Celorganellen

De kern (nucleus) Opslag van informatie voor cel en organisme
en regeling van celprocessen
Kernmembraan
Nucleolus
Kernplasma
Kernporie
Opslag informatie: in chromosomen (DNA aanwezig in kernplasma)
Regeling: overschrijving van actieve genen (transcriptie) in RNA
RNA verlaat de kern via kern poriën
transcriptie
Vertaling DNA in eiwitten: Translatie: in ribosomen
Voor eiwitten in cytoplasma: losse ribosomen, maar vaak eiwitten in
membraansystemen: op endoplasmatisch reticulum
Ruimte in ER
(staat nergens
in contact met
cytoplasma)
cytoplasma
Ruw ER (met ribosomen)
Glad ER (zonder ribosomen)
Functie ER: transport van stoffen (vooral eiwitten)
Door afsnoering kunnen kleine blaasjes naar andere membraansystemen manoeuvreren
Bijvoorbeeld golgisysteem)
In het golgisyteem kunnen eiwitten aangepast worden om hun functie te vervolmaken
Sommige blaasjes (lysosomen) bevatten verterende enzymen
Animatie
membraansystemen
Golgi systeem
Sommige blaasjes versmelten
met de celmembraan om hun
inhoud buiten de cel te
brengen (secretie)
Brandstof van de cel: glucose
Energiebron van celprocessen: ATP
Energiecentrale: Mitochondrium (meervoud mitochondriën)
C6H12O6+ 6O2 6CO2 en 6H2O
Energie
Binnenmembraan
buitenmembraan
ADP + Pi ATP
ATP ADP + Pi
In cel processen: Bijvoorbeeld: beweging, transport, opbouw moleculen
Chloroplasten hebben ook membraansystemen
Met de kleurstof chlorofyl kunnen ze de energie uit
licht gebruiken om ATP te maken, en die energie
gebruiken ze om van CO2 en H2O glucose te maken