EBV diagnostiek EBV LOUK vergadering 18 februari 2003 EBV diagnostiek: huidig schema • 6 testen kunnen aangevraagd worden: – – – – – – Heterofiele antistoffen (123/311) EBV IgG (302/311) EBV IgM (291/311) EBV IgA (54/311) EBV EBNA-1 IgG (54/311) Epstein-Barrvirus DNA (16) • Serologie => interpretatie door ASO/GSO EBV diagnostiek: wijzigingen • Diagnostiek ifv. patiëntenpopulatie – Immuuncompetente patiënten • EBV EBNA-1 IgG • Indien negatief (zelfde dag): – EBV IgM – EBV IgG – Immuungecompromitteerde patiënten • Epstein-Barr virus DNA Immuuncompetente patiënten • Primo-infectie – “Therefore EBV serology has the major task to differentiate between acute EBV infection and acute infections with CMV, HIV, HAV, HBV, HCV, rubella virus and mumps virus.” Clin. Lab. 2001; 47: 223-230 • Reactivatie? – “After primary infection, EBV persists in latent form in normal individuals and can rarely cause recurrent symptoms attributable to EBV reactivation in immunocompetent hosts” Critical reviews in oncology/hematology 2002; 44: 239-249 – “During the subsequent lifelong infection, the virus carriers do not manifest symptoms as long as they are immunocompetent” Critical reviews in oncology/hematology 2002; 44: 203-215 Immuuncompetente patiënten Immuuncompetente patiënten • EBNA-1 IgG antistoffen: – Detectie rond 4-6 weken na primo-infectie – Positief resultaat wijst op vroegere blootstelling • “Anti-EBNA-1 is missing during the first four weeks after the onset of disease. Its positivity therefore allows a rather clear exclusion of acute EBV infection.” Clin. Lab. 2001; 47: 223-230 – Negatief resultaat: • • • • • Geen EBV drager Primo-infectie Vroegere infectie (5%) Immuunsuppressie met secundair verlies CAEBV Immuuncompetente patiënten • “A reliable test for EBNA antibodies can be used as a screening test since the presence of EBNA antibodies excludes primary EBV infection. Antibodies against other EBV antigens must then be analyzed only if EBNA antibodies are absent” J. Clin. Microbiol. 1997; 35(11): 2728-2732 • Biotest Anti-EBV EBNA IgG ELISA – Sensitiviteit – Specificteit – PPW 97% 100% 99,8% Immuuncompetente patiënten • Seroprevalentie – “In West-Europa en de USA bereikt de prevalentie van EBVantistoffen een plateau van > 95% rond 20 jaar met incidentiepieken tussen 1 en 6 jaar en tussen 14 en 20 jaar.” Wegwijzer in Microbiologie, Editie 2000 – “Een groot deel van de bevolking wordt tijdens de kinderjaren of adolescentie besmet met het EBV. Meer dan 97% van alle mensen boven de dertig jaar heeft een infectie doorgemaakt en is seropositief voor EBV.” RIVM rapport 605148010 – september 2001: 150/253 EBV aanvragen >30 jaar (59.3%) Eindconclusie • Gelet op: – Antistofverloop bij primo-infectie (na 4-6 weken verschijnen EBNA-1 IgG As) – Klinische vraag (primo-infectie?) – Hoge seroprevalentie (>95% rond 30 jaar) • Kan besloten worden dat: – Het vernieuwde schema een vergelijkbare tot betere EBV diagnostiek geeft (oa. geen problemen met polyclonale respons) – 60-80 % van de stalen slechts 1 test (EBNA-1 IgG As detectie) vereisen voor adequaat beantwoorden van de klinische vraag. (september 2001: 18,5% EBNA-1 IgG negatief) Immuungecompromitteerd ptn. • Immuungecompromitteerde patiënten: – Primaire immunodeficiëntie (Tcell deficiëntie) – Secundaire immunodeficiëntie • Orgaan en beenmerg transplant patiënten • HIV patiënten • Klinische vraag: – Primo-infectie/reactivatie in het kader van lymfoproliferatieve aandoeningen Immuungecompromitteerde ptn. • Serologie? – “The laboratory diagnosis of primary and reactivated EBV infection is based on serologic methods in immunocompetent patients. However, in immunocompromised patients, serologic data are difficult to interpret and do not often correlate with clinical data.” J. Med. Virol. 2001; 65: 348-357 – “…we observed delayed EBV-specific IgM and IgG response compared to EBV DNA detection, indicating serology to be an insufficient late marker for EBV infection and unsuitable for PTLD diagnosis.” Blood 2001; 97(5): 1165-1171 Immuungecompromitteerde ptn. • PTLD – “Early identification of patients at risk for developing PTLD could reduce PTLD-related morbidity and mortality, thereby improving overall patient management.” Blood; 97(5): 1165-1171 – “It is now clear that a crucial point of PTLD diagnosis and management is certainly close monitoring for EBV infection. Although specific serology can be useful for the diagnosis of EBV primary infection, there are major limits in sensitivity and specificty in comparison to PCR, which lead to a reduction in its usefulness. Its only indication is probably pretransplant EBV status determination. The cornerstone of EBV infection diagnosis is the EBV viral load.” Pediatr. Transplantation 2002; 6: 280-287 Eindconclusie “EBV viral load determination by quantitative polymerase chain reaction (PCR) is so far the only predictive marker for PTLD prevention and PTLD treatment monitoring, although limited in specificity.” Pediatr. Transplantation 2002; 6 : 280-287 Nieuwe schema • Immuuncompetente patiënten – EBV EBNA-1 IgG – Indien negatief (zelfde dag): • EBV IgM • EBV IgG • Immuungecompromitteerde patiënten – EBV viral load