Sportvissen - Scholieren.com

Sportvissen
Jonathan Walraven
Stadhouder Willem III school
31-10-2014
2
Inhoudsopgave
1.
Inleiding
2.
De geschiedenis van sportvisserij
3.
Benodigheden
4.
Topsort en de bijbel
5.
Soorten vissen
6.
De vispas
7.
Bekende sportvissers
8.
Slot
9.
Literatuurlijst
3
Inleiding
Dag beste lezer.
Fijn dat je mijn werkstuk wil lezen. Ik ben Jonathan Walraven en ik zit in groep
8. Ik heb dit werkstuk gemaakt omdat het een opdracht was voor taal, dit moest
over sport gaan . Ik ben op het onderwerp gekomen omdat sportvissen een van
de meest beoefende sport is ,en het is ook een van mijn grootste hobby’s. Zelf
weet ik er al best veel van. Is dat bij u ook zo dan hoop ik dat u er ook nog wat
van leert. En als u er nog niet zo veel van weet, kunt u er mischien nog wel veel
van leren, lees daarom snel mijn werkstuk en laat uw gaan vissen naar nieuwe
weetjes.
4
De geschiedenis van sportvissen
Aan het begin van de 20ste eeuw veranderde de sportvisserij van een bezigheid
van de betere kringen naar een bezigheid van het normale volk. Op 11 augustus
1906 werd de algemene hengelaars bond (AHB) opgericht in Amsterdam. AHB en
NVVS (Nederlandse verenging van sportvissersorganistatie) deden hun best
voor verandering van deze sport van de betere kringen naar een bezigheid van
het normale volk.
In de algemene visserijwet van 1963 werd afgesproken dat er ieder jaar een
gesloten tijd kwam. Dit houd in dat er een tijd kwam waar je niet in mocht vissen
met slachtproducten, wormen, doodaas en kunstaas. Er is ook een dag gekomen
die hier aan herinnert: de nationale hengeldag.
Vroeger was vissen niet echt iets voor de sport, maar dat was vaak meer voor
het beroep. Later rond 1800 werd het meer voor de sport, maar toen was het
nog ook wel oom geld te verdienen en om gewoon vis te eten, toen kwamen ook de
vissersboten en de kotters naar voren. Maar daarna rond het begin 1900
begonnen de mensen echt voor hun plezier te vissen.
5
Benodigdheden
Sportvissen kan je op heel veel soorten vissen doen en voor elke vis heb je bijna
wel andere dingen nodig. Dus voor sportvissen heb je soms veel en soms weinig
nodig. En je hebt ook bijna overal verschillende merken bij, zelf vind ik SPRO
het best. Ik noem 3 verschillende soorten sportvissen en de
benodigdheden op.
Als 1ste voor vissen op snoek:
1. een werphengel met molen
2. gevlochten- of nylonlijn
3. stalen onderlijn
4. doodaas, kunstaas of voer
5. een visnet
6. onthaaktang
Als 2de wil ik wat vertellen over de benodigdheden van karpervissen:
1. een werphengel
2. een (karper)molen
3. nylonlijn
4. karperpennen (dit zijn
de dobbers)
5. haken
6. lood (voor goede diepte)
7. aas (bijv. mais, erwten,
bollies enz.)
8. onthaakmat
9. hengelsteun
10. een groot visnet
6
Als laatste wil ik vertellen wat de benodigdheden voor meervalvissen zijn:
1. Een meerval hengel (extra sterk), met een molen
2. Een Bellyboat of gewone boot met een dieptemeter
(voor het zien van de vis)
3. Stalen onderlijn
4. Een onthaaktang en
Handschoenen
(tegen het bijten)
5. Een waterpak
6. (Meerval) pluggen
7. Kwakhout (voor het aandacht trekken van het dier)
Nu heb ik nog alleen maar de basis benodigdheden benoemt. Je kan dus nog veel
meer erbij kopen als je het groter wil maken, maar het hangt er ook van af in
welke positie je wil vissen bijv. op het water of op het land of in een groot meer
of in een kleine rivier.
7
Topsport en de bijbel
In de bijbel staat eigenlijk dat je niet aan lichamelijke oefeningen mag doen,
behalve in Timotheüs 4:8: ‘Want de lichamelijke oefening is tot weinig nut; maar
de godzaligheid is tot alle dingen nut, hebbende de belofte des tegenwoordigen
en des toekomenden levens.’ Maar daarna staat er nog iets in dit hoofdstuk dat
er eigenlijk bij hoort dat zijn deze woorden: ‘Heb acht op uzelven en op de leer;
volhard daarin; want dat doende, zult gij en uzelven behouden, en die u horen.’
’Vaak onderhouden topsporters deze regels niet, want ze zijn vaak bijna dag en
nacht bezig met hun sport en daarom ben je dan ook nooit met God bezig. Maar
dit valt ook onder zondagsontheileging, dat staat in gebod 4 van de wet des
Heeren. En veder worden veel topsporters ook vereerd door supporters. maar in
het eerste gebod in de wet des Heeren staat dat je geen andere goden mag
hebben en als topsporter moet je lichaam ook vaak aan een aantal eisen voldoen
zoals mager zijn enzovoorts.
8
Soorten vissen
In dit hoofdstuk wil ik graag wat vertellen over de soorten vissen. De twee
grootste soorten vissen zijn de zoutwatervis en de zoetwatervis. Dit word ook
weer op gesplist in de roofvis en de aasvis.
Dit zijn alle zoetwatervissen: de beekprik,de rivierprik,de zeeprik, de
Atlantische steur, de Russische steur, de Siberische steur,de sterlet, de aal
(paling), de fint, de elft, de spiering, de houting, de grote marene, de kleine
marene,de zalm, de zeeforel,de beekforel, de regenboogforel, de bronforel, de
vlagzalm, de snoek, de brasem, de blankvoorn, de ruisvoorn, de brasem, de
kolblei, de donaubrasem, de blauwneus, de karper, de spiegelkarper, de
kruiskarper, de graskarper, de zilverkarper, de grootkopkarper, de zeelt, de
kroeskarper, de giebel, de goud vis, de alver, de gestippelde alver, de roofblij, de
serpeling, de winde, de kopvoorn, de sneep, de barbeel, de riviergrondel, de
witvingrondel, het vetje, de bittervoorn, de elrits, blauwband, de grote
modderkruiper, de kleine modderkruiper,het bermpje, de meerval,de bruine
Amerikaans dwergmeerval, de zwarte Amerikaanse dwergmeerval, de Afrikaanse
meerval, de kwabaal, de gup, de driedoornige stekelbaars,de tindoornige
stekelbaars,de baars, de snoekbaars, de pos, de zonnebaars,de rivierdonderpad,
de marmergrondel,de zwartbekgrondel, de Kesslers grondel, de pontische
stroomgrondel, de bot, de diklipharder, de dunlipharder, en de goudharder.
Dit zijn er 76 maar dat zijn alleen nog maar de zoetwatervissen. Daarbij komen
ook nog 125 zoutwatervissen dus dit zijn er 201 bij elkaar, maar dat zij nog
alleen nog maar de vissen die al ontdekt zijn, het kan ook dat er in de toekomst
nog meer soorten worden ontdekt, hoewel de meesten soorten al wel zijn
ontdekt.
Deze vissen leven in zout water : de aal* (paling), de adderzeenaald, de
ansjovis, de Atlantische steur*, de blonde grondel, de bot, de botervis, de
braam, de brakwatergrondel, het dikkopje, de diklipharder*, de dikrugtong, de
doornhaai, de driedoornige stekelbaars*, de driedradige meun, de dunlipharder*,
de dwergbolk, de dwergbot, de dwergtong, de elft*, de Engelse poon, de fint*,
de franse tong, de geep, de gehoornde slijmvis, de gevlekte gladde haai, de
gevlekte griet, de gevlekte lipvis, de gevlekte rog, de gladde haai, de glasgrondel,
de goudbrasem, de goudharder*, de grauwe poon, de griet, de groene
zeedonderpad, de grote pieterman, de grote zeenaald, de haring, de haringhaai,
9
het harnasmannetje, de heek, de hondshaai, de horsmakreel, de houting*, de
kabeljauw, de kathaai, de kever, de kleine koornaarvis, de kleine pieterman, de
kleine zeenaald, de kleurige grondel, de knorrepos, de kongeraal, de koolvis, de
koornaarvis, het kortsnuitzeepaardje, de kristalgrondel, de lange schar, het
langsnuitzeepaardje, de leng, het lichtende sprotje, de lozanos grondel, de
maanvis, de makreel, de mul, de Noorse meun, de Noorse zandspiering, de
paganelgrondel, de pijlstaartrog, de pitvis, de pollak, de puitaal, de rasterpitvis,
de regenboogforel*, de reuzenhaai, de rivierprik*, de rode poon, de ruwe haai, de
sardien, de schar, de schelvis, de schol, de schurftvis, de slakdolf, de slijmvis, de
smelt, de snotolf, de spiering, de sprot, de steenbolk, de stekelrog, de sterrog,
de tarbot, de tong, de tongschar, de trekkervis, de vierdradige meun, de
vijfdradige meun, de vleet, de vorskwab, de voshaai, de wijting, het witje, de
zalm*, de zandspiering, de zeebaars, de zeebrasem, de zeedonderpad, de
zeeduivel, de zeeforel*, de zeekarper, de zeeprik*, de zeestekelbaars, de
zeewolf, de zonnevis, de zwarte grondel+ en de zwartooglipvis
Zoals je misschien al opgevallen is dat de vissen met het sterretje er twee keer
in staat dit betekent dat deze vis zowel in zout en zoet water kan leven, vaak
komen deze vissen dan door zout water naar zoet water zoals de paling.
10
De vispas
Als sportvisser boven de 5 jaar moet je eigenlijk altijd een vispas hebben,
behalve als je jonger bent dan 14 en je bent met een volwassen mee dan mag je
wel zonder vispas vissen. Je heb 2 soorten vispassen, de jeugdvispas voor
mensen van 5 tot 14 jaar. En de gewone vispas voor de oudere mensen. Met een
vispas (maakt niet uit welke van de twee) mag je altijd maar met 2 hengels
vissen. Dat houd ook in dat je maar met 1 hengel met kunstaas mag vissen, dat
betekent dus dat de andere hengel met gewoon aas moet voorzien zijn.
De vispas is gemaakt door de grootste visvereniging: de Nederlandse
sportvisserij. Deze vereniging controleert ook de visbewijzen. Dit wordt gedaan
door de zogenaamde groene Boa’s dat betekent: buitengewone opsporing’s
ambtenaren. Naast de vispas moet je ook altijd een bewijs van lidmaatschap
hebben van een visvereniging en de lijsten van viswateren.
Op een vispas staan deze gegevens:
1. Je naam.
2. Je straatnaam en huisnummer.
3. Je postcode en woonplaats
4. De visvereniging waar je lid bent
(links onderin)
5. Registratienummer
(rechts onderin)
Op je vispas kan je ook nog een soort aantekening krijgen.
Maar hier voor moet je wel betalen. Et is een stikker op de
achterkant van je vispas,dit is voor nachtvissen en vissen met
een derde hengel.
Zelf heb ik ook een vispas, en ben ik lid van HSV
(hengelsportvereniging) de Alver in Giesenburg. Deze
vereniging heeft ook zijn eigen stekken in de Alblaserwaard.
Dit zijn vaak vlonders of steigers.
11
Bekende sportvissers
Een van de bekendste sportvissers is Ed Stoop
Ed is presentator van vis tv, samen met Marco Kraal
zijn er al heel wat filmpjes uit gekomen. Dit verteld
hij van zich zelf: ‘Ik ben geboren op 11 april 1952, ik
heb geen kinderen en nog altijd een geboren en
getogen Hagenees (iemand uit Den Haag). Ik kreeg
het vissen met de paplepel ingegoten door vader die
inmiddels 86 jaar oud is en nog ongeveer zes dagen van de week
vist.’ Ed werkt bij sportvisserij Nederland en heeft al 19 TV
programma’s gemaakt op het programma VISTV.
Veder werkt Ed ook mee aan het visblad, de stekkie en andere tijdschriften.
Ook doet Ed elk jaar mee aan WK sportvissen samen met nog
meer andere sportvissers.
Heb jij/u nog een vraag stel hem dan aan Ed. Want dan wordt
die misschien wel beantwoord in een aflevering.
Een andere bekende visser is Jan van Schendel.
Jan van Schendel is 56 jaar geleden geboren. Hij zegt: 'Als vissen bij iemand in
zijn bloed zit dan moet dat wel bij mij zijn.' Toen hij vier was viste hij al veel en
toen hij 14 jaar was werd hij lid bij een club en deed hij mee aan wedstrijdeden.
Hij vist vooral wedstrijden. Afgelopen winter waren dat er 55 daarnaast is hij
coach. In totaal viste hij meer dan 3000 wedstrijden.
Jan wil vooral grote vissen vangen en veel
prijzen winnen. Het gaat er minder om dat
hij er veel vangt. Zijn grootste doel was en
is: Internationaal vissen in nationale
teams en daarbij te winnen.
12
Slot
Ik vond het leuk om dit werkstuk te maken, maar het was wel echt druk. Je
moest best wel veel doen maar het is gelukkig klaar. Ik wil als allereerste de
meester bedanken voor de hulp, daarna mijn zus Klazien. Bedankt voor het
helpen, zonder jou was het echt niet af gekomen!! En mamma ik wil u ook
bedanken. En natuurlijk wil ik ook u/jou bedanken voor het lezen van mijn
werkstuk over sportvissen.
Ik hoop dat u/jij veel van mijn werkstuk geleerd heb. En als u/jij er nog niet
zoveel interesse in had dan hoop ik maar dat uw/jou interesse hier door is
aangestoken om ook te gaan vissen.
Veel groetjes van alle vissen en Jonathan Walraven
(PS:De hengelsportzaken wachten op u.)
13
Literatuurlijst
www.dewitvisser.nl
www.geloofshelden.nl
www.goeievraag.nl
www.online-bijbel.nl
www.sportvisserijnederland.nl
www.stekkie.nl
www.vistv.nl
De Nederlandse zeevissen
Auteur: Nederlandse sportvisserij
De Nederlandse zoetwatervissen
Auteur: Nederlandse sportvisserij
14
Flaptekst
Dit werkstuk gaat over sportvissen. Ik wil u meer vertellen over de geschiedenis
van het sportvissen, maar ook over het sportvissen zelf en wat je nodig hebt om
te vissen.
Ik heb het werkstuk in 9 hoofdstukken verdeeld en er veel plaatjes bijgezocht
waardoor je precies snapt waar ik het over heb. Hierdoor is het ook makkelijker
om mijn werkstuk te lezen.