meer tuintips voor JUNI - Tuincentrum Genemuiden

advertisement
Tuintips JUNI









Rozen bemesten en uitgebloeide bloemen verwijderen
Verleng bloeitijd door uitgebloeide bloemen van kuipplanten en vaste planten
te verwijderen
Bladhoudende heggen eind van de maand snoeien
Maai het gazon niet als het zonnig is, dit voorkomt verbranding van het gras
Planten die al gebloeid hebben delen en verplanten
Bestrijden van schadelijke insecten
Niet meer planten in de vijver
Geef planten ’s ochtends water, ’s avonds blijven ze nat en kan er schimmel
ontstaan
Onkruid verwijderen
De eerste echte zomermaand, tuin en balkon hebben nog de frisgroene kleur van het
voorjaar maar wordt dagelijks kleurrijker. Behalve dat er nog heel wat karweitjes liggen
te wachten is nu ook de tijd gekomen om zittend in het warme zonnetje volop van alle
nieuwe geuren en kleuren te genieten.
Tuin algemeen
 Haal regelmatig onkruid weg, wees echter niet al te rigoureus met wieden want
zaailingen van vorig jaar zijn nu al tevoorschijn komen. Let dus wel op wat u weghaalt.
 Hardnekkige onkruiden kunt u eventueel bestrijden met een selectief
onkruidbestrijdingsmiddel. Er zijn er die via besproeien van het blad de plant definitief
de das omdoen. Dek bij gebruik hiervan andere planten af (handig is een stuk plastic
met één snede in het midden, deze trekt u over het onkruid [of woekerende planten
zoals bamboe] heen), want ook zij gaan anders dood. Wees echter altijd terughoudend
met dit soort middelen!
 Houdt paden en het terras onkruid- en mosvrij.
 Geef nog jonge bomen, halfstam heesters en stamrozen een stevige steunpaal en
controleer regelmatig de aanbindwindsels.
 Breng ook alvast een plantensteun aan tussen uw hoogopgroeiende vaste planten, u
kunt er nu nog net bij.
 Verwijder de uitgebloeide bloemen en zaaddozen van o.a. de rododendron, u
stimuleert hiermee de vorming van nieuwe scheuten.
 Voor een rijke bloei volgend bloeiseizoen haalt u ook de uitgebloeide bloemen of zelfs
al peulen weg van de blauwe regen. Vindt u de peulen decoratief laat ze dan hangen als
u genoegen neemt met een iets mindere volgende bloei. Spelen er ook kinderen in uw
tuin, verwijder de peulen dan in alle gevallen, ze zijn zeer giftig.
 Controleer uw planten wekelijks zo niet dagelijks op slakken. Vooral jonge blaadjes
vinden ze erg verleidelijk, een net in alle glorie ontloken hosta, ridderspoor of jong
zaaigoed kunnen in één nacht zijn weggevreten.
 Breng mest aan in uw plantenborders.
 (Sier)heesters en hagen verlangen nu ook mest. Haagplanten geeft u een hogere
dosis, ze staan immers dicht op elkaar en daardoor onderhevig aan meer concurrentie
en dus ook mestgebruik.
 Laat het blad van voorjaarsbloeiende bollen geheel afsterven, voordat u de bollen
zoals van tulpen en hyacinten oprooit. Voorjaarsbloeiers ter verwildering zoals
boshyacintjes, blauwe druifjes, krokussen en narcissen kunt u na het afsterven van het
blad laten staan. Afgestorven blad pas wegnemen als dit vanzelf loslaat.
 Gerooide voorjaarsbollen op een beschut plekje laten drogen, aarde eraf schudden en
op een droge donkere plek bewaren.
 Rozen staan nu al volop in bloei, controleer dagelijks op luis of andere ziekten.
Onderneem direct maatregelen bij de eerste waarneming van ongedierte.
 Verwijder uitgebloeide bloemen van zowel rozen als vaste planten.
 Bij aanhoudend mooi weer, uw borders en alle andere beplanting wekelijks goed lang
sproeien. Eénmaal per week enkele uren werkt beter dan dagelijks een kwartiertje.
Planten
 Planten in potten gekweekt (zgn. containerplanten) kunnen het hele jaar door
geplant worden.
 Dompel voordat u containerplanten gaat planten, de kluit eerst in een emmer water
totdat deze verzadigd is. Let wel: nooit planten in een te natte grond.
 Heeft u in het najaar geen rozen of heesters kunnen planten, ze kunnen nu alsnog
geplant worden en de rozen zullen deze zomer al volop bloeien.
 Zomerbloeiende bollen en knollen kunnen alsnog de grond in, hoewel het aan de late
kant is. Er is een enorme keus ter aanvulling van de vaste planten en eenjarigen, zoals
de bekende dahlia, begonia, canna's, gladiolen maar ook de minder bekende soorten
zoals zeer bijzondere witte 'Hymenocallis Ismene', fresia's, zigeunerbloem, aronskelk,
ranonkel, ixia en de zeer lang bloeiende witte zuidenwindlelies.
 Heeft u nog niet gezaaid, dan is begin juni uw laatste kans, als u dit jaar nog wilt
genieten van de uitbundige bloei der eenjarigen. Zaai deze direct in de volle grond.
Hierbij valt te denken aan papaversoorten, campanula's, asters, anjers en niet te
vergeten de hoger uitgroeiende zaadplanten zoals de diverse soorten zonnebloemen,
bekermalva's, cosmea's, strobloemen en zeker een aanwinst voor elke border; kruiden
zoals dille, venkel en anijs.
 Deze maand is ook geschikt voor het zaaien van meerjarigen zoals vergeet mij niet,
juffertje in het groen, leeuwenbekje en campanula's. Ze worden vaak als eenjarige
aangeboden, maar doordat ze zichzelf uitzaaien, kunt u ze meestal volgend jaar in uw
tuin terug vinden.
Gazon
 Heeft u niet al eerder in het seizoen tijd gehad om uw gazon aan te pakken, doe het
dan nu. Verwijder plekken met grof gras uit uw gazon en zaai ze opnieuw in.
 Controleer het gazon op zieke plekken.
 Wilt u snel resultaat, steek dan de rotte of lelijke plek in het vierkant uit en leg in dit
gat een op maat gesneden plag gras.
 Grote mosplekken kunnen met ijzersulfaat bestreden worden.
 Treft u mos aan in uw gehele gazon, verticuteer dan. Zaai bij met schaduwminnend
graszaad.
 Verticuteren is ook een goede manier om oude en dode grasresten te verwijderen.
Let op dat u nooit met een verticuteermachine aan het werk gaat in een nat gazon, dit
heeft een averechts effect.
 Na het verticuteren en eventueel opnieuw inzaaien, rolt u met de grasroller alles weer
vlak.
 Steek de grasranden af, dit gaat gemakkelijker als de grond ietwat vochtig is.
 Het gazon moet nu ook weer regelmatig gemaaid worden.
 Geef maandelijks het grasveldje mest voor het mooiste resultaat.
 Blijft er water staan of zijn sommige plekken erg nat, steek dan met een mestvork in
de grond en beweeg even licht heen en weer. Op deze manier kan het water dieper in
de grond weggewerkt worden.
 Bij aanhoudend mooi weer, uw gazon regelmatig besproeien.
Kuipplanten
 De Brugmansia kan afhankelijk van zijn overwinteringplek al in juni bloeien. Geef
deze imponerende plant een zo groot mogelijke kuip, want hoe meer ruimte de wortels
hebben des te royaler zal de plant bloeien. Voeg altijd wat klei toe of gebruik speciale
grond die het water goed vasthoudt.
 Alle kuipplanten dagelijks begieten. Bij aanhoudend warm weer zelfs enkele keren
per dag.
 Geef alle kuip- en planten in potten of bakken wekelijks vloeibare meststof of strooi
wat mest op de potgrond.
 Begin juni is ook een mooie tijd om uw hanging baskets opnieuw te beplanten of aan
te vullen met zomergoed. Denk ook eens aan minder bekende combinaties, zoals het
roosje "the Fairy", klimop of hangbegonia's aangevuld met zomergoed.
 Vul de hangmanden met goede potgrond, waar u wat extra kuipplanten mest
doorheen mengt.
 Na het aanbrengen van de beplanting, geeft u de basket ruim water.
 Doordat de manden hangen is de verdamping groot en dienen ze dagelijks begoten of
gedompeld te worden.
 Op zeer warme dagen geeft u hanging baskets zowel 's ochtends als 's avonds water.
 Geef wekelijks in het gietwater opgeloste voeding, vooral eenjarigen groeien zeer
snel en hebben dus veel voeding nodig. Dit geldt trouwens ook voor potten en bakken.
Snoeien
 Snoeien doet u altijd op een wat sombere bewolkte dag.
 De maand juni is ook de snoeimaand bij uitstek van groenblijvende hagen (taxus,
buxus, liguster, hulst en coniferen zoals thuja en C.leylandii). Het kan nog tot in
augustus, maar jonge scheuten zullen zich nu beter ontwikkelen.
 Heeft u de eerste snoei zoals van buxusfiguren nog niet voltooid, het kan nog net.
 Bloeiende sierheesters snoeit u het beste meteen na de bloei. Bij nieuwe aanplant
snoeit u pas na het derde jaar.
 Uitgebloeide bremstruikjes terugsnoeien tot vlak boven het oude hout.
 Verwijder dode takken van de hortensia.
 Knip voor een langere of tweede bloei en een bossige uitgroeiende plant de
uitgebloeide bloemen weg of knip de plant zelfs rigoureus terug. Vooral bij de diverse
riddersporen, het kattekruid en margrieten werkt dit uitstekend.
Moestuin
 Heeft u uw moestuin bemest, omgespit etc. dan kunt u vanaf begin mei tot half juli
beginnen met het zaaien van diverse zomergroenten.
 Controleer uw aardbeibed op onkruid.
 Geef aardbeien (ook die in een pot) wekelijks een meststof (in het gietwater) met
een hoog kali gehalte.
 De eerste aardbeien kunnen al geoogst worden. Pluk ze met het kroontje, de vrucht
blijft zo langer goed en het voorkomt schimmel op de planten.
 Kiwi's kunnen tussen half mei tot eind juni geplant worden. Plant altijd één
mannelijke plant bij maximaal 5 tot 6 vrouwelijke planten. De mannelijke, bestuivende
plant dient na de bloei teruggesnoeid te worden.
 Eind juni kort u de toppen van de kiwi, zodat zijtakken zich kunnen ontwikkelen.
 In het 2e jaar na het planten, kunt u zijscheuten horizontaal langs een trellis leiden.
Hieruit ontwikkelen zich nieuwe zijscheuten, die u afknipt boven het 5e blad. Een tak
met vrucht snoeien op 7 bladeren boven de vrucht. Gedurende de hele zomer dit proces
herhalen.
 Bij prunussoorten zoals amandel, kers, perzik en pruim kunt u voor een rijke oogst
het beste nu nog de hoeveelheid vruchten uitdunnen.
 Verwijder bij peren in mei en juni eventuele nabloei. Dit voorkomt een infectie met
perenvuur (bacterievuur).
 Controleer uw appelbomen wekelijks op meeldauw (scheuten met wit poeder). Door
aangetaste plekken meteen weg te snoeien, voorkomt u uitbreiding van deze
schimmelziekte.
 Zodra bij appels de bloei voorbij is, zijn er kapers op de kust. De appelzaagwesp, de
pergalmug en de pruimenzaagwesp willen hun eitjes in de bloemknoppen leggen. De
larven ontwikkelden zich snel en tasten de appel aan. Die groeit gewoon door maar het
gevolg is wel een 'wormstekige' appel. Meteen bestrijden .
 Wilt u mooie en gave appels en peren oogsten, haal dan nu te dicht op elkaar
groeiende vruchten met mate weg.
 Bij ribessoorten zoals aalbes, kruisbes en zwarte bes die u als haag kweekt, nijpt u
jonge scheuten zodra deze 10 tot 20 cm lang zijn. Op deze wijze stopt de sterke groei
waardoor er meer bloemknoppen voor het volgend jaar worden aangelegd.
 Controleer alle bessensoorten vrijwel dagelijks op de aanwezigheid van de rupsen
(van de bessenbladwesp). Ze kunnen in een paar dagen uw hele struik kaalvreten.
 Kruiden kunnen nu direct in de volle grond worden gezaaid. Heeft u geen
kruidentuin? Geen probleem, zaai dan eens tussen de planten in uw sierborder of zaai
in potten of bakken. Vrijwel alle kruiden zijn geschikt voor diverse toepassingen en
geven met hun bijzondere bladvormen een extra dimensie aan uw border.
 Ook het zaaien van pompoenen en kalebassen kan nu nog. Laat de zaden van
tevoren in een bakje lauw water opzwellen. Ze zullen dan sneller ontkiemen.
 Houdt er wel rekening mee dat deze planten veel ruimte opeisen. Door ze
bijvoorbeeld in uw border langs stokken, of tegen een zonnige schutting of pergola
omhoog te leiden, nemen ze veel minder ruimte in en kunt straks toch maanden lang
genieten van dit (sier)fruit van eigen kweek.
Vijver
 Laat uw vijver en zijn beplanting zoveel mogelijk met rust.
 Eind mei, begin juni mogen niet winterharde drijfplanten weer in de vijver gelegd
worden.
 Verwijder een explosie van eendekroos, met een schepnetje. Een dek van dit kroos
verstikt de andere waterplanten. Keer het schepnetje om op de grond en controleer of u
geen jonge kikkervisjes of salamanders heeft mee geschept, meestal kruipen ze uit
zichzelf naar boven.
 Vul de vijver regelmatig bij in verband met de verdamping. Doe dit in etappes, zodat
het vijverwater niet teveel afkoelt.
 Is het vijverwater troebel, controleer dan eerst of er voldoende zuurstofplanten zijn.
Watervlooien toevoegen wil ook nog wel eens snel resultaat hebben.
 Geef ook de oeverbeplanting regelmatig water.
 Voor een natuurlijke uitstraling langs de randen zijn uiteraard de gele lis,
kattenstaart, biezen, varens, hosta's en de lisdodde een mooie keuze. Aanplanten van
deze moeras of oeverplanten gaat eigenlijk op dezelfde manier als bij vaste planten in
de border.
Binnenshuis
 Geef uw kamerplanten wekelijks in het gietwater opgeloste mest.
 Als de temperatuur buiten oploopt, hebben ook uw kamerplanten meer water nodig.
 Een kamerazalea mag na de bloei tot de helft worden teruggesnoeid en daarna op
een zonnig plekje in uw tuin worden gezet.
 Geef uw amaryllis ook al is deze uitgebloeid, regelmatig water. Als de bol is
uitgebloeid, is het beslist niet nodig om de bol weg te gooien. Met wat zorg en aandacht
kan hij volgend jaar weer in bloei worden gebracht. Snij na de bloei de uitgebloeide
bloemen weg en laat de bladeren zich verder ontwikkelen. Geef regelmatig water en
voeg wat kamerplantenmest aan het gietwater toe. De amaryllis is erg gesteld op mest
met ijzer en magnesium.
 Na de bloei gaat ook een kamerplant, zoals de aronskelk een rustperiode tegemoet,
geef dan ook minder water.
 Succulenten (vetplanten) gaan in het voorjaar hun rustperiode in, geef zo weinig
water dat de grond droog en los blijft.
 Na half mei, begin juni mogen de voorgetrokken zomerbollen en knollen buiten
uitgezet worden.
 Hetzelfde geldt voor het binnen voorgezaaide zomerse zaaigoed.
Download