Netwerken LAN < -- > WAN wide area network local area network Eerste lan -> Arcnet, PC-IBM Techniek -> kabel, radiogolven Topologieën Point-to-point - Twee computers verbonden met een kabel o Voordeel: Eenvoudig te realiseren o Nadeel: Maximaal 2 computers per netwerk Bus - Alle computers op één kabel. (bv coax) Voordeel: Eenvoudig te realiseren en meer dan twee computers per netwerk mogelijk o Nadeel: Trage verbinding bij veel computers Ster - Alle computers hebben een kabel naar een centraal punt o (vb UTP) Voordeel: Snelle verbinding bij veel computers Nadeel: Veel bekabeling nodig Ring - De computers zijn met elkaar verbonden en vormen samen een ring. o o (bv token ring) o o Voordeel: Snelle verbinding met weinig bekabeling Nadeel: Lange toegangstijd bij veel computers: Het duurt even voordat de snelle verbinding beschikbaar komt. Ook hebben alle computers een netwerkkaart met ten minste twee poorten nodig. Mesh netwerk: Veel kabels, valt niet uit als er 1 uitvalt (bv kazaa) Boomstructuur (bv internet) Kiezen aan de hand van: Budget Kabel lengte Groei Kabel type UTP Fiber Bus TP Coax Fiber TP Fiber Tp TP Coax Fiber Ster Ring (ster netwerk) Tree Application Presentation Session Transport Netwerk Datalink Physical 7 6 5 4 3 2 1 Ethernet LocalTalk Ethernet LocalTalk Token Ring Ethernet 7 6 5 4 3 2 1 Voorbeeldje van de 7 lagen op een ship lol, Kapitein 1 spreekt Engels, Kapitein 2 spreekt Duits. Hun koks spreken beiden frans, dus gaan de captains verticaal naar de koks, en de koks communiceren horizontaal. Voorbeeldjes van de lagen! Application laag > GUI: bv email client - Protocol: http - Fysische communicatie: TCP - UTP kabel Presentation: compression codering Session: alle connections Transport: TCP, UDP Netwerk: router Datalink: switch Physical: PC :? Verschil Hub en Switch en router Layer 2 switch, en layer 3 switch (3 is via IP, 2 via MAC) Switch houd overzicht van alle MAC adressen bij van alle clients Voordeel: mot niet sturen naar alle workstations Hub nadeel: stuurt packages naar alle poorten Bij broadcast ist beter met routers, minder traffic, Switch broadcasts naar alle workstations. ARP ook kennen 1ste keuze: de juiste classe Private IP Adresses Class A 10.0.0.1 – 10.255.255.254 (Loopback Adress: 172.0.0.0) Class B 172.16.0.1 – 172.31.255.254 Class C 192.168.0.1 – 192.168.255.254 Excersise1 Network ID: 172.16.0.0/16 Minimum subnet hosts required: 4000 Minimum subnets required: 14 (bv 14 landen, en ze hebben elk hun eigen admin) Scenario: You have 14 office regions. Some regions have up to 3500 hosts, but you want room for up to 3000 hosts to plan for growth. Administrators in each region should be able to subdivide their subnet ID as necessary for their respective region. Custom Subnet Mask Maximum Hosts per Subnet Maximum Subnets Subnet ID’s Hosts ID Range 255.255.240.0 255.255.11110000.0000000 4094 16 172.16.0.0 172.16.16.0 172.16.32.0 172.16.48.0 …… etc 172.16.224.0 172.16.240.0 172.16.0.1 – 172.16.15.254 172.16.16.1 – 172.16.31.254 172.16.32.1 – 172.16.47.254 172.16.48.1 – 172.16.63.254 172.16.32.1 – 172.16.127.254 …….etc 172.16.224.1 – 172.16.239.254 172.16.240.1 – 172.16.255.254 Stap : Stap 1 : Stap 2: enen) Stap 3: Stap 4: Subnet Stap 5: kijken welke klasse (aantal hosts) -> B (16 bits) 172.16.0.0/16 16 bits staan op 1 in bin (2 x 8 = 16) 255.255.255.0 De 3 255 wijzen op netwerk en de 0 op host Bin is gebasseerd op grondtal 2, en 8 nullen hosts over, dus 2 tot de 8ste 255.0.0.0 zou dan 172.16.0.0/8 4001 omzetten naar bin -> 12 bits 11110000 -> 240 Aantal hosts -> 2 tot de 12de = 4096, 2 aftrekken Berekenen hoeveel hosts per subnets 14 – 1 = 13 berekenen naar bin -> word 4 bits (niet kijken naar nullen en 2 tot de 4de maakt 16 begint gewoon met Network ID, dan laatste 1 bekijken in Custom 11110000 (0)2 (0)4 (0)8 (1)16 (1)32 (1)64 (1)128 Dan gewoon plussen met 16 want de laatste 1 is de 16 de macht bereik -> kijken naar Subnet ID -> 172.16.48.0, volgend ip is 64 ipv 48 DUS bereik gaat van 172.16.48.253 naar 172.16.63.253 Stap 1: 4001 hosts, omzetten naar binair Stap 2: 14 min 1 = 13, omzetten naar binair Stap 3: 2 tot de ‘aantal posities’ Stap 4: subnet ID always same as network ID Kijken naar laaste 1 in Custom subnetmask (1111000000000000) De laatste 1 staat in de 16de macht (2, 4, 8, 16) De laatste (240) is hetzelfde als in Custom Subnet Mask Stap 5: 172.16.0.1 omzetten naar binaire: 10101100.00010000.00000000.00000001 Eentje aftrekken van de range Excersise 2 Netwerk ID: 172.16.32.0/24 Minimum subnet hosts required: 60 Minimum subnets required: 4 Scenario: Your office has allocated network ID 172.16.32.0/24 from headquarters. You have a maximum of 60 hosts per floor. You want to subdivide you network ID into a separate network ID for each floor. You also want to one subnet to use in the DMZ Custom Subnet Mask Maximum Hosts per Subnet Maximum Subnets Subnets ID’s Hosts ID Ranges 255.255.255.192 (laat dit voor later lol) 255.255.255.11000000 62 4 172.16.32.0 172.16.32.64 172.16.32.128 172.16.32.1 – 172.16.32.62 172.16.32.65 – 172.16.32.126 172.16.32.129 – 172.16.32.190 Aantal bits hosts, netwerk zoeken Bepalen hoeveel bits op bepaalde plaats: Stap 1: hosts + 1 = 61 omzetten naar binair = 11 1101 (6 bits) 6 bits, en er zijn er 8 in totaal, dus 2 over Stap 2: Eentje aftrekken omdat je IP 1, 0 en 255 niet kan gebruiken Kijken of je genoeg hebt: 11000000 -> 11 is gelijk aan 3, 4 nodig, dus ja 2 tot de 6 (6 bits) = 64, en maar 60 nodig (2 aftrekken omdat je 0&255 niet mag gebruiken) Stap 3: !?? Stap 4: kijken naar netwerk ID naar laatste bit (11000000 2,4,8,16,32,64,11) Stap 5: Oefening 1 lol _ Netwerk ID 192.168.0.0/24 11000000 . 10101000 . 00000000 . 00000000 24 - > 24 1’tjes 255.255.255.0 11111111.11111111.11111111.00000000 Is 8 nullen, dus 2 tot de 8ste -> 256 _ Minimum hosts : 40, +1 = 41, naar bin 101001, we hebben 6 bits, 8 nodig, dus GOED 6 bits die op 0 staan, dus 11000000 -> 2 tot de 6de hosts mogelijk _ Minimum subnet required : 3 40+1=101001 – 6 bits 255.255.255.11000000 2 tot de 6de = 64 255.255.255.192 64 – 2 voor max hosts (omdat 0 en 255 ingenomen zijn :l ) De waarde van de laatste 1, optellen 192.168.0.64 192.168.0.128 is de laatste omdat 255.255.255.192 max is 4 subnets, 0, 64, 128 en 192 192.168.1.0/16 Aantal hosts 40 Min subnets 3 101001 6 bits Bekabelingsstandaarden _ 10 BASE-T Speed kabels band->baseband. 1 signaal op de send en op de receiving part van Geen multiplexing _ voor 802.3 LAN netwerker (Ethernet) _ 10 Mbs _ Baseband _ Twisted Pair _ Max afstand _ 10 BASE-FL Fiber optic link tussen concentrater en station 10 Mbs _ 100 BASE-T = fast ethernet .3 vormen -> 100 BASE-TX: 2 pairs 100 BASE-T4: 4 pairs 100 BASE-FX: 2 mm fiber cables .CSMA/CD (carrier sense multiple access collistion detection) .verschillende schema’s _ 1000 BASE-CX -SX -LX 2 pairs, STP cable 2 mm fiber cables met short wave laser 2 mm fiber cables met long wave laser :1 Gbs, : Gigabit+Ethernet_ 10 GBASE -SR 10 Gbs, 802.3 (SR-> fiber optic tot 300m) -LR -> tot 10km -ER -> tot 40km Media Types 1.CAT 3,5, 5e en 6 2.UTP en STP 3.Coaxial cable (lage cost, geen hubs) -> NIET ONTHOUDEN 4.SMF Optical (single mode fiber) 5.MMF Optical (multi mode fiber) 1.CAT-3 1.CAT-5 1.CAT-5e 1.CAT-6 2.UTP 2. STP 4. SMF 4. MMF tot 100 Mbs voor voice en data (frequentie 16 Mhz) 4 TP UTP ISDN, T1 10 BaseT, 1000 base T4 Token Ring POTS 1000 Mbs (frequentie 100Mhs) UTP 4 pairs Tot 100m 10 BaseT, 100 BaseT4, 100 BaseTX FDDI, ATM tot 1000 Mbs (frequentie 350Mhz) Backwards compatible ATM Performance Signal to noise ratio Betrouwbaarder Voor toekomstige snelheden, best CAT-6 aanleggen bij nieuwe netwerken verminderen van EMI 1 tot 3 twists/inch No shield 100 Ohm 4 pairs (ze worden niet altijd alle 4 gebruikt) 2 pairs: 10 Base-T 100 Base-TX 100 base-T2 4 pairs: 100 Base-T4 1000 BaseT 150 Ohm Oorspronkelijk voor Token Ring netwerken Minimize crosstalt+EMI STP-A (1A, 2A, 6A, 9A) Single Mode Transmits lights in 1 mode Zeer kleine care diameter Langere afstand dan MM Zeer hoge BB licht reist in meerdere modes of paths Grotere core Relatief korte afstand Verschil tussen SM en MM -> Doorzenden van light door u kabel Connectors _RJ-11: Registered jack, 4 koper draden (telefoon, modems, fax, CAT-3 cable) _RJ-45: 8 koperdraden, UTP (ethernet, LAN, CAT-5,5e,6, 10-BASE-T, 100-BASET4) _F-Type: coax, M2M, M2FM _ST+SC: (+MTRJ) + fiber LC(MM) _IEEE 1394 (Firewire): data en netwerk devices _USB: data en netwerk devices Netwerk devices + components 1.Routers** 2.Gateways 3.Transceivers 4.ISDN adapters 5.Modems 6.Firewalls+UPN’s 7.NIC’s** 8.Hubs en repeaters** 9.Bridges** 10.Switches** (verschillen tussen ** kennen, op welke laag zitten ze) 7.NIC -NIC+driver: netwerk aanleggen tussen hosts -Bv. Laptop nic->pcmicia kaartje->naar de nic van pc -OSI layer 1+2 (physical en datalink laag) 8.Hub -beheerst verkeer -centraal device in een star-topolgy(1) -vervangers door switches -CSMA/CD -OSI layer 1 (1)Btypes: Passive: geen versterking v.d. binngekomen signalen Active: wel versterking Intelligent: SNMP-protocollen VLAN-support 9.Bridge -leert over de verschillende hosts op het netwerk -via MAC -brigde leert alle netwerksegmenten kennen=”CONVERGENCE” Hosts A broadcast Hub 10.Switch BRIDGE Host B forward op alle poorten Weet MAC-adress v. A Voegt dit toe aan zijn MAC-table voor later -Multiport bridge -1 host naar elke poort -geen ethernet collision -enkel voor unicast -via MAC-adress -12….48 ports -layer 2 of 3 (zelfde als router) -heeft eigen terminal in zijn OS + commands 1.Routers -HW of SW -min 2 netwerken linken via IP -LAYER 3!!! Wtf! -maken beschikbare routes via routing table -manueel toevoegen routes of dynamische protocollen -juiste route word bekend via verschillende criteria=Metrics -kunnen packets forwarden 2.Gateway -verzendt data tussen netwerken die dezelfde functies hebben, maar verschillende implementaties voor die functies -werken op verschillende lagen -vb van gateway op Layer7 (application layer) -> Mail Gateway 3.transceiver -packetjes sturen en ontvangen 5.Modem -modulator-demodulator!!!!!! Verschil :s Uitgaand digitaal analoog of zoiets Media Access Control 1.OSI Layer 2 2.Mac sublayer 3.mac adress format 4.ARP Protocol 5.Basic eithernet frame format 1. OSI-2 LLC DATA LINK MAC -fysieke addressering -topology -error notification -frame sequencing -flow control AFWEZIG ETC Oef. netwerk ID. 172.25.0.0 Min subnet hosts 4900 Min subnets 5 Opdracht: (1)Custom SN mask: 255.255.224.0 (2)Max aantal hosts per SN: 8190 (3)Max aantal SN: 8 (4)Subnet ID: kijk stap 4 (5)Hosts: kijk stap 5 Stap1: 4901 naar binair, niet kijken naar de 1 en 0, maar posities -> 13 digits, dus 13 nullen voor hosts -> 255.255.11100000.00000000 -> 255.255.224.0 Stap2: aantal hosts (die 13 nullen), grondtal bin 2 tot de 13 de Min 2 omdat we 0 en 255 niet mogen gebruiken 2 tot 13de is 8192, -2 is 8190 Stap3: aantal SN zijn de 1tjes, er zijn 3 eentjes ->2³ = 8 Stap4: kijken naar de decimale waarde van de laatste 1 -> 11100000.00000000, is dus 32 172.25.0.0 172.25.32.0 172.25.64.0 … 172.25.224.0 Stap5: 172.25.0.1 tot 172.25.31.254 (1tje aftrekken van die 32 en 255) 2de range -> 172.25.32.1 tot 172.25.64.254 laatste range -> 172.25.64.224.1 tot 172.25.255.254 Oef2: Netwerk ID: 10.0.0.0 Min subnet hosts: 70.000 Min subnets: 100 Stap1: 70001 naar bin, aantal digits -> 17 11111111.11111110.00000000.00000000 255.254.0.0 Stap2: max aantal hosts per SN: 2 tot de 17de, min 2 -> 131072 min 2 is 131070 Stap3: max aantal hosts: 2 tot 7 = 128 Stap4: subnet ID’s -> 1ste is 10.0.0.0 10.2.0.0 10.4.0.0 tot 10.254.0.0 Stap5: host ID’s: 10.0.0.1 -- 10.1.255.254 10.2.0.1 – 10.3.255.254 10.254.0.1 – 10.255.255.254 Oef3: Stel dat je een ISP bent. Je wilt subnet 10.8.0.0 verkopen aan een klant met een klasse B subnet mask van 255.255.0.0. De klant zal 10.8.0.0 beschouwen als klas B Gegeven: netwerk ID 10.8.0.0 Subnet 255.255.0.0 800 hosts 50 subnets Stap1: 801 naar bin, aantal digits 10 255.255.11111100.00000000 255.255.252.0 Stap2: 2 tot 10de = 1024 - 2 = 1022 Stap3: 2 tot de 6de = 64 Stap4: 10.8.4.0 – 10.8.252.0 Stap5: 10.8.0.1 – 10.8.3.254 10.8.4.1 – 10.8.7.254 10.8.8.1 – 10.8.11.254 … 10.8.252.1 – 10.8.255.254 Oef4: Netwerk ID: 192.168.56.0 Hosts: 12 Subnets 13 Stap1: 1101 = 4 digits 255.255.255.11110000 -> we hebben hier maar 4 nullen voor hosts 255.255.255.240 Stap2: 2 tot 4de = 16 - 2 = 14 Stap3: 2 tot de 4de = 16 Stap4: 192.168.56.16 – 192.168.56.240 Stap5: 192.168.56.1 – 192.168.56.14 -> 14 omdat je maar 0 nullen hebt 192.168.56.17 – 192.168.56.30 192.168.56.33 – 192.168.56.46 (altijd 14 + 16) … ………… 192.168.56.241 – 192.168.56.254 Min subnet hosts, als dit niet klopt, een 1 of 0 toevoegen WAN-Technologieën Voorbeelden van wired wantechnologieen _Osi laag 1 2 3 _3 types 1.Point to point -> universiteiten, leased lines, duur! via telefoon 2.Cirrcuit switching -> alleen connectie wanneer nodig, bv ISDN 3.Packet switching -> meest gebruikt, carrier kan gedeeld worden, packetten zoeken beste path via virtual circuits(*), bv framerelay, ATM * 2 soorten 1.SVC = switched virtual circuit 2.PVC = permanent virtual circuit -> constante data/low ->email Voorbeelden van Packet switching 1.Frame relay _patcket switching _high performance _flexibel qua kost _hosts delen het medium + de BB op een dynamische wijze _Osi laag 2 _heeft eigen L2 adressering (DLCI) “datalink connection identifer) 2.ISDN _circuit switching _sinds ‘60 _digitaliseert voice, data,gfx,video,muziek over koperdraden _2 types BRI en PRI DCE=data communication equipement bv kabelmodem =interface ts de provider en de DTE bij de klant DTE=data terminal equipement, bv PC en router =de data source + de eindbestemming v/d data Snelheden bij ISDN -> circuit switcing BRI=basic rate interface =2B+D = 2B channels = 64 Kbps -> data 1D channel = 16 Kbps PRI=primary rate interface 23B channels à 64 K data |_> totaal tot 1.544Mbps 1D channel à 64 K data of control | VS + Japan 30B channels |__> totaal tot 2048 Mbps 1D channels | Europe! FDDI=fiber distributed data interface _voor high speed LAN backbones _gebruikt een dubbele ring over fiber _2 ringen in tegenovergestelde richting _voer single mode + multimode fiber _4 specificaties: MAC, PHY, PMD, SMT X.25 _global WAN standaard sinds ‘70 _definieert DCE, DTE, PSE, PAD _op laag 1, 2, 3 OSI _packet swicthed Wireless WAN-Tech Wireless 1.overzicht 2.standaarden -> 802.11# 3.infrared – bluetooth 4.spread spectrum Wireless is altijd een extensie op een wired netwerk 2.standaarden 1.802.11a 2.802.11b 3.802.11g _tot 54Mbps _op 5 Ghz band _niet zoveel gebruikt als 802.11b _niet compatible met 802.11b _tot 11Mbs (ook 5.5Mbps) _snelheid afh. van afstand + aantal gebruikers op bandbreedte _op 2,4 Ghz band _niet compatible met 802.11a duh _tot 54 Mbps (ook tragere snelheden ondersteund) _compatible met 802.11b 3.infrared – bluetooth a.InfraRood _apparaten motten elkaar zien om te communiceren _IR-poort is gebasseerd op IrDA standaard _karakteristieken: //point to point(nooit meerdere tegelijk) //afstand //richtingsgevoeligheid //afhankelijkheid (master – slave) //snelheden 9600 bps tot 4Mpbs (nu 16Mbps) //spraak -full duplex -bb=115,2Kbps -bv: gsm in ‘handfree kit’ b.Bluetooth _radioverbinding _spraak+data _point to multipoint! ! ! !!!! (verschillende ontvangers) _2 apparaten in een Bluetooth netwerk = Piconet * * bluetooth ondersteunt max 8 actieve apparaten (in totaal kunnen 127 app. verbinding houden) _verschillende piconets op dezelfde plek mogelijk = Scatternet _afstand tot 10m (meer zendvermogen -> tot 100m) _geen LoS _binnen 1 piconet tot 3 full duplex gesprekken (tegelijk!) _goedkope radiotechniek _enorm laag eletriek verbruik _authenticatie + encryptie _trager als IrDA en meer latency c.Spread Spectrum (bv gps) _draadloos _energie v/h uitgezonden signaal word verspreid over een bepaald frequentiedomein _signalen hebben een veel grotere BB dan de informatie die ze bevatten _ruisachtig signaal: moeilijk te detecteren/onderscheppen/ storen _ideaal voor militaire toepassingen *2 vormen: _WW2: geheim comm.systeem SIGSALY _spreading code (zowel zender als ontvanger kennen de code* 1.FHSS (frequency hopping spreak spectrum) 2.DSSS (direct frequency sequence spread spectrum) 1-> tijd op dezelfde frequenti=dwell time (verspringen van frequentie) 2-> info stroomt binnen in bits -> de pseudo-ruis-generator werkt veel sneller en produceert een snellere reeks bits -> deze nieuwe reeks = chip -> de informatiebits worden gemoduleerd waardoor voor elke informatiebit meerdere chips ontstaan (reeks bits toevoegen) PSTN – POTS PSTN -> public switched telephone network _oorspronkelijk analoog _voor vaste telefonie oorspronkelijk _nu volledig digitaal + voor mobiele telefoon toestellen _intern verbonden met telefooncentrales die voor de juiste verbinding zorgen _basiskanaal: BB v. 64 Kbps, spraak op 8Khz _analoog eindtoestel: POTS-lijn (plain old telephone system) _digitaal eindtoestel: ISDN-lijn 1 DSL -> Digital subscriber Line (symetric en assymetric -> ADSL, SDSL) = techniek die hogere datasnelheid mogelijk maakt over een twisted pair koperdraad 2 types: ADSL= zendsnelheid verschilllend van ontvangstsnelheid -> gebruikt bij BB-inet SDSL= zendsnelheid gelijk ontvangstsnelheid -> gebruikt bij bedrijfsnetwerken 2 Kabel _concurrentie v. DSL en Satelliet _kabel-tv-bedrijven hebben een oplossing bedacht: DOCSIS 1.0 standaard* *data over cable service interface specification) Coax of hybrid(coax+fiber) CMTS ----------------------------------------------------- CM cable modem terminating system staat bij provider 3 Satelliet cable modem bij de klant _gebruikt satelliet in Geo-Orbit (vliegt boven de evenaar) _is relay station tss verkoper & klant _geeft 2 richtingtoegang via een satellietmodem _zendt requests via schotel naar satelliet _werkt asymetrisch _is trager dan DSL _LATENCY PROBS -> slecht voor interactive web-access Troubleshooting in netwerk Kijken als tcp/ip werkt Ping localhost als dns aanstaat 127.0.0.1 Pingen naar nic -> 127.16.3.3 is de ip van het workstation Ipconfig /all doet automatisch loopback Pingen naar router/gateway Pingen naar server DNS evolutie: Oudste: Hosts File LMHosts File Wins DNS Nieuw: Dynamic DNS System32\drivers\etc\ -> hier is dns etc. geconfigureerd DHCP – dynamic host config protocol 1.Voordelen .Gemakkelijk beheer .Geen menselijke fouten .Consistentie .Redundantie .Minder conflicten 2. 4 stappen ts client en DHCP server (dora) [DHCP Server]-------------------------------------------------------------[Client] (1)Discover (2)Offer (3)Request (4)Acknowledge (1)broadcast bericht (2)broadcast bericht v/d DHCP server naar de client met MAC adres v/die client + configuratie info (default gateway,DNS server…) Packetjes bekijken en dit stond er ergens tussen! (Rebinding is renewal maar uitgesteld als de client offline was tijdens renewal) Renewal na 4 dagen, rebinding na 7 dagen, renewal naar standaard dhcp, rebinding naar alle beschikbare dhcp servers DHCP installeren (software – add/remove – network services) 1.authorizen 2.rechtsklikken, new scope kennen van dhcp Voordelen, dora, auhorization(wat gebeurd er eigenlijk en waarom), options, verschil ts renewal+bindin Vragen 1.Stel dat je consultant bent en je wilt zien welke dhcp servers gebruikt worden op het netwerk, vanuit een command prompt. Hoe ga je te werk? Netsch dhcp show server 2.Wat is een DHCP relay agent? The DHCP Relay Agent component is a Bootstrap Protocol (BOOTP) relay agent that relays DHCP messages between DHCP clients and DHCP servers on different IP networks. 3.Hoe kun je te weten komen wat dhcp error 13 betekent? 4.Hoe kun je de DHCP database compacter maken? Maak hiervoor een batch file! ! ! ! !!!! Net stop dhcpserver Cd windows\system32\dhcp Jetpack dhcp.mdb tmp.mdb 5.Geef de verschillende stappen die nodig zijn om redundantie op te zetten in DHCP. 6.Wat is een superscope en waarvoor zou je dat gebruiken? A superscope is actually a collection of individual scopes. DNS (resolutie van domain name naar server) 1.het query proces 2.DNS antwoorden 3.DNS caches (4.installatie) 5.DNS zones 6.zone transfer 1.Query proces Recursive Iterative [DNS Client] -- [Local DNS Server]->[root] --[ .com] [google.com] client cache server cache Recursive: die student wil ofwel een antwoord, of geen (enkel ts client lokaal en dns server) Iterative: Referenties Client vraagt aan server om antwoord, als server het niet weet vraagt hij aan root, root verwijst naar .com, die vraagt aan google.com en die zegt het antwoord naar de server. 2.DNS antwoorden 1.Authoritative answer (komt rechstreeks van degene die de record heeft) 2.Positive answer (laatste pijl van server naar client) 3.Referral answer (berichten die referenties doorgeven, root, .com etc naar local dns server) 4.Negative answer (op het laatste, server dat zegt tegen client dat de site niet bestaat) Wat zijn zones, primary, secondary, cmd commando’s (ping –a 10.10.10.22) VRAGEN 1.Leg de verschillende netwerktopologieën uit (zie pagina1 duh) 2.Wat is 802.2 IEEE 802.2 is the IEEE 802 standard defining Logical Link Control (LLC), which is the upper portion of the data link layer for local area networks 802.3 IEEE 802.3 is a collection of IEEE standards defining the physical layer, and the media access control (MAC) sublayer of the data link layer, of wired Ethernet . 802.5 Token Ring 802.11 IEEE 802.11 is a set of standards for wireless local area network (WLAN) computer communication 3.Leg uit FDDI Fiber distributed data interface CSMA/CD carrier sense multiple access collistion detection CSMA/CA carrier sense multiple access with collision avoidance 4.Bespreek alle bestaande bekabelingsstandaarden 10 BASE-T 10 BASE-FL 100 BASE-T 1000 BASE-CX – 2 pairs, 150 stp 1000 BASE-SX – 2 multimode fiber(MM*), shortwave laser 1000 BASE-LX – 2 MM or Singlemode (SM*) – longwave laser 10 GBASE-SR 10 GBASE-LR = fibre = 10km 10 GBASE-ER = fibre = 40km Verschil kennen ts CAT 5 – 100 Mbps – UTP 4 pairs – < 100meter CAT 5e – 1000 Mbps CAT 6 – better performance, higher signal/noise ratio, reliable, for future data rates UTP - twisted pair with no shielding STP – twisted pairs are wrapped individually in a foil shield and with outer braided wire (Unshielded en Shielded) SM *– only transmits light in 1 fundamental mode (veel verder dan MM) MM *– light travels in multiple modes within the wire 5.Leg de verschillende technologieën uit die gebruikt worden bij draadloze netwerken (frequency hopping, spread spectrum,…) _Frequentieverspringing is een techniek waarbij een radioverbinding willekeurig gekozen frequenties gebruikt binnen een vastgelegde frequentiebreedte 2 vormen: 1.FHSS (frequency hopping spreak spectrum) 2.DSSS (direct frequency sequence spread spectrum) 1-> tijd op dezelfde frequenti=dwell time (verspringen van frequentie) 2-> info stroomt binnen in bits -> de pseudo-ruis-generator werkt veel sneller en produceert een snellere reeks bits -> deze nieuwe reeks = chip -> de informatiebits worden gemoduleerd waardoor voor elke informatiebit meerdere chips ontstaan 6.Leg uit hoe een MAC adres opgebouwd is. The first half of a MAC address contains the ID number of the adapter manufacturer. These IDs are regulated by an Internet standards body (see sidebar). The second half of a MAC address represents the serial number assigned to the adapter by the manufacturer. 7.Identificeer de 7 OSI lagen + leg de functie uit van elke laag De zeven lagen van het OSI-model Laag 7: Application Dit is de toplaag van het OSI-model. Deze laag is verantwoordelijk voor de netwerktoegang van applicaties. Gebruikerstoepassingen en systeemservices krijgen over het algemeen toegang tot het netwerk door samen te werken met een proces dat uitgevoerd wordt in deze OSI-laag. Laag 6: Presentation Dit is de OSI-laag die het nauwst samenwerkt met de Ttoepassingslaag. De belangrijkste taak van deze laag is ervoor te zorgen dat de gegevens die worden doorgestuurd naar de Toepassingslaag een indeling hebben of krijgen, die wordt begrepen door het proces in de Toepassingslaag. Laag 5: Session De Sessielaag is verantwoordelijk voor het tot stand brengen, onderhouden en beëindiging van de communicatie tussen toepassingen of processen op een netwerk. Laag 4: Transport Transportlaag is verantwoordelijk voor het verzenden van berichten van de bronhost naar de eindbestemming. Deze laag is niet alleen verantwoordelijk voor het maken van een virtueel circuit tussen twee punten op het netwerk, maar ook voor de gegevensintegriteit (als de lagere protocollen die niet aanbieden). Laag 3: Network Deze laag zorgt ervoor dat pakketten door verschillende lagen worden gerouteerd. De netwerklaag houdt geen rekening met de onderliggende protocollen die actief zijn op dit niveau en daardoor kunnen apparaten (zoals routers) die actief zijn op dit niveau, worden gebruikt om verbindingen tot stand te brengen tussen netwerken die verschillende technologieën gebruiken in de lagen Data Link en Physical. Laag 2: Data Link Deze laag is oorspronkelijk ontworpen als een enkele functionele laag. Later bleek het echter noodzakelijk om de laag te verdelen in twee sublagen, namelijk LLC (Logical Link Control) en MAC (Media Access Control). Deze twee lagen zijn samen verantwoordelijk voor het verplaatsen van pakketten van en naar het netwerk. _De MAC-sublaag moet ervoor zorgen dat er op het juiste toegang wordt verkregen tot het netwerk, bijvoorbeeld als er geen communicatie met andere computers plaatsvindt of als er expliciet toegang is verleend tot het netwerk. In deze laag worden bits en bytes verzameld en omgezet in frames en omgekeer _De LLC-sublaag zet de bytes die ontvangen zijn van de onderliggende MAC-laag om in een indeling die leesbaar is voor de bovenliggende Netwerklaag. Laag 1: Physical Deze laag is verantwoordelijk voor de manier waarop de bits en bytes fysiek worden verzonden en ontvangen. In deze laag worden de hardware, connectoren, kabels en signaalspecificaties gedefinieerd. 8.Op welke laag in OSI werken de volgende netwerkcomponenten? a.hub 2 d.router 1 b.switch 2 e.nic 1 c.bridge f.wap wireless access point 7 9.Wat betekent Apipa (Automatic Private IP Addressing) Een functie van een op Windows gebaseerd besturingssysteem (bijvoorbeeld Windows 98, Me, 2000 en XP) die het mogelijk maakt om zichzelf een IP-adres te geven wanneer er geen DHCP-server (Dynamic Host Configuration Protocol) is gevonden. APIPA functioneert in dit geval als een DHCPserver en maakt het eenvoudiger om de netwerkkaart te configureren en kleine netwerken te ondersteunen. Wanneer er geen DHCP-server beschikbaar is, zal de computer zichzelf een IP-adres toekennen in de netwerkrange 169.254.0.0 tot 169.254.255.255. Deze adressen zijn speciaal voor dit doel gereserveerd bij de IANA (Internet Assigned Numbers Authority). De client maakt vervolgens gebruik van ARP (Address Resolution Protocol) om er zeker van te zijn dat in het LAN geen andere computer is met hetzelfde adres. Het subnetmasker wordt met het adres 255.255.0.0 ingesteld. APIPA is standaard enabled, maar kan worden uitgezet. Een melding van DHCP stelt de gebruiker op de hoogte dat er wordt gewisseld tussen DHCP- en APIPA-adres. 10.Definieer het doel, de functie en het gebruik van de volgende protocollen uit de TCP/IP suite. .tcp .http .icmp .udp .https .arp/rarp .ftp .pop3/imap4 ( pop is postbode+mail en imap is kantoor) .sftp .telnet .smtp .tftp .ssh 11.Hoe werkt dns? Het Domain Name System (DNS) is het systeem en protocol dat op het Internet voornamelijk gebruikt wordt om domeinnamen naar IP-adressen te vertalen en omgekeerd. En schema met ventjes 12.wat is een forward en een reverse Lookup Zone? DNS allows two main types of queries: forward lookups and reverse lookups. A forward lookup searches for an IP address based on a provided host name. For example, when you browse to www.techrepublic.com, your operating system's DNS resolver queries DNS for a www host record in the techrepublic.com domain. A reverse lookup performs the opposite. It queries DNS for a host name based on an IP address. For example, some e-mail servers perform a reverse DNS lookup on a sending mail server to determine that the host name offered by the remote mail server actually matches the IP address of the SMTP connection attempting to deliver the message. Reverse DNS lookup (rDNS) is a process to determine the hostname or host associated with a given IP address or host address 13.Geef alle WAN-Technologieën + leg ze kort uit Een netwerk in een of meer bij elkaar staande gebouwen heet een LAN, Local Area Network. Wil men twee of meer van dergelijke netwerken met elkaar verbinden, gebeurt dat met een WAN-verbinding. Dat kan via een VPN-verbinding, via het internet of via gehuurde datalijnen. bv framerelay, ATM 14.Wat is een VLAN? Wanneer ga je daar gebruik van maken? Een VLAN (afkorting van het Engelse Virtual LAN) is een virtueel lokaal netwerk (LAN). Een VLAN bestaat uit een groep eindstations en switchen die zich fysiek in één of meerdere netwerken, of zelfs gebouwen, kunnen bevinden, maar toch logisch gezien één enkele gemeenschappelijke LAN vormen. In een netwerk kunnen meerdere VLAN's naast elkaar bestaan. 15.Waarvoor dienen de volgende “well known” poorten? .20 ftp-data .25 smtp .69 tftp .143 imap4 .21 ftp .53 dns .80 http .119 nntp .22 ssh .58 xns-mail .110 pop3 .23 telnet .67+68 bootstrap protocol client/server 16.Wat is het verschil tussen packet switching en circuit switching? Geef van elk een uitleg a.d.h.v een concreet voorbeeld. Cirrcuit switching -> alleen connectie wanneer nodig, bv ISDN Packet switching -> meest gebruikt, carrier kan gedeeld worden, packetten zoeken beste path via virtual circuits 17.Wat is VPN en hoe werkt dat? (Security?) – virtual private network Globaal beschikbaar, goedkoper, verhoogde productiviteit VPN-technieken kunnen ook worden gebruikt om de beveiliging van een eigen netwerk te verbeteren, maar ze zijn in de eerste plaats ontworpen om veilig transport over een onveilig netwerk mogelijk te maken. Een VPN is een netwerk dat door een ander netwerk (doorgaans het internet) getunneld wordt. Hierdoor wordt de theoretische topologie vereenvoudigd, de praktische routering daarentegen zal complexer worden afhankelijk van het onderliggende netwerk. Een VPN tracht de voordelen van het onderliggende netwerk te gebruiken en de nadelen ervan te compenseren. De primaire problemen met het datatransport over een onderliggend netwerk zijn de veiligheid en de betrouwbaarheid. Door encryptie en controlemaatregelen (CRC, …) kan een goed uitgewerkt VPN toch de integriteit, autorisatie en authenticiteit van de verzonden data verzorgen 18.geef 3 vb’n van security protocollen + geef 3 vb’n van authenticatieprotocollen + leg ze uit Security=ipsec authentication=kerberos 19.wat is een proxy server? Proxies are store-and-forward caches. When you configure your web browser to use a proxy, it never connects to the URL. Instead, it always connects to the proxy server, and asks it to get the URL for you. Proxies can be used as a sort of firewall, because it isolates you from connecting to the Internet. 20.straight netwerkcable – hoeveel geleiders werden er gebruikt in de UTP kabel? PC naar hub, PC naar switch, PC naar router bij 1000BaseT en 100BaseT4 worden ze alle 8 gebruikt Voorbeelden Multiple Choice 1.Welke v/d volgende media-access methodes wordt gebruikt in 802.11b draadloze netwerken? .CSMA/CD .Token Passing .CMSA/CA .Radiogolven 2.Wat is de totale bandbreedte v/e ISDN Bri-verbinding als beide data channels gebruikt worden? .1.544 Kbps .56 Kbps .128 Kbps Kleurencode UTP Kabel bv male TX+ TXRX+ Pin nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 RX- Kleur Wit/oranje Oranje Wit/groen Blauw Wit/blauw Groen Wit/bruin Bruin Pin nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 bv female TX+ TXRX+ RX- Cross cable (verschil is dat links verschilt met rechts) Pin nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 TX+ TXRX+ RX- Kleur Wit/oranje Oranje Wit/groen Blauw Wit/blauw Groen Wit/bruin Bruin Pin nr. 3 6 1 7 8 2 4 5 RX+ RXTX+ TX- Kabel maken 1.Strippen v/d kabel, met breekmes lol, zorgen dat je niet te diep snijdt en niet te kort(5cm) 2.Ontwarren + rechttrekken 3.juiste volgorde naast elkaar + afknippen 2cm 1.oranje-wit 2 2.oranje 1 3.groen/wit 4.blauw 5.blauw-wit 6.groen 7.buin-wit 8.bruin 4.connector erover schuiven 5.kleurencode controleren + krimpen met tang 6.testen lol Cross Over Cable (T568B): RJ45 Pin # (END 1) Wire Color 1 Diagram End #1 RJ45 Pin # (END 2) Wire Color White/Orange 1 White/Green 2 Orange 2 Green 3 White/Green 3 White/Orange 4 Blue 4 White/Brown 5 White/Blue 5 Brown 6 Green 6 Orange 7 White/Brown 7 Blue 8 Brown 8 White/Blue Diagram End #2 1.Bekabelingsstandaarden (10 base-T) 2.Media types verschil ts ,STP, UTP, coax, SM, MM, fiber, coper 3.connectoren RJ-45, 11 4.netwerkapparatuur – in osi etc – nic, hub switch router (RIP, OSPS, BGP), layer2,3, brigde, gateways, tranceivers, ISDN adapters, modems (moduleert analoge signalen naar digitale, en demoduleert…), VPN devices(virtual private netwerk), firewall 5.OSI layer 2 – 2 sublayers – flow control, frequency – logical link -> controleert blabla ts 2 netwerk devices connection oriented connectionless – less gaat zender verzenden zonder verbinding – oriented stuurt alleen als connection established is 6.mac adress – begrijpen – bekijken via ipconfig, gebrand in uw ROM, … 7.ARP – dat schemaatje 8.verschillende netwerk protocollen – netbuie – ipx spx – tcp/ip suite + plaatsen in osi Tcp/ip suite = tcp,udp,ftp,tftp,smtp,pop3-imap4,http,https,telnet,ssh,arp,nntp – wat doen ze tcp 3-way handshake – sin ack – client stuurt packetje, zender antwoord etc 9.nog aantal andere protocollen – server message block, network file system, wins (windows internet naming server) 10.dns schema goed kennen – querry process (schema dus) – iterative, recursive – /ping -a 11.dhcp – wat doet het -snmtp - simple network management network protocol -nat - network adress translation -igmp - internet group multi protocol -> tussenstap ts broacast en multicast (niet naar iedereen sturen maar naar een group) 12.WAN – wide area network (wat behoord bij lan en wat bij wan) -verbinding van lans tot stand brengen -3 types: point to point, circuit switching en packet switching – verschil etc – ATM, framerelay past in packet switching bv. – isdn past bij circuit switching – leased lines past bij point to point 13.wireless – irda en bluetooth - verschil, data associating – spread spectrum – frequency hopping, FHSS, DSSS, PSTN, DSL,ADSL en SDSL - verschil is symetrisch en assymetrisch 14.breedband – hoe verbinding ts klant en service provider 15.sateliet verbinding – voor en nadelen is genoeg 16.osi elke laag + taak + protocollen in plaatsen hub op 1, switch op 2, router op 3, tcp op transportlaag bv berichtje sturen via outlook, wat gebeurd er precies in osi 17.lan topologieën kennen – ook combinaties van topologien 18.subnetting – 1 op eerste manier en 1 moeilijke :s classe A,B,C – wanneer wat 19.DHCP – dora process – discover, acknowledge 20.gecaptured packet 21.schema met hubs en routers – wrom hubs verwisselen met switches etc, 1 router ipv 3 22.VLAN 23.als ge ipconfig /all doet – ergens bovenaan notetype (knooppunttype) (P-note, B-note) Mindmapping software