Overzicht optica Spiegelen: Beeld construeren bij (dubbele) spiegel Lichtbundel construeren bij (dubbele) spiegel: oog in of gegeven bundel *Extra: holle en bolle spiegel: idem Breking: Gebroken lichtstraal construeren (stof in of uit, toepassen Snellius) bij a. vlak grensvlak b. bol/hol grensvlak toepassen en uitleggen: grenshoek en stralenomkering uitleggen: breking van de normaal af en naar de normaal toe, verband met brekingsindex. *Extra: schijnbare diepte (zwembril) Lenzen: Uitleggen: convergentie en divergentie, verband met lensvorm. Relatie brandpuntspositie en type beeld; Brandvlak Beeldconstructie positieve lens: reëel en virtueel, lenssterkte (Virtueel)-beeldconstructie negatieve lens Lichtbundel construeren bij negatieve of positieve lens: oog in of gegeven bundel Construeren vervolg lichtstraal: toepassen bij-as Berekenen beeld- of voorwerpsafstand of brandpuntsafstand (lenzenformule) Berekenen beeld- of voorwerpsgrootte (lineaire vergrotingsfactor) Het Oog: Uitleggen: (werking) gezond oog; Bijziend, verziend, oudziend: positie verte- en nabijheidspunt en nodige hulpmiddelen met gevolgen Uitleggen gezichtshoek en loep: hoekvergroting berekenen, sterkte loep en nabijheidspunt, accommoderen. Nieuw examenprogramma: Subdomein C1: Licht 15. De kandidaat kan de eigenschappen van licht analyseren en toepassen op technieken om beelden vast te leggen en de volgende formules toepassen (zie formules hieronder): Oud examenprogramma: H Licht en Werking v/h Oog sin i n sin r 1 S f 1 1 1 f b v N b v sin g 1 n De kandidaat kan berekeningen maken met de brekingswetten en de spiegelwetten (geen combinaties van lenzen en spiegels): • tekenen van de lichtweg; spiegelbeeld; • hoek van inval, hoek van breking, brekingsindex; kleuren; • grenshoek; totale terugkaatsing; • gebruik van glasvezels. de plaats en de grootte van het beeld bepalen bij het gebruik van een positieve en negatieve lens door tekening (alleen bij een positieve lens) en berekening: • reële en virtuele beelden; • lenzenformule, lineaire vergroting; • beeldvorming in het menselijk oog, fototoestel, overheadprojector en diaprojector; • loep. de natuurkundige aspecten van het oog beschrijven: • accommodatievermogen van de ooglens; • diafragmafunctie van de pupil; • nabijheidspunt, vertepunt; • normaal-, ver-, bij- en oudziend, bril, contactlens.