- Scholieren.com

advertisement
Geschiedenis Samenvatting
3. 1 Je eigen volk en je eigen land
Balkan



gebied in zuid-oost Europa
Turken vallen de Balkan binnen en veroverde veel gebieden.
Osmaanse Rijk - Oostenrijk-Hongarije
Osmaanse Rijk



De staat van de Turken
Veelvolkerenstaat
Sultan
Landen wilden zich los maken van het Osmaanse Rijk (de Turken), terwijl OostenrijkHongarije er een land bij kreeg, Bosnië-Herzegovina (een land met veel verschillende
geloven, ook Servisch). Servie vond het moeilijk dat een deel van de bevolking bij
Oostenrijk-Hongarije hoorde. Rusland stond achter Oostenrijk-Hongarije, vanwege het zelfde
geloof en cultuur.
Rusland





Tsaar: keizer van Rusland
Slavische taal, daarom steunde ze Servië
Orthodox-Christelijk (net als servie)
De balkan was belangrijk voor rusland vanwege economische en strategische
redenen: namelijk de havens
Moeilijk de havens te bereiken, dus wilden ze Turkije bezetten.
OH, OR, Rusland gingen bondgenootschappen zoeken, want ze voelde zich niet veilig.
OH- Duitsland, Turkije (OR) Centralen
Rusland – Frankrijk, Engeland Geallieerden
Een jongeman pleegde de eerste moordpoging, maar die mislukte. Toen kwam Princip, die
wilde alle Serviërs weer in één land, dus vermoorde hij de kroonprins van OostenrijkHongarije (en zijn vrouw).
Zo leidde dit tot een oorlogsverklaring van OH aan Servië.
3.2 Oorlog en Revolutie
OH ging Servië aanvallen, maar hij wist dat hij dan ook oorlog zou krijgen met rusland en
frankrijk. Hij wilde geen tweefrontenoorlog, dus bedacht hij het Von Schlieffenplan; Duitse
strategie om een tweefrontenoorlog te voorkomen dooreeen snelle opmars in Frankrijk,
terwijl de Russen nog aan het mobiliseren zijn.
Bijna iedereen dacht dat de oorlog met de moderne oorlogsschepen, snelle kanonnen, de
mitrailleur en de spoorwegen maar een paar weken zou duren.
De Russische mobilisatie was sneller verlopen dan de Duitsers hadden gedacht. Toch
leedden de Russen bij Oost-Pruisen grote verliezen. De Duitsers wilden door Frankrijk
richting Parijs, maar de Belgen verzetten zich fel en Engeland verklaarde daarbij ook de
oorlog aan Duitsland. Dus door de felle belgen, strijd aan het oostfront (met rusland) en de
Engelse troepen vertraagde de Duitse opmars ernstig. Uiteindelijk toch een
tweefrontenoorlog.
De duitsers hadden zich op het front beschermd door middel van loopgraven met
prikkeldraad ervoor. Maar ook de Fransen maakten hier gebruik van. Op die manier was het
moeilijk een stuk land te winnen, want kwam je uit je loopgraaf dan was de kans vrij groot
dat je werd neergeschoten.
Op zee waren de Engelse de baas, maar de Duitsers hadden veel onderzeeërs van de
Geallieerde getorpedeerd, waardoor de geallieerde landen zonder voedsel en grondstoffen
zaten.
Februarirevolutie
Rusland werd geregeerd door de tsaar Nicolaas ll, op een harde manier. Wel was er een
parlement gekomen, de Doema, maar die hadden weinig te vertellen. Het grootste deel van
de bevolking was een arme boer. Hun grond bracht niet veel op, want de
grootgrondbezitters investeerde niet in modernisering van de landbouwproducten. Ook de
arbeiders in de industrie hadden het zwaar. De Russen leden voortdurend nederlagen tegen
de Duitsers. Door de opmars van de Duitsers ging er veel landbouwgrond verloren en
ontstonden er voedseltekorten. De tsaar kreeg steeds vaker de schuld. De bevolking kwam in
opstand. De februarirevolutie brak uit. De tsaar werd afgezet en er kwam een Voorlopige
Regering. Toch zette die regering de oorlog voort.
Oktoberrevolutie
De Russen riepen Lenin en Trotski op om de revolutie voort te zetten. Alle fabrieken en
landgoederen moesten worden onteigend en tot gemeenschappelijk bezit gemaakt worden.
Die ideeën hadden ze van Karl Marx en Friedrich Engels. Duitsland stuurde Lenin naar
Rusland met wat geld, om de revolutie voort te zetten, zodat er nog meer onrust kwam in
Rusland. Russische soldaten verlieten het front, want ze wilden de grondverdeling niet
missen. Lenin en Trotski vonden dat het land rijp was voor de communistische revolutie. Met
hun oktoberrevolutie kwamen de communisten aan de macht. Lenen sloot met de Duitsers
de Vrede van Brest-Litovsk. Rusland stopte met de oorlog, en verloor zo veel grondgebied.
3.3 Wapenstilstand en Vrede
In de oorlog op zee werden ook Amerikaanse schepen geraakt, dus toen besloot Wilson dat
Amerika ook mee moest vechten, voor de vrede op de wereld. Nu werd het echt een
WERELDoorlog. Nu konden eindelijk de geallieerden door middel van Amerikaanse troepen
en hun tanks de Duitsers tegen aanvallen. Wilhelm ll (koning, keizer? Duitsland) kreeg asiel
in Nederland en uiteindelijk kwam er een wapenstilstand. Duitsland moest de Vrede van
Versailles (Diktat) ondertekenen. Hierin kreeg Duitsland de schuld van de oorlog, verloor
veel gebieden en moesten herstelbetalingen voldoen. Ook OH en OR werden gestraft.
3.4 Rusland een Sovjetstaat
Lenin had nu wel de macht, maar was dat wel volgens de theorie van het marxisme? Die
theorie vormde immers de basis van de partij waartoe hij en andere revolutionairen
behoorden, de Russische Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (RSDAP). Als de tijd rijp was
zouden volgens Marx de verarmde industriearbeiders (het proletariaat) in een spontane
revolutie de macht grijpen. Alle industrie zou dan gemeenschappelijk bezit worden. Dat zou
tot het socialisme leiden. Marx verwachtte zijn revolutie alleen in verontwikkelde landen
zoals Engeland, dus niet in Rusland. Binnen de Russische Socialistische partij (RSDAP) was er
een tweestrijd over de mogelijkheid van een revolutie in Rusland. Op een congres hadden de
aanhangers van Marx’ opvatting dat pas na industrialisatie en verdere verarming van de
bevolking er vanzelf een revolutie zou uitbreken, verloren. Daarom werd hun stroming
mensjewieken genoemd. De bolsjewieken van Lenin en Trotski bepaalden voortaan de
partijlijn: Rusland was al aardig op weg met de industrialisatie, vonden zijn. Goed opgeleiden
konden het proletariaat leiden en zo de revolutie voorspoedigen.
Het was duidelijk dat de revolutie een typisch Bolsjewistische zet was. Een deel van de
mensjewieken sloten zich nu aan bij Lenin en zijn partij. Iedereen dacht anders over deze
revolutie; liberalen vonden dat ze moesten afwachten en dan pas een democratische
regering vormen, grootgrondbezitters wilden hun landgoederen en hun tsaar terug,
fabriekseigenaren wilden hun fabriek niet afstaan etc. Veel Russen waren het niet eens met
deze oktoberrevolutie.
Deze tegenstanders van de oktoberrevolutie vormden legertjes en gingen als de Witten
(want hun machtbasis lag in Wit-Rusland) met de communisten, de strijd aan tegen de
Roden. Zo kreeg je een burgeroorlog. Lenin liet de tsaar en zijn gezin vermoorde, zodat de
Witten de tsaar niet meer terug konden krijgen. Nu hadden de bolsjewieken (de roden) de
macht in handen en noemde zich de communisten. Lenin en Trostki vonden de burgeroorlog
gevaarlijk en bedachten het oorlogscommunisme. Op bevel van de communisten moesten
de arbeiders overal inzetbare arbeiderslegers vormen. De arbeiders kregen dan betaald in
voedsel, kleding en huisvesting.
Het oorlogscommunisme werkten echter niet. De verwoestende burgeroorlog eiste zijn tol,
waardoor Lenin en zijn partij een stapje terug deden. Toen kwam de Nieuwe Economische
Politiek (NEP). Boeren mochten zelf hun producten verkopen en de opbrengst houden.
Kleine fabrieken werden privébezit. De handel kwam weer op gang en er was weer
voldoende voedsel in de stad.
Omdat rusland een veelvolkerenstaat was, was het moeilijk door het onafhankelijke gevoel
van iedere nationalist, de baas te blijven en het land bijeen te houden. Nieuwe naam werd
de Unie van Socialistische Sovjet-republieken. Zo gaven de bolsjewieken ook aan dat
iedereen op de wereld zich kon aansluiten bij deze Unie. Lenin voerde de dictatuur in. Toen
Lenin stierf bracht er een strijd om de macht los tussen Trotski en Stalin. Trotski was voor
een wereld revolutie, Stalin wilde eerst communisme in Rusland (sovjet-unie) verder
opbouwen. Uiteindelijk won Stalin.
3.5 Lenin en Stalin
Met propaganda probeerde Lenin tegenstanders af te schrikken. Stalin ging verder met het
versterken en moderniseren van zijn land. Stalin ontwikkelde een vijfjarenplan, waarin de
productie in landbouw en industrie werden voorgeschreven. De kleine boerderijen werden
in grote landbouwbedrijven – Kolchozen – samengebracht. Daar mochten boeren hun eigen
stukje land bebouwen. Er werden ook nieuwe landbouwbedrijven opgericht de sovchozen,
staatsbedrijven, waar boeren in loondienst werkten. Deze collectivisatie moest de agrarische
productie moderniseren en vergroten. De industrie voorzag de boeren van machines,
waardoor er meer productie kwam, goed voor de economie. Met de vijfjarenplannen
stimuleerde Stalin vooral de industrie, die hij als basis zag van de sovjet-unie. Er werden
talloze fabrieken gebouw. De infrastructuur werd sterk verbeterd en door mechanisatie en
collectivisatie werden overtollige boeren de industrie in gedirigeerd.
Als je tegen de collectivisatie was, liet Stalin gewoon hele regio’s verhongeren of werden
naar werkkampen gestuurd, die werden bestuurd door de Goelagarchipel. Miljoenen russen
vonden zo de dood. Stalin was bang voor medestanders die op zijn positie uit waren.
Daarom kwam er grote terreur als hij iemand niet vertrouwde. En door propaganda liet hij
mensen afschrikken zodat zij dat niet gaan doen. De sovjet-unie kreeg een totalitair systeem.
Download