ciborinia camellia,
Phytophthora
cinnamomi
Cymbidium mosaic
virus, Tomato ringspot
virus, Odontoglossum
ringspot virus en
Acidovorax avenae
subsp. cattleyae
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
wortels en indien aanwezig bloem
Partijbemonstering: minimaal 25 gram.
Bedrijfsbemonstering: zie register Bemonsteren en verpakken
Onbeworteld stek: moederplanten bemonsteren
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
13 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
In-vitro materiaal van
Chrysanthemum
Chrysanthemum B
virus, Tomato aspermy
virus, Tomato spotted
wilt virus en
Chrysanthemum stunt
viroid.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Israël (IL)
Potplanten van Cattleya
Cymbidium mosaic
virus, Tomato ringspot
virus en Odontoglossum
ringspot virus
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
Israël (IL)
Potplanten van Codiaeum en
Croton
Phytophthora
cinnamomi
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram.
Bedrijfsbemonstering: zie register Bemonsteren en verpakken
Israël (IL)
Cymbidium mosaic
virus, Orchid fleck virus,
Potplanten van Cymbidium
Tomato ringspot virus
en Paphiopedilum
en Odontoglossum
ringspot virus
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft tot 15 mei geldig, mits monstername is uitgevoerd tussen 1 september en 15
december, anders 6 maanden
Israël (IL)
Cymbidium mosaic
Voortkwekingsmateriaal van virus, Orchid fleck virus,
Cymbidium en
Tomato ringspot virus
Paphiopedilum
en Odontoglossum
ringspot virus
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
Stengelstukjes
Moederplanten bemonsteren. Neem een stengelstukje van 3 cm, zo dicht mogelijk bij de grond
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
GEWAS
ORGANISME
Cymbidium mosaic
virus, Orchid fleck virus,
………….……… Tomato
Potplanten van Dendrobium
ringspot virus en
Odontoglossum ringspot
virus
Onbeworteld stek van
Fusarium sp.
Dianthus
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
14 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
GEWAS
ORGANISME
In-vitro materiaal van
Euphorbia
Curtobacterium
flaccumfaciens pv.
poinsettiae, Erwinia
chrysanthemi,
Xanthomonas
axonopodis pv.
poinsetiicola en
Phytoplasma
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
In-vitro materiaal van
Gerbera
Phytoplasma's
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Onbeworteld stek van
Hibiscus
Hibiscus chlorotic
ringspot virus en
Hibiscus latent ringspot
virus
blad
Moederplanten bemonsteren
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
In-vitro materiaal van
Lavandula
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Yellow decline of
Lavandula (stolbur
group)
15 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Israël (IL)
In-vitro materiaal van
Mentha
Lychnis ring spot virus
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Israël (IL)
Potplanten van Miltonia,
Oncidium, Zygppetalum
Cymbidium mosaic
virus, Orchid fleck virus
en Tomato ringspot
virus
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
Israël (IL)
Stek van Pelargonium
Ralstonia solanacearum
Stengelstukjes of bladsteeltjes
Van 200 moederplanten het stengelstukje van de oudste (onderste) zijstengel of het bladsteeltje van het onderste blad
(gedeelte van één cm dat het dichtst bij de stengel zit) in het monster stoppen. Bij partijen tot 200 moederplanten elke
plant bemonsteren.
Israël (IL)
Beworteld stek van
Pelargonium
Xanthomonas pelargonii
Stengelstukjes of bladsteeltjes
Van 200 planten het stengelstukje van de oudste (onderste) zijstengel of het bladsteeltje van het onderste blad (gedeelte
van één cm dat het dichtst bij de stengel zit) in het monster stoppen. Bij partijen tot 200 planten elke plant bemonsteren.
50 (moeder)planten bemonsteren, onderzoek door Naktuinbouw.
Geen blad en wortels in monster stoppen i.v.m. verontreiniging
Israël (IL)
Rhodococcus fascians
In-vitro materiaal van
Pelargonium
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
klein stukje stengel met bladsteel (het gaat
om de knop)
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
16 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
In-vitro materiaal van
GEWAS
Pelargonium
ORGANISME
Israël (IL)
Xanthomonas pelargonii
en Ralstonia
solanacearum.
Israël (IL)
Erwinia chrysanthemi,
Ralsonia solanacearum
race 1, Tobacco rattle
virus, Tomato black ring
virus, Tobacco ringspot
virus, Tomato ringspot
virus, Tomato bushy
stunt virus, Broad bean
wilt virus,Tomato
aspermy virus, Potato
stolbur mycoplasma,
Potato spindle tuber
viroid, Tobacco mild
green mottle virus,
Tomato chlorothic dwarf
viroid en Impatiens
necrotic spot virus.
In-vitro materiaal van
Petunia
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
TE BEMONSTEREN DEEL
Stengelstukjes of bladsteeltjes
blad
OPMERKINGEN
Van 200 moederplanten het stengelstukje van de oudste (onderste) zijstengel of het bladsteeltje van het onderste blad
(gedeelte van één cm dat het dichtst bij de stengel zit) in het monster stoppen. Bij partijen tot 200 moederplanten elke
plant bemonsteren.
Uitslag moederplanten blijft 6 maanden geldig, echter indien deze moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
17 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
Israël (IL)
GEWAS
ORGANISME
Erwinia chrysanthemi,
Ralsonia solanacearum
race 1, Tobacco rattle
virus, Tomato black ring
virus, Tobacco ringspot
virus, Tomato ringspot
virus, Tomato bushy
Onbeworteld stek van
stunt virus, Broad bean
Petunia
wilt virus, Impatiens
necrotic virus, Tobacco
mild green mottle virus,
Potato spindle tuber
viroid, Tomato
chlorothic dwarf viroid
en Tomato aspermy
virus.
Cymbidium mosaic
Potplanten en
virus, Orchid fleck virus
voortkwekingsmateriaal van
en Tomato ringspot
Phalaenopsis
virus
Aphelenchoides
Voortkwekingsmateriaal van
ritzemabosi en
Paeonia
Meloidogyne chitwoodi
Voortkwekingsmateriaal
Aphelenchoides
(stek / zaailingen / tubers)
ritzemabosi
van Phlox
Agrobacterium
tumefascians,
Curtobacterium
In-vitro materiaal van Phlox fascians, Raspberry ring
spot virus, Tobacco
rattle virus en Tomato
black ring virus
Planten Rhododendron sp.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Phytophthora
cinnamomi
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
neuzen (groeipunten) en wortels
monster met neuzen en wortels insturen
groeipunten
60 groeipunten / 10.000 planten (maximaal 4 monsters à 60 st per bedrijf)
Onbeworteld stek: moederplanten bemonsteren
Uitslag bedrijfsbemonstering blijft 6 maanden geldig vanaf datum monstername
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram.
Bedrijfsbemonstering: zie register Bemonsteren en verpakken
18 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Israël (IL)
Israël (IL)
GEWAS
In-vitro materiaal van
Scaevola
In-vitro materiaal van Stevia
ORGANISME
Tospovirus groep (o.a.
TSWV & INSV)
Phytoplasma's
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Israël (IL)
In-vitro materiaal van
Torenia
Impatiens necrotic spot
virus en Tobacco mild
green mottle virus
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
Israël (IL)
consumptie- aardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Israël (IL)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
bollen
Israël (IL)
Pootaardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
19 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Israël (IL)
In-vitro materiaal van Viola
Jamaica (JM)
consumptie- aardappelen
Japan (JP)
Landplanten van Aconitum
Japan (JP)
m.i.v. 24-52017
Japan (JP)
m.i.v. 24-52017
ORGANISME
Cherry leaf roll virus,
Beet curly top virus en
phytoplasma
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Aphelenchoides
fragariae/ Pratylenchus
penetrans
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
wortels
Minimaal 25 gram. Of warmwaterbehandeling
Minimaal 200 ml
Monstername conform AM-bemonstering 200 ml per 1/3 ha. Dicht bij de plant prikken, zodat er ook wortels in het
monster komen.
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal met
ondergrondse delen van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Heterodera schachtii
groeimedium en wortels
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal met
ondergrondse delen van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Meloidogyne chitwoodi
groeimedium en wortels
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Beta, Brassica en Rheum rhabarbarum
Uit Albanië, Armenië, Australië, Azerbeidzjan, Belarus, België, Bosnië Herzegovina, Bulgarije, Canada, Chili, Denemarken,
Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Gambia, Georgië, Griekenland, Hongarije, Ierland, Iran, Irak, Israël, Italië,
Jordanië, Kaapverdië, Kazachstan, Kirgizië, Kosovo, Kroatië, Letland, Libië, Litouwen, Macedonië, Marokko, Mexico,
Moldavië, Montenegro, Nederland, Nieuw Zeeland, Oekraïne, Oezbekistan, Oostenrijk, Pakistan, Peru, Polen, Roemenië,
Rusland, Senegal, Servië, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tadzjikistan, Tsjechië, Turkmenistan, Verenigd Koninkrijk,
Verenigde Staten van Amerika, Zuid Afrika, Zuid Korea, Zweden, Zwitserland
Minimaal 200 ml grond en 25 gram wortels
Monstername grond conform AM-bemonstering 200 ml per 1/3 ha.
Acer, Beta vulgaris, Betula pendula, Cimicifuga racemosa, Daucus carota, Dicentra, Erica cinerea, Iris germanica, Lonicera
xylosteum, Potentilla fruticosa, Scorzonera hispanica, Solanum arcanum, S. cheesmaniae, S. chilense, S. galapagense,
S.lycopersicum, S. peruvianum, S. pimpinellifolium,
Uit Argentinië, België, Duitsland, Frankrijk, Mexico, Nederland, Turkije, Verenigde Staten van Amerika (excl. Hawaï), Zuid
Afrika,
20 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Japan (JP)
m.i.v. 24-52017
GEWAS
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal met
ondergrondse delen van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Minimaal 200 ml grond en 25 gram wortels
Monstername grond conform AM-bemonstering 200 ml per 1/3 ha.
Meloidogyne fallax
groeimedium en wortels
Acer palmatum, Aconitum napellus, Asparagus officinalis, Beta vulgaris, Betula pendula, Chionodoxa luciliae, Daucus
carota, Dicentra, Fragaria x ananassa, Laburnum anagyroides, Lonicera xylosteum, Scorzonera hispanica, Solanum
arcanum, S. cheesmaniae, S. chilense, S. galapagense, S.lycopersicum, S. peruvianum, S. pimpinellifolium, S. tuberosum
Uit Australië, België, Frankrijk, Nederland, Nieuw Zeeland, Zwitserland
Minimaal 200 ml grond en 25 gram wortels
Japan (JP)
m.i.v. 24-52017
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal met
ondergrondse delen van de
geslachten en soorten,
Meloidogyne enterolobii
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
groeimedium en wortels
Ajuga reptans, Angelonia angustifolia, Arecastrum romanzoffianum, Artocarpus heterophyllus, Bidens pilosa, Callistemon
citrinus, Callistemon viminalis, Capsicum annuum, Citrullus lanatus, Clerodendrum ugandense, Coffea Arabica, Cucumis
sativus, Cucurbita pepo, Daucus carota, Enterolobium contortisiliquum, Erechtites hieraciifolius, Euphorbia cyathophora,
Euphorbia punicea, Fatoua villosa, Gossypium hirsutum, Ipomoea batatas, Malpighia, Manihot esculenta, Maranta
arundinacea, Morus nigra, Musa acuminata, Myrica cerifera, Nicotiana tabacum, Oeceoclades maculate, Paulownia
elongate, Plectranthus scutellarioides, Psidium guajava, Solandra maxima, Solanum americanum, Solanum arcanum,
Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum galapagense, Solanum lycopersicum, Solanum melongena, Solanum
peruvianum, Solanum pimpinellifolium, Tecomaria capensis, Tibouchina elegans, Ziziphus jujube
Uit Brazilië, Burkina Faso, Caribisch gebied, China, Costa Rica, Guatemala, Ivoorkust, Malawi, Mexico, Senegal, Senegal,
Sri Lanka, Thailand, Venezuela, Verenigde Staten van Amerika (excl. Hawaii), Vietnam, Zuid Afrika, Zwitserland,
Minimaal 200 ml grond en 25 gram wortels
Japan (JP)
m.i.v. 24-52017
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal met
ondergrondse delen van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Nacobbus aberrans
groeimedium en wortels
Beta, Capsicum annuum, Cucumis sativus, Cucurbita pepo, Escobaria vivipara, Opuntia fragilis, Opuntia macrorhiza,
Portulaca oleracea, Solanum arcanum, S. cheesmaniae, S. chilense, S. galapagense, S. lycopersicum, S. peruvianum, S.
pimpinellifolium, S. tuberosum, Tragopogon porrifolius
Uit Argentinië, Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, Bolivia, Chili, Ecuador, Estland, Finland, Georgia, India, Kazachstan,
Kyrgizië, Letland, Litouwen, Mexico, Moldavië, Nederland, Oekraïne, Oezbekistan, Peru, Russische Federatie, Tadzjikistan,
Turkmenistan, Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten van Amerika (excl. Hawaii)
21 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Tab 06 16
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Minimaal 200 ml grond en (bij partijbemonstering) 25 gram wortels
Abelmoschus esculentus, Annona squamosa, Anthurium, Arachis hypogaea, Areca catechu, Beta, Calathea, Camellia
sinensis, Canna edulis, Celosia nitida, Cocos nucifera, Coffea, Colocasia esculenta, Cupressus lusitanica, Cupressus
macrocarpa, Curcuma longa, Cyrtosperma merkusii, Dioscorea alata, Maranta, Musa, Persea americana, Piper,
Philodendron, Saccharum officinarum, Solanum arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum
galapagense, Solanum lycopersicum, Solanum melongena, Solanum peruvianum, Solanum pimpinellifolium, Solanum
tuberosum, Zea mays, Zingiber officinale
Japan (JP)
m.i.v. 24-52017
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal met
ondergrondse delen van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Radopholus similis
groeimedium en wortels
Uit Australië, Bangladesh, België, Belize, Brazilië, Canada, Congo DR, Colombia, Costa Rica, Cuba, Denemarken, Dominica,
Dominicaanse Republiek, Duitsland, Ecuador, Egypte, El Salvador, Ethiopië, Fiji, Filipijnen, Frankrijk, Gabon, Ghana,
Grenada, Guadeloupe, Guatemala, Guinea, India, Indonesië, Ivoorkust, Jamaica, Kameroen, Kenia, Madagaskar, Malawi,
Maleisië, Martinique, Mexico, Mozambique, Nederland, Nicaragua, Nigeria, Nieuw Caledonië, Oeganda, Oman, Pakistan,
Panama, Papoea Nieuw Guinea, Peru, Polen, Puerto Rico, Reunion, Saint Lucia, Saint Vincent, Samoa, Senegal, Singapore,
Soedan, Somalië, Sri Lanka, Suriname, Tanzania, Thailand, Tonga, Trinidad en Tobago, Venezuela, Verenigd Koninkrijk,
Verenigde Staten van Amerika, Vietnam, Zambia, Zimbabwe, Zuid Afrika, Zuid Soedan
Optie met betrekking tot het wortelmonster:
Afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis, Heterodera fici en Cactodera
cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Voortkwekingsmateriaal van Anthurium, Calathea, Ctenanthe, Maranta, Monstera, Musa, Philodendron, Stomanthe en
Strelitzia,
worden vanwege het plantenpaspoort bemonsterd door de Naktuinbouw.
Het plantenpaspoort staat ervoor dat het voortkwekingsmateriaal vrij is.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
22 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Minimaal 300 ml grond en 25 gram wortels
Japan (JP)
m.i.v. 24-52017
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal met
ondergrondse delen van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Ampelopsis aconitifolia, Chenopodium, Citrus, Cupressus sempervirens, Ficus, Fragaria x ananassa, Gomphrena globosa,
Morus alba, Nicotiana rustica, Olea europaea, Parthenocissus tricuspidata, Petunia, Pinus, Pistacia, Prunus, Rosa,
Solanum, Urtica urens, Vitis
Xiphinema index
groeimedium en wortels
Uit Albanië, Algerije, Argentinië, Armenië, Australië, Azerbeidzjan, Bosnië Herzegovina, Brazilië, Bulgarije, Chili, Cyprus,
Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, India, Irak, Iran, Israël, Italië, Kroatië, Kosovo, Libanon, Macedonië, Malta,
Moldavië, Montenegro, Oekraïne, Oezbekistan, Oostenrijk, Pakistan, Peru, Polen, Portugal, Roemenië, Servië, Slovenië,
Spanje, Tadzjikistan, Turkije, Turkmenistan, Verenigde Staten van Amerika (excl. Hawaii), Zuid Afrika, Zwitserland
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Japan (JP)
Japan (JP)
Potplanten, snijbloemen en
siertakken,
voortkwekingsmateriaal
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Potplanten,
voortkwekingsmateriaal
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Potato spindle tuber
viroid (PSTVd)
blad
Brugmansia, Calibrachoa, Capsicum annuum, Cestrum, Dahlia, Persea americana, Petunia, Physalis peruviana, Solanum
arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum galapagense, Solanum jasminoides, Solanum lycopersicum,
Solanum muricatum, Solanum peruvianum, Solanum pimpinellifolium, Solanum pseudocapsicum, Solanum rantonnetii,
Solanum tuberosum, Streptosolen jamesonii
uit Afghanistan, Australië, Belarus, België, Chili, China, Costa Rica, Dominicaanse Republiek, Duitsland, Egypte, Frankrijk,
Ghana, Griekenland, India, Iran, Israël, Italië, Kroatië, Malta, Nederland, Nieuw Zeeland, Nigeria, Oostenrijk, Oekraïne,
Peru, Polen, Rusland, Slovenië, Tsjechië, Turkije, Venezuela, Verenigd Koninkrijk of de Verenigde Staten van Amerika:
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Tomato chlorotic dwarf
viroid (TCDVd)
blad
Petunia, Pittosporum tobira, Solanum arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum galapagense, Solanum
lycopersicum, Solanum peruvianum, Solanum pimpinellifolium, Verbena, Vinca minor
uit Finland, Frankrijk, India, Mexico, Slovenië, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk en Verenigde Staten van Amerika
23 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Japan (JP)
Potplanten,
voortkwekingsmateriaal
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Japan (JP)
Potplanten,
voortkwekingsmateriaal
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Columnea latent viroid
(CLVd)
blad
Brunfelsia undulate, Columnea erythrophaea, Gloxinia gymnostoma, Gloxinia nematanthodes, Gloxinia purpurascens,
Solanum arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum galapagense, Solanum lycopersicum, Solanum
peruvianum, Solanum pimpernellifolium, Nematanthus wettsteini
Uit: Canada, Costa Rica, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Italië, Mali, Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van
Amerika
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Pepper chat fruit viroid
(PCFVd)
blad
Capsicum annuum, Solanum arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum galapagense, Solanum
lycopersicum, Solanum peruvianum, Solanum pimpinellifolium
uit Canada, Nederland, Thailand
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Japan (JP)
Potplanten, snijbloemen en
siertakken,
voortkwekingsmateriaal
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Pepino mosaic virus
(PepMV)
blad
Amaranthus, Bassia scoparia, Calendula arvensis, Calystegia sepium, Chenopodium morale, Chrysanthemum segetum,
Convolvulus, Conyza albida, Coronopus, Datura innoxia, Diplotaxis erucoides, Echium creticum, Echium humile,
Heliotropium europaeum, Malva, Moricandia arvensis, Nicotiana glauca, Onopordum, Piptatherum multiflorum, Plantago,
Rumex, Sisymbrium irio, Sonchus, Solanum arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum galapagense,
Solanum lycopersicum, Solanum muricatum, Solanum nigrum, Solanum peruvianum, Solanum pimpinellifolium, Solanum
tuberosum, Taraxacum vulgare
uit: België, Bulgarije, Canada, Chili, China, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Ecuador, Finland, Frankrijk, Griekenland,
Hongarije, Ierland, Italië, Litouwen, Mexico, Nederland, Oostenrijk, Peru, Polen, Spanje, Syrië, Tsjechië, Verenigd
Koninkrijk, Verenigde Staten van Amerika, Zuid Afrika, Zweden en Zwitserland
Fulfills item 25 of the Annexed Table 2-2 of the Ordinance for Enforcement of the Plant Protection Act (MAF
OrdinanceNo73/1950)
24 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Japan (JP)
Japan (JP)
GEWAS
Planten van Lycopersicon
esculentum (tomaat) t.b.v.
de zaadteelt.
Potplanten,
voortkwekingsmateriaal
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Japan (JP)
Diverse snijbloemen
Japan (JP)
Vruchtgroenten
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Potato spindle tuber
viroid (PSTVd)
blad
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Tomato apuical stunt
viroid (TASVd)
blad
Brugmansia, Cestrum, Solanum arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum galapagense, Solanum
jasminoides, Solanum lycopersicum, Solanum peruvianum, Solanum pimpernellifolium, Solanum pseudocapsicum,
Solanum rantonetii, Streptosolen jamesonii
Uit: Canada, Costa Rica, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Italië, Mali, Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van
Amerika
Target-organismen
Ceratitis capitata
(Middellandse zeevlieg)
organismen
Dit is geen verplichte monstername!
Vruchten
Specifiek met Japan afgestemde werkinstructie
25 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Ingeval van weefselkweekmateriaal de moederplanten bemonsteren, in andere gevallen het product zelf.
Japan (JP)
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Xylella spp.
Neem van partijen tot 200 (moeder)planten van elke plant het te bemonsteren deel,
Bladeren, inclusief volledige bladsteel of
neem van partijen vanaf 200 (moeder)planten van 200 planten het te bemonsteren deel.
stengelstukjes / dunne twijgjes. Indien er
Bedrijfsbemonstering op soortniveau (bijv. Hedera helix) is mogelijk. Toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum
geen bladsteeltjes aanwezig zijn, zoals bijv.
monstername.
bij Lavandula, neem dan stengelstukjes /
Verzamel zo mogelijk minimaal 50 gram materiaal.
dunne twijgjes.
Geen groeimedium / wortels in het monster stoppen.
Bemonster bij plantjes met een
Uitslag moederplanten blijft 6 maanden geldig, echter indien deze moederplanten in een laboratorium als weefselkweek
bladsteel(diameter) dunner dan 1,5 mm
worden opgezet voor de productie van weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een
geen bladeren maar stengeltjes/twijgjes. Bij
mogelijkheid. Voor alle getoetste en relevante organismen is de toetsuitslag geldig tot einde productie moederplanten,
monstername van
zolang de productie onder laboratorium omstandigheden aantoonbaar gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het
stengelstukjes/twijgstukjes moeten de
bedrijf zelf opgezette en duidelijke administratie
blaadjes van het stengeltje/twijgje afgestript
worden (dus bladloze stengelstukjes/
Acer, Aesculus hybrid, Alnus rhombifolia, Ampelopsis arborea, Artemisia douglasiana, Baccharis, Bidens pilosa, Callicarpa
twijgstukjes insturen).
americana, Carya illinoinensis, Catharanthus roseus, Celastrus orbiculatus, Cercis canadensis, Cercis occidentalis,
Voor planten in rust (zonder blad):
Chamaecrista fasciculata, Citrus, Coffea, Coprosma repens, Cornus florida, Encelia farinosa, Erodium, Eucalyptus
stengelstukjes / dunne twijgjes met knop.
camaldulensis, Eucalyptus globulus, Fagus crenata, Ficus carica, Fortunella, Fraxinus pennsylvanica, Genista
Neem per stengel/twijg een stukje van ca.
monspessulana, Geranium dissectum, Ginkgo biloba, Hedera helix, Hemerocallis, Heteromeles arbutifolia, Hibiscus
1,5 cm. Neem niet de top van de
syriacus, Ilex vomitoria, Jacaranda mimosifolia, Juglans californica, Juniperus ashei, Lagerstroemia indica, Liquidambar
stengel/twijg, maar een tussenstukje onder
styraciflua, Liriodendron tulipifera, Lonicera japonica, Magnolia grandiflora, Malva parvifolia, Marrubium vulgare,
de top.
Metrosideros, Morus alba, Morus rubra, Nandina domestica, Nerium oleander, Olea europaea, Origanum majorana,
Neem van weefselkweek-materiaal stukjes
Parthenocissus quinquefolia, Persea americana, Phyla nodiflora (syn. Lippia nodiflora), Pinus taeda, Pistacia vera, Platanus
stengel van 1,5 cm. Neem, indien mogelijk,
occidentalis, Platanus racemosa, Polygala myrtifolia, Poncirus trifoliata, Prunus, Pyrus, Quercus, Ranunculus repens,
niet de top van de plant, maar een
Ratibida columnaris, Rubus, Salix, Salvia apiana, Salvia mellifera, Sambucus, Schinus molle, Simmondsia chinensis,
tussenstukje onder de top.
Solidago fistulosa, Spartium junceum, Ulmus, Vaccinium, Veronica, Vinca, Vitis, Westringia fruticosa
afkomstig uit
Argentinië, Brazilië, Canada, Costa Rica, Ecuador, Frankrijk, Iran, Italië, Mexico, Paraguay, Taiwan, Turkije, Venezuela en
de Verenigde Staten van Amerika m.u.v. Hawaï
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
26 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Japan (JP)
Japan (JP)
GEWAS
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. zaden, van de
soorten, genoemd in het
veld "OPMERKINGEN",
afkomstig uit genoemde
landen
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Jordanië (JO)
consumptie- aardappelen
Kameroen (CM)
consumptie- aardappelen
Kenia (KE)
Consumptie- aardappelen
Kenia (KE)
Pootaardappelen
Kenia (KE)
Planten van Rosa
Kirgizië (KG)
consumptie- aardappelen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
(Candidatus)
Liberibacter
solanacearum
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Planten van: Apium graveolens, Capsicum annuum, Capsicum frutescens, Cyphomandra betacea, Daucus carota, Lycium
barbarum, Nicotiana tabacum, Solanum arcanum, Solanum cheesmaniae, Solanum chilense, Solanum dulcamara,
Solanum elaeagnifolium, Solanum galapagense, Solanum lycopersicum, Solanum melongena, Solanum peruvianum,
Solanum pimpinellifolium, Solanum tuberosum, Physalis ixocarpa, Physalis peruviana
blad en/of stengel
Afkomstig uit: Duitsland, El Salvador, Finland, Frankrijk, Guatemala, Honduras, Marokko, Mexico, Nicaragua, Nieuw
Zeeland, Noorwegen, Spanje, Verenigde Staten m.u.v. Hawaï, Zweden,
Neem voorafgaand aan monstername tijdig contact op met [email protected] om eventuele
bijzonderheden te bespreken.
Planten van: Apium graveolens, Armoracia rusticana, Catharanthus roseus, Citrus, Daucus carota, Fortunella, Poncirus,
Sesamum indicum
Spiroplasma citri
blad
Afkomstig uit: Algerije, Cyprus, Egypte, Frankrijk, Italië, Irak, Iran, Israël, Jordanië, Libanon, Libië, Maleisië, Marokko,
Mexico, Nieuw Zeeland, Oman, Pakistan, Saoedi Arabië, Soedan, Somalië, Spanje, Syrië, Tunesië, Turkije, Venezuela,
Verenigde Arabische Emiraten, Verenigde Staten m.u.v. Hawaï, Yemen
Neem voorafgaand aan monstername tijdig contact op met [email protected] om eventuele
bijzonderheden te bespreken.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Alle cystenvormende
aaltjes
Punctodera punctata /
Globodera pallida en
Globodera rostochiensis
Pratylenchus pratensis/
Pratylenchus vulnus
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
wortels
m.u.v. budwood, stentlingen, gestekt materiaal en potrozen, gestekt in nieuw, schoon medium. Minimaal 25 gram.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
27 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Koeweit (KW)
Potplanten van Anthurium/
Citrus/ Fortunella/
Marantaceae/ Musa/
Philodendron/ Strelitzia
Kosovo
consumptie- aardappelen
Macedonië
(MK)
consumptie- aardappelen
Malawi (MW)
Potplanten van Anthurium/
Marantaceae/ Philodendron/
Strelitzia
Malawi (MW)
Pootaardappelen
Marokko (MA)
Rijst (onbehandeld)
Marokko (MA)
Potplanten van Anthurium/
Marantaceae/ Philodendron
Marokko (MA)
Marokko (MA)
Marokko (MA)
ORGANISME
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Aphelenchoides besseyi
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Tomato ringspot virus
Rubus idaeus vruchtbomen,
en Tomato spotted wilt
minimaal klasse E (Elite)
virus
Arabis mosaic virus,
Cherry leafroll virus,
Raspberry ringspot
Rubus idaeus vruchtbomen,
virus, Strawberry latent
niet minimaal klasse E
ringspot virus, Tomato
(Elite)
ringspot virus en
Tomato spotted wilt
virus.
consumptie- aardappelen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
korrels
100gr/1000kg
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
blad/takken
zie register bemonsteren en verpakken tabel 1
blad/takken
zie register bemonsteren en verpakken tabel 1
28 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Martinique
(MQ)
Mauretanië
(MR)
GEWAS
consumptie- aardappelen
consumptie- aardappelen
Mauritius (MU)
consumptie- aardappelen
Mexico (MX)
Consumptie- aardappelen
Mexico (MX)
Pootaardappelen
Mexico (MX)
Mexico (MX)
Mexico (MX)
Montenegro
(ME)
Plantuitjes/ plantsjalotten
ORGANISME
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
Cymbidium (potplanten en Cymbidium mosaic virus
en Odontoglossum
voortkwekingsmateriaal,
ringspot virus
m.u.v. planten in-vitro)
Phalaenopsis (potplanten en Cymbidium mosaic virus
en Odontoglossum
voortkwekingsmateriaal,
ringspot virus
m.u.v. planten in-vitro)
Planten van Araceae,
Musaceae, Marantaceae,
Persea en Strelitziaceae
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Radopholus sp.
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
bollen
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
blad
Het jongste, volledig ontwikkelde, blad nemen.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
29 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
Montenegro
(ME)
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal van
Catharanthus roseus (syn.
Vinca rosea), Coffea, Malva
sylvestris, Nerium oleander,
Olea europaea, Polygala
myrtifolia, Portulaca
oleracea, Prunus avium,
Prunus dulcis, Quercus,
Sorghum halapense en
Westringia fruticosa
Xylella spp.
Bladeren, inclusief volledige bladsteel of
stengelstukjes / dunne twijgjes. Indien er
geen bladsteeltjes aanwezig zijn, zoals bijv.
bij Lavandula, neem dan stengelstukjes /
dunne twijgjes.
Bemonster bij plantjes met een
bladsteel(diameter) dunner dan 1,5 mm
geen bladeren maar stengeltjes/twijgjes. Bij
monstername van
stengelstukjes/twijgstukjes moeten de
blaadjes van het stengeltje/twijgje afgestript
worden (dus bladloze stengelstukjes/
twijgstukjes insturen).
Voor planten in rust (zonder blad):
stengelstukjes / dunne twijgjes met knop.
Neem per stengel/twijg een stukje van ca.
1,5 cm. Neem niet de top van de
stengel/twijg, maar een tussenstukje onder
de top.
Neem van weefselkweek-materiaal stukjes
stengel van 1,5 cm. Neem, indien mogelijk,
niet de top van de plant, maar een
tussenstukje onder de top.
Nicaragua (NI)
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Ditylenchus dipsaci
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Nicaragua (NI)
consumptie- aardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Nieuw
Caledonie (NC)
consumptie- aardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Ditylenchus sp.
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Aaltjes
Wortels
o.a. de witte ondergrondse delen bemonsteren. 20 - 50 gram.
Nieuw- Zeeland
(NZ)
Nieuw- Zeeland
(NZ)
GEWAS
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Gescheurde stekken en
wortelstokken van
Alstroemeria
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
OPMERKINGEN
Ingeval van weefselkweekmateriaal de moederplanten bemonsteren, in andere gevallen het product zelf.
Verzamel zo mogelijk minimaal 50 gram materiaal. Geen groeimedium / wortels in het monster stoppen.
Neem van partijen tot 200 (moeder)planten van elke plant het te bemonsteren deel,
neem van partijen vanaf 200 (moeder)planten van 200 planten het te bemonsteren deel.
Bedrijfsbemonstering op soortniveau (bijv. Hedera helix) is mogelijk. Toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum
monstername.
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
30 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Nieuw- Zeeland
(NZ)
Nieuw- Zeeland
(NZ)
GEWAS
consumptie- aardappelen
Plantuitjes/ plantsjalotten
Weefslekweekmateriaal van
Argyranthemum, Browallia,
Brunfelsia, Calibrachoa,
Cestrum, Chrysanthemum
Nieuw- Zeeland
(m.u.v. C. morifolium),
(NZ)
Dahlia, Diascia, Fabiana,
Iochroma, Nierembergia,
Petunia en Scopolia
(overig) Sierteelt
voortkwekingsmateriaal van
Argyranthemum, Browallia,
Brunfelsia, Calibrachoa,
Nieuw- Zeeland Cestrum, Chrysanthemum
(NZ)
(m.u.v. C. morifolium),
Dahlia, Diascia, Fabiana,
Iochroma, Nierembergia,
Petunia en Scopolia
Nigeria (NG)
consumptie- aardappelen
Noorwegen
(NO)
consumptie- aardappelen
/alleen mogelijk bij
aanwezigheid
invoervergunning
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
bollen
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Potato spindle tuber
viroid (PSTVd)
blad
Moederplanten bemonsteren
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25 planten, één blad.
Potato spindle tuber
viroid (PSTVd)
blad
Per partij of van de moederplanten per partij, één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 25
planten, één blad.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
31 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Noorwegen
(NO)
Potplanten van Anthurium/
Marantaceae/ Musa/
Philodendron/ Strelitzia
ORGANISME
Radopholus sp.
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Noorwegen
(NO)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
bollen
Noorwegen
(NO)
Planten van Brugmansia,
Cestrum, Lycianthes
rantonnetii (syn. Solanum
rantonnetii), Solanum
jasminoides, Streptosolen,
Verbena en Vinca
Pospiviroïden
blad
Per partij één monster nemen. Neem van alle planten, met een maximum van 200 planten, één blad.
Bedrijfs bemonstering: toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum monstername
blad
1 plant per partij
twijgen of blad indien aanwezig, anders
wortel
Bemonster per 1000 planten 1 plant, met een minimum van 1 plant
Monstername en onderzoek wortel moet gebeuren tussen einde teelt en 1 april.
twijgen of blad indien aanwezig, anders
wortel. Indien Pyrus geënt op Cydonia:
twijgen of blad.
Bemonster per 1000 planten 1 plant, met een minimum van 1 plant
Monstername en onderzoek wortel moet gebeuren tussen einde teelt en 1 februari.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Noorwegen
(NO)
Noorwegen
(NO)
Noorwegen
(NO)
Oeganda (UG)
Oman (OM)
Pakistan (PK)
Planten van Dracaena
Tospovirus groep (o.a.
surculosa
TSWV & INSV)
Planten bestemd voor
Candidatus phytoplasma
opplant, m.u.v. zaden, van
mali
Malus
Planten bestemd voor
Candidatus phytoplasma
opplant, m.u.v. zaden, van
pyri
Cydonia en Pyrus
Alle cystenvormende
Pootaardappelen
aaltjes
Globodera pallida en
Pootaardappelen
Globodera rostochiensis
en Heterodera spp.)
Globodera sp.
consumptie- aardappelen
(aardappelmoeheid)
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
32 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Pakistan (PK)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
bollen
Palestina (XP)
Planten van Aconitum
Aaltjes
wortels
Minimaal 25 gram. Of warmwaterbehandeling
Palestina (XP)
Potplanten van Anthurium/
Philodendron/ Strelitzia
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Palestina (XP)
Planten van Azalea
(Rhododendron simsii)
Trichodorus sp.
Wortels
Minimaal 25 gram.
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Palestina (XP)
Planten van Cactaceae
Palestina (XP)
consumptie- aardappelen
Palestina (XP)
Pootaardappelen
Panama (PA)
consumptie- aardappelen
Cactodera (Heterodera)
cacti
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Panama (PA)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
bollen
Panama (PA)
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Ditylenchus dipsaci en
D. destructor
consumptie-uien
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
33 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Peru (PE)
consumptie- aardappelen
Puerto Rico
(PR)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Puerto Rico
(PR)
Planten van Butomus/
Nymphaea
Reunion (RE)
consumptie- aardappelen
ORGANISME
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
bollen
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
grond
Minimaal 200 cc. Zie register: Bedrijven met waterplanten vrij van Globodera sp.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Reunion (RE)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
bollen
Reunion (RE)
Pootaardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Reunion (RE)
Planten van Araceae,
Marantaceae , Strelitziaceae
en Heleconia
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Rusland (RU)
Pootaardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Rusland (RU)
consumptie- aardappelen
grond
Saudi Arabie
(SA)
aanhangendegrond bemonstering: één monster per maximaal 30 ton produkt, te nemen uit de voor export gereedstaande
partij.
Pootaardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Senegal (SN)
consumptie- aardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid).
34 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Senegal (SN)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Senegal (SN)
Pootaardappelen
Servië (RS)
consumptie- aardappelen
Servië (RS)
Planten van Araceae,
Musaceae, Marantaceae,
Persea en Strelitziaceae
Singapore
Planten van Ficus
St. Lucia
consumptie- aardappelen
St. Vincent
consumptie- aardappelen
Syrië (SY)
consumptie- aardappelen
Syrië (SY)
Pootaardappelen
Taiwan (TW)
Consumptie-uien (Allium
cepa)
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
Alle cystenvormende
aaltjes
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Radopholus sp.
Heterodera fici
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid) +
Ditylenchus sp.
TE BEMONSTEREN DEEL
bollen
OPMERKINGEN
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
consumptie-uien
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
35 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Taiwan (TW)
GEWAS
Plantuitjes/ plantsjalotten
ORGANISME
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
TE BEMONSTEREN DEEL
bollen
OPMERKINGEN
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Ingeval van weefselkweekmateriaal de moederplanten bemonsteren, in andere gevallen het product zelf.
Verzamel zo mogelijk minimaal 50 gram materiaal. Geen groeimedium / wortels in het monster stoppen.
Taiwan (TW)
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Xylella spp.
Bladeren, inclusief volledige bladsteel of
Neem van partijen tot 200 (moeder)planten van elke plant het te bemonsteren deel,
stengelstukjes / dunne twijgjes. Indien er
neem van partijen vanaf 200 (moeder)planten van 200 planten het te bemonsteren deel.
geen bladsteeltjes aanwezig zijn, zoals bijv.
Bedrijfsbemonstering op soortniveau (bijv. Hedera helix) is mogelijk. Toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum
bij Lavandula, neem dan stengelstukjes /
monstername.
dunne twijgjes.
Bemonster bij plantjes met een
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
bladsteel(diameter) dunner dan 1,5 mm
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
geen bladeren maar stengeltjes/twijgjes. Bij
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
monstername van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
stengelstukjes/twijgstukjes moeten de
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
blaadjes van het stengeltje/twijgje afgestript
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
worden (dus bladloze stengelstukjes/
twijgstukjes insturen).
Acacia longifolia, Acer, Aesculus californica, Alnus rhombifolia, Ampelopsis arborea, Artemisia douglasiana, Bromus,
Voor planten in rust (zonder blad):
Callicarpa americana, Canna, Carya illinoinensis, Catharanthus roseus, Cercis occidentalis, Chenopodium quinoa, Citrus,
stengelstukjes / dunne twijgjes met knop.
Coffea, Daucus carota var. sativa, Duranta repens, Ficus carica, Fortunella, Fragaria californica, Fraxinus dipetala, Fuchsia
Neem per stengel/twijg een stukje van ca.
magellanica, Ginkgo biloba, Hedera helix, Heteromeles arbutifolia, Hordeum vulgare, Hydrangea paniculata, Jacaranda
1,5 cm. Neem niet de top van de
mimosifolia, Juniperus ashei, Lathyrus, Liquidambar styraciflua, Lolium multiflorum, Lonicera japonica, Magnolia
stengel/twijg, maar een tussenstukje onder
grandiflora, Mentha, Morus alba, Nerium oleander, Olea europaea, Parthenocissus quinquefolia, Pelargonium hortorum,
de top.
Persea americana, Pittosporum crassifolium, Platanus occidentalis, Poncirus, Prunus, Quercus, Rosa californica,
Neem van weefselkweek-materiaal stukjes
Rosmarinus officinalis, Rubus, Sambucus canadensis, Sorghum vulgare, Syringa vulgaris, Trifolium, Ulmus, Umbellularia
stengel van 1,5 cm. Neem, indien mogelijk,
californica, Vicia faba, Vinca major, Vitis.
niet de top van de plant, maar een
tussenstukje onder de top.
afkomstig uit
Argentinië, Brazilië, Canada, Costa Rica, Iran, Italië, Paraguay, Turkije, Venuzeuela en de Verenigde Staten van Amerika
36 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
Taiwan (TW)
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Arabis mosaic virus
(ArMV)
blad
Taiwan (TW)
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
OPMERKINGEN
Ingangsdatum 1-1-2017
Apium graveolens, Armoracia rusticana, Beta vulgaris, Cucumis sativus, Fabaceae, Forsythia suspense, Fragaria ×
ananassa, Humulus lupulus, Lactuca sativa, Olea europaea, Prunus avium, Prunus armeniaca, Prunus cerasus, Prunus
domestica, Prunus dulcis, Prunus laurocerasus, Prunus persica, Rheum palmatum, Rosa spp., Rubus idaeus, Sambucus
nigra, Trifolium repens, Vitis vinifera
afkomstig uit
Australië, België, Bulgarije, Canada, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Hongarije, Ierland, Italië, Joegoslavië,
Luxemburg, Moldavië, Nederland, Nieuw Zeeland, Noorwegen, Oekraïne, Polen, Roemenië, Slovenië, Russische Federatie,
Spanje, Tsjechië, Turkije, Verenigd Koninkrijk, Zuid Afrika, Zweden, Zwitserland
Ingangsdatum 1-1-2017
Brugmansia, Capsicum, Cestrum, Dahlia, Datura, Lycianthes rantonnetii, Persea americana, Petunia, Physalis peruviana,
Solanum, Streptosolen jamesonii
Potato spindle tuber
viroid (PSTVd)
blad
afkomstig uit
Afghanistan, Australië, Azerbeidzjan, Bangladesh, Belarus, België, Brazilië, China, Costa Rica, Dominicaanse Republiek,
Duitsland, Egypte, Georgië, Griekenland, Hongarije, India, Israël, Italië, Japan, Kroatië, Malta, Mexico, Montenegro,
Nederland, Nieuw Zeeland, Nigeria, Oekraïne, Oostenrijk, Peru, Polen, Russische Federatie, Slovenië, Spanje, Tsjechië,
Turkije, Venuzuela en Verenigd Koninkrijk
Ingangsdatum 1-1-2017
Datura stramonium, Ocimum basilicum, Solanum
Taiwan (TW)
Potplanten en
voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. zaden, van de
geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN", afkomstig
uit genoemde landen
Tanzania (TZ)
Potplanten van Anthurium/
Marantaceae/ Philodendron
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Tanzania (TZ)
Consumptie- aardappelen
Alle cystenvormende
aaltjes
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Pepino mosaic virus
(PepMV)
blad
afkomstig uit
België, Bulgarije, Canada (Brits Columbia, Ontario), Chili, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Ecuador, Frankrijk,
Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Litouwen, Mexico, Nederland, Oekraïne, Oostenrijk, Peru, Polen Spanje (incl.
Canarische eilanden) Syrië, Turkije, Verenigde Staten (Alabama, Arizona, Californië, Colorado, Florida, Maryland,
Minnesota, Oklahoma, Texas), Zuid Afrika en Zwitserland
37 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Thailand (TH)
Pootaardappelen
Thailand (TH)
Planten van Cactaceae
ORGANISME
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Pratylenchus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
wortels
Minimaal 25 gram.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Pratylenchus spp.
wortels
Geteeld op zandgrond. Minimaal 25 gram.
Cactodera (Heterodera)
cacti
Trinidad en
Tobago (TT)
Potplanten van Anthurium
Trinidad en
Tobago (TT)
consumptie- aardappelen
Tsjaad (TD)
consumptie- aardappelen
Tunesië (TN)
Potplanten van Anthurium/
Marantaceae/ Philodendron
Tunesië (TN)
Bollen met wortels in bulk
Tunesië (TN)
consumptie- aardappelen
Tunesië (TN)
Planten van Malus/ Prunus/
Pyrus
Tunesië (TN)
Planten van Rosa
Pratylenchus sp.
wortels
Tunesië (TN)
Pootaardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
m.u.v. stentlingen/ gestekt materiaal/ potrozen/ materiaal in nieuw, schoon medium/ gestekt materiaal/ materiaal in
nieuw, schoon medium. Minimaal 25 gram.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Radopholus sp.
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
38 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Ingeval van weefselkweekmateriaal de moederplanten bemonsteren, in andere gevallen het product zelf.
Verzamel zo mogelijk minimaal 50 gram materiaal. Geen groeimedium / wortels in het monster stoppen.
Turkije (TR)
Planten bestemd voor
opplant, m.u.v. zaden, van
de geslachten en soorten,
genoemd in het veld
"OPMERKINGEN"
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Xylella spp.
Neem van partijen tot 200 (moeder)planten van elke plant het te bemonsteren deel,
Bladeren, inclusief volledige bladsteel of
neem van partijen vanaf 200 (moeder)planten van 200 planten het te bemonsteren deel.
stengelstukjes / dunne twijgjes. Indien er
Bedrijfsbemonstering op soortniveau (bijv. Hedera helix) is mogelijk. Toetsuitslag blijft een half jaar geldig vanaf datum
geen bladsteeltjes aanwezig zijn, zoals bijv.
monstername.
bij Lavandula, neem dan stengelstukjes /
dunne twijgjes.
Bemonstering op perceelsniveau is mogelijk, mits hierbij alle partijen van de genoemde geslachten en soorten in het
Bemonster bij plantjes met een
monster zijn vertegenwoordigd. Een perceel wordt hier gezien als een stuk grond, in gebruik bij één gebruiksgerechtigde,
bladsteel(diameter) dunner dan 1,5 mm
dat als een geheel wordt bewerkt en is afgebakend door permanent in het veld aanwezig zijnde grenzen, zoals bijv. een
geen bladeren maar stengeltjes/twijgjes. Bij
weg of een sloot.
monstername van
Toetsuitslag blijft een half jaar, of tot het volgende teeltseizoen, geldig.
stengelstukjes/twijgstukjes moeten de
blaadjes van het stengeltje/twijgje afgestript
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
worden (dus bladloze stengelstukjes/
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
twijgstukjes insturen).
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
39 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Tab 06 16
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
ORGANISME
idem
idem
idem
Turkije (TR)
Planten van Ficus
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
Heterodera fici
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Voor planten in rust (zonder blad):
Acacia longifolia, Acacia saligna, Acer, Aesculus, Agrostis gigantea, Albizia julibrissin, Alnus rhombifolia, Alternanthera
stengelstukjes / dunne twijgjes met knop.
tenella, Amaranthus blitoides, Ambrosia acanthicarpa, Ambrosia artemisiifolia,Ambrosia trifida, Ampelopsis arborea,
Neem per stengel/twijg een stukje van ca.
Ampelopsis cordata, Artemisia douglasiana, Artemisia vulgaris var. heterophylla, Avena fatua, Baccharis halimifolia,
1,5 cm. Neem niet de top van de
Baccharis pilularis, Baccharis salicifolia, Bidens pilosa, Brachiaria decumbens, Brachiaria plantaginea, Brassica, Bromus
stengel/twijg, maar een tussenstukje onder
diandrus, Callicarpa americana, Capsella bursa-pastoris, Carex, Carya illinoinensis, Cassia tora, Catharanthus, Celastrus
de top.
orbiculata, Celtis occidentalis, Cenchrus echinatus, Cercis canadensis, Cercis occidentalis, Chamaecrista fasciculata,
Neem van weefselkweek-materiaal stukjes Chenopodium quinoa, Chionanthus, Chitalpa tashkinensis, Citrus, Coelorachis cylindrical, Commelina benghalensis, Coffea,
stengel van 1,5 cm. Neem, indien mogelijk,
Conium maculatum, Convolvulus arvensis, Conyza canadensis, Cornus florida, Coronopus didymus, Cynodon dactylon,
niet de top van de plant, maar een
Cyperus eragrostis, Cyperus esculentus, Cytisus scoparius, Datura wrightii, Digitaria horizontalis, Digitaria insularis,
tussenstukje onder de top.
Digitaria sanguinalis, Disphania ambrosioides, Duranta erecta, Echinochloa crus-galli, Encelia farinosa, Eriochloa contracta,
Erodium, Escallonia montevidensis, Eucalyptus camaldulensis, Eucalyptus globulus, Eugenia myrtifolia, Euphorbia hirta,
Fagus crenata, Ficus carica, Fragaria vesca, Fraxinus americana, Fraxinus dipetala, Fraxinus latifolia, Fraxinus
pennsylvanica, Fuchsia magellanica, Genista monspessulana, Geranium dissectum, Ginkgo biloba, Gleditsia triacanthos,
Hedera helix, Helianthus annuus, Hemerocallis, Heteromeles arbutifolia, Hibiscus schizopetalus, Hibiscus syriacus,
Hordeum murinum, Hydrangea paniculata, Ilex vomitoria, Ipomoea purpurea, Iva annua, Jacaranda mimosifolia, Juglans,
Juniperus ashei, Koelreuteria bipinnata, Lactuca serriola, Lagerstroemia indica, Lavandula dentata, Ligustrum lucidum,
Lippia nodiflora, Liquidambar styraciflua, Liriodendron tulipifera, Lolium perenne, Lonicera japonica, Ludwigia grandiflora,
Lupinus aridorum, Lupinus villosus, Magnolia grandiflora, Malva, Marrubium vulgare, Medicago polymorpha, Medicago
sativa, Melilotus, Melissa officinalis, Metrosideros, Modiola caroliniana, Montia linearis, Morus, Myrtus communis, Nandina
domestica, Neptunia lutea, Nerium oleander, Nicotiana glauca, Olea europaea, Origanum majorana, Paspalum dilatatum,
Persea americana, Phoenix reclinata, Phoenix roebelenii, Pinus taeda, Pistacia vera, Plantago lanceolata, Platanus, Pluchea
odorata, Poa annua, Polygala myrtifolia, Polygonum arenastrum, Polygonum lapathifolium, Polygonum persicaria, Populus
fremontii, Portulaca, Prunus, Pyrus pyrifolia, Quercus, Ranunculus repens, Ratibida columnifera, Rhamnus alaternus, Rhus
diversiloba, Rosa californica, Rosmarinus officinalis, Rubus, Rumex crispus, Salix, Salsola tragus, Salvia mellifera,
Sambucus, Sapindus saponaria, Schinus molle, Senecio vulgaris, Setaria magna, Silybum marianum, Simmondsia
chinensis, Sisymbrium irio, Solanum americanum, Solanum elaeagnifolium, Solidago virgaurea, Sonchus, Sorghum,
Spartium junceum, Spermacoce latifolia, Stellaria media, Tillandsia usneoides, Toxicodendron diversilobum, Trifolium
repens, Ulmus americana, Ulmus crassifolia, Umbellulari californica, Urtica dioica, Urtica urens, Vaccinium, Verbena
litoralis, Veronica, Vicia faba, Vinca, Vitis, Westringia fruticosa, Xanthium spinosum, Xanthium strumarium
Wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
40 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
GEWAS
Turkije (TR)
Planten van Araceae,
Musaceae, Marantaceae,
Persea en Strelitziaceae
Turkije (TR)
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
consumptie- aardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Turkije (TR)
Allium spp (consumptie)
Ditylenchus sp.
o.a. consumptie uien, prei, knoflook sjalotten
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Turkije (TR)
Pootaardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Uruguay (UY)
Potplanten van Anthurium/
Chamaedorea/
Marantaceae/ Philodendron/
Syngonium
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Uruguay (UY)
consumptie- aardappelen
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Verenigde
Arabische
Emiraten (AE)
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Pootaardappelen
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Radopholus sp.
wortels
Partijbemonstering: minimaal 25 gram per partij
Bedrijfsbemonstering: afkomstig van een bedrijf uit het register: Bedrijven met planten vrij van Radopholus similis,
Heterodera fici en Cactodera cacti.
Deze bedrijven dienen 2 keer per jaar bemonsterd te worden
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
grond
Minimaal 200 cc. Zie register: Bedrijven met waterplanten vrij van Globodera sp.
Potplanten van Anthurium/
Chamaedorea/
Dieffenbachia/ Hedychium/
Verenigde
Marantaceae/ Musa/
Staten van
Amerika (US), Monstera/ Nephthytis/
Peperomia/ Persea/
alleen voor
Philodendron/ Scindapsus/
Californië
Spathiphyllum/ Syngonium/
Trichosporum
Verenigde
Staten van
Amerika (US)
Planten van Butomus/
Nymphaea
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
ORGANISME
41 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Verenigde
Staten van
Amerika (US)
GEWAS
Plantuitjes/ plantsjalotten
Vietnam (VN)
Onbewortelde stekken van
Begonia elatior
IJsland (IS)
consumptie- aardappelen
Zambia (ZM)
Consumptie- aardappelen
Zambia (ZM)
Pootaardappelen
Zimbabwe
(ZW)
Zimbabwe
(ZW)
Consumptie- aardappelen
Pootaardappelen
ORGANISME
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
TSWV, INSV en
Xanthomonas
axonopodis pv.
begoniae
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Alle cystenvormende
aaltjes
Globodera sp.
(aardappelmoeheid)
Alle cystenvormende
aaltjes
Alle cystenvormende
aaltjes
TE BEMONSTEREN DEEL
bollen
OPMERKINGEN
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
blad
Moederplanten bemonsteren.
Bemonstering conform het ELITE-programma van Naktuinbouw
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
Verzamel uit elke te bemonsteren zak uitjes/sjalotten een mengmonster van:
- minimaal 6 kg plantuitjes, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 2 kg
- minimaal 20 kg plantsjalotten maat 10/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 9 kg
- minimaal 15 kg plantsjalotten maat 7/15, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 6 kg
- minimaal 10 kg plantsjalotten maat 7/10, meng deze en haal hier het te onderzoeken monster uit van 4 kg
Zimbabwe
(ZW)
Plantuitjes/ plantsjalotten
Ditylenchus dipsaci
(stengelaaltje)
bollen
Zimbabwe
(ZW)
Planten van Rosa
Pratylenchus sp.
wortels
Zuid-Afrika
(ZA)
Allium spp (consumptie
uien, sjalotten, knoflook)
Ditylenchus dipsaci, D.
destructor en Urocystus
magica
m.u.v. stentlingen/ gestekt materiaal/ potrozen/ materiaal in nieuw, schoon medium/ gestekt materiaal/ materiaal in
nieuw, schoon medium. Minimaal 25 gram.
Allium spp(consumptie uien, sjalotten,
knoflook)
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
42 van 43
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Tab 06 16
Register: Verplichte monstername bij export
Verplichte monstername bij export
Let op!
Waarmerken kan pas plaatsvinden, wanneer de uitslag van de monstername negatief is. (het organisme waarop is bemonsterd is niet aangetroffen).
Pootaardappelen; uitsluitend als aanhangende grondbemonstering: 1 monster per / 70 ton (gereedstaand product). Op basis van de AM historie van het geografische perceel, waar de aardappelen
zijn gegroeid kan een ontheffing gegeven worden van deze bemonstering. Beoordeling of er sprake is van ontheffing vindt plaats door de NAK op basis van informatie van kaartlagen in de AM-viewer.
Zonodig aangevuld met andere beschikbare informatie. Voor de Russische Federatie geldt: 1 monster per maximaal 30 ton (= 1 monster per vracht) en geen vrijstelling op basis van perceelhistorie.
Consumptie aardappelen: uitsluitend aanhangende grondbemonstering, monstergrootte 600 CC. / (in principe) 1 monster per partij , waarbij een maximum van 250 ton per monster geldt.
(Bij grotere partijen 1 monster per 250 ton of gedeelte daarvan). Een uitzondering geldt voor de Russische Federatie. Voor deze bestemming is uitsluitend monstername uit de gereedstaande partij
van toepassing. Daarbij geldt 1 monster per maximaal 70 ton.
Groente en fruit: Bij onderzoek op plantparasitaire nematoden en Sclerotium cepivorum en Urocystis cepulae altijd per 30 ton verspreid uit de partij een monster nemen van 60 stuks, met een
maximum van 10 monsters verspreid uit een partij.
Toetsuitslag: Tijdens de inspectie moet (een kopie van) de uitslag worden getoond, of het bedrijf/ product moet in een 'vrij' register staan. (zie opmerkingen)
LAND
Zuid-Afrika
(ZA)
Zuid-Afrika
(ZA)
Zuid-Afrika
(ZA)
Zuid-Afrika
(ZA)
Zuid-Afrika
(ZA)
Zuid-Afrika
(ZA)
Zuid-Afrika
(ZA)
Zuid-Afrika
(ZA)
GEWAS
Allium spp (plantuien,
sjalotten, knoflook en
preibulbillen)
Allium spp (plantuien,
sjalotten, knoflook en
preibulbillen)
Planten van Aconitum
Moederplanten van in-vitro
materiaal, welke in de
landeneisen staan vermeld
ORGANISME
Ditylenchus dipsaci, D.
destructor en
Radopholus similis
TE BEMONSTEREN DEEL
OPMERKINGEN
"bollen"
Neem per 30 ton, een monster van 60 bollen.
Tomato black ring virus
en Tobacco rattle virus
"bollen"
Zie register bemonsteren en verpakken
Aaltjes
wortels
Minimaal 25 gram. Of warmwaterbehandeling
blad
Moederplanten bemonsteren
Uitslag (moeder)planten blijft 6 maanden geldig, echter indien moederplanten onder laboratoriumomstandigheden
(blijven) staan, blijft de uitslag 12 maanden geldig.
Wanneer nieuwe moederplanten in een laboratorium als weefselkweek worden opgezet voor de productie van
weefselkweek planten is bemonstering van de eerste nakomelingen een mogelijkheid. Deze toetsuitslag blijft geldig tot
einde productie moederplanten, zolang de productie onder steriele/laboratorium omstandigheden aantoonbaar
gewaarborgd is. Dit moet blijken uit een door het bedrijf zelf opgezet protocol en een duidelijke administratie.
blad
Planten of moederplanten bemonsteren
Uitslag bedrijfsbemonstering / bemonstering moederplanten blijft 6 maanden geldig vanaf datum monstername
diverse virussen,
viroïden en
mucoplasma's
Dahlia, be- en onbewortelde Impatiens necrotic spot
planten / stekken
virus
Voortkwekingsmateriaal,
m.u.v. in-vitro, van
Euphorbia (<2 jaar)
Pootaardappelen
Consumptie- aardappelen
Rhodococcus fascians
Alle cystenvormende
aaltjes
Alle cystenvormende
aaltjes
klein stukje stengel met bladsteel (het gaat
om de knop)
50 planten bemonsteren, onderzoek door Naktuinbouw.
Geen blad en wortels in monster stoppen i.v.m. verontreiniging
grond
aanhangendegrond bemonstering: proefzendingen onder 500 kg. hoeven niet bemonsterd
grond
aanhangendegrond bemonstering: één monster per partij, met een maximum van 250 ton per monster.
Landen waarvoor het grondmonsteronderzoek op aardappelmoeheid voor pootaardappelen per 01-07-2010 is vervallen:
Albanië, Angola, Anguilla, Antigua en Barbuda, Barbados, Chili, El Salvador, georgië, India, Iran, Jamaica, Kazachstan, Kosovo, Kroatië, Libië, Marokko, Mauretanië, Montenegro, Nicaragua, Niger, Panama, Servië, St. Lucia, St. Vincent en
Per 10-11-2010: Libanon / Per 24-11-2010: Venezuela
Versie 1.151
Datum: 28-6-2017
43 van 43
Download