Het leven van de witstaartstekelvarken (Hystrix leucura) Stekelvarkens behoren tot de knaagdieren, maar omdat ze vrij bijzonder zijn, worden de stekelvarkenachtige knaagdieren tot een aparte onderorde gerekend. De familie van de stekelvarkens bevat vijf geslachten met 21 soorten. Alle soorten van deze familie leven in de zogenaamde oude wereld; in Afrika en Azië. Het belangrijkste uiterlijke kenmerk van stekelvarkens zijn natuurlijk de stekels. Deze zwart-wit gestreepte pennen zijn hol van binnen, maar zijn wel zó sterk, dat de dieren belagers er flink pijn mee kunnen doen. De kop van stekelvarkens is stomp en doet denken aan een bever. Ook de tanden helpen mee aan die associatie, want die zijn net zo groot en sterk. Alleen zijn de tanden van stekelvarkens wit, terwijl bevers oranje tanden hebben. Doordat bij alle knaagdieren de tanden blijven doorgroeien, is het van belang dat ze ze veel gebruiken en daardoor afslijten. De kleine oren van stekelvarkens zitten grotendeels verborgen achter de borstelige haren die de kop bedekken. Hun kleine, donkere, heldere oogjes kijken vriendelijk de wereld in, maar leveren geen goed zicht voor de dieren. Hun reuk en gehoor zijn beter ontwikkeld dan hun gezichtsvermogen. In het donker maken ze dan ook gebruik van hun snorharen; op de tast vinden ze daarmee hun weg. Vanaf de kop naar achteren toe, worden de borstelharen steeds dikker, totdat het op de rug en staart echte stekels zijn. Ondanks dat hun lichaam er nogal plomp uitziet, zijn ze dat niet. De stekels veroorzaken een vorm van gezichtsbedrog, waardoor het inschatten van de grootte en Witstaartstekelvarkens leven in zuid-west Azië; van de Zwarte Zee tot in India. Ze leven in groepen bij elkaar en slapen vaak dicht tegen elkaar aan. Hun voedsel bestaat voornamelijk uit knollen, wortels, boombast, distels, planten, bladeren en vruchten. Maar ook dierlijk voedsel vinden ze op zijn tijd best lekker; insekten, kikkers en reptielen zijn voor hun een makkelijke prooi. Hun scherpe tanden komen goed van pas bij het afknagen van de bast van bomen en het verorberen van de knollen, en hun klauwen zijn heel geschikt om wortels en andere ondergrondse heerlijkheden mee op te graven en voor het graven van een hol Bij opwinding schudden stekelvarkens met hun staart, wat een hard ratelend en rammelend geluid geeft. Dit dient om vijanden af te schrikken. Bovendien hebben ze de tactiek om hun stekels op te zetten en achteruit op een belager in te lopen. De stekels kunnen een venijnige pijn veroorzaken als ze in je vel worden gestoken, zodat de meeste witstaartstekelvarken lichaamsvorm van de dieren heel moeilijk wordt. Witstaartstekelvarkens zijn slecht te onderscheiden van de andere drie soorten van het geslacht Hystrix. Alle leden van dit geslacht hebben korte poten met brede voeten. Hun stekels zijn lang, waardoor ze groter lijken dan ze in werkelijkheid zijn. Hun staart is kort, en is begroeid met kortere stekels; hij wordt grotendeels bedekt door de lange rugstekels die eroverheen vallen. Het geluid wat stekelvarkens voortbrengen bestaat uit knor- en gromgeluiden. vijanden zich snel uit de voeten zullen maken.Ook kunnen de stekels ontstekingen veroorzaken, waardoor er verhalen in omloop zijn gekomen als konden stekelvarkens giftige pijlen afschieten. Stekelvarkens zijn behoorlijk goede zwemmers. Zonder problemen kunnen ze honderden meters water overbruggen, langzaam en bedachtzaam zwemmend. Het zijn hele vrolijke dieren die er witstaartstekelvarken van houden om te huppelen en te springen. Stekelvarkens zijn schemerdieren, die overdag in hun hol blijven. In de winter kan het soms gebeuren dat gedurende verscheidene etmalen hun hol niet verlaten, maar ze houden geen echte winterslaap. Hoe oud ze in de natuur worden is niet bekend, maar in gevangenschap kunnen ze de 15 jaar makkelijk overschrijden. (Hystrix leucura)