ROKEN VEROORZAAKT EN VERERGERT PSORIASIS Het roken van tabak veroorzaakt psoriasis – het verband tussen oorzaak en gevolg is echter nog niet echt duidelijk. Naast alcohol, overgewicht, emotionele stress, medicatie of klimatologische factoren wordt roken ook beschouwd als stimulerende factor voor het optreden of verslechteren van psoriasis. Reeds aan het begin van de jaren 90 bleek uit onderzoeken dat rokers met een sigarettenconsumptie van circa 1 pakje per dag in vergelijking met niet-rokers ongeveer dubbel zo vaak aan psoriasis leiden. Hierbij kan echter (net als bij de aantoonbaar verhoogde alcoholconsumptie van veel psoriasispatiënten) niet onomstotelijk worden vastgesteld of het roken van tabak nu een oorzaak van de ziekte of een gevolg van de ziektegerelateerde belasting, of beide is. Hoewel een verband ondertussen duidelijk is aangetoond, is de precieze aard hiervan nog steeds niet opgehelderd. Verschillende onderzoeken met dit thema wezen uit dat er met name bij vrouwen en als het ging om pustuleuze (puisterige) veranderingen een significante samenhang met roken bestond. Hierbij werden aanwijzingen gevonden dat zich onder vrouwelijke psoriasispatiënten bijzonder veel rokers bevinden en onder mannelijke psoriasispatiënten eerder meer ex-rokers. Een zeer significant verband werd aangetoond bij palmoplantaire psoriasis en het roken van tabak. Hoewel de cijfers uiteenlopen, zijn ze in sommige gevallen indrukwekkend. Zo kon in een Zweedse studie worden aangetoond dat bij het begin van de ziekte 94 % van de patiënten rookte. Uit een andere studie bleek zelfs dat 56 van de 59 patiënten met palmoplantair psoriasis rokers of ex-rokers waren en dat deze allemaal reeds vóór het begin van de ziekte met roken waren begonnen. Studies in andere landen troffen twee- tot tienmaal zoveel rokers onder de psoriasispatiënten aan en een publicatie in het East African Medical Journal wijst erop dat deze cijfers in de Westerse wereld en de ontwikkelingslanden grotendeels overeenkomen. Daarnaast werden bij diverse speciale onderzoeken talrijke andere interessante aspecten met betrekking tot deze thematiek gevonden. Zo werd het roken ook met kwaadaardige aandoeningen geassocieerd. Een studie wees uit dat kankeraandoeningen die door het roken van sigaretten of consumptie van alcohol worden bevorderd bij psoriasispatiënten vaker voorkomen. Hierbij is echter niet duidelijk of dit aan het verhoogde aantal rokers onder psoriasispatiënten is te wijten of dat deze daarnaast ook een verhoogd kankerrisico hebben ten opzichte van niet-psoriatische rokers. Een andere studie wees uit dat bij roken in combinatie met PUVA-therapie bepaalde DNA-beschadigingen die kanker kunnen veroorzaken vaker voorkomen. Dit zou kunnen wijzen op een verhoogd risico op kanker door deze therapievorm. Door Zweedse onderzoekers werd een mogelijke reden voor het verband tussen palmoplantaire psoriasis en nicotineverslaving gevonden in de aangetaste huiddelen. Ze constateerden hier een verhoogd aantal nicotinegevoelige receptoren bij rokers met de ziekte in vergelijking met gezonde controlepersonen (rokers en niet-rokers). Deze receptoren zijn van doorslaggevende invloed op de celfunctie en de onderzoekers vermoeden dat patiënten met palmoplantaire psoriasis door dit speciale receptorpatroon in de huid een abnormale reactie op nicotine vertonen die zich als een ontsteking kan manifesteren. Er bestaan talloze en zwaarwegende bezwaren tegen roken. De mogelijkheid dat een maatregel als het stoppen met roken alleen met betrekking tot psoriasis al tot een duidelijke afname van het risico op de ziekte kan leiden, zou echter genoeg moeten zijn om patiënten en mensen die risico lopen aan het denken te zetten.