Regionale biodiversiteit

advertisement
Regionale biodiversiteit
of hoe belangrijk is Vlaanderen in een
Europese context?
Maurice Hoffmann
INBO
31 mei 2011
Ignace Cnops-studiedag Hasselt, programma
• 13u45: Waarde van BIO-diversiteit – Tom Artois, biodiversiteit CMK,
UHasselt
• 14u00: Biodiversiteit en het recht: bedenkingen bij de toepassing van
de regelgeving- Bernard Vanheusden, milieu-recht CMK, UHasselt
• 14u15: De economische waarde van een ecosysteem– Theo Thewis,
milieu-economie CMK, UHasselt
• 14u30: Biodiversiteit en vrijwilligers - Jan Stevens, diensthoofd
provinciaal natuurcentrum
• 14u45: Regionale biodiversiteit: Vlaanderen in een Europese contextMaurice Hoffmann, afdelingshoofd Biodiversiteit en Natuurlijk Milieu,
INBO
• 15u00: Biodiversiteit: een rijke bron voor multidisciplinair onderzoek
en innovatie - Hans Van Dyck, Centre de Recherche sur la Biodiversité,
UCL
Recente biodiversiteitafname
populatiegrootte vertebraten (WWF Living Planet Index)
landindex: trend in populatiegrootte
van 282 soorten vogels/zoogdieren/
reptielen uit bosecosystemen
mariene index: 217 soorten
vogels/zoogdieren/
reptielen/vissen
zoetwaterindex: 195 soorten
vogels/zoogdieren/
reptielen/amfibieën/vissen
sinds 1970
landindex: 35% achteruitgang
mariene index: 35 % achteruitgang
zoetwaterindex: 54 % achteruitgang
LPI: 37 % achteruitgang
trend per klimaatszone:
tropische en zuid gematigde streken
sterkste achteruitgang
noord gematigde streken, geringste
achteruitgang
Bron: WWF, Living Planet Report 2008
Europese richtlijnen, aanleiding
• Habitatdestructie
• Habitatfragmentatie
•…
Historische evolutie
bos in Binnen-Vlaanderen
1000
1775
1990
regressie tot het einde van de Romeinse periode
gedeeltelijk herstel tijdens de middeleeuwen
hernieuwde ontbossing vanaf de late middeleeuwen tot nu
grootschalige ontbossing in de 19e eeuw
EU- habitats
Corine Land Cover 2000
Landschap in Europa versus Vlaanderen (2000)
Europa
Vlaanderen
rest; 0
rest; 3
artificial areas; 5
wetlands and seminatural; 11
artificial areas; 24
arable land; 33
w etlands and seminatural; 3
arable land; 44
pastures &
meadows; 22
pastures & meadow s;
13
forest; 28
forest; 14
Habitatdestructie
Total Land Cover 2000 - %
korte termijn
1% 3%
1%
5%
Artificial areas
Arable land & permanent crops
7%
Pastures & mosaics
EU- habitats
33%
Corine Land Cover 2000
evolutie 1990-2000
Forested land
Semi-natural vegetation
28%
Open spaces/ bare soils
Wetlands
•Nationale classificatie van
oppervlak gebaseerd op remote
sensing beelden
•30 landen betrokken
•23 landen met 1990 en 2000
beelden
22%
Water bodies
Net Change in Land Cover
% of initial year
6
Artificial areas
5
Arable land & permanent
crops
Pastures & mosaics
4
3
Forested land
2
1
0
-1
-2
-3
Semi-natural vegetation
Open spaces/ bare soils
Wetlands
Water bodies
Historische habitatevolutie
heide en bos in Binnen-Vlaanderen
heide
bos
Bron: Piessens & Hermy, 2006; Biol. Conserv. 132: 382
Patronen in habitatevolutie
heide en bos in Binnen-Vlaanderen
oppervlakte- en perimeterkenmerken in de loop van de tijd
Bos
1000
Bos
1775
Bos
1850
Bos
1985
Heide
1000
Heide
1775
Heide
1850
Heide
1985
21.500
19.321
15.946
5332
17.500
9.040
1254
85
(8,3%)
(27,3%)
Opp (ha)
(64.000)
(33,6%)
# patches
?
693
1336
722
?
131
134
38
Gem. opp
?
27.9
11.9
7.4
?
69.0
9.4
2.2
Max. opp
?
2333
3698
553
?
2685
178
12
Totale
perimeter
(km)
?
1614
2007
865
?
398
150
34
Gem.
perimeter
per opp.
?
83.5
125.9
162.3
?
44.0
119.4
396.6
(0,13%)
1000: ruwe reconstructie bos- en heideareaal in het middeleeuws graafschap Vlaanderen; Verhulst (1995)
1775: De Ferrariskaart; 1850: Vandermaelenkaart; 1985: NGI-topografische kaart
Bron: Piessens & Hermy, 2006. Biol. Conserv. 132: 382
Patronen in soortextincties
Heideareaal: 99% reductie
Heidesoorten: 11% uitgestorven
extinctieschuld
heide- en bossoorten Binnen-Vlaanderen
plantensoorten die uitstierven in de studieperiode (eind 18e eeuw – heden)
Species
Soort
Socio-ecologische groep (*)
Antennaria dioica
Carex punctata
Carex strigosa
Cuscuta epithymum
Diphasiastrum tristachyum
Gentiana pneumonanthe
Gymnocarpium dryopteris
Huperzia selago
Inula conyzae
Juncus filiformis
Lysimachia thyrsiflora
Monotropa hypopitys
Montia fontana
Neottia nidus-avis
Polystichum aculeatum
Pyrola minor
Thymus serpyllum
Vaccinium vitis-ideaea
Viscum album
Rozenkransje
Stippelzegge
Slanke zegge
Duivelsnaaigaren
Cipreswolfsklauw
Klokjesgentiaan
Gebogen beukvaren
Plompe wolfsklauw
Donderkruid
Draadrus
Moeraswederik
Stofzaad
Groot bronkruid
Vogelnestje
Naaldvaren
Klein wintergroen
Wilde tijm
Rode bosbes
Maretak
Droge heide
Zuur grasland
Bos
Droge heide
Droge heide
Natte heide
Bos
Zuur grasland
Bosranden
Natte heide
Natte heide
Bos
Bos
Bos
Bos
Bos
Zuur grasland
Droge heide
Bos
(*) socio-ecologische groep volgens Stieperaere & Fransen (1982)
Bron: Piessens & Hermy, 2006; Biol. Conserv. 132: 382
Soorten: bedreigde soorten
broedvogels
(6)
(16)
(12)
(12)
(7)
(16)
(90)
(3)
uitgestorven
ongewervelden
Ongewervelden
met uitsterven
bedreigd
bedreigd
kwetsbaar
Planten,
planten,
paddenstoelen
paddestoelen,…
zeldzaam
achteruitgaand
Zoogdieren,vogels,
vogels,
zoogdieren,
amfibieën,
reptielen,
reptielen
amfibieën,…
momenteel niet
bedreigd
onvoldoende
gekend
Bron: Natuurrapport, 2005
200000
180000
Aantal broedparen
160000
140000
120000
100000
80000
60000
Bedreigd:
Geelgors
Grauwe gors
40000
20000
0
1960
1970
1980
1990
Veldleeuwerik (Alauda arvensis)
2000
Kwetsbaar
Patrijs
Veldleeuwerik
Achteruitgaand
Huismus
Europa’s Natura2000
Netwerk
Europese richtlijnen
uitgevaardigd:
•
•
•
Vogelrichtlijn, 1979
(Kaderrichtlijn Water, 2000)
Habitatrichtlijn, 1992
Europa’s Natura2000
Netwerk: Vlaanderen in atlantische regio
Biogeografische
regio’s van Europa
al pi
ne
Alpien
Atlantisch
Zwarte zee
boreal
Boreaal
Continentaal
Macaronesië
boreal
boreal
Mediterranaan
Pannonisch
atlantic
Steppe
continental
alpine
atlantic
alp
e
pannonian
steppic
continental
Black sea
ine
mediterranean
mediterranean
macaronesian
macaronesian
ine
alpin
al p
at
la
nt
ic
atlantic
BWK-waardering, versie 1 versus versie 2
minder waardevol
versie 1
karteerperiode: 1978-96
complex van minder waardevol en
waardevol
complex van minder waardevol,
waardevol en zeer waardevol
complex van minder en zeer
waardevol
versie 2
karteerperiode: 1997-2010
waardevol
complex van waardevol en zeer
waardevol
zeer waardevol
0
6
6
4
14
11
0
0
1
1
1
8
69
79
naar Vriens et al., in druk. De Biologische Waarderingskaart. Biotopen en hun verspreiding in Vlaanderen en het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest.
Lange Termijn Visie (2030) Gebiedsgericht
Natuurbehoud Vlaanderen
Long-Term Vision - Nature Flanders
(summary)
“Natuur is overal, overal is natuurverantwoordelijkheid”
Bron: Nijssen et al., 2002. LTVisie gebiedsgericht Natuurbehoud Vlaanderen
BWK, versie 2
basis voor de SBZ-afbakening Oppervlak
minimum
Oppervlak
maximum
4442
4950
Slikken en schorren
740
1030
Stilstaande wateren
13023
17455
Moerassen
2538
5376
Heiden en hoogveen
7046
13842
Halfnatuurlijke graslanden
6415
10950
44450
58450
Graslanden met verspreide biologische
waarden
103500
122000
Graslanden met beperkte biologische
waarden
143000
194000
15970
25080
BWK-biotoopgroep
Strand en duinen
Soortenrijke permanente graslanden
Ruigten en pioniersvegetaties
Struwelen
-
+
+
+
+
(±)
inheems loofbos en struweel (4,9%)
10911
18111
Vallei- en moerasbossen
7930
12660
overige bossen, aanplanten en parken (7,1%)
Eiken- en beukenbossen
34623
49746
moeras, heide, duinen en stilstaande wateren (2,6%)
Overige bossen, aanplanten en parken
84800
112200
Akkers en tuinbouw
404100
474000
Bebouwing en industrie
322240
342650
5792
6504
Kleine landschapselementen
Overige karteringseenheden (wegen,
kanalen, …)
-
ruigten en pioniersvegetaties (1,5%)
halfnatuurlijke graslanden (0,6%)
overige graslanden met biologische waarden (12%)
akkers, tuinbouw en graslanden met beperkte biologische waarden (44,3%)
bebouwing en industrie (24,2%)
30162
32762
Vriens et al., in druk. “BWK-boek”
overige karteringseenheden en kleine landschapselementen (2,8%)
BWK, versie 2
Zeldzaamheidsklassen
4%
8%
25%
zeer algemeen
11%
algemeen
vrij algemeen
vrij zeldzaam
zeldzaam
zeer zeldzaam
uiterst zeldzaam
21%
22%
9%
BWK, versie 2: HR-waardige habitats
BWK, versie 2: HR-waardige habitats
Aangemelde SBZ-H’s en SBZ-V’s
Ramsar Convention Areas
European Bird Directive Areas
European Habitat Directive Areas
}
Natura 2000
Europees belang, criteria habitats
Huidige oppervlakte habitattype
in Vlaanderen t.o.v. atlantische BG regio
(Veel) minder dan
gemiddeld
(< 0,5%)
(Veel) meer dan
gemiddeld
(> 8%)
Gemiddeld
(0,5-8%)
Europees prioritaire
habitat
ja
nee
Uitzonderlijk vegetatietype/
uitzonderlijke situatie
ja
nee
Matig belangrijk
Belangrijk
Paelinckx et al., 2009. INBO.M.2009.6
Zeer belangrijk
Europees belang, zeer belangrijke habitats
code SVI
ha
Habitat (criteria voor zeer belangrijk)
1130
Estuaria (wegens uitzonderlijke volledige zout-zoetgradiënt)
5430
2130
Vastgelegde duinen met kruidvegetatie (grijze duinen) (prioritaire habitat en 0,5-8%)
760
2310
Psammofiele heide met Calluna- en Genista-soorten (> 8%)
2450
6120
Kalkminnend grasland op dorre zandbodem (stroomdalgraslanden) (prioritaire habitat en 0,5-8%)
55
6230
Nardus graslanden (prioritaire habitat, uitzonderlijke subtypes en 0,5-8%)
300
9120
Zuurminnende Atlantische beukenbossen met ondergroei van Ilex of soms Taxus
(Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagion) (>8%)
12050
9130
Beukenbossen van het type Asperulo-Fagetum (uitzonderlijk subtype en 0,5-8%)
3250
91E0
Alluviale bossen met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae,
Salicion albae) (prioritaire habitat, uitzonderlijke subtypes en 0;5-8%)
11850
Paelinckx et al., 2009. INBO.M.2009.6
Europees belang: belangrijke habitats
1310
Eenjarige pioniersvegetaties van slik en zandgebieden met Salicorniasoorten en andere zoutminnende planten
1330
Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)
2110
Embryonale wandelende duinen
2120
Wandelende duinen op de strandwal met Ammophila arenaria (witte duinen)
2160
Duinen met Hippophae rhamnoides
2170
Duinen met Salix repens ssp. Argentea (Salicion arenaria)
2180
Beboste duinen van het atlantische, Continentale en Boreale kustgebied
2190
Vochtige duinvalleien
2330
Open grasland met Corynephorus- en Agrostissoorten op landduinen
3130
Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot de Littorelletalia uniflora en/of de Isoëtes-Nanojunctea
3140
Kalkhoudende oligo-mesotrofe stilstaande wateren met benthische Chara spp. vegetaties
3150
Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition
3260
Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitans en het Callitricho-Batrachion
3270
Rivieren met slikoevers met vegetatie behorend tot het Chenopodietum rubri p.p. en Bidention p.p.
4010
Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix
4030
Droge Europese heide
6410
Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige of lemige kleibodem (Eu-Molinion)
6430
Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones
6510
Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)
7140
Overgangs- en trilveen
7150
Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion
9160
Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli
9190
Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten
91F0
Gemengde eiken-iepen-essenbossen langs de oevers van grote rivieren met uercus robur, Ulmus laevis, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia
(Ulmenion minoris)
Europees belang: matig belangrijke habitats
Code /
SVI
habitat
ha
2210
1140
Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten
1320
Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)
2150
EU-atlantische vastgelegde ontkalkte duinen (Calluno-Ulicetae)
3110
Mineraalarme oligotrofe wateren van de Atlantische zandvlakten (Littorelletalia uniflora)
3160
Dystrofe natuurlijke poelen en meren
41
5130
Juniperus communis-formaties in heidevelden of op kalkgrasland
20
6210
Droge halfnatuurlijke graslanden en struikvormende facies op kalkhoudende substraten (FestucoBrometalia) (gebieden waar zeldzame orchideeën groeien)
0,8
7110
Actief hoogveen
1,6
7210
Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en Carex davalliana
6
7220
Kalktufbronnen met tufsteenformatie (Cratoneurion)
0
7230
Alkalisch laagveen
6,5
8310
Niet voor het publiek opengestelde grotten
105
9110
Beukenbossen van het type Luzulo-Fagetum
310
9150
Midden-Europese kalkminnende beukenbossen behorend tot het Cephalantero-Fagetum
3,7
Paelinckx et al., 2009. INBO.M.2009.6
1,5
0,002
1
Toestand van de habitats in het
Natura2000 Netwerk (juli 2008)
Spyropolou, R.S., 2008. 6th SER2008-Congress, Ghent 8-12 September 2008.
Ongunstig - slecht
Ongunstig – ontoereikend
Niet toegekend
Onbekend
Gunstig
Conservation status – Habitats by Region
Conservation status – Habitats by Group
Toestand van de soorten in het
Natura2000 Netwerk (juli 2008)
Spyropolou, R.S., 2008. 6th SER2008-Congress, Ghent 8-12 September 2008.
Ongunstig - slecht
Ongunstig – ontoereikend
Niet toegekend
Onbekend
Gunstig
Conservation status – Soorten per regio
Conservation status – Soorten per tax. groep
Staat van habitatinstandhouding,
Vlaanderen versus Europa
SVI (in %)
Vlaanderen
G-IHD
Europa
atl. regio
2006
ongunstig-slecht
78
>
43
ongunstig-ontoereikend
15
<
29
onbekend
0
gunstig
7
Paelinckx et al., 2009. INBO.M.2009.6
20
=
8
Kan de staat van habitatinstandhouding
verbeteren? Milieuvoorwaarden
Ramsar Convention Areas
European Bird Directive Areas
European Habitat Directive Areas
}
Natura 2000
Verzuring
bron: www.natuurindicatoren.be
De kritische last is de maximaal toelaatbare depositie van verzurende
componenten voor een bepaald ecosysteem waarbij op lange termijn geen
schadelijke effecten optreden. Deze effecten kunnen betrekking hebben op
vegetatie, bodem en grondwater. De kritische last is voor elke locatie
verschillend, afhankelijk van bodem en vegetatie. De oppervlakte kwetsbare
vegetatie waar de kritische last wordt overschreden, is een goede indicator
voor de druk van de depositie verzurende componenten op de natuur. Deze
werd op niveau Vlaanderen berekend aan de hand van het atmosferische
verspreidingsmodel (Operationeel Prioritaire Stoffen of OPS-model), rekening
houdende met denitrificatie. Er wordt geen rekening gehouden met andere oorzaken van
verzuring of buffering, zodat de indicator in verband kan worden gebracht met de
beleidsinspanningen inzake emissiereductie. Aangezien het om een modellering gaat moeten
de absolute waarden met omzichtigheid worden gebruikt.
Verzuring
bron: www.natuurindicatoren.be
De kritische last is de maximaal toelaatbare depositie van verzurende
componenten voor een bepaald ecosysteem waarbij op lange termijn geen
schadelijke effecten optreden. Deze effecten kunnen betrekking hebben op
vegetatie, bodem en grondwater. De kritische last is voor elke locatie
verschillend, afhankelijk van bodem en vegetatie. De oppervlakte kwetsbare
vegetatie waar de kritische last wordt overschreden, is een goede indicator
voor de druk van de depositie verzurende componenten op de natuur. Deze
werd op niveau Vlaanderen berekend aan de hand van het atmosferische
verspreidingsmodel (Operationeel Prioritaire Stoffen of OPS-model), rekening
houdende met denitrificatie. Er wordt geen rekening gehouden met andere oorzaken van
verzuring of buffering, zodat de indicator in verband kan worden gebracht met de
beleidsinspanningen inzake emissiereductie. Aangezien het om een modellering gaat moeten
de absolute waarden met omzichtigheid worden gebruikt.
Vermesting
NH3-emissieschatting op basis van
nitrofiele epifytische korstmossen
Lecidella elaeochroma
Lecanora chlarotera
Xanthoria polycarpa
Candelariella xanthostigma
Xanthoria candelaria
Xanthoria parietina
Vermesting
bron: www.natuurindicatoren.be
stikstofbelasting
Habitat
Droge heide
Natte heide
Soortenrijke heide/grasland
Soortenrijk grasland op kalkrijke bodem
Soortenrijk grasland op neutrale tot zure
bodem
Moeras (fens)
Mesotrofe wetlands
Veenvegetaties (mires)
Bron: Bobbink et al., 1988
Kritische N-last
(kg N/ha/jaar
Betrouwbaarheid
15-20
17-22
<20
14-25
20-30
5-15
20-35
5-15
**
**
*
**
*
**
*
*
Vermesting
bron: www.natuurindicatoren.be
stikstofbelasting
Habitat
Droge heide
Natte heide
Soortenrijke heide/grasland
Soortenrijk grasland op kalkrijke bodem
Soortenrijk grasland op neutrale tot zure
bodem
Moeras (fens)
Mesotrofe wetlands
Veenvegetaties (mires)
Bron: Bobbink et al., 1988
Kritische N-last
(kg N/ha/jaar
Betrouwbaarheid
15-20
17-22
<20
14-25
20-30
5-15
20-35
5-15
**
**
*
**
*
**
*
*
Veranderingen in de flora door Δ milieu
Vlaanderen
nutriënten
zuurtegraad
Bron: Van Landuyt et al., 2008, Biodivers.Conserv. 17: 3045
Veranderingen in de flora
door Δ milieu, Vlaanderen
Lobelia dortmanna ↓↓
Cardamine hirsuta ↑↑
1939-1971
1972-2004
Bron: Van Landuyt et al., 2008, Biodivers.Conserv. 17: 3045
Kan de staat van habitatinstandhouding
verbeteren? Beheermaatregelen
Niets doen
riet- of zeebiesriet- of zeebiesvegetatie
vegetatie
Beheer zilte graslanden
begrazen
niets doen
Herstellen van depressies,
greppels of microreliëf tot in de
contactzone met zilt
grondwater
Soortenarm
Voedselrijk grasland
Zware
bemesting,
egalisering
zilverschoongraslan
d
Afraven of begreppelen tot in
de contactzone met zilt
grondwater; herstel
microreliëf en periodieke
overstroming
Natuurlijke
opslibbing en
ontzilting, matige
bemesting
Seizoensbegrazing,
nulbemesting
zilt grasland 1330
zilt grasland 1330
Begrazing met sterke
bodemvertrappeling en/of
frequente overstroming met
zilt oppervlaktewater
(vanuit aanpalende waters)
Verlaging van
begrazings- en
overstromingsdynamiek
begrazing
zulte – zeebieszulte – zeebiesvegetatie
vegetatie
Niets doen
zeekraalvegetaties 1310
zeekraalvegetaties 1310
periodieke peilschommelingen met
tijdelijke overstroming +
seizoensbegrazing (incl. vertrappeling
van de bodem);
onderhoud greppels met zacht hellend
profiel
Bron: Van Uytvanck et al., in druk. Vademecum beheer Europese habitats en soorten
Europese richtlijn, een statisch gegeven
compatibel met verwachte veranderingen in de tijd?
Ramsar Convention Areas
European Bird Directive Areas
European Habitat Directive Areas
}
Natura 2000
Klimaateffecten: regionale projectie van
plantensoortverlies en -omslag in de Europese flora
Thuiller et al. 2005, PNAS 102: 8245
Biogeografische projectie van soortverlies en -omslag in
de Europese flora
Ruimtelijke gevoeligheid van plantendiversiteit in Europa voor klimaatverandering,
gerangschikt volgens biogeografische regio.
Gemiddeld percentage van de huidige soortenrijkdom (links), soortenverlies (centrum)
en soortenomslag (rechts)
Thuiller et al. 2005, PNAS 102: 8245
Veerkracht van gemeenschappen
in functie van klimaatsveranderingen
Stress regime
Impact van normale klimaatsveranderingen
op beschikbare nicheruimte van soort i
Storingsregime
totale nicheruimte
optimum nr
Potentiële nicheruimte
binnen het gegeven
historisch perspectief en binnen
de storings- en stresslimieten
Veranderingstraject van een
metastabiele staat naar een andere
Bron: Harris et al., 2006. Restor. Ecol. 14: 170
Veerkracht van gemeenschappen
in functie van klimaatsveranderingen
Stress regime
Impact van normale klimaatsveranderingen
op beschikbare nicheruimte
Storingsregime
Potentiële nicheruimte
binnen het gegeven
historisch perspectief en binnen
de storings- en stresslimieten
Actuele ingenomen nicheruimte
Veranderingstraject van een
metastabiele staat naar een andere
Bron: Harris et al., 2006. Restor. Ecol. 14: 170
Veerkracht van gemeenschappen
in functie van klimaatsveranderingen
Stress regime
Verandering in beschikbare nicheruimte
In antwoord op klimaatverandering
Storingsregime
Potentiële nicheruimte
binnen het gegeven
historisch perspectief en binnen
de storings- en stresslimieten
Actuele ingenomen nicheruimte
Veranderingstraject van een
metastabiele staat naar een andere
Bron: Harris et al., 2006. Restor. Ecol. 14: 170
Veerkracht van gemeenschappen
in functie van klimaatsveranderingen
Verandering in beschikbare nicheruimte
In antwoord op klimaatverandering
Stress regime
Stress regime
Impact van normale klimaatsveranderingen
op beschikbare nicheruimte
Storingsregime
Storingsregime
Actuele ingenomen nicheruimte
Niches niet langer beschikbaar wegens klimaatverandering
Potentiële nicheruimte
binnen het gegeven
historisch perspectief en binnen
de storings- en stresslimieten
Nieuwe niches beschikbaar dankzij klimaatverandering
Veranderingstraject van een
metastabiele staat naar een andere
Bron: Harris et al., 2006. Restor. Ecol. 14: 170
Veerkracht van soorten
in functie van klimaatsveranderingen
Stress regime
Stress regime
Stress regime
‘locked assemblages’, niet in staat om te
reageren op klimaatverandering
Verandering in beschikbare nicheruimte
In antwoord op klimaatverandering
Impact van normale klimaatsveranderingen
op beschikbare nicheruimte
Storingsregime
Storingsregime
Actuele ingenomen nicheruimte
Niches niet langer beschikbaar wegens klimaatverandering
Storingsregime
Potentiële nicheruimte
binnen het gegeven
historisch perspectief en binnen
de storings- en stresslimieten
Nieuwe niches beschikbaar dankzij klimaatverandering
Begrensde, afgesloten gemeenschappen, daardoor
niet in staat om te reageren
Bron: Harris et al., 2006. Restor. Ecol. 14: 170
Veranderingstraject van een
metastabiele staat naar een andere
Regionale (Vlaamse) diversiteit in Europa
(op habitatniveau)
1.
Vlaanderen draagt verantwoordelijkheid voor
1.
2.
3.
2.
3.
4.
8 zeer belangrijke,
24 belangrijke en
14 matig belangrijke habitats
Europese habitattoestand en soorttoestand (atlantische
regio) (2006) verre van rooskleurig
Vlaamse habitattoestand (2009) nog minder rooskleurig
Zijn de instandhoudingsdoelstellingen bereikbaar?
1.
2.
3.
4.
5.
Verzuringsgraad redelijk, mogelijk nog verder in te tomen
Vermestingsgraad serieus verminderen
Versnipperingsgraad is een knelpunt
Lokale beheermaatregelen zijn goed omschreven
Statische HR-benadering geeft onzekerheid inzake duurzaam
behoud onder veranderend klimaat
Bedankt voor uw aandacht
Bronnen
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Dumortier, M., De Bruyn, L., Hens, M., Peymen, J., Schneiders, A., Van Daele, T., Van
Reeth, W., Weyembergh, G. & Kuijken, E., 2005. Natuurrapport 2005. Toestand van de
natuur in Vlaanderen: cijfers voor het beleid. Med. Instituut voor Natuurbehoud nr 24,
Brussel.
Harris, J.A., Hobbs, R.J., Higgs, E. & Aronson, J., 2006. Ecological Restoration and Global
Climate Change. Restoration Ecology 140: 170-176
Hoffmann, M. Verspreiding en ecologie van epifyten en epifytengemeenschappen in Oosten West-Vlaanderen. xx+763 pp. 1993. Gent, Universiteit Gent, PhD thesis.
Nijssen, D., Demeulenaere, E. & Heyn, M., 2002. Langetermijnvisie gebiedsgericht
natuurbehoud in Vlaanderen.
Paelinckx, D., Sannen, K., Goethals, V., Louette, G., Rutten, J. & Hoffmann, M., 2009.
Gewestelijke doelstellingen voor de habitats en soorten van de Europese Habitat- en
Vogelrichtlijn voor Vlaanderen. INBO.M.2009.6
Piessens, K. & Hermy, M., 2006. Does the heathland flora in north-western Belgium show
an extinction debt? Biological conservation 132: 382-394.
Spyropolou, R.S., 2008. The 2007 conservation status of habitats and species of European
interest: can restoration help? 6th SER2008-Congress, Ghent 8-12 September 2008.
Thuiller, W., Lavorel, S., Arau´ jo, M.B., Sykes, M. T. & Prentice, I. C., 2005. Climate
change threats to plant diversity in Europe. PNAS 102: 8245–8250.Van Landuyt, W.,
Vanhecke, L., Hoste, I., Hendrickx, F. & Bauwens, D., 2008. Changes in the distribution
area of vascular plants in Flanders (northern Belgium): eutrophication as a major driving
force. Biodivers Conserv 17:3045–3060
Van Uytvanck, J. De Blust G. (redactie), Demolder, H., Packet, J., Leyssen, A., Denys, L.,
Van Looy, K., Vandevoorde, B., Thomaes, A., De Keersmaeker, L., Vandekerkhove, K.,
Audenaert, T., Josten, D. & Roelandt, B., in druk. Vademecum Beheer van Europese
Habitats en Soorten voor particuliere beheerders van terreinen binnen Natura 2000
gebieden Vriens L., Bosch H., De Knijf G., De Saeger S., Guelinckx R., Oosterlynck P., Van
Hove M. & Paelinckx D., in druk. De Biologische Waarderingskaart. Biotopen en hun
verspreiding in Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
WWF, Living Planet Report 2008
Download