7. AFWEER EN IMMUNITEIT INFECTIE • Bacteriën, virussen,… in de lucht, in ons voedsel,… Pseudomonas bacterie Tuberculose bacterie AFWEER • Niet-specifieke afweer Middelen die ons lichaam inzet tegen ALLE indringers • Specifieke afweer Gericht tegen ÉÉN bepaalde soort bacteriën, virussen,… NIET-SPECIFIEKE AFWEER 1. • • • • DE HUID Huidcellen zijn taai Productie van talg huidoppervlak zuur Huid wordt voortdurend vervangen Bacterieflora op onze huid NIET-SPECIFIEKE AFWEER 2. • • • DE NEUS Productie van slijm Lysozym tast celwand bacteriën aan Virussen dringen wel binnen verkoudheid NIET-SPECIFIEKE AFWEER 3. DE MAAG • Zuur milieu! • Uitzondering: Helicobacter pylori maagzweren NIET-SPECIFIEKE AFWEER 4. DE URINEBUIS EN GESLACHTSOPENING • Zuur milieu! • Urine is zuur • Vagina is zuur Lactobacillus vaginalis • Infectie: darmbacterie, tampon, wassen met zeep, SOA’s NIET-SPECIFIEKE AFWEER 5. VOORBIJ 1e BARRIÈRE • Infectie van cel productie van interferon waarschuwing omringende cellen productie van gepaste eiwitten NIET-SPECIFIEKE AFWEER 5. VOORBIJ 1e BARRIÈRE • Complemensysteem: eiwitten uit bloedplasma - lysis: oplossen van celwand van bacteriën - opsoniseren: eiwitten blijven plakken aan micro-organisme herkenbaar voor fagocyterende cellen - chemotaxis: aantrekken van B-cellen en T-cellen NIET-SPECIFIEKE AFWEER 6. FAGOCYTOSE DOOR WBC • • • • Wbc ontstaan uit stamcellen van beenmerg Fagocyten: macrofagen, granolucyten en dendrocyten Infectie bacterie scheidt stof af fagocyten door wand van haarvaten pijn, rood worden en opzwellen van weefsels ontsteking Fagocytose: fagocyten omsluiten bacterie en ruimen ze op etter SPECIFIEKE AFWEER 1. ANTIGENEN • Macromoleculen op celmembraan • Bacterie in lichaam herkenning d.m.v. antigenen wordt als vreemd ervaren • Voorwaarde: bacterie afgebroken door fagocytose • Antigenen gepresenteerd aan MHCmolecule migreert naar celmembraan contact met andere wbc SPECIFIEKE AFWEER 2. T-CELLEN • = lymfocyten • Gevormd in beenmerg en gerijpt in Thymus (= zwezerik) • Aan buitenkant: receptoren complementair met MHCantigeencomplex SPECIFIEKE AFWEER SPECIFIEKE AFWEER 2. T-CELLEN • 2 soorten: - T-helpercellen (TH) - T-killercellen (TC) SPECIFIEKE AFWEER 2. T-CELLEN • • TH-cellen scheiden cytokines af werken in op TC-cellen (+ B-cellen) TC-cellen scheiden cytotoxines af doelwitcellen worden afgebroken SPECIFIEKE AFWEER 3. B-CELLEN • = lymfocyten • Gevormd in beenmerg en gerijpt in Beenmerg • Aan celmembraan: antilichamen of immunoglobulines (Ig) kunnen loskomen SPECIFIEKE AFWEER 3. B-CELLEN • 4 eiwiteenheden + disulfidebindingen 2 identieke zware ketens 2 identieke lichte ketens • Verschillende types: IgA, IgG, IgM, IgE, IgD • Hoge specificiteit! SPECIFIEKE AFWEER 3. B-CELLEN • • Activatie door antigenen en cytokines vermenigvuldigen Dochtercellen: - plasmacellen produceren massaal antilichamen - geheugencellen immuniteit BLOEDGROEPEN • Celmembraan van rbc + antigenen • 4 verschillende soorten bloedgroepen – A: antigeen A – B: antigeen B – AB: antigenen A én B – O: geen antigenen ABO-bloedgroepensysteem BLOEDGROEPEN • In bloedplasma: antilichamen – A: anti-B – B: anti-A – AB: geen anti-A en anti-B – O: anti-A én anti-B • Bloedtransfusies: opletten! BLOEDGROEPEN BLOEDGROEPEN BLOEDGROEPEN • Rhesusfactor: antigeen op rbc – Rhesuspositief: antigeen (D) Rh+ – Rhesusnegatief: geen antigeen Rh- • Zwangerschap: opletten! VACCINATIE • • • • • Immuniteit: geheugen B-cellen 1798: Jenner onschadelijke koepokken 1880: Pasteur vaccinatie Nu: kinderziektes-vaccinatie Serumtherapie: antilichamen IMMUUNZIEKTEN 1. AUTO-IMMUUNZIEKTEN • Fagocyten: onderscheid tussen lichaamseigen en lichaamsvreemde stoffen • Soms vergissing: fagocyten vallen lichaamseigen stoffen aan • Vb. multiple sclerose ziekte van Crohn rheumatoïde artrose lupus IMMUUNZIEKTEN 2. ALLERGIE • Overgevoelige reactie op antigenen • IgE-productie mestcellen: productie van histamine neusslijmvlies, traanklieren, doorbloeding weefsels stijgt • Vb. hooikoorts: stuifmeel astma: huisstofmijt • Anafylactische shock IMMUUNZIEKTEN 3. IMMUNODEFICIËNTIE • Immuunsysteem verzwakt of uitgeschakeld • Aangeboren of door infectie • Vb. Aids: infectie van T-lymfocyten