Wereldwijd wordt een derde van het geproduceerde voedsel verspild

advertisement
DE STANDAARD
DINSDAG 28 AUGUSTUS 2012
HET VERHAAL
20
WERELD HEEFT IN 2050 ALLEEN GENOEG WATER
DE STANDAARD
21
DINSDAG 28 AUGUSTUS 2012
ALS WE MEER ALS VEGETARIËRS GAAN LEVEN
Vlees eten
heeft geen
toekomst
In sommige droge streken, hier in Kenia, groeit nauwelijks iets. Nomadische veeteelt is de enig mogelijke vorm van landbouw.
is zout en dus niet geschikt om te
drinken of voor de landbouw. Het
wél bruikbare water is in grote
delen van de wereld veel schaarser, en dat probleem dreigt alleen
maar ernstiger te worden met de
klimaatverandering en de groeiende wereldbevolking.
Slokop
Blijven we braadworsten van een halve meter verslinden, dan dreigt wereldwijd watertekort. © Flip Franssen
Met de groei van de wereldbevolking wordt waterschaarste
een steeds groter probleem. Nochtans is er genoeg water,
zegt een Zweeds rapport, op voorwaarde dat we er verstandiger mee omspringen, én dat we niet te veel vlees eten. ‘Go
veggie or go hungry’ dus.
STEVEN STROEYKENS
We moeten
BRUSSEL
dringend minder water en voedsel
gaan verspillen, als we binnen enkele decennia nog genoeg water
willen overhouden voor de landbouw die de groeiende wereldbe-
volking moet voeden. En als die
groeiende wereldbevolking het
huidige consumptiepatroon van
de rijke landen wil overnemen en
veel vlees gaat eten, zal het zeker
niet lukken. Die waarschuwing
staat in een rapport van het
Stockholm International Water
Institute (SIWI), een organisatie
die onderzoek doet naar duurzaam gebruik van water.
De aarde mag dan een ‘blauwe
planeet’ zijn, vol met water, maar
het overgrote deel van dat water
De grootste slokop van water wereldwijd is de landbouw. Er gaat
veel meer water naar het verbouwen en kweken van ons voedsel,
dan wat we gebruiken als drinkwater. Vooral vlees en andere
dierlijke producten vragen om
veel water – tot tien keer meer
dan plantaardig voedsel. Wereldwijd wordt een derde van het beschikbare bouwland gebruik om
voedingsgewassen voor dieren te
verbouwen.
Wetenschappers van de universiteit van Stockholm hebben verschillende scenario’s nagerekend
over de watersituatie in de wereldwijde landbouw in 2050. Ze
gingen daarbij uit van gemiddelde prognoses van de groei van de
wereldbevolking en de klimaatopwarming in de komende decennia. De hoofdvraag was of de
beschikbare hoeveelheid water in
2050 zou volstaan om te voldoen
aan de voedselbehoefte van de
naar schatting negen miljard
aardbewoners in 2050 (twee miljard meer dan vandaag).
In een eerste scenario dat de wetenschappers doorrekenden zou
de toegenomen wereldbevolking
gevoed worden in lijn met de huidige trend naar een ‘rijkere’ voeding, waarbij steeds meer mensen in groeilanden het voedingspatroon van de rijke landen navolgen en meer vlees en andere
dierlijke producten eten. Met een
gemiddelde consumptie van
3.000 kilocalorieën per persoon
per dag, waarvan twintig procent
geleverd door dierlijke producten, was het resultaat van de berekeningen dat er in 2050 niet meer
genoeg water zal zijn.
In een tweede scenario eten we in
2050 evenzeer 3.000 kilocalorieen per dag, maar worden die gemiddeld voor slechts vijf procent
geleverd door dierlijke producten. In dat scenario is er wél op
het nippertje genoeg water – op
voorwaarde dat droge landen,
waar de landbouw niet genoeg
opbrengt voor de eigen bevolking, op grote schaal voedsel kunnen invoeren uit nattere streken.
Als we minder vlees gaan eten, of
als een flink percentage van de
wereldbevolking in 2050 vegetarisch eet, hebben we dus een veel
betere kans om binnen enkele decennia watertekorten onder controle te houden, volgens het
derde van het geproduceerde
voedsel verspild. Niet alleen door
het voedsel dat in rijke landen in
de vuilnisbak of de afvalcontainer belandt, maar ook in arme
landen waar de distributie ontoereikend georganiseerd is en veel
Wereldwijd wordt
een derde van het
geproduceerde
voedsel verspild
Zweedse rapport.
Daarnaast roepen de wetenschappers op om verstandiger
met het water om te gaan, en verspilling tegen te gaan. Niet alleen
verspilling van water, bijvoorbeeld door inefficiënte irrigatie,
maar ook verspilling van voedsel.
Momenteel wordt maar liefst een
voedsel bederft voor het de consument bereikt.
‘Meer dan een vierde van al het
water dat we wereldwijd verbruiken, dient om ruim een miljard
ton voedsel te verbouwen dat niet
wordt opgegeten’, zegt het SIWI.
‘De verspilling van voedsel terugdringen is de slimste en meest di-
© ap
recte route naar het verlichten
van de druk op water- en landhulpbronnen. Het is een kans die
we niet mogen laten liggen’, zegt
Torgny Holmgren, de directeur
van het SIWI.
Guido Wyseure, professor waterbeheer aan de faculteit bio-ingenieurswetenschappen van de KU
Leuven, is het eens met de aanbevelingen om minder water en
voedsel te verspillen en minder
vlees te consumeren.
‘Ik wil wel één kanttekening
plaatsen bij de aanbeveling om
minder vlees te eten,’ zegt hij. ‘In
streken waar er zeer weinig regen
valt, is veeteelt, in de vorm van
nomadische herders met hun
kudden, soms de enige vorm van
landbouw die mogelijk is. In België varkens of kippen kweken, gevoed met soja die wordt geïmporteerd uit Zuid-Amerika, dat is een
ramp qua water- en energieverbruik. Maar als dieren “zelf oogsten” op plaatsen waar anders
geen landbouw mogelijk is, dan is
dat vlees wél welkom, op voorwaarde dat er niet té veel vee
wordt gehouden.’
Daarnaast moet ook de waterverspilling aangepakt worden, vindt
Wyseure. ‘Het zal alle hens aan
dek worden om onder meer de irrigatie efficiënter te maken om
minder water te verliezen.’
Nu bestaat een tendens om aan
‘overirrigatie’ te doen. Boeren die
over genoeg water beschikken,
gebruiken er meer dan nodig, en
daardoor is er elders minder water beschikbaar.
Om de totale voorraad beschikbaar water zo doelmatig mogelijk
te gebruiken, kan het zelfs nuttig
zijn om de planten iets mínder
water te geven, zonder de maximale oogst na te streven. Een individuele plant geeft dan iets
minder opbrengst, maar daar
staat tegenover dat er meer planten bevloeid kunnen worden, zodat de totale opbrengst per liter
verbruikt water toch hoger is.
Maar hoe kun je landbouwers
motiveren om niet meer water te
gebruiken dan nodig, laat staan
minder? ‘Dat is een heel moeilijk
op te lossen probleem’, zegt Wyseure. ‘Meestal betalen de landbouwers in ontwikkelingslanden
niet voor het water dat ze gebruiken. En als ze zouden moeten betalen, zouden ze ook niet meer
rondkomen. Maar zo is het niet
gemakkelijk om de mensen te motiveren.’
Download