nieuwsbrief Viermaandelijks tijdschrift | Jaargang 18, nummer 56 - nobember 2014 Afgiftekantoor Brugge 1, 2e afdeling Vooruitgang Jaarlijks krijgen gemiddeld 10.000 vrouwen in België de diagnose borstkanker. Daarmee is borstkanker de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. De laatste twee decades wordt aan de hand van factoren zoals leeftijd, tumorgrootte, lymfeklierstatus, histologische graad en de status van de oestrogeen-receptor en humane epidermale groeifactorreceptor type 3 (HER2) beslist welke patiënte met primair borstcarcinoom chemotherapie krijgt. Patiënten met dezelfde klinisch-pathologische factoren kunnen een verschillend ziekteverloop hebben. Het blijft moeilijk om een accurate risico-inschatting te maken: daardoor krijgen veel vrouwen chemotherapie terwijl ze er waarschijnlijk geen baat bij hebben. Met de vooruitgang in moleculaire technieken is het mogelijk om een risico-inschatting en behandeladvies op maat te maken en zowel overbehandeling, met onnodige morbiditeit geassocieerd aan cytotoxische chemotherapie, als onderbehandeling te voorkomen. Wat is een gen-expressieprofiel? Voor borstkanker zijn verschillende genexpressieprofielen bekend: het 70-genenprofiel (MammaPrint), het 76-genenprofiel, PAM 50, MapQuant Dx, EndoPredict, de Breast Cancer Index en het 21-genenprofiel van Oncotype DX. Een gen-expressieprofiel bepaalt de activiteit van de geselecteerde genen door de hoeveelheid messenger-RNA te meten. Het resultaat wordt naar gelang de waarde ten opzichte van de indexscore gedefinieerd als hoogrisico of laag-risico. Voor wie is een gen-expressieprofiel nuttig? Naast retrospectief bewijs is uit prospectief onderzoek in de RASTER-studie gebleken dat het 70-genen profiel van MammaPrint additionele informatie geeft voor die groep patiënten waar de indicatie voor adjuvante chemotherapie op basis van patiënt- en tumorkenmerken niet eenduidig is. Er wordt verwacht dat de MINDACT-studie MammaPrint zal vali- Borstkliniek introduceert MammaPrint: Behandeling op maat met gen-expressieprofiel voor prognose borstkanker. deren als een belangrijke prognostisch en voorspellend hulpmiddel in kankerbehandeling en zal tonen dat bij een laag risico volgens MammaPrint, chemotherapie veilig achterwege gelaten kan worden. De toegevoegde waarde van MammaPrint is het grootst voor patiënten van 45-55 jaar met een tumor van 1-2 cm, graad 2, ERpositief en HER2-negatief. Het 21-genen profiel van OncotypeDX is in de NSABP-B14 studie gevalideerd bij 668 lymfekliernegatieve, ER-positieve patiënten die met Tamoxifen waren behandeld. Voorbeeld uit de praktijk Een postmenopauzale dame van 58 jaar wordt gediagnostiseerd met een pT1N0(i-)(sn)cM0 borstcarcinoom. Het gaat om een invasief ductaal adenocarcinoom van 12 mm groot, graad 2, sterk oestrogeenreceptorgevoelig en sterk progesteronreceptorgevoelig, Her2 receptor negatief, MAI(mitotische activiteitsindex), Ki67: 20%. Geen lymfevatinvasie, veneuze of perineurale invasieve kan aangetoond worden. De sentinelklier is vrij van tumor. De risico-inschatting volgens de klassieke klinisch-pathologische factoren maakt dat deze patiënte in de grijze zone valt. Gen-expressietest MammaPrint wordt aangevraagd en toont hoog-risico. Het advies voor nabehandeling wordt che- motherapie, radiotherapie en hormoontherapie. Zo is deze patiënte zeker van een adequate behandeling op maat. Vooral in Nederland is veel ervaring met MammaPrint en het merendeel van de Nederlandse zorgverzekeraars vergoedt dit. De MammaPrint test kost €2.675. In België wordt de test niet vergoed. Wij vinden dat iedere vrouw bij wie we het raadzaam vinden om een MammaPrint test aan te vragen, toegang moet krijgen tot de MammaPrint test. In afwachting van terugbetaling van de test, zal de borstkliniek proberen zoveel mogelijk middelen te verzamelen uit giften om behandeling op maat te kunnen aanbieden aan haar patiënten. Besluit Gen-expressieprofielen geven belangrijke aanvullende informatie over het risico op metastasen bij patiënten met borstkanker. Vooral voor patiënten met oestrogeenreceptor-positieve, HER2-negatieve tumoren van 1-2cm, graad 2 kan MammaPrint bijdragen in de besluitvorming om al dan niet adjuvante chemotherapie te adviseren, naast adjuvante hormonale therapie. dr. Femke Delporte gynaecologie-verloskunde algemeen ziekenhuis sint-lucas vzw sint-lucaslaan 29, 8310 brugge › T 050 36 91 11 › F 050 37 01 27 › [email protected] › www.stlucas.be Calcificaties in de rotator cuff of tendinitis calcarea dr. Tom Van Isacker, dr. Ellen Beuckelaers, dr. Liselore Maeckelbergh Presentatie casus Een 59-jarige rechtshandige dame wordt door haar huisarts doorverwezen naar de spoedgevallendienst wegens onhoudbare rechterschouderpijn. De pijn is een tweetal dagen geleden spontaan begonnen en neemt toe in intensiteit. Er is rust- en nachtelijke pijn. Er zijn geen noemenswaardige antecedenten tenzij episodische milde pijn in de rechter schouder sinds een tweetal jaar. Klinisch merkt de spoedarts een antalgische houding in adductie. Er is geen roodheid, warmte, noch zwelling. Algemeen klinisch onderzoek is normaal. Mobilisatie van de schouder is onmogelijk omwille van de pijn. Er wordt een subacromiale infiltratie met cortisone (Depo-Medrol® 40mg) toegediend om de hevige inflammatoire pijn te verzachten. Klinische controle na drie weken bevestigt de gunstige evolutie. De patiënte is bijna asymptomatisch en heeft een volledige mobiliteit, wat verdere behandeling niet noodzakelijk maakt. Na 3 maanden wordt een controle röntgenopname van de rechter schouder verricht die een bijna volledige resorptie van de calcificaties toont. (fig. 3) ker worden jongere personen getroffen tussen de leeftijd van 30 en 50 jaar, en tweemaal zoveel vrouwen dan mannen. In 10 tot 25% van de gevallen kan deze aandoening bilateraal voorkomen. De supraspinatuspees is het frequentst aangetast. Calcificaties komen frequenter voor bij personen met thyroïdstoornissen of diabetici. Hormonaal nazicht is daarom aangewezen na het vaststellen van calcificaties in de rotator cuff. Pathogenese Calciumkristallen gaan zich afzetten in één of meer pezen van de rotator cuff. Dit is een cel geïnduceerd proces in tegenstelling tot een degeneratieve calcificatie waarbij de calcificaties neerslaan in een degeneratieve pees bij oudere personen. Er zijn verschillende fasen te herkennen in de aandoening. Er wordt een röntgenopname van de schouder uitgevoerd. Dit onderzoek toont dense calcificaties ter hoogte van de rotator cuff en in de subacromiale ruimte. (fig.1) fig.3 Inleiding Het verhaal van deze patiënte doet denken aan een inflammatoire pijn door resorptie van een tendinitis calcarea. fig.1 De patiënte wordt door de spoedarts behandeld met een draagdoek ter comfort en orale antiflogistica. Zij wordt doorverwezen naar de dienst orthopedie voor het verdere beleid en het plannen van een eventuele resectie van de calcificaties. Etiologie Calcifiërende tendinopathie of tendinitis calcarea is een aandoening van de pezen van de rotator cuff waarbij calcium kristallen gevormd worden in een gezonde pees door fibrocartilagineuze metaplasie. Het artroscopisch beeld is een witte massa in de pees. (fig. 4) De patiënte wordt een week later gezien op de consultatie orthopedie. Hoewel de pijn nog duidelijk aanwezig is, is deze al aanzienlijk verminderd in intensiteit. Er wordt uitzonderlijk een CT-scan uitgevoerd om het precieze aantal en de lokalisatie van de calcificaties te kennen. De CTscan bevestigt dat het grootste deel van het kalkmateriaal zich in de subacromiale ruimte bevindt. (fig. 2) fig. 2 Calcifiërende fase Deze fase wordt onderverdeeld in een groei- en resorptiefase. Tijdens de groeifase worden de calciumkristallen neergeslagen tussen de chondrocyten. Na een variabele periode van inactiviteit ontstaat er een spontane resorptie van de kristallen. Postcalcifiërende fase Tijdens deze fase gebeurt een remodellering (granulatieweefsel) van de pees. Kliniek Er zijn twee duidelijk verschillende klinische presentaties. fig. 4 De etiologie van deze pathologie blijft tot op heden nog onbekend. Er is geen verband aangetoond met een meer algemene aandoening van het bot- of calciummetabolisme of een rotator cuff ruptuur. Precalcifiërende fase Het begin van een fibrocartilagineuze transformatie van de cellen in de pees. Calcificaties zijn een zeer frequent voorkomende pathologie. De incidentie schommelt tussen de 2,7 en 20% (1-4). Bosworth schatte dat ongeveer 35 tot 45% van deze personen symptomatisch worden (1). Va- Ten eerste doen de klachten van een patiënt met calcificaties denken aan een impingementsyndroom. Deze klachten worden veroorzaakt door het massa-effect. Baer beschreef al in 1907 impingement van calcificaties tegen het coracoarcromiaal ligament (5). De pijn is aanwezig bij bovenarmse bewegingen en begint zonder een duidelijk trauma of uitlokkende factor. De patiënt situeert deze aan de bovenzijde van de schouder, vaak uitstralend naar de bovenarm en de nek. De patiënt kan ’s nachts wakker worden door de pijnklachten. Tijdens palpatie is er matige drukpijn ter hoogte van de insertie van de supraspinatuspees en de lange bicepspees. Aandacht dient besteed te worden aan de mobiliteit van de schouder. De patiënt presenteert zich vaak met een ‘passage pijn’ in elevatie rond 90°. De Yocum’s test heeft een hoge specificiteit voor symptomatische calcificaties. te worden aan negatieve beeldvorming (radio- en echografie) tijdens de resorptiefase. Tijdens de Yocum’s test wordt aan de patiënt gevraagd om de hand op de contralaterale schouder te leggen en de elleboog omhoog te brengen zonder de schouder op te heffen. (fig. 5) (6). De eerstelijnsbehandeling voor resorberende calcificaties bestaat uit het bestrijden van de symptomen door pijnstilling en mobilisatie onder de pijngrens. Hiervoor wordt tijdelijk een oraal antiflogisticum opgestart samen met lokale ijsapplicatie. Er kan ook kinesitherapie gegeven worden eens de acute fase voorbij is. Bij te hevige pijnklachten kan een subacromiale infiltratie met corticoïden en een lokaal anestheticum overwogen worden. De natuurlijke evolutie van calcificaties werd gevolgd door Gärtner in 235 patiënten over 3 jaar. Radiografische dense calcificaties verdwenen in 33 t.o.v. 85% van de “fluffy” calcificaties (7). Cho keek 92 schouders na met een gemiddelde follow-up van 16 maanden. In 72% zag hij een verbetering na een conservatief beleid (8). fig.5 Ten tweede is er de acute en onhoudbare pijn. Deze wordt veroorzaakt door de inflammatoire reactie tijdens de resportiefase. Mobilisatie is zeer pijnlijk met een antalgische houding in adductie. Bijkomende onderzoeken Verdere investigatie bestaat uit een röntgenopname en echografie. De röntgenopnames moeten in 3 incidenties genomen worden om de superieure, anterieure en posterieure calcificaties op te sporen (face in neutrale rotatie, interne rotatie en externe rotatie). Op echografie wordt elke vorm van calcificatie vastgesteld, zowel de microscopische als de macroscopische. Ook op de klassieke CT of MR zijn de calcificaties zichtbaar, niettegenstaande deze niet tot de standaardonderzoeken behoren bij calcificaties. Aandacht dient besteed Behandeling Indien de calcificaties na een zestal maanden niet spontaan verdwijnen, kan geopteerd worden om ze te behandelen via extracorporele schokgolven (ESWT) of via een artroscopische resectie. ESWT wordt in ons ziekenhuis door de dienst fysische geneeskunde uitgevoerd met hoog lytische schokgolven. De patiënt krijgt twee behandelingen. De succesratio van deze therapie ligt rond de 70% (9). ESWT werkt via twee mechanismes: het mechanisch effect waarbij de calciumkristallen worden gebroken en het anti-inflammatoir effect dat via neo-angiogenesis en toename van het endogene nitraatoxide werkt (10). Indien de conservatieve behandeling faalt, kan een artroscopische resectie van de calcificaties overwogen worden. Tijdens deze ingreep wordt de pees overlangs ingesneden en wordt de calcificatie verwijderd. (fig. 6 en fig. 7). De succesratio van deze behandeling ligt rond de 90% (9). fig. 6 fig.7 Besluit Calcificaties van de rotator cuff pezen is een frequent voorkomende aandoening, voornamelijk bij vrouwen. Het grootste deel van de calcificaties verdwijnt spontaan door resorptie, de welke een acute pijnreactie kan teweegbrengen. De diagnose en de evolutie van calcificaties wordt nagegaan met röntgenopnames en een echografie. Indien calcificaties al meer dan zes maanden symptomatisch zijn en niet spontaan resorberen, wordt ESWT voorgesteld. Na falen van een niet-invasieve therapie kan een artroscopische resectie uitgevoerd worden. www.orthoclinic.be dr. Tom Van Isacker, dr. Bart Berghs schouderchirurgie a AZ Sint-Lucas en AZ Sint-Jan, Brugge De referenties kunnen op eenvoudige vraag verkregen worden bij dr. Van Isacker. AZ Sint-Lucas neemt seksuologe/relatietherapeut in dienst Het Urologisch Centrum Noord West-Vlaanderen viert zijn 10e verjaardag De dienst urologie, samen met alle partners die deel uitmaken van de KISS-kliniek (Kliniek voor Impotentie en Seksuele Stoornissen), kondigen met vreugde aan dat mevrouw Marjoke Van Coillie vanaf 1/11/2014 in ons ziekenhuis zal werken als seksuologe/relatietherapeut. In 2013, bijna 10 jaar na het ontstaan van de eerste en Brugse prostaatkliniek in België, ontstond er een fusie tussen de diensten urologie van het AZ Sint-Jan te Brugge en het AZ Sint-Lucas te Assebroek. De oprichting van het Urologisch Centrum Noord West-Vlaanderen, bestaande uit 3 campussen: Campus De Mouterie, Damse Vaart Zuid 3 te 8310 Sint-Kruis, Het Urologisch Centrum van het AZ Sint-Jan en het Urologisch Centrum van het AZ Sint-Lucas, beiden te Brugge, was vanaf dan een feit! Voorlopig start ze haar raadpleging de donderdag tussen 16.00 en 20.00 uur. Deze zijn uiteraard ook toegankelijk voor patiënten verwezen rechtstreeks vanuit de huisartsenpool. De verwijzende arts mag telkens een verslag verwachten van Marjoke. Ze is telefonisch te bereiken op het nummer 0472 76 19 17. Het nieuwe team bestaat o.a. uit vijf urologen: dr. Peter Van Oyen, dr. Jo Ampe, dr. Christophe Ghysel, dr. Bart Kimpe en dr. Ludo Vanden Bussche. Buiten het ziekenhuis verrichten de leden van het Urologisch Centrum Noord West-Vlaanderen via de vzw PSA Vlaanderen ook al 10 jaar lang veel nuttig werk via hoger onderwijs, voordrachten en bewustwordingscampagnes en dat voor zowel de professionele gezondheidswerkers als voor het brede publiek. dr. Ludo Vanden Bussche algemene en oncologische urologie Symposium op 6 december 2014 Deze unieke verjaardag is dan ook de aanleiding voor de organisatie van ons symposium rond prostaatkanker waar we de state of the art zullen brengen in de opsporing en de behandelingen van prostaatkanker. De nieuwste inzichten en richtlijnen voor de behandelingen van prostaatkanker komen aan bod en toekomstige mogelijkheden inzake diagnosestelling zullen besproken worden. Dit wetenschappelijk symposium gaat door op 6 december 2014 in de Valkaart te Oostkamp en vangt aan om 9.00u. Inschrijven en info via [email protected]. Nieuwe artsen Dienst fysische geneeskunde-reumatologierevalidatie start met sportrevalidatie › dokter Stijn De Muynck Dokter Stijn De Muynck vervoegde op 18 augustus 2014 de medische staf van de dienst neurochirurgie. www.revalidatiecentrumazstlucasbrugge.be › dokter Pieter Lioen Dokter Pieter Lioen is op 27 augustus 2014 gestart als spoedgevallenarts. Vanaf 6 oktober 2014 zijn we in AZ Sint-Lucas Brugge van start gegaan met sportrevalidatie. Deze gaat door in onze vernieuwde kinesitherapiezaal op maandag, woensdag en vrijdag, telkens van 16.30 tot 20.30 uur. Naast de reeds bestaande sportconsultaties (dr. Maarten Meirhaeghe), zal nu ook de mogelijkheid geboden worden om sportrevalidatie te volgen vanaf het ontstaan van de blessure tot het moment waarop de sporter zijn of haar sport hervat op het hoogst haalbare niveau. › dokter Emmanuel Van Tornout De dienst anesthesiologie werd op 1 oktober 2014 uitgebreid met de komst van dokter Emmanuel Van Tornout. AZ Sint-Lucas schenkt arthroscopietoren aan Ziekenhuis Zonder Grenzen (ZZG) Ziekenhuis Zonder Grenzen is een humanitaire vereniging (NGO) binnen de Rotary die gespecialiseerd is in geneeskundige- en ziekenhuishulpverlening. Zij heeft als doelstelling de meest berooide verzorgingscentra in de wereld uit te rusten en terug op dreef te helpen. De organisatie berust louter op vrijwilligers, zodat de beschikbare middelen gebruikt kunnen worden voor humanitaire doeleinden. We zijn ervan overtuigd dat de arthroscopietoren mede de doelstelling van ZZG zal waarmaken. Er wordt therapie en advies gegeven aan sporters die een specialistisch antwoord behoeven. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de recreatie- en de prestatiegerichte sporter. Ook mensen die na een langdurige periode van inactiviteit weer willen bewegen of sporten kunnen begeleid worden om te trainen op een verantwoorde wijze. In eerste instantie wordt het herstel van een opgelopen blessure in de hand gewerkt. Daarna wordt getracht om het lichaam weer op het vroegere niveau te laten functioneren. Tevens wordt er gestreefd naar het verhogen van de belastbaarheid om de kans op herval te verminderen. Eens fit, kan optioneel de sporter geholpen worden om prestaties te verbeteren op een persoonlijke, systematische en wetenschappelijk onderbouwde manier. We beschikken daarbij over een sport-functielabo waar we meerdere testen uitvoeren. Zo is er de mogelijkheid om de conditie grondig te evalueren met een inspanningstest met lactaat- en VO2-max metingen. Daarnaast kunnen we ook de musculoskeletale situatie in kaart brengen met onze Zebris ganganalyse, Spartanova letselpreventie-testing en DXA-vetpercentage-meting. Voor meer informatie contacteer ons secretariaat fysische geneeskunde 050 36 50 30 of bezoek onze vernieuwde website. de directie dr. Maarten Meirhaeghe fysische geneeskunde – reumatologie - revalidatie Accrediteringsnieuws ERKENNINGSNUMMER DATUM RUBRIEK TITEL DUUR C.P. 14012071 12/06/2014 2 Oncologie in hoofd-halsgebied: meer dan geneeskunde alleen 1,5 1,5 14006754 28/03/2014 6 Financiering van een spoedgevallendienst in een notendop. 2 2 Colofon Verantwoordelijke uitgever: dr. Dirk Bernard, medisch directeur Redactieleden: dr. Joris Arts, dr. Griet De Brabanter, dr. Dirk Bernard, dr. Kristof Ramboer, dr. Philippe Rogiers, dr. Philippe Van Hootegem