Trakteer uw klanten op Nonstop® JOY

Trakteer uw klanten op Nonstop® JOY
Begonia tuberhybrida F1 Nonstop® JOY Yellow
Nonstop® JOY Yellow

Laad meer hanging baskets per laag

Gemakkelijk in te hoezen en te vervoeren

Gemakkelijk te telen

Levendige kleur die zich bij de retailer en in de tuin
ontvouwd

Betere vertakking voor vollere hanging baskets

Aangetoonde Begonia Nonstop® kwaliteit
Technische informatie
Begonia tuberhybrida F1 Nonstop® JOY
Toepassingen: Packs, potten, hanging baskets, beplante mixcontainers
en in openbare plantsoenen
Zaaimethode: 1pil/plug
Substraat: pH 5,5 - 5,8; EC 0,5 – Begonia’s zijn gevoelig voor (te) hoge zoutconcentraties.
Pluggenteelt
Temperatuur: 22-23 °C totdat de kiemwortel verschijnt. Hogere temperaturen boven 27 °C zullen
het kiemproces vertragen. Zodra de kiemwortel verschijnt, na 10–14 dagen, dient de temperatuur
te worden verlaagd tot 20-21 °C tot ontvouwen van de kiembladen. Op dag 21 kan de temperatuur
verder worden verlaagd tot 20 °C.
Vochtigheid: Na de kieming zijn de zaailingen gevoelig voor teveel watergeven ineens en met te
veel druk aangezien ze net beginnen te wortelen in het substraat. Het gevaar bestaat dat de nog
onstabiele zaailingen losraken en dit minder bruikbare planten als gevolg heeft. Gebruik een zeer fijne
broes, geef spaarzaam water en zorg dat er niet teveel druk op het water staat.
Luchtvochtigheid (RV): 95-100% tot dag 11; daarna ontvochtigen en verlagen tot 60 %. Zorg voor
goede ventilatie en een horizontale luchtstroom voor een optimaal zuurstofgehalte in het substraat.
Licht: Licht is noodzakelijk voor de kieming. Belichten tijdens de kiemfase bevordert het kiemingsproces en zorgt voor betere kwaliteit zaailingen. Gebruikmaking van een kiemkamer met een
lichtbron van 100-1.000 lx zorgt voor een betere kieming en minder strekken (etiolatie). Geef lange
dagen van tot. 14-16 uur om het kiemverloop te bevorderen en te zorgen voor betere algehele
kwaliteit zaailingen.
Bemesting: Begin vroeg te bemesten, zodra het kiemproces voltooid is, ongeveer rond dag 14.
Bemesten met lagere concentraties met 50 ppm 2-3 keer per week bevordert de ontwikkeling van de
zaailingen. Gebruik bij hogere lichtintensiteit een 17-5-17 meststof en bij minder licht respectievelijk
14-4-14.
Teeltverloop tot verkoopklare planten
Teeltsubstraat: Gebruik een goed doorlatend substraat; pH 5,5-5,8; EC 1,0-1,5; wissel de
vocht-niveaus af tussen nat en vochtig. Laat het substraat uitdrogen tot vochtig, alvorens opnieuw
te doordrenken tot nat. Wanneer het substraat te ver uitdroogt kan dit leiden tot wortelschade.
Temperatuur: Na het verplanten een nachttemperatuur van18-20 °C aanhouden gedurende de
eerste 14 dagen of totdat de wortels de bodem van de pot bereiken. Hierna mag de temperatuur
worden verlaagd tot 16-18 °C. Met een gemiddelde dagtemperatuur van 19 °C wordt het snelst een
verkoopklaar product bereikt. Temperaturen onder 14 °C zullen leiden tot de vorming van knollen en
de teelt vertragen. Het geven van DIF zal een meer compact gewas als gevolg hebben dat weinig of
geen groeiregulatoren behoeft.
Bemesting: Wissel af tussen 100-150 ppm meststof op calciumbasis 14-4-14 en ammonium
meststof 17-5-17. Houdt de EC van het substraat op 1,5. Kalisalpeter kan ook helpen de planten
compacter te houden. Bij hogere lichtintensiteit en hogere temperaturen kan een meststof met
toegevoegd ammonium worden toegepast. Hoog opgroeiende, gestrekte planten met weinig
bloemen duiden op een teveel aan ammonium. Onvolgroeide (belemmerde groei), chlorotische
planten met verbrande bladranden duiden op calcium- en magnesiumgebrek.
Licht: Lange dagen (14-16 uur licht) aanhouden totdat de natuurlijke daglengte (> 12 uur) is bereikt
of tot half maart. Belicht met 30.000-35.000 lx voor een optimale kwaliteit. Als planten onder korte
dag condities worden geteeld, heeft dit een ongelijke ontwikkeling als gevolg. Het verlengen van de
daglengte is zeer belangrijk voor het in stand houden van de vegetatieve groei. Indien de
lichtintensiteit gelijk is aan >35.000 lx dient er geschermd te worden om de bladtemperatuur te
verlagen. Scherm bij hoge lichtintensiteit ter voorkoming van verbranden van de bladranden.
Groeiregulatoren: Neem contact op met uw Benary vertegenwoordiger voor
meer informatie.
Teeltaanwijzingen
Veelvoorkomende ziekten: Botrytis, pythium, rhizoctonia, echte meeldauw
en tomatenbronsvlekkenvirus (TSWV)
Veelvoorkomende plagen: Voornamelijk bladluis en trips
Teeltperiode
288-gaats trays
7-8 weken
128-gaats trays
9-10 weken
72-gaats trays
10-11 weken
Teeltperiode tot eindproduct
(vanuit 288-gaats tray)
10 cm potten
7-8 weken
15 cm potten
9 weken
25 cm hangpotten
20-25 cm
12-13 weken
20-25 cm
Zon – halfschaduw
Gepilleerd
Ernst Benary Samenzucht GmbH
Friedrich-Benary-Weg 1
34346 Hann. Münden, Duitsland
Telefoon:+49 (0) 5541 / 7009-0
Fax: +49 (0) 5541 / 7009-20
E-Mail:[email protected]
Voor gedetailleerde teelttechnische
informatie, zie onze
Teelttechnische Handleiding
www.benary.com
03/15_L_NL_250 / Wij aanvaarden geen
aansprakelijkheid voor als van druk- en zetfouten
Nonstop® JOY Yellow