hfd 4 Het consumentensurplus Betalingsbereidheid= het bedrag dat

advertisement
hfd 4
Het consumentensurplus
Betalingsbereidheid= het bedrag dat je maximaal aan een product wil uitgeven.
Consumentensurplus=het verschil tussen betalingsbereidheid en de prijs die je moet betalen
Het consumentensurplus is voor iedereen verschillend dus bij de ene pas die laptop prima
binnen betalingsbereidheid maar bij de ander is de diezelfde laptop te duur.
Vraagcurve nader bekeken
vraagvergelijking is vraagcurve in formule: bijv. qv=-p+7
qv= gevraagde hoeveelheid
p= de prijs
p en qv zijn altijd groter dan nul.
Bij een vraagcurve is er sprake van een omgekeerd evenredig verband.
Vraagcurve verschuift
Van qv=-p+7 naar qv=-p+8
Oorzaken van opschuiving vraagcurve naar rechts:
- het budget van consument neemt toe.
- voorkeur voor dat product is toegenomen.
- prijs van andere producten verandert.
- aantal vragers is toegenomen
Substitutiegoederen en complementaire goederen
Substitutiegoederen= een goed dat vervangbaar is door het andere. Bijv. als bessen duur
worden gaan mensen als alternatief aardbijen kopen.
Complementaire goederen= worden altijd met andere goederen samen gebruikt. Bijv. meer
auto’s word ook meer benzine verkocht.
Vraagcurve zal verschuiven als de prijs veranderd.
Twee soorten verschuiving
Er zijn twee soorten verschuivingen bij een vraagcurve: een verschuiving langs de vraagcurve
en een verschuiving van de vraagcurve.
Oorzaak langs de vraagcurve: een verandering van prijs.
Een verschuiving van de vraagcurve:
- het budget van de consument kan toegenomen zijn
- voorkeur van consument voor product is toegenomen.
-prijs van substitutiegoederen kan hoger zijn geworden of de prijs van complementaire
goederen kan zijn gedaald.
Prijselasticiteit.
Prijselasticiteit= hoe sterk reageert vraag op verandering van de
prijs.
Oorzaak:
>>>>>>>
Gevolg:
prijsverandering
>>>>>>>
Verandering van de
gevraagde hoeveelheid
Elasticiteit= Procentuele verandering van het gevolg
Procentuele verandering van de oorzaak
Prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid: oorzaak
prijsverandering, gevolg een verandering van de gevraagde
hoeveelheid.
Voor de prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid gebruiken
we het symbool Ev
Ev=
Procentuele verandering van de gevraagde
hoeveelheid
Procentuele verandering van de prijs.
Procentuele
Nieuwe waarde- oude waarde
X100%
verandering
Oude waarde
Elastische vraag: als de prijselasticiteit kleiner is dan -1 dus bijv. -2.
In-elastische vraag: als de prijselasticiteit is groter dan -1 maar kleiner dan 0.
Inkomenselasticiteit.
Inkomenselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid= wat gebeurt er met de vraag als het
inkomen stijgt.
Oorzaak:
>>>>>>>
Gevolg:
Inkomensverandering
>>>>>>>
Verandering van de gevraagde hoeveelheid
Inkomenselasticiteit word aangegeven met Ey
Ey=
Procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid
Procentuele verandering van het inkomen
Noodzakelijke goederen:
Bij noodzakelijke producten als aardappelen neemt de hoeveelheid in verhouding aanzienlijk
minder toe dan het inkomen. De inkomenselasticiteit is dan meestal kleiner dan 1, en
meestal groter dan 0.
Luxegoederen:
Bij een luxeproduct neemt de afzet aanzienlijk sneller toe dan het inkomen. Het
inkomenselasticiteit is groter dan 1.
Inferieure goederen:
Elk procent inkomensstijging zorgt voor afname van de vraag ernaar. Dat komt doordat
mensen met meer geld speklappen vervangen door duurder vlees. Inkomstenelasticiteit is in
de min.
Statusgoederen:
Is opzichtige consumptie dus het kopen omdat anderen het niet kunnen kopen om te laten
zien dag geld geen rol speelt. Het is moeilijk te bepalen of iets een statusgoed is want niet
iedereen koopt die dure auto om te imponeren.
Download