Opgave nevenwerkzaamheden - Provincie Noord

advertisement
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan
Zie voor algemene gegevens informatie bijlage A en B
Algemene gegevens
1.
Locatiegegevens
Locatienaam:
Straat:
2.
Huisnummer en toevoeging:
Postcode en woonplaats:
Dit meldingsformulier moet alleen worden aangeleverd indien door de provincie is
ingestemd met het saneringsplan
(het is dus niet van toepassing bij saneringen uitgevoerd in het kader van het Besluit Uniforme
Saneringen)
Dit geldt voor (aankruisen wat van toepassing is):
Afronding gehele sanering (alleen grond)
Afronding gehele sanering (alleen grondwater)
Afronding gehele sanering (grond en grondwater)
Afronding gehele deelsanering (alleen grond)
Afronding gehele deelsanering (alleen grondwater)
Afronding gehele deelsanering (grond en grondwater)
Afronding saneringsfase (gefaseerde sanering alleen grond)*
Afronding saneringsfase (gefaseerde sanering alleen grondwater)*
Afronding saneringsfase (gefaseerde sanering, grond en grondwater)*
Afronding grondsanering (in situ- of grondwatersanering nog niet afgerond)*
* alleen in deze gevallen betreft het een niet volledig afgeronde (deel)sanering
Volledige sanering:
Gefaseerde sanering:
Deelsanering:
sanering waarbij voor de gehele verontreiniging op de locatie een oplossing is
gevonden (passend bij het huidig gebruik van de locatie). Wanneer de locatie een
onderdeel van een groter geval betreft, kies voor ‘volledig (locatie)’. Wanneer met
de locatie ook het gehele geval is gesaneerd, kies dan voor ‘volledig (gehele
geval)’
sanering waarbij voor de aanpak van de gehele verontreiniging een goedgekeurd
saneringsplan aanwezig is, maar dit in fases wordt uitgevoerd (met langere
tussenposen dan een jaar). Wanneer de locatie een onderdeel van een groter
geval betreft, kies voor ‘gefaseerd (locatie)’. Wanneer met de locatie ook het
gehele geval is gesaneerd, kies dan voor ‘gefaseerd (gehele geval)’
sanering waarbij slechts een deel van de verontreiniging is gesaneerd (bijvoorbeeld:
het te
bebouwen terreindeel, het deel binnen een perceelsgrens e.d.). Er is ook maar
voor een deel van de verontreiniging een saneringsplan, opgesteld, goedgekeurd
en
uitgevoerd
3.
Deze melding betreft een:
Saneringsverslag
P06-00959, d.d. 01-10-2008
Nazorgplan
4.
Identificatie van de locatie
Geef van de locatie de volgende nummers en kenmerken uit de beschikking instemmen met saneringsplan
aan:
NB-code:
NB/
Nummer beschikking;
Wm-inrichting*:
ja
*
Datum beschikking:
/
Bevoegd gezag Wm:
nee
rijk
provincie
gemeente
bedoeld wordt of de locatie een inrichting is waarvoor een vergunning in het kader van de Wet
Milieubeheer is verstrekt
5a.
Registratie van de eigenaar van het terrein (indien sprake is van meerdere eigenaren, de
gegevens als aparte bijlage toevoegen)
Naam:
Voorletters:
M/V
Straat en huisnummer:
Postcode en woonplaats:
Telefoon:
Faxnummer:
E-mail:
Eigenaar : sinds (jaartal)
5b.
Registratie van de melder (dit is de opdrachtgever van de sanering)
Naam:
Voorletters:
M/V
Straat en huisnummer:
Postcode en woonplaats:
Telefoon:
Faxnummer:
E-mail:
5c.
Registratie van de gebruiker van het terrein (indien sprake is van meerdere gebruikers, de
gegevens als aparte bijlage toevoegen).
Naam:
Voorletters:
M/V
Straat en huisnummer:
Postcode en woonplaats:
Telefoon:
Faxnummer:
E-mail:
6.
Registratie van een gemachtigde (een gemachtigde is een bedrijf of persoon die door de
melder met een ondertekend machtigingsformulier (zie bijlage 1) is aangewezen,
bijvoorbeeld een adviseur, een architect, etc)
Naam gemachtigde:
Contactpersoon:
M/V
Straat en huisnummer:
Postcode en woonplaats:
Telefoon:
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/2
Faxnummer:
7.
E-mail:
Kadastrale registratie percelen
kadastrale
Sectie
nummer
% restverontreiniging in grond boven de I-
gemeente
*
waarden*
interventiewaardencontouren in grond moeten worden weergegeven op een maximaal 3 maanden oude
kadastrale kaart
Gegevens sanering en locatie
8.
Type verontreiniging
Type verontreiniging:
landbodem
waterbodem
9.
Zijn voorafgaand aan de sanering tijdelijke beveiligingsmaatregelen getroffen?
nee
10.
ja
Welke van de volgende meldingen zijn bij het bevoegd gezag gedaan?
Startmelding sanering
fax d.d.:
Melding bereiken einddiepte ontgraving
fax d.d.:
Melding nulsituatiebepaling
fax d.d.:
Melding aanleg grondwateronttrekkingssysteem
fax d.d.:
Startmelding grondwatersanering
fax d.d.:
Startmelding in situ sanering
fax d.d.:
Melding aanleg in situ systeem
fax d.d.:
Melding bemonstering t.b.v. monitoring
fax d.d.:
Melding einde sanering
fax d.d.:
11.
Zijn de uitgevoerde werkzaamheden uitgevoerd conform Kwalibo?
nee
ja.
Namen van de gecertificeerde personen duidelijke vermelden in de
rapprotage of
lijst met namen als bijlage toevoegen aan de melding
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/3
12.
Afwijkingen van het saneringsplan
A:
Zijn voorafgaand aan de uitvoering van de sanering (conform art. 39 lid 4 en 5 Wbb) afwijkingen van
het saneringsplan gemeld bij het bevoegd gezag?
ja

Datum melding:
Kenmerk melding:
Datum reactie bevoegd gezag:
Kenmerk reactie bevoegd gezag:
nee
B:
Zijn tijdens de uitvoering van de sanering afwijkingen van het saneringsplan gemeld bij het bevoegd
gezag?
ja
Datum:
Datum reactie bevoegd gezag:

Kenmerk reactie bevoegd gezag:
nee, geen afwijkingen opgetreden
nee, wel zijn de volgende afwijkingen opgetreden, maar deze zijn niet gemeld aan het bevoegd gezag:

13.
Omvang sanering en gerealiseerde BPE (Bodem Prestatie Eenheden)*
*
BPE worden bepaald op basis van de werkelijk gesaneerde oppervlakten en volumes boven de
Interventiewaarden in grond en grondwater, zoals omschreven in navolgende definities
Gerealiseerde oppervlakte (in m2) van verontreinigde grond omsloten door de interventiewaardecontour, waar
de sanering betrekking op heeft
Gerealiseerd volume (in m3) van verontreinigde grond omsloten door de interventiewaardecontour, waar de
sanering betrekking op heeft. Dit is onafhankelijk van wat er met de grond gebeurt. Aldus tellen ook de volumes
bij beheersvarianten en in-situ-saneringen mee
Gerealiseerde oppervlakte (in m2) en volume (in m3) van verontreinigd grondwater omsloten door de
interventiewaardecontour, waar de sanering betrekking op heeft. Het gaat dus niet om de opgepompte
hoeveelheid grondwater, die al dan niet gezuiverd en geloosd wordt.
Stof in grond
Opp > I* (m²)
Vol > I (m³)
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/4
Stof in grond
Opp > I* (m²)
Vol > I (m³)
Stof in grondwater
Opp > I (m²)
Vol > I (m³)
*
I = interventiewaarde; betreft de totale oppervlakte of het totale bodemvolume waarin gehalten
boven de interventiewaarden zijn aangetroffen
Gegevens sanering
14.
Uitgevoerde sanering
Uitgevoerde sanering van de bovengrond
Volledig verwijderen, aanvulgrond schoon
Volledig verwijderen aanvulgrond voldoet aan vastgestelde achtergrondwaarden
Volledig verwijderen, aanvulgrond voldoet aan:
Bodemfunctieklasse Wonen
Bodemfunctieklasse Industrie
Lokale maximale waarden
Aanbrengen schone leeflaag
Aanbrengen leeflaag die voldoet aan de vastgestelde achtergrondwaarden
Aanbrengen leeflaag die voldoet aan:
Bodemfunctieklasse Wonen
Bodemfunctieklasse Industrie
Lokale maximale waarden
Aanbrengen isolatie-- of verhardingslaag of bebouwing
Niet van toepassing
Uitgevoerde sanering van de ondergrond
Stabiel, geen restverontreiniging/zorg (trede 1)
Stabiel, kleine restverontreiniging (trede 2)
Stabiel, grote restverontreiniging ( trede 3)
Restverontreiniging, monitoring ( trede 4)
Restverontreiniging, IBC maatregelen (trede 5)
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/5
 Niet van toepassing
15.
Is bij de sanering voldaan aan de saneringsdoelstelling uit het saneringsplan:
ja
nee, toelichting:
(Indien nee altijd toelichting)
16.
Is conform de VKB-protocollen bepaald of de (eind)situatie stabiel is?
ja
nee, toelichting:
(Indien nee altijd toelichting)
17.
Gegevens met betrekking tot de afgegraven grond.
De te verwachten kwaliteit
Schoon
Licht verontreinigd
Ernstig
verontreinigd
Kwaliteitskenmerk
< achtergrond-
wonen
waarde
industrie
Lokale
>I
Maximale
waarde
Hoeveelheden (m³)
Hoeveelheden (ton)
De aard van de bestemming
(reiniging, hergebruik, depot of
stort)
Af te voeren naar (bedrijf)
Indien de bestemming van de af te graven grond niet bij het indienen van het saneringsplan bekend is, dient
deze uiterlijk
1 week voor de sanering bij de provincie gemeld te worden.
Wonen
Licht verontreinigde grond die volgens het bijgeleverde certificaat of onderzoek
zonder
beperkende maatregelen als klasse wonen mag worden toegepast
Industrie
Licht verontreinigde grond die volgens het bijgeleverde certificaat of onderzoek als
klasse
industrie mag worden toegepast.
Lokale maximale waarde Licht verontreinigde grond die volgens het, door de gemeente, vastgesteld
gebiedsspecifiek
beleid kan worden toegepast.
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/6
18.
Gegevens met betrekking tot de uitgevoerde grondwatersanering
De onttrekken hoeveelheid grondwater:
Het debiet van de onttrekking:
De effecten van de onttrekking op de grondwaterstand van de omgeving:
De bestemming:
19.
Gebruik van de locatie na sanering
(Graag de gebruiksvorm aankruisen in onderstaande tabel).
Gebruik
Gebruik locatie na sanering
Wonen met moestuin
Wonen met tuin
Wonen zonder tuin
Bedrijven, kantoren
Industrie
Recreatie
Braakliggend
Openbaar groen
Infrastructuur/verkeer
Volkstuin
Weiland
(Glas)tuinbouw
Akkerbouw
Natuurgebied
Openbare gebouwen
Waterbodem
Onbekend
20.
Zijn er naast grond andere verontreinigde materialen vrijgekomen?
ja, toelichting:
nee
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/7
21.
Kosten
Bedrag in euro (incl. BTW)
% betaald door overheid*
Sanering (daadwerkelijk)
Nazorg per jaar (geschat)
*
Betaald in het kader van:

ISV

ILG
 WBB
 Bedrijvenregeling
Vinex
Overige, namelijk:

22.
Zijn er restverontreinigingen achtergebleven in:
Grond
Sterk, boven de interventiewaarden: volume
m3
Licht, tussen de achtergrond- en interventiewaarden: volume
m3
Grondwater
Sterk, boven de interventiewaarden: volume
m3
 Licht, tussen de streef- (of achtergrond-) en interventiewaarden: volume
m3
Niet van toepassing
23.
Gebruiksbeperking na sanering (indien van toepassing)
Leeflaag in stand houden
Open verharding handhaven
Gesloten verharding handhaven
Verbod gewasteelt
Verbod grazen vee
Verbod bouwactiviteiten
Verbod graafactiviteiten
Verbod betreden lokatie
Verbod onttrekking grondwater
Bebouwing in stand houden
Anders, namelijk:
24.
Nazorgmaatregelen na sanering, nader te omschrijven in het (eventueel bijgevoegde)
Nazorgplan*
Registratie (kadaster)
Monitoring (zie 24)
Beheersmaatregelen (zie 25)
Controlemaatregelen (zie 26)
* Het is mogelijk dat er na de sanering nog verontreiniging in de bodem aanwezig is gebleven en dat in het
saneringsverslag is aangegeven dat beperkingen in het gebruik van de bodem of maatregelen als bedoeld
in artikel 39c, eerste lid, onder f (nazorgmaatregelen) noodzakelijk zijn. Indien dit het geval is wordt door de
saneerder tegelijk met of zo spoedig mogelijk na de toezending van het saneringsverslag, een nazorgplan
ingediend bij Gedeputeerde Staten
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/8
25.
Omschrijving Monitoring en Rapportage
Geen monitoring
Wel monitoring
Monitoring wordt
maal per
jaar uitgevoerd.
Rapportage van de monitoring vindt plaats:
Na elke monitoringsronde
maal per
26.
jaar
Omschrijving beheersmaatregelen nazorg (instandhouding)
Geohydrologische beheersing, grondwateronttrekking
Plaatsen damwand
Ventilatiemaatregelen
Anders, namelijk:
27.
Omschrijving controlemaatregelen nazorg (onderhoud)
Periodieke bemonstering influent/effluent
Controleprogramma
Onderhoudsprogramma
Waarborging instandhouding nazorg (bij eigendomsoverdracht, splitsing kadastrale percelen)
Scenario en verantwoordelijkheden bij falen van de voorzieningen
Anders, namelijk:
In te dienen bescheiden:
Uw melding kan alleen in behandeling worden genomen als u in vijfvoud het ingevulde en ondertekende
meldingsformulier en de noodzakelijke bijlagen bijvoegt. Deze bijlagen dienen in het Nederlands te zijn
opgesteld.
Bijlage: Saneringsverslag*
Bijlage: Kostenoverzicht van de sanering
Bijlage: Nazorgplan* (indien van toepassing)
Bijlage: Lijst met namen gecertificeerd personen Kwalibo (indien niet vermeld in rapportage)
*
Voor de inhoudelijke eisen wordt verwezen naar onze ‘Checklist Saneringsverslag’ en de ‘Checklist
Nazorgplan’
Verklaring en ondertekening
Naar waarheid ingevuld,
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/9
Naam:
Datum:
Plaats:
Handtekening
Het volledige en ingevulde meldingenformulier en de bij te voegen stukken dient u te zenden aan:
Provincie Noord-Brabant
Meldkamer
Bureau Bodem
Postbus 90151
5200 MC ’s-Hertogenbosch
Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/10
Bijlage A
Algemene Informatie
Artikel 39c Wbb
Bij de laatste wijziging van de Wet
bodembescherming, in werking getreden 1 januari
2006, is voorzien in een wettelijke regeling van
het saneringsverslag, voorheen aangeduid als
evaluatieverslag (artikel 39c Wbb). Het verslag
behoeft de instemming van Gedeputeerde Staten
in de vorm van een beschikking in de zin van de
Algemene wet Bestuursrecht. Gedeputeerde
Staten streven ernaar om zoveel mogelijk binnen
8 weken na de datum van ontvangst van het
verslag de beschikking te nemen. Er is overigens
niet voorzien in een instemming van rechtswege
met het saneringsverslag na het verstrijken van de
beslissingstermijn.
hebben op situaties waarin een beoogde sanering
zowel de bovengrond (vaste bodem) als de
ondergrond (het grondwater) betreft. De sanering
van de ondergrond zal meestal een langere
periode beslaan, terwijl de sanering van de
bovengrond in een korte periode kan worden
afgerond. In dat geval is het vaak gewenst de
sanering van de vaste bodem eerst uit te voeren en
ook te kunnen afsluiten met een saneringsverslag.
Dat gedeelte van de sanering is dan afgerond en
kan instemming verkrijgen van Gedeputeerde
Staten. De grondwatersanering kan tegelijkertijd
of op een later moment worden gestart en het
saneringsverslag van de grondwatersanering wordt
pas ingediend als het saneringsresultaat is bereikt
zoals dit is beschreven in het saneringsplan.
Artikel 39d Wbb
De in dit saneringsverslag te behandelen punten
komen aan de orde in de hiervoor opgemaakte
checklist.
In het saneringsverslag wordt beschreven wat het
bereikte saneringsresultaat is in vergelijking met
het saneringsplan en eventuele afwijkingen
daarvan die aan Gedeputeerde Staten zijn gemeld
overeenkomstig het vierde lid van artikel 39
Wbb.
Wanneer er restverontreiniging is achtergebleven
worden de aard en omvang daarvan beschreven.
Op grond daarvan wordt aangegeven of met het
oog op het beheer van die restverontreiniging
gebruiksbeperkingen en nazorgmaatregelen
noodzakelijk zijn. Als dat het geval is, dient
gelijktijdig met het verslag het nazorgplan worden
ingediend. Hieronder zal nog nader worden
ingegaan op de nazorg.
Het saneringsverslag kan pas de instemming van
het Gedeputeerde Staten krijgen als de sanering
voldoet aan de saneringsdoelstelling van artikel 38
Wbb. De uitvoering van het saneringsplan en
eventuele voorwaarden en aanwijzingen van
Gedeputeerde Staten zijn daarvoor bepalend.
Het saneringsverslag kan betrekking hebben op
een fase van de sanering. Dit begrip komt voor in
artikel 38, vierde lid, van de Wbb (gefaseerde
sanering op verzoek) maar kan ook betrekking
De nieuwe invulling van de saneringsdoelstelling
brengt met zich mee dat het achterblijven van
verontreinigingen na de sanering vaker kan
voorkomen, en dat vraagt een duidelijke invulling
van de eventuele nazorg. De wet kent dan ook
bepalingen die betrekking hebben op de nazorg
van saneringslocaties (artikel 39d tot en met 39f
Wbb). Er kunnen nazorgmaatregelen nodig zijn
die het blijvend beheersen van aanwezige
verontreiniging zeker stellen. Dat moet blijken uit
het saneringsverslag.
De in dit nazorgplan te behandelen punten komen
ook aan de orde in de hiervoor opgemaakte
checklist.
Ook kunnen er gebruiksbeperkingen gelden voor
de eigenaars of gebruikers van de grond. Die
moeten kenbaar worden gemaakt aan de huidige
(en toekomstige) eigenaren en gebruikers.
Bij het vaststellen van de saneringsdoelstelling
wordt de eis gesteld dat de nazorg zoveel mogelijk
moet worden beperkt. De saneringsvariant die
gekozen wordt is bepalend voor de mate van
nazorg, dus moeten de gevolgen van nazorg al op
dat moment in beeld worden gebracht. Daarom
ook moet bij de opstelling van het saneringsplan
globaal worden aangegeven welke
nazorgmaatregelen na afloop van de sanering
Bijlage A Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/1
nodig zijn, inclusief een indicatie van de kosten
daarvan.
In het nazorgplan wordt beschreven welke
beperkingen in het gebruik van de bodem de
achtergebleven verontreiniging met zich
meebrengt, en – indien nodig – welke
nazorgmaatregelen genomen moeten worden.
Wanneer de restverontreiniging immobiel is, zal
als regel volstaan kunnen worden met het
beschrijven van gebruiksbeperkingen. Die kunnen
bijvoorbeeld inhouden dat diepwortelende
beplanting of het aanleggen van vijvers in de
leeflaag niet is toegestaan. Het kan ook betekenen
dat gebruik voor een gevoeliger functie dan in het
saneringsplan is toegekend aan de bodem, niet
toegestaan is.
Ten aanzien van mobiele situaties van
verontreiniging zal uit het saneringsverslag
moeten blijken of de restverontreiniging actief
moet worden gevolgd. Dit kan zich beperken tot
een bepaalde periode van meten, maar er kan
ook blijvend nazorg nodig zijn, met name in
situaties waarin alsnog ongewenste verspreiding
van verontreinigingen kan optreden. Aard,
frequentie en duur van de metingen worden
beschreven in het nazorgplan. Wanneer
geohydrologische of civieltechnische
voorzieningen zijn aangebracht, moeten die
worden geïnspecteerd en in stand worden
gehouden.
Gedeputeerde Staten kunnen, conform artikel
39f, een financiële zekerheid vragen voor de
nazorgkosten. Het nazorgplan behoeft ook
instemming van Gedeputeerde Staten.
Gedeputeerde Staten moeten beoordelen of de
gebruiksbeperkingen of maatregelen die in het
plan zijn opgenomen voldoende zijn om er voor te
zorgen dat de verontreiniging die na de sanering is
achtergebleven niet zal leiden tot een
vermindering van de kwaliteit van de bodem.
Als regel zal het nazorgplan gelijktijdig worden
ingediend met het saneringsverslag. Het is echter
mogelijk dat de saneerder heeft geoordeeld dat
een nazorgplan niet nodig is, terwijl
Gedeputeerde Staten op basis van het
saneringsverslag een andere conclusie trekken. In
dat geval zullen Gedeputeerde Staten niet
instemmen met het saneringsverslag dan nadat er
een nazorgplan is ingediend. Het nazorgplan dient
dan zo spoedig mogelijk alsnog te worden
ingediend.
Gedeputeerde Staten kunnen aan de instemming
met het nazorgplan voorwaarden verbinden. Een
specifiek voorschrift houdt in dat Gedeputeerde
Staten kunnen aangeven welke wijzigingen in het
gebruik moeten worden gemeld. Wanneer deze
melding daartoe aanleiding geeft, kunnen
Gedeputeerde Staten bepalen dat een aanvullende
sanering moet plaatsvinden. Dit geldt vooral
wanneer wordt overgegaan tot een meer gevoelig
gebruik, bijvoorbeeld van gebruik als
bedrijfsterrein naar gebruik als woongebied. In
dat geval is er een nieuwe situatie ontstaan waarbij
de inmiddels gesaneerde situatie niet meer hoeft
te voldoen aan de voor het nieuwe gebruik
geldende normen.
Er zal dan opnieuw een saneringsplan moeten
worden ingediend.
Artikel 39e Wbb
Voor het adresseren van nazorgverplichtingen
moet onderscheid worden gemaakt tussen de
gebruiksbeperkingen en de verplichting tot het
nemen van nazorgmaatregelen.
Gebruiksbeperkingen richten zich primair tot de
feitelijke gebruikers van het verontreinigde
terrein. In artikel 39e Wbb is een bepaling
opgenomen op grond waarvan zowel de eigenaar,
de erfpachter als de gebruiker van het gesaneerde
grondgebied waar verontreiniging is
achtergebleven, zich moeten houden aan de
gebruiksbeperkingen die gelden voor dat
grondgebied. Door meerdere partijen hiertoe te
verplichten kunnen Gedeputeerde Staten zich
rechtstreeks richten tot degene die de
gebruiksbeperking overtreedt. Uiteraard is een
voorwaarde dat de gebruiksbeperkingen kenbaar
zijn voor de eigenaar en de gebruiker.
Opvolgende eigenaren kunnen uit het kadaster
afleiden dat er sprake is geweest van een sanering,
een beschikking op het saneringsverslag en een
Bijlage A Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/2
nazorgplan. Wanneer er sprake is van een
gebruiker, dan is er ook sprake van een
privaatrechtelijke verhouding tussen eigenaar en
gebruiker die contractueel is geregeld. De
eigenaar zal in dat contract de huurder moeten
verplichten zich te houden aan de
gebruiksbeperkingen.
zijn om er voor te zorgen dat de verontreiniging,
die na de sanering is achtergebleven, niet zal
leiden tot een vermindering van de kwaliteit van
de bodem zoals beschreven in het verslag op
grond van artikel 39c, eerste lid onder b van de
Wbb.
In artikel 39e lid 2 Wbb is geregeld dat de
saneerder is belast met het nemen van
nazorgmaat-regelen, dan wel degene die daartoe
is aangewezen in het nazorgplan.
Het is de saneerder die, in overleg met
Gedeputeerde Staten en binnen de grenzen van de
wet, bepaalt welke saneringsdoelstelling wordt
gekozen, en dat is bepalend voor de mate waarin
nazorg na de sanering nodig is. Omdat actieve
nazorgmaatregelen blijvende kosten met zich
meebrengen, is dat een sterke prikkel om te
komen tot een saneringsoplossing die tot zo
weinig mogelijk nazorg leidt.
Wanneer de saneerder tevens de eigenaar is,
wordt daarmee ook voorzien in continuïteit.
Wanneer dit niet het geval is, is het als regel
wenselijk dat de nazorg aan de eigenaar (of
erfpachter) wordt overgedragen. Dit zal wel de
instemming moeten hebben van die eigenaar. Er
wordt niet een rechtstreeks uit de wet
voortvloeiende verplichting tot nazorg bij de
eigenaar gelegd, omdat daardoor tegengestelde
belangen zouden ontstaan tussen de saneerder, die
een zo goedkoop mogelijke oplossing zoekt, en
een eigenaar die een belang heeft bij een
maximale saneringsvariant. De saneerder kiest
voor een saneringsdoelstelling en bepaalt daarmee
de omvang van de nazorgmaatregelen.
Het belasten van de eigenaar met de nazorg zal
dan ook altijd gepaard gaan met contractuele
afspraken tussen saneerder en eigenaar. In dat
kader wordt ook de financiering geregeld. Er kan
ook voor worden gekozen de nazorg te laten
uitvoeren door een rechtspersoon. Ook dan
worden er contractuele afspraken gemaakt.
Instemming met het nazorgplan wordt slechts
gegeven indien de daarin opgenomen beperkingen
in het gebruik van de bodem of maatregelen naar
het oordeel van Gedeputeerde Staten voldoende
Bijlage A Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/3
Bijlage B Procedure
Het uitgangspunt is dat de beschikkingen op
ingediende saneringsverslagen en nazorgplannen
lopen volgens de procedure als beschreven in
Titel 4.1 van de Algemene wet bestuursrecht.
Er is een aantal situaties denkbaar.
Allereerst wordt bekeken of de melding (de
aanvraag) dusdanig compleet is dat de gevraagde
beschikking kan worden genomen. Als dat niet het
geval is volgt binnen uiterlijk 8 weken na
indiening van het meldingsformulier
saneringsverslag en nazorgplan het verzoek om
aanvullende gegevens. Het kan dan ook gaan om
een verzoek tot alsnog indienen van een
nazorgplan.
Als de melder niet voldoet aan dit verzoek kan er
geen oordeel worden gegeven over de correcte
uitvoering van de sanering en blijft de melding
verder buiten behandeling. Dit wordt bij aparte
beschikking medegedeeld.
Op het moment dat de melding als compleet geldt
wordt die in behandeling genomen.
Als na beoordeling blijkt dat (geheel) kan worden
ingestemd met het saneringsverslag en het
nazorgplan en er ook geen sprake is van bekende
belanghebbenden die zich willen uitspreken wordt
zoveel mogelijk uiterlijk binnen 8 weken na
indiening van de complete melding een
beschikking genomen die gelijktijdig met de
complete melding wordt gepubliceerd in een
regionaal dagblad.
Hierna staat gedurende een termijn van zes weken
bezwaar open voor de belanghebbenden en
eventueel kan vervolgens tegen de beslissing op
bezwaar een beroepschrift worden ingediend bij
de Raad van State, afdeling bestuursrechtspraak.
Een 3-tal bijzondere situaties kan hiernaast nog
aan de orde zijn.
1.
Als het voornemen bestaat om niet in te stemmen
met het ingediende saneringsverslag of het
nazorgplan is het de bedoeling dat de melder
gedurende 7 dagen de gelegenheid krijgt om zich
hierover uit te spreken. Daarna volgt de
beschikking tot wel of niet instemming, waarbij
wordt ingegaan op een eventuele ingekomen
zienswijze.
2.
Het kan ook nog zo zijn dat, naast de melder,
sprake is van bekende belanghebbenden die zich
mogelijk over een voornemen tot wel (of niet)
instemmen met een saneringsverslag of
nazorgplan willen uitspreken. Ook dan zal
gedurende 7 dagen de gelegenheid voor een
zienswijze worden geboden op dezelfde wijze
zoals dat bij de melder gaat.
3.
Verder is nog denkbaar dat een saneringsverslag
betrekking heeft op een omvangrijke en/of
langdurige sanering die in een eindstadium is
beland. Vaak gaat het dan saneringen die geruime
tijd geleden van overheidswege zijn opgepakt.
In dat geval is het denkbaar dat wordt gekozen
voor de zogenaamde uitgebreide voorbereidingsprocedure van Afdeling 3.4 van de Algemene wet
bestuursrecht.
Er wordt dan na indiening van het complete
saneringsverslag en het eventuele nazorgplan eerst
een ontwerp-beschikking opgesteld die vervolgens
gedurende 6 weken ter inzage wordt gelegd. Van
de inzage wordt kennis gegeven in een regionaal
dagblad zodat belanghebbenden zich kunnen
uitspreken.
Hierna volgt de definitieve beschikking waarin
wordt ingegaan op eventuele ingekomen
zienswijzen.
Als gekozen wordt voor de uitgebreide
voorbereidingsprocedure van Afdeling 3.4 van de
Algemene wet bestuursrecht is geen sprake van de
mogelijkheid van bezwaar maar dient rechtstreeks
beroep te worden ingesteld bij de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Slotopmerking
Op grond van artikel 55 van de wet wordt een
Bijlage B Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/1
beschikking tot wel of niet instemming met een
saneringverslag ook aan het Kadaster toegestuurd.
Bijlage B Meldingsformulier Saneringsverslag en/of Nazorgplan/2
Download