Proef 1: PANG! PANG! Als je een ballon knalt dan maakt dat veel lawaai. Bijvoorbeeld als je er per ongeluk op gaat staan, of misschien wel expres. Je kunt een ballon ook kapot prikken, maar soms blijft de ballon toch heel... NODIG 2 ballonnen satéprikker 10 minuten STAPPEN 1. blaas de ballonnen een klein stukje op, ongeveer 10 cm dik, en leg er een knoopje in 2. prik de satéprikker in de eerste ballon vraag 1: Wat gebeurt er? 3. zoek de navel van de tweede ballon, dat is een dikker stukje boven op de ballon, zie het plaatje 4. prik de satéprikker in de navel van de tweede ballon (tip: als je de satéprikker draait gaat het makkelijker) 5. prik de satéprikker die nog in de ballon vlak naast het knoopje weer naar buiten vraag 2: Wat gebeurde er? vraag 3: Hoe kan dat? UITLEG PRIK DE BALLON bij vraag 1 Pang! Als je de satéprikker zomaar in de ballon prikt, dan knalt de ballon. Een ballon staat strak als je hem opblaast. Wanneer je in een ballon prikt dan scheurt hij supersnel, waardoor je een knal hoort. De knal is de lucht die heel hard tegen de andere lucht aan botst. bij vraag 2 en 3 De ballon knalt als het goed is niet, maar blijft heel. Soms hoor je hem wel heel langzaam leeglopen. Omdat de navel van de ballon niet strak staat, blijft de ballon heel als je daar in prikt. De ballon staat ook niet strak rond de knoop, daarom kun je de satéprikker daar ook in prikken. extra uitleg Op een opgeblazen ballon staat mechanische spanning. De ballon knalt wanneer het rubber scheurt en alle lucht in éénkeer eruit wil. De lucht in de ballon botst dan met de lucht erbuiten. Niet op het hele oppervlak van de ballon staat de mechanische spanning. Bij de knoop en 'de navel' van de ballon is die er bijna niet. De ballon scheurt niet als je daar prikt, maar sluit het gaatje rond de prikker gewoon af. Als de ballon per ongeluk toch een beetje scheurt bij het prikken door de navel of bij de knoop, dan zal hij niet knallen, maar heel zachtjes leeglopen. Het knallen gebeurt alleen bij spanning en scheuren. Tip: als je de ballonnen vooraf een stukje hebt opgeblazen, kun je ze gemakkelijker opblazen bij het proefje Proef 2: BLIKSEM BALLON Ben je bang voor onweer? Of vind je de bliksem en de donder juist heel spannend? Je kunt de bliksem wel zien, maar niet van dichtbij bekijken. Dat zou erg gevaarlijk zijn. Toch kun je een kleine bliksem wel van dichtbij zien. NODIG 2 ballonnen donkere kamer droog haar zonder gel of wax 10 minuten STAPPEN blaas de 2 ballonnen op houd in elke hand een ballon wrijf met de ballonnen over je droge haar (of een wollen trui) doe de ballonnen tegen elkaar in een donkere kamer vraag 1: Wat zie je? vraag 2: Wat hoor je? UITLEG BLIKSEM BALLON bij vraag 1 Je ziet een heel klein vonkje. De ballonnen worden elektrisch wanneer je ermee langs je droge haar wrijft en die elektriciteit gaat van de ene ballon naar de andere met een vonkje. Dit is ook wat er gebeurt bij onweer. Twee elektrische wolken komen bij elkaar in de lucht en maken een vonk: de bliksem. bij vraag 2 Als je goed luistert hoor je geknetter. Dit is de donder van onze minibliksem. De donder komt altijd iets na de bliksem, maar omdat alles heel dichtbij is, hoor je het geknetter tegelijk met het vonkje. In dit proefje maakte je kortsluiting tussen de elektrische ballonnen. Bliksem is kortsluiting tussen de elektrische wolken. extra uitleg Door de wrijving tussen de ballon en je haar of je trui wordt de ballon elektrisch geladen. Dit komt doordat er elektronen, elektrische deeltjes, op de ballon worden overgebracht. Hierdoor wordt de ballon negatief geladen. Dit heet in de natuurkunde statische lading. Doordat je de ballonnen vlak bij elkaar houdt krijg je kortsluiting, waardoor een vonkje en geknetter ontstaat. Het licht van het vonkje bij de proef ontstaat door elektrische stroom die door de lucht heen gaat. De lucht is opgebouwd uit luchtmoleculen. Als daar een elektrisch stroompje doorheen gaat zoals bij het proefje met de ballon, dan ontstaat er licht in de moleculen. Het geknetter dat je hoort, is het geluid dat ontstaat bij de kortsluiting. Bij bliksem is er ook een vonk: de bliksem, en geknetter: de donder. Het verschil is dat je de vonk en het geknetter bij dit proefje tegelijk hoort. Dit komt omdat het heel dichtbij is, en het licht ongeveer even snel je ogen bereikt als het geluid je oren. Ook leuk is gewoon eens over het haar van de kinderen wrijven met een ballon, bij kinderen met lang haar zal het haar aan de ballon ‘kleven’ en recht komen te staan. Proef 3: AANTREKKELIJKE BALLON Een ballon is heel handig. Je kan dingen naar je toe trekken zonder ze aan te raken! NODIG ballon kraan trui 10 minuten STAPPEN 1. blaas de ballon op 2. wrijf met de ballon over je trui 3. zet de kraan aan 4. zorg dat er een klein straaltje water uit de kraan loopt vraag 1: Wat denk je dat er gebeurt als je de ballon bij het straaltje water houdt? 5. hou de ballon vlak bij het straaltje water, maar zorg wel dat de ballon niet in het straaltje water komt vraag 2: Wat gebeurt er met het straaltje water? UITLEG AANTREKKELIJKE BALLON bij vraag 1 Alle antwoorden zijn goed. Het gaat er bij deze vraag om wat jij zelf vantevoren denkt. bij vraag 2 Als je over de ballon wrijft met je trui, wordt de ballon elektrisch, net als een batterij. Het water uit de kraan voelt dat. Daarom wil het water naar de ballon toe. extra uitleg Wanneer met een trui over de ballon wordt gewreven, worden elektronen uit de trui naar de ballon overgebracht. De ballon wordt dus negatief geladen. Dit noemen we statische lading. Dat betekent dat de lading niet stroomt maar op de ballon blijft zitten. Tegengestelde ladingen trekken elkaar aan en gelijke ladingen stoten elkaar af. Water is elektrisch neutraal. Maar elk watermolecuul is aan één kant een beetje positief en aan één kant een beetje negatief. Daarom zal in het elektrisch neutrale water de negatieve kant van de watermoleculen afgestoten worden door de ballon en dus ver van de ballon in de straal gaan zitten, en de positieve kant van de watermoleculen aangetrokken worden en dicht bij de ballon in de straal gaan zitten. De kracht die aan de positieve kanten van de moleculen trekt is net iets sterker dan de kracht die de negatieve kanten van de moleculen wegduwt, doordat de positieve kant van de moleculen net iets dichterbij de ballon zit dan de negatieve kant. De kracht is sterk genoeg om de waterstraal af te buigen Proef 4: KRIEBELEND GELUID Als je in de bioscoop zit voel je wel eens het monster echt stampen, of als je in de kerk zit kun je de orgelmuziek door je lichaam heen gaan. Wat is geluid nu eigenlijk? En waarom kun je het soms voelen? NODIG 1 ballon vriend 5 minuten STAPPEN 1. blaas de ballon op 2. laat 1 persoon zijn handen zachtjes tegen de ballon leggen 3. laat de andere persoon tegen de balllon praten (met je lippen zachtjes tegen de ballon) vraag 1: Wat voelt degene met zijn handen tegen de ballon? vraag 2: Kun je ook andere geluiden voelen? UITLEG KRIEBELEND GELUID bij vraag 1 Je voelt met je handen dat de ballon trilt als iemand tegen de ballon praat. bij vraag 2 Ja. Geluid bestaat uit trillingen. Als je praat gaan die trillingen meestal door de lucht, maar ze kunnen ook door andere dingen gaan, zoals een touwtje, ballon, of als het geluid heel hard is, je lichaam. Als je tegen de ballon praat gaat de ballon dus trillen en dat kun je voelen. extra uitleg Geluidstrillingen planten zich door allerlei media voort. Dingen die lijken op het trommelvlies in je oor, zoals een ballon of een trommel, geleiden geluidstrillingen goed. Je kunt ze op dergelijke oppervlakken goed voelen. Vooral hele lage geluiden kunnen je lichaam goed laten trillen, Proef 5: PRIK UIT DE FLES Als je een fles sinas schudt, dan kan de sinas eruit spuiten. Dit gebeurt niet bij een fles gewoon water. Waarom spuit een sinasfles wel als je schudt, maar een waterfles niet? NODIG fles priklimonade ballon 5 minuten STAPPEN 1. draai de dop van de fles vraag 1: Wat hoor je? 2. doe een ballon over de opening van de fles vraag 2: Wat denk je dat er gebeurt als je de fles schudt? 3. houd de ballon met één hand op zijn plaats 4. schud de fles vraag 3: Wat gebeurt er UITLEG PRIK UIT DE FLES bij vraag 1 Je hoort een sissend geluid, er ontsnapt prik uit de fles. bij vraag 2 Als je hebt opgeschreven wat je dacht, dan is het goed. bij vraag 3 De ballon wordt gevuld met prik. De prik is een gas dat is opgelost in de limonade. Als je de fles schudt, dan komen er veel belletjes prik tegelijk omhoog. De fles gaat spuiten omdat er frisdrank meekomt met zoveel belletjes prik tegelijk extra uitleg Prik is opgelost koolzuurgas (CO2). Op een dichte fles staat druk om ervoor te zorgen dat het koolzuurgas opgelost blijft. Wanneer je een fles opendraait dan zal het koolzuur verdampen en in de vorm van kleine gasbelletje uit de frisdrank ontsnappen. Door te schudden zal de prik snel gaan verdampen, waardoor de gasbelletjes uit de fles 'spuiten'. In deze proef wordt het koolzuurgas (en meekomende frisdrank) opgevangen in een ballon.