Tot op dit moment is het document niet in te zien

B&W-nr.: 06.0033 d.d. 24-01-2006
Onderwerp
regulering leerlingaantallen openbare basisscholen Woutertje
Pieterse en Lorentz
BESLUITEN
Behoudens advies van de commi ssie
1.
2.
3.
4.
bijgaande notitie ‘regulering leerlingaantallen openbare basisscholen Woutertje Pieterse en
Lorentzschool’ vast te stellen en daarmee in te stemmen met de volgende uitgangspunten:

het maximaal aantal leerlingen in een schoolgebouw wordt bepaald door de ministeriële
richtlijnen;

uitbreiding van het schoolgebouw op locatie vindt niet plaats als de groei veroorzaakt wordt
door leerlingen uit een ander district;

het bestuur van de scholen formuleert beleid op basis waarvan de beide genoemde
uitgangspunten geëffectueerd kunnen worden.
dit besluit ter kennis te brengen aan de commissie Onderwijs en Cultuur;
hierbij motie nummer 1, RV 040057 over het stopzetten van de groei van de Woutertje Pieterse en het
formuleren voor het openbaar onderwijs van een toelatingsbeleid met de mogelijkheid van een
leerlingstop voor bepaalde scholen, voor ons college als afgedaan te beschouwen;
de Wethouders Van der Sande en Geertsema willen een aantekening geplaatst hebben dat ze tegen dit
besluit zijn.
Samenvatting
Door het formuleren van beleid zorgt het openbaar onderwijs ervoor dat ongewenste groei van scholen wordt
tegengegaan zonder in een uitzonderingspositie t.o.v. scholen van andere besturen te komen.
Raadsaanbiedingsformulier
Rv nr. (in te vullen door griffie):
Opsteller
Naam: Q.A. Doeswijk
Dienst:
C&E / Bureau Openbaar Onderwijs
Telefoon:
524 76 70
Verantwoordelijk portef.houder:
R. Hessing

Meningsvormend
B&W-besluit d.d: 24-01-2006

Besluitvormend
X
Informatief (t.k.n.)
Naam Programma + onderdeel: Onderwijs en Jeugd
Onderwerp:
Regulering leerlingaantallen openbare basisscholen Woutertje Pieterse en Lorentz
Voorgenomen besluit
Kennisnemen van het besluit van Burgemeester en Wethouders en de bijgevoegde notitie.
INHOUD
Aanleiding:
motie 1, RV 040057
Doel:
Begrenzen van het leerlingaantal van de Woutertje Pieterse en de Lorentzschool
Kader
In de gemeentelijke nota “Leerlingstromen” worden de afspraken tussen gemeente en schoolbesturen
aangegeven. In de notitie ‘regulering leerlingaantallen openbare basisscholen Woutertje Pieterse en Lorentz’
worden deze afspraken nader uitgewerkt.
Overwegingen
Voor beide scholen wordt het maximum aantal leerlingen bepaald. Uitbreiding van het schoolgebouw op de
locatie vindt niet plaats als een eventuele groei boven dit maximum aantal leerlingen veroorzaakt wordt door
leerlingen uit een ander district. Het schoolbestuur formuleert beleid op basis waarvan de beide genoemde
uitgangspunten geëffectueerd worden.
Procedure
n.v.t.
Financiën
n.v.t.
Bijgevoegde informatie:
notitie ‘regulering leerlingaantallen openbare basisscholen Woutertje Pieterse en Lorentz’
OVERIGE
Communicatie)
n.v.t.
Evaluatie:
n.v.t.
In te vullen door de griffie:
Raadsbesluit
Raadsvoorstelnr.
Onderwerp:
De raad van de gemeente Leiden,
Besluit:
1.
2.
3.
4.
Gedaan in de openbare raadsvergadering van ……
Voorzitter raad, griffier,
Advies van de commissie …… is:
Het besluit van de raad is:
Hamerstuk
Hamerstuk met stemverklaring van
de fracties van…..
Kort bespreekpunt
Uitgebreide discussie
Ongewijzigd aanvaard
Gewijzigd aanvaard
Verworpen
Aanvaarde
moties/amendementen:
Regulering leerlingenaantallen
openbare basisscholen Woutertje Pieterse en Lorentz
1.
2.
Ter inleiding
De Raad heeft het College verzocht voorstellen te formuleren om de groei van de open-bare basisscholen
Woutertje Pieterse en de Lorentz een halt toe te roepen. Actie van een afzonderlijk bestuur kan in de praktijk
leiden tot een verplaatsing van de problematiek naar een ander bestuur. Ouders hebben namelijk de vrijheid
van schoolkeuze. Om deze reden hebben de schoolbesturen in Leiden samen met de gemeente Leiden
gezocht naar een optimale aanpak. In dit stuk passen we een en ander toe op de openbare basis-scholen
Woutertje Pieterse en Lorentz.
Nadere gegevens
Woutertje Pieterse
Op de teldatum van 1 oktober 2005 telde de Woutertje Pieterse 339 leerlingen. Daarmee heeft de
school recht op 14 lokalen. Kijken we naar de prognoses van de Woutertje Pieterse, dan mogen we
vaststellen, dat deze aantallen parallel lopen met de prognoses. De vervanging van de zes
noodlokalen voorziet in een permanente voorziening van acht lokalen. Daarmee heeft de school een
capaci-teit van 16 lokalen, hetgeen betekent een maximum aantal leerlingen van 400.
2.2.
De Lorentzschool
De Lorentz had op de laatste teldatum (1oktober 2005) 846 leerlingen. Daarmee heeft de school
recht op 36 lokalen. Deze aantallen blijven achter ten opzichte van de prognoses van april 2005.
Daar wordt voor die datum nog gesproken over 907 leerlingen en 39 lokalen. Voor deze
discrepantie zijn goede redenen aan te geven. Zo werken het uitzicht op de tijdelijke huisvesting
i.v.m. nieuwbouw en de huidige huisvesting in de gebouwen van de Asserstraat weinig positief.
De vervangende nieuwbouw voorziet in een voorziening van 38 lokalen. Dit betekent maximaal
915 leerlingen.
2.1.
3.
Gezamenlijk onderzoek schoolbesturen en gemeente Leiden
De laatste maanden heeft een werkgroep met vertegenwoordigers van alle schoolbestu-ren voor
basisonderwijs het probleem van leerlingenstromen in kaart gebracht en afspra-ken geformuleerd hoe
daarmee om te gaan.
De belangrijkste afspraak in dit verband luidt als volgt:
De schoolbesturen zullen geen uitbreiding aanvragen voor extra ruimte op de huidige locatie, wanneer
de groei van een school veroorzaakt wordt door kinderen uit andere districten. Schoolbesturen zijn wel
vrij om gebruik te maken van de Leidse huis-vestingsnorm óf te wachten op de strengere norm van het
Ministerie. Echter, voor beide normen geldt: geen uitbreiding op de huidige locatie bij groei uit andere
districten. Wanneer de uiterste norm (de Ministeriële regeling) is bereikt en het schoolbestuur wil
uitbreiding dan zal op basis van prognoses van de instroom bekeken worden waar de uitbreiding
gerealiseerd kan worden. Waar mogelijk zal dit gerealiseerd worden in het district waar de kinderen
vandaan komen.
Daarnaast bestaat er nog een andere mogelijkheid voor het bestuur.
Schoolbesturen kunnen er ook voor kiezen om deze kinderen te verwijzen naar een andere school (van
het eigen bestuur) in het district waar de leerling woont. Beide oplossingen zijn mogelijk. Een
schoolbestuur is vrij te kiezen uit de twee opties zodat zij kan inspelen op de specifieke situatie.
4.
Toepassing op de Woutertje Pieterse en de Lorentz
Passen we de beide genoemde punten uit 3 toe op genoemde scholen dan betekent dat het volgende.
4.1.
Te ontwikkelen beleid per school
Over een aantal jaren overstijgt volgens de prognoses het aantal leerlingen de beschikbare ruimte.
Voorkomen moet worden, dat leerlingen uit de eigen wijk doorverwezen moeten worden, omdat de
school gedeeltelijk bevolkt is met leer-lingen uit een andere wijk. Voor beide scholen worden
d.m.v. monitoring de volgende punten in kaart gebracht:

hoeveel kinderen in elke jaargroep afkomstig zijn uit een andere wijk,


4.2.
5.
hoeveel kinderen verwacht worden uit de eigen wijk,
wanneer er discrepantie gaat ontstaan tussen het totaal aantal beschik-bare lokalen en
het totaal aantal leerlingen,

in welke mate er nog ruimte is per leerjaar voor kinderen uit een andere wijk,
Het beleid bestaat uit de volgende stappen:

het bepalen van het maximum aantal kinderen dat de school binnen wet- en regelgeving
kan huisvesten,

het bepalen van het maximum aantal leerlingen per (jaar)groep,

bij een dreigend tekort aan plaatsen worden ouders van toekomstige leerlingen uit
andere wijken verwezen naar een andere openbare school.
Verwijzing naar een andere openbare school
Het openbaar basisonderwijs beschikt in Leiden over 12 scholen verdeeld over 14 locaties. Deze
locaties zijn op een dusdanige wijze over de stad verspreid, dat verwijzing naar een andere
openbare basisschool realistisch is. Het blijft de vraag of de ouders dat alternatief zullen kiezen of
bij een school van een ander bestuur aanklopt.
Tot slot
Met het uitvoeren van dit beleid komt het openbaar basisonderwijs in dezelfde positie als scholen van andere
besturen en voorkomen we daarmee een uitzonderingspositie.