reactietype additiereactie C=C + Br2 → Br-C-C

advertisement
reactietype
additiereactie
endotherme reactie
exotherme reactie
fotosynthese
(20)
halfvergelijking oxidator
halfvergelijking reductor
Ag  Ag+ + e –
Cl2 + 2e -  2 Cl -
heterogeen evenwicht
CO2(aq) D CO2 (g)
homogeen evenwicht
N2O4 (g) D 2 NO2 (g)
indampvergelijking
2 Na+ (aq) + CO32- (aq)  Na2CO3 (s)
kraakreactie
C10H22  C8H18 + C2H4
neerslagreactie
onvolledige verbranding
Ag+ + Cl‑  AgCl
2 C3H8 + 7 O2  6 CO + 8 H2O
oplosvergelijking
Na2CO3 (s)  2 Na+ (aq) + CO32- (aq)
polymerisatie
n C=C  - (C – C)n -
redoxreactie
2 Ag + Cl2  2 AgCl
verestering
vergisting
vetharding
volledige verbranding
CH3OH + HCOOH D H3C-O-COOH +H2O
in aanwezigheid van gistcellen wordt glucose omgezet in ethanol en koolstofdioxide
proces waarbij een (vloeibare) olie verandert in een (vast) vet
CH4 + O2  CO2 + H2O
zuurbase
H+ + OH -  H2O
faseovergang
condenseren
(7)
rijpen
H2O (g)  H2O(s)
smelten
stollen
sublimeren
H2O (s)  H2O(l)
verdampen
H2O (l)  H2O(g)
vervluchtigen
H2O (s)  H2O(g)
scheidingsmethoden
bezinken/centrifugeren
destillatie
extractie
filtratie
indampen
(5)
mengsels
alliage
emulsie
nevel
onverzadigde oplossing
oplossing
rook
schuim
suspensie
troebeling
verzadigde oplossing
(10)
ontledingsmethoden
electrolyse
fotolyse
hydrolyse
thermolyse
pyrolyse
(5)
bindingen
apolaire atoombinding
atoombinding
ionbining
molecuulbinding
polaire atoombinding
vanderwaalsbinding
waterstofbrug
zwavelbrug
(8)
formules
aantal mol
aantal mol
concentratie
dichtheid
massa
molaire massa
volume
(7)
= m/M
polymeren
eiwitten
pe
pp
pvc
zetmeel
(5)
een polymeer gevormd door koppeling van aminozuren
polyetheen
polypropeen
polyvinylchloride
een voorbeeld van een polysacharide
C=C + Br2  Br-C-C-Br
reactie waarvoor voortdurend energie (bijvoorbeeld in de vorm van warmte, geluid, licht, enz.) nodig is.
reactie waarbij energie (bijvoorbeeld in de vorm van warmte, geluid, licht, enz.) vrijkomt
6 CO2 + 6 H2O  C6H12O6 + 6 O2
H2O (g)  H2O(l)
bijvoorbeeld bevriezen
H2O (s)  H2O(g)
scheiden op grond van verschil in dichtheid
scheiden op grond van verschil in kookpunt (voor vloeistoffen)
scheiden op grond van verschil in oplosbaarheid
scheiden op grond van verschil in deeltjesgrootte
scheiden op grond van verschil in kookpunt (voor vaste stof(fen) in vloeistof(fen))
ander woord voor legering; een voorbeeld is natriumamalgaam
een mengsel van vloeistoffen die niet in elkaar oplossen
kleine druppels vloeistof zweven in een gas
een oplossing waarin nog niet de maximale hoeveelheid van een stof is opgelost
een helder mengsel
kleine deeltjes vaste stof zweven in een gas
belletjes van een gas zweven in een vloeistof
een mengsel van één of meerder vaste stoffen in 1 of meerdere vloeistoffen
een suspensie of een emulsie
een oplossing waarin de maximale hoeveelheid van een stof is opgelost
ontleden met behulp van electrische energie
ontleden met behulp van licht
ontleden met behulp van water; er staat minimaal één watermolecuul voor de pijl
ontleden met behulp van warmte
ontleden van biomassa door verhitten in afwezigheid van zuurstof
een binding tussen twee atomen via een gemeenschappelijk electronenpaar dat door beide atomen volledig wordt gedeeld
een binding tussen twee atomen via een gemeenschappelijk electronenpaar
aantrekkingkracht tussen positief en negatief geladen deeltjes
een aantrekkingskracht tussen moleculen
een binding tussen twee atomen via een gemeenschappelijk electronenpaar dat dichter bij het ene dan bij het andere atoom ligt
een molecuulbinding die sterker is naarmate de molecuulmassa hoger is
een extra binding die bij moleculaire stoffen met een OH en/of een NH groep (naast de vanderwaalsbinding) voorkomt
een atoombinding tussen twee zwavelatomen die bijvoorbeeld ketens van polymeren onderling koppelen
= conc * V
= n/V
= m/V
=n*M
= m/n
= m/ dichtheid
Download