WAT DENK JE ZELF

advertisement
Mini informatie nr 186
LEES EN KIJK
1a. Dit boekje heet:
b. Het is nummer:
c. Het is geschreven door:
d. Het is getekend door:
2a. Als ze uit school komt drinkt Iris
b. Dennie drinkt soms bij het eten
c. Hayat kiest als ze jarig is
3a. Sinas smaakt naar
b. Cassis smaakt naar
4a. Er zit kleurstof in frisdrank omdat
b. In deze cola zit kleurstof nummer
5a. Koolzuurgas is
b. Prik in de limonade komt door
6. Je gaat boeren als je snel frisdrank drinkt omdat
7a. Hier wordt
b. volgorde:
8a. In een fles frisdrank zitten
b. Een frisdrank heet light als
gemaakt.
suikerklontjes.
9a. Sportdrank is wel/geen frisdrank.
b. Er zit
suiker in sportdrank.
10. Statiegeld krijg je terug als
11a. De eerste frisdrank werd gemaakt in
b. Coca-Cola is uitgevonden in
WAT DENK JE ZELF ?
1. Ik zou
nemen.
2. De serveerster denkt:
3. Ik drink
Ik mag niet
4. Melk is gezonder dan frisdrank omdat
5. Ik drink het liefst drinken met/zonder prik, omdat
6a. Ik heb wel/niet sportdrank gedronken.
b. Dat was
c. Ik heb dat wel/niet gemerkt.
7. De fabriek wil dat je lege flessen inlevert, omdat
8. Ik drink altijd light, omdat
Ik drink altijd light, omdat
Ik drink altijd light, omdat
DOE ER WAT MEE
1. Verzin een nieuwe frisdrank.
2. Maak reclame voor je frisdrank.
Download