Oogheelkunde Tranende ogen De traanklier zit onder het bovenooglid en maakt traanvocht aan. In het slijmvlies en in de randen van de oogleden zitten kleine klieren. Deze produceren vetten en eiwitten die zich bij het traanvocht voegen voor een goede samenstelling. Het traanvocht zorgt ervoor dat het oog steeds ‘gesmeerd’ is. De traanklier maakt ook extra traanvocht aan bij emotie of irritatie van het oog. Dit traanvocht bevat geen vetten of eiwitten. Er zijn dus eigenlijk twee soorten tranen: • Reactietranen als reactie op een vuiltje of emotie. Deze tranen smeren het oog niet of niet voldoende. • Verzorgende tranen. Deze tranen ‘smeren’ het oog. De tranen worden ook weer afgevoerd uit de ogen. Dit gaat via de twee traanpunten. De oogleden pompen het traanvocht als het ware in deze traanpunten. Via een klein kanaaltje gaan de tranen vervolgens naar de traanzak. Daarna gaan ze via het neustraankanaal naar de neus. Dit verklaart waarom u moet snuiten na het huilen. Naast het ‘smeren’ hebben de tranen een afweerfunctie en voeren ze viezigheid af. Als het afvoersysteem verstopt is, gaat dit niet. Dan kunnen ziektekiemen een ontsteking veroorzaken. Deze informatie voor patienten is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. © Jeroen Bosch Ziekenhuis / www.jeroenboschziekenhuis.nl (OOG-066, uitgave juli 2017) Wat is de oorzaak van tranende ogen? Er zijn verschillende oorzaken waardoor uw ogen meer gaan tranen. • Er zit iets in uw oog, bijvoorbeeld een vuiltje of een haartje tegen het oog; • De traanafvoerpunten zitten niet op hun plaats of zijn verstopt; • Bij veel oudere mensen wordt het onderooglid slapper. Hierdoor ligt het onderooglid niet meer goed tegen het oog aan. De traanpunt en de ooglidrand, die in het onderooglid zitten, liggen daardoor ook niet goed tegen het oog aan. Hierdoor kunnen de tranen niet goed meer de traanpunten binnengaan en afgevoerd worden. Ook kan een afstaand ooglid ontstaan door een aangezichtsverlamming; • Het traankanaaltje, de traanzak en/of traanneuskanaal zijn verstopt. Dit kan komen door een ontsteking, ongeval of zonder duidelijke oorzaak; • Er is een probleem in de neus waardoor het traanneuskanaal verstopt is; • U heeft last van droge ogen. Sommige mensen maken niet genoeg traanvocht aan om hun ogen voldoende vochtig te houden. Hierdoor kunnen uw ogen gaan branden en steken. Ook kunnen ze slijm gaan afscheiden. Door deze zaken samen kunnen uw ogen juist heel veel gaan tranen. Er ontstaat dan het tegenovergestelde van droge ogen. Hoe verloopt het onderzoek? Allereerst kijkt de oogarts of er iets in uw oog zit dat er niet hoort. Dit kan een haartje of een vuiltje zijn. Vervolgens kijkt de oogarts of de traanpunten open zijn en op de goede plaats liggen. De oogarts kan testen of de traanweg open is door een vloeistof in te spuiten. We noemen dit de Anel-test. Deze vloeistof bevat zout. Soms gebruikt de arts hier ook kleurstof voor. Als de vloeistof in de neus en keel komt, betekent dit dat de traanweg open is. Hoe behandelen we tranende ogen? Er zijn verschillende behandelingen mogelijk. Welke behandeling u krijgt, hangt af van de oorzaak van de tranende ogen. • We kunnen de bron van irritatie behandelen, bijvoorbeeld door haartjes te verwijderen. • Als de traanafvoerpunten en/of het onderooglid niet goed tegen het oog aanliggen, kunnen we een ooglidoperatie uitvoeren. Deze ingreep gebeurt onder plaatselijke verdoving. • Bij droge ogen schrijft de oogarts kunsttranen (zoals oogdruppels of ooggel) voor, hoewel dit tegenstrijdig lijkt. • Wanneer er een blijvende verstopping zit in de traanzak of neustraankanaal kunnen we een nieuwe verbinding maken tussen de traanzak en de neus. Deze operatie noemen we DacryoCystoRhinostomie (DCR). De oogarts overlegt met de KNO-arts als blijkt dat er een probleem in de neus bestaat. Wanneer u voor een DarcyoCystoRhinostomie (DRC) in aanmerking komt, leest u hieronder informatie over de voorbereiding en de operatie. Hoe bereidt u zich voor op deze operatie? PreOperatieve Screening (POS/Intake) Om u goed en veilig voor te bereiden op de operatie, bezoekt u enige tijd voor de operatie de afdeling POS/Intake. U krijgt hiervoor een afspraak. Op de POS/Intake heeft u een gesprek met een intakeverpleegkundige en een POS-medewerker. Ook krijgt u een kort lichamelijk onderzoek. tenslotte spreekt u nog even de anesthesioloog. Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 2 van 4 Op www.jbz.nl/anesthesiologie kunt u meer lezen over de verdoving en bewaking tijdens de operatie. Als u hierover vragen heeft, kunt u deze bespreken tijdens uw bezoek aan de afdeling POS/Intake. Om u voor te bereiden op het gesprek kunt u kijken op de website: www.jbz.nl/pos. Op de POS krijgt u een informatieboekje mee. Hierin leest u praktische informatie die u kan helpen bij de voorbereiding op de opname. Bloedverdunnende medicijnen Voor deze operatie mag u geen bloedverdunnende medicijnen gebruiken. In overleg met de arts, stopt u met deze medicijnen. Er kan anders een nabloeding ontstaan. Nuchter zijn Voor de operatie moet u nuchter zijn. Dit betekent dat u vanaf een bepaald tijdstip niets meer mag eten en drinken. U krijgt hierover instructies van bureau Opname. Wat neemt u bij ieder bezoek mee? • Uw geldig legitimatiebewijs. • Uw patiëntenpas van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. • Uw Actueel Medicatie Overzicht (AMO). Het is voor uw arts belangrijk te weten welke medicijnen u thuis gebruikt. Uw eigen apotheek kan dit overzicht voor u uitprinten. Vraag hierom kort voordat u het ziekenhuis bezoekt. Waar meldt u zich? U meldt zich bij de Infobalie bovenaan de roltrap. Daar wordt u doorverwezen naar de juiste verpleegafdeling. Wat gebeurt er bij de operatie? De arts maakt een sneetje van ongeveer 1 à 2 cm in de huid ter hoogte van de traanzak, aan de zijkant van de neusrug. Via het bovenste en onderste traanafvoerpunt wordt een zacht siliconenslangetje ingebracht tot in de neus. Zo blijft de nieuwe verbinding goed open. Dit slangetje blijft twee maanden zitten. U heeft hier geen last van. Als u goed kijkt, kunt u het doorzichtige slangetje in de neushoek van het oog zien zitten. Na twee maanden wordt het slangetje verwijderd. Dit doet geen pijn. We knippen het slangetje in de neushoek door. U kunt het dan direct uitsnuiten. Een DCR kan ook via de neus plaatsvinden. De oogarts en de KNO-arts opereren dan samen. De KNO-arts maakt dan een verbinding vanuit de neus naar de traanzak. Bij deze operatie wordt dus geen litteken in de huid gemaakt. Als het neustraankanaal niet helemaal verstopt is, kunnen we de dottermethode toepassen. Een klein ballonnetje wordt op de plaats van de verstopping opgeblazen met de bedoeling de verstopping op te rekken. Heel soms zit de blijvende verstopping in de traankanaaltjes in de oogleden. In dat geval moeten we een (blijvend) glazen buisje plaatsen. Dit gebeurt door een operatie. Het glazen buisje is een soort omleiding van de neushoek naar de neus. Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 3 van 4 Wat gebeurt er na de operatie? In de loop van de dag mag u naar huis. Na de operatie heeft u weinig pijn. U kunt enkele dagen een vol gevoel hebben in de neus, aan de geopereerde kant. Wanneer komt u op controle? Na één à twee weken komt u op controle. Na twee maanden komt u nogmaals naar de polikliniek om slangetjes te laten verwijderen. Heeft u nog vragen? Dan kunt u deze stellen aan uw oogarts. Polikliniek Oogheelkunde, telefoonnummer: (073) 553 60 60. Voor meer informatie kunt u ook kijken op onze website: www.jbz.nl (De afbeelding is afkomstig van het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap) MijnJBZ Wilt u inzage in uw medische gegevens? Log dan in op MijnJBZ (www. mijnjbz.nl). MijnJBZ is een beveiligde website die gekoppeld is aan het Elektronisch Patiëntendossier van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Via MijnJBZ kunt u een deel van uw dossier bekijken. Zoals een overzicht van uw afspraken en opnames, onderzoeksresultaten en brieven aan de huisarts. Let op: Inloggen kan alleen als u in bezit bent van een DigiD met extra controle via sms-code. Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 4 van 4