BOSCHSTRAATKWARTIER een wandeling door de vroege industriestad In de middeleeuwen concentreerde de lakennijverheid zich in dit stadsdeel. Toen Maastricht een vestingstad werd, waren er veel kazernes gebouwd. In de eerste helft van de negentiende eeuw kreeg Maastricht betekenis als eerste industriestad van Nederland. Dit gebeurde juist in dit stadsdeel. We beginnen onze wandeling op de Markt bij het standbeeld van Mickelers, aan het begin van de Boschstraat. Jan Pieter Minckelers was in 1783 ontdekker van het lichtgas. Hij werd in 1748 in Maastricht geboren. Als hoogleraar in chemie en fysica te Leuven verlichtte hij zijn collegezaal voor het eerst in de geschiedenis met lichtgas uit steenkool. Zijn vlammende pijp wordt nu echter brandend gehouden door aardgas. We vervolgen onze route naar Hotel Du Levrier et de l’Aigle Noir aan Boschstraat 76 Hier werd in het begin van de 19ee eeuw het hotel ‘Du Levrier’ gesticht. In 1897 fuseerde ‘Du Levrier’ met hotel ‘l’Aigle Noir’ aan de overzijde van de straat. In 1950 ging in dit gebouw de Katholiek Middelbare Hotelvakschool van start op initiatief van hotelier Willem Beaumont. Het 19e eeuwse interieur is grotendeels intact met elegante pilaren, marmer- imitaties, stucwerk en fraai betegelde entree-partij. Boschstraat 72-74. Hier was brouwerij Neven gevestigd en het huidige hotel De Pauwenhof, Boschstraat 70, was in de 19e eeuw woonhuis voor het leidinggevend personeel van Petrus Regout. Het werd toen het Hotel des Penitents genoemd. We vervolgen de route naar het begin van De Boschstraat bij de paardendrinkfontein: Deze fontein werd in 1907 opgericht door de Bond der Dierenkwelling. De grote drinkschaal was voor de paarden en de onderste drinkschaal was voor honden bedoeld. Sint-Catharinastraat, linkerzijde: De Sint-Catharinastraat is een doorbraak tussen de Boschstraat en de Batterij straat uit de 19e eeuw. Omdat de naburige panden dreigden in te storten werden er stutbalken geplaatst. Vandaar de naam ‘Balkenstraatje’. Sint-Mathiaskerk, rechterzijde: De vierde parochiekerk van Maastricht. Het enige resterende deel van de gotische kerk uit 1356 is de toren. De kerk werd in de 15e eeuw verbouwd. De Calvinisten bezetten in1566 de kerk. Vanaf 1802 werd ze weer een katholieke parochiekerk. Boschstraat 69, overzijde: Hier ligt het voormalige Refugiehuis van de Abdij van Hocht. In de zijgevel aan de Hochterpoort is op de eerste verdieping nog een fragment behouden van een gotisch kruisvenster met accoladeboog. In 1857 werd het huis gekocht door Petrus Regout, die het pand verbouwde en aan de Boschstraat een nieuwe gevel liet optrekken. In 1887 werd het verkocht aan de zusters van het Arme Kindje Jezus, die er een school voor arme meisjes openden. Sinds 1981 is hier het Leger des Heils gevestigd. We vervolgen onze route verder over de Boschstraat aan de rechterzijde naar Boschstraat 45: Het pand werd in 1863 gebouwd door Petrus Regout.. Het huis heeft een gepleisterde gevel, mogelijk ontworpen door Wilhelm Wickop. Deze rijk geornamenteerde gepleisterde gevels komen slechts sporadisch voor; elementen van verschillende bouwstijlen worden gecombineerd; dat wordt aangeduid als ‘eclecticisme’. Hier steken we de Boschstraat over naar het standbeeld van Petrus Regout, gemaakt door de Maastrichtse beeldhouwer Wim van Hoorn in 1965. De Penitentenpoort: Achter het beeld, de triomfboog. Ooit was dit de centrale toegang tot de fabrieksterreinen, in 1834 door Petrus Regout gesticht als Kristal, Glas- en Aardewerkfabriek Regout & Co., en sinds 1899 bekend onder de naam Sphinx. De oude toegangspoort, de Penitentenpoort, is genoemd naar het Penitentenklooster uit de 16e eeuw dat hierachter ooit lag. Petrus Regout, ondernemer in glas en aardewerk, verhuisde in 1827 naar een groot pand aan de Boschstraat (rechts van de boog) tegenover het Bassin. Hier bouwde hij zijn industriële imperium op, onder meer in het ‘kolossaal’ huis in de tuin van Boschstraat 1301. Zijn glasblazerij werd gebouwd op de plaats van weer andere panden aan de Boschstraat. In 1862 lagen in deze regio maar liefst zeventig fabrieksgebouwen en toeleveringsbedrijven. We vervolgen de route door op de Boschstraat over te steken richting Sint-Theunisstraat: Op de hoek stond de Cité Ouvrière, een verdwenen monument, in 1863 gebouwd en in 1938 afgebroken. Het gebouw telde zeven verdiepingen met tweeënzeventig woningen van een of twee kamers en zestien ‘privaten’. Nieuw voor die tijd was de aanwezigheid van een lijkenhuis zodat de kamerbewoners hun ruimte niet meer hoefden te delen met een overledene, totdat deze gekist werd. In 1903 woonden er liefst 266 personen. VERVOLG WANDELING>> Boschstraatkwartier oost: Deze nieuwe woonwijk achter de SintTheunisstraat ligt op de plaats van een verkrotte arbeiderswijk. Aan het eind van de jaren 1960 kwam de vernieuwing van de binnenstad Boschstraat-Oost in de belangstelling. Dit terrein van arbeiderswoningen, woonkazernes, opslagplaatsen, bedrijfjes, werkplaatsen en winkels was verpauperd. De buurt zou afgebroken worden. Er ontstond bezwaar tegen het zinloos slopen van monumentale panden. Er was zelfs sprake van het dempen van het Bassin. Door de vele bezwaarschriften, moest de gemeente haar plannen aanpassen en werden enkele waardevolle jonge monumenten gespaard. In 1978 startte de bouw van deze nieuwe woonbuurt. In de Sint-Theunisstraatvervolgen we de route linksaf naar Het Bassin. In 1824 werd begonnen met het uitgraven van het Bassin. In 1826 kwam het Bassin gereed als overslaghaven tussen de Zuid-Willemsvaart en de Maas, waardoor de stad als overslagplaats een aantrekkelijke vestigingsplaats voor nieuwe fabrieken werd. De goederenoverslag won aan betekenis nadat in 1850 het kanaal van Luik naar Maastricht werd geopend. Ook de aanleg van de stenen kademuren in 1857 versterkte de economische betekenis van het Bassin. Door de aanleg van het Juliana kanaal in 1929 verloor de smalle Zuid-Willemsvaart en dus het Bassin aan belang. Bij de sanering van het Boschstraatkwartier is de korte wand aan de Boschstraatzijde gesloopt. In 2000 is de havenkom bereikbaar gemaakt voor de recreatievaart. De hoofdsluis aan de Maas is daartoe weer gangbaar. Het Veemgebouw: Aan de zuidelijke kadewand staat het voormalige pakhuis van het ‘Maastrichtsch Veem’. Een veem is een onderneming, belast met het sorteren, opslaan en bewaren van goederen in een pakhuis. Dit veem is in 1860 gebouwd in een markante neo-romaanse bouwstijl: de vensters bestaan uit twee gekoppelde rondboogramen, die gevat zijn in een segmentboog; zes halfzuilen verdelen de gevel en lopen aan de bovenzijde uit in een boogveld; de zolder-verdieping heeft halfronde stalen vensters. Het pakhuis heeft een hoog zadeldak met vier dakkapellen en een centraal geplaatste hijsinstallatie. In de centrale as van de voorgevel zijn ter plaatse van de voormalige stalen hijsluiken moderne terrasdeuren aangebracht. Op de begane grondverdieping bevinden zich hardstenen gevelstenen met de inscripties ‘GebrS’ en ‘1860’. Na restauratie werd het veemgebouw ingericht met woningen. De noordzijde van het Bassin: Hier ligt het voormalig havenkantoortje. De schippers moesten er bij de havenmeester het lig-geld betalen. Na de renovatie van het Bassin werd de functie van dit havenkantoortje in ere hersteld. Het ketelhuis: Het witte gebouw aan de overzijde van het Bassin gedekt door een zadeldak, telt drie verdiepingen. De bakstenen gevels zijn met siermetselwerk gedecoreerd. In de kopgevel aan de oostzijde bezit de nok een jaarsteen met het jaartal 1910. Dit is het bouwjaar van de voormalige electrische centrale van de aardewerkfabriek Sphinx: het ketelhuis. Het bouwwerk lag aanvankelijk als een vrijstaand gebouw aan het Bassin. In de centrale stonden oorspronkelijk twee stoommachines. De Timmerfabriek: Op de hoek van het Bassin en de Boschstraat liggen de voormalige werkplaatsen van Sphinx, de voormalige timmerfabriek gebouwd in 1905. Het bouwwerk bestaat uit een grote rechthoekige hal met twee verdiepingen, die door dwarsgeplaatste glaskappen van licht wordt voorzien. Het interieur heeft langgerekte vides, die het daglicht tot op de begane grondverdieping kan brengen. Aan onze zijde ligt een lager bouwblok dat slechts een enkele bouwlaag omvat. Ketelhuis en werkplaatsen zijn via een tunnel verbonden met het Eiffelgebouw. Dit werd in 1929 gebouwd voor de productie van sanitair. Het was in ge- wapend beton geconstrueerd en telde zeven verdiepingen. Het gebouw dankt aan die hoogte ook de benaming ‘Eiffel’. Het is in drie bouwcampagnes tot stand gekomen (van1929-1941). De bouwdelen bezitten een skeletbouwconstructie van gewapend beton, waarbij de vloeren gedragen worden door paddestoelkolommen. Het laatste bouwdeel heeft een staalconstructie. We vervolgen onze route door bij de stoplichten de Boschstraat over te steken en langs de fabrieksmuur tot Boschstraat 24 te lopen. Hier lag de Sphinx-showroom.De fraaie rococopoort met rocailles gaf tot voor kort toegang tot de Sphinx-toonzalen uit de jaren 1950. WWW.ZICHTOPMAASTRICHT.NL is de vernieuwende manier waarop de stad Maastricht en de erfgoedinstellingen omgaan met de geschiedenis. Startpunt is de actuele betekenis van oude en jonge plekken, gebouwen, voorwerpen en gebeurtenissen. Die vertellen elk hun eigen verhaal. Al die verhalen samen vertellen de geschiedenis van de stad en haar inwoners. Via tijdlijnen, plattegronden en thema’s worden verbanden gelegd, oorzaken en gevolgen getoond. U kunt uw eigen pad volgen door de geschiedenis. ZICHT OP MAASTRICHT IS MEER De Maastrichtse instellingen stemmen regelmatig hun programma’s op elkaar af rond een thema. Via exposities, publicaties, lezingen, rondleidingen of educatieve programma’s wordt dit thema belicht. Het eerste thema is ‘Sphinx- plaats van herinnering’ waarbij allerlei aspecten van de geschiedenis van de oudste keramische fabriek in de stad, onder de loep worden genomen.