ADVIES 1709 van 25.11.2009

A D V I E S Nr. 1.709
---------------------------------
Zitting van woensdag 25 november 2009
----------------------------------------------------
Ontwerp van ministerieel besluit tot vaststelling van het forfaitair dagloon voor de berekening
van de bijdragen voor sociale zekerheid van de aangestelden toiletten wier loon geheel of
gedeeltelijk uit fooien of bedieningsgeld bestaat en van hun werkgevers die niet ressorteren
onder het paritair comité voor het hotelbedrijf
x
x
x
2.414-1
Blijde Inkomstlaan, 17-21 - 1040 Brussel
Tel: 02 233 88 11 - Fax: 02 233 88 59 - E-mail: [email protected] - Website: www.nar-cnt.be
A D V I E S Nr. 1.709
---------------------------------
Onderwerp:
Ontwerp van ministerieel besluit tot vaststelling van het forfaitair dagloon voor
de berekening van de bijdragen voor sociale zekerheid van de aangestelden
toiletten wier loon geheel of gedeeltelijk uit fooien of bedieningsgeld bestaat
en van hun werkgevers die niet ressorteren onder het paritair comité voor het
hotelbedrijf
Mevrouw L. Onkelinx, minister van Sociale Zaken, heeft bij brief van 28 augustus 2009 het advies van de Nationale Arbeidsraad ingewonnen over het voornoemde ontwerp van ministerieel besluit.
De bespreking van dat dossier werd toevertrouwd aan de commissie Sociale
Zekerheid.
Op verslag van die commissie heeft de Raad op 25 november 2009 het volgende eenparige advies uitgebracht.
x
x
x
-2-
ADVIES VAN DE NATIONALE ARBEIDSRAAD
-------------------------------------------------------------------
I.
ONDERWERP EN DRAAGWIJDTE VAN DE ADVIESAANVRAAG
Mevrouw L. Onkelinx, minister van Sociale Zaken, heeft bij brief
van 28 augustus 2009 het advies van de Nationale Arbeidsraad ingewonnen over het
voornoemde ontwerp van ministerieel besluit.
Artikel 25 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december
1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, vervangen bij het koninklijk besluit van 30 april 2007, bepaalt dat voor de handarbeiders wier loon geheel of
gedeeltelijk uit fooien of bedieningsgeld bestaat en die een van de functies bepaald door
de minister van Sociale Zaken uitoefenen, de sociale bijdragen worden berekend op forfaitaire daglonen, die eveneens door de minister van Sociale Zaken worden vastgesteld.
Het voorgelegde ontwerp van ministerieel besluit heeft tot doel ook
voor de aangestelden toiletten wier loon geheel of gedeeltelijk uit fooien of bedieningsgeld bestaat en hun werkgevers die niet ressorteren onder het paritair comité voor het
hotelbedrijf, te voorzien in de forfaitaire bijdragebetaling, zoals bepaald in artikel 25 van
het voornoemde koninklijk besluit van 28 november 1969.
Die werknemers zouden bijgevolg niet langer onderworpen zijn op
grond van hun werkelijke loon, maar op grond van een forfaitair bedrag van 77,75 euro
per dag, welk bedrag op basis van artikel 32 van het voornoemde koninklijk besluit van
28 november 1969 jaarlijks moet worden geïndexeerd, zoals dat het geval is voor de
aangestelden toiletten die onder het paritair comité voor het hotelbedrijf ressorteren.
Die regelgeving zou uitwerking hebben met ingang van 1 april
2009.
Advies nr. 1.709
-3-
II.
STANDPUNT VAN DE RAAD
De Raad heeft het voorgelegde ontwerp van ministerieel besluit aandachtig onderzocht.
1.
De Raad heeft in het kader van zijn werkzaamheden verduidelijkingen gekregen van
een vertegenwoordiger van de minister van Sociale Zaken; daaruit blijkt dat de vorige regering de maatregelen heeft afgeschaft die tot doel hebben de bijdragen voor
de sociale zekerheid te berekenen op het forfaitaire dagloon voor de aangestelden
toiletten die niet ressorteren onder het paritair comité voor het hotelbedrijf. Hun sociale bijdragen worden dan ook berekend op hun werkelijke loon.
Tegelijk werd het forfaitaire bedrag dat in aanmerking moet worden genomen voor de categorie van werknemers die ressorteren onder het paritair
comité voor het hotelbedrijf sterk verhoogd.
De werknemers die ressorteren onder het paritair comité voor het
hotelbedrijf en de werknemers die er niet onder ressorteren, worden dus ongelijk
behandeld.
2.
De Raad merkt op dat het ontwerp van ministerieel besluit een einde wil maken aan
die discriminerende situatie, die vooral de gepensioneerden treft die deze activiteit
als bijverdienste uitoefenen; voor de aangestelden toiletten wier loon geheel of gedeeltelijk uit fooien of bedieningsgeld bestaat en hun werkgevers die niet ressorteren onder het paritair comité voor het hotelbedrijf voorziet het ontwerp dan ook in de
berekening van de bijdragen voor de sociale zekerheid op basis van een forfaitair
bedrag van 77,75 euro per dag, welk bedrag jaarlijks moet worden geïndexeerd op
basis van artikel 32 van het voornoemde koninklijk besluit van 28 november 1969.
Dat forfaitaire dagbedrag is vergelijkbaar met het bedrag dat van
toepassing is voor dezelfde categorie van werknemers die ressorteren onder het paritair comité voor het hotelbedrijf.
-4-
3.
In het licht van die beschouwingen kan de Raad zijn instemming betuigen met die
maatregel.
Hij merkt op dat hij het wel op prijs stelt dat de regering voorziet in
een constructieve oplossing voor die situatie, maar dat hij liever een oplossing had
gezien waarbij al die categorieën van werknemers aan de algemene socialezekerheidsregeling worden onderworpen, zodat ze voldoende gedekt zijn voor de materies die onder de sociale zekerheid vallen.
------------------------