Functie van de getallen Het getal als aanduiding van een hoeveelheid. Vb Ik heb vijf jurken in de kast. Het getal als aanduiding van een rangorde. Vb. ik zit op de 2de bank van de 1ste rij. Het is 6 november. Het getal als aanduiding van een verhouding. Het getal als maatgetal. Vb. Ik rijd elke dag 50km met de wagen. De school begint om 8u30. Het getal als code. Vb. mijn telefoonnummer is 015/ 55 08 28