ANATOMIE NOMENCLATUURLIJST MODULE 7: HANTEREN 2 Gebruiksaanwijzing nomenclatuurlijsten anatomie Deze lijst geeft een overzicht van: A. De leerstof bij module 7, Hanteren 2 B. De zogenaamde ‘basiskennis’ anatomie. C. De structuren die ‘inkom’-vragen kunnen zijn voor het vivo-tentamen van module 8 Ad. A Alle termen in deze lijst behoren tot de leerstof voor module 3, Hanteren 1 en module 7 Hanteren 2, met uitzondering van de cursief gedrukte termen. Ad B. Behalve als leerstoflijst voor deze module dient deze lijst ook als overzicht voor de zogenaamde ‘basiskennis’ anatomie. Een aantal onderdelen van deze en volgende leerstoflijsten worden als basiskennis anatomie gezien. Dit betekent dat deze termen/onderdelen vanaf deze module op elk tentamen bevraagd kunnen worden. Hiertoe zijn cijfers voor bepaalde termen geplaatst. Dit cijfer betekent dat deze ‘structuur’ op elk tentamen met ingang van de module die aangeduid is met dit cijfer bevraagd kan worden. Dus het cijfer 4 voor de scapula betekent dat met ingang van module 4 op elk tentamen deze structuur/term bevraagd kan worden. Behalve de met cijfers aangeduide termen behoren ook de bewegingen in gewrichten en de functionele benamingen van spiergroepen tot de zogenaamde ‘basiskennis’ anatomie. Voor de spieren geldt dat de naam, de ligging van de spieren t.o.v. de overspannen gewrichten en de daaruit af te leiden belangrijkste effecten als basiskennis wordt gezien. Ad C. Een (v) achter een term betekent dat deze structuur ook gekend moet worden voor de ‘inkom’vragen van het vivo-tentamen van module 8 4 4 scapula facies costalis fossa subscapularis facies dorsalis spina scapulae (v) fossa supraspinata (v) fossa infraspinata (v) acromion facies articularis angulus acromialis (v) margo medialis (v) margo lateralis (v) margo superior (v) incisura scapulae angulus inferior (v) angulus superior angulus lateralis cavitas glenoidalis tuberculum infraglenoidale tuberculum supraglenoidale processus coracoideus (v) 4 4 clavicula extremitas sternalis facies articularis extremitas acromialis facies articularis 4 4 4 humerus caput humeri (v) collum anatomicum collum chirurgicum tuberculum majus (v) tuberculum minus (v) sulcus intertubercularis crista tuberculi majoris crista tuberculi minoris tuberositas deltoidea corpus humeri facies anterior facies posterior margo medialis margo lateralis condylus humeri capitulum humeri trochlea humeri fossa olecrani 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 8 8 4 8 8 4 4 (v) (v) scapula articuleert met de clavicula, cavitas glenoidalis met de humerus articuleert met het sternum en het acromion fossa coronoidea fossa radialis epicondylus medialis (v) epicondylus lateralis (v) 4 4 4 4 4 ulna olecranon (v) processus coronoideus tuberositas ulnae incisura trochlearis incisura radialis corpus ulnae crista m. supinatoris margo anterior margo interosseus margo posterior facies anterior facies medialis facies posterior caput ulnae (v) circumferentia articularis processus styloideus (v) 8 8 4 4 4 4 radius articuleert met de humerus en de radius caput radii (v) fovea articularis circumferentia articularis collum corpus tuberositas radii margo anterior margo interosseus margo posterior facies anterior facies lateralis facies posterior tuberculum dorsale (v) processus styloideus (v) incisura ulnaris facies articularis carpea 4 4 4 articuleert met de scapula, de radius en de ulna articuleert met de humerus , de ulna, het os scaphoideum en het os lunatum 4 4 carpus ossa carpi proximale rij os scaphoideum tuberculum os lunatum os triquetrum os pisiforme distale rij os trapezium tuberculum os trapezoideum os capitatum os hamatum hamulus sulcus carpi canalis carpi 8 8 8 8 8 8 8 8 8 8 4 8 8 8 8 8 4 4 4 4 metacarpus ossa metacarpalia I-V basis corpus caput os metacarpale III processus styloideus (v) digiti phalanx proximalis basis corpus caput phalanx media idem phalanx distalis idem tuberositas (i.p.v. caput) ossa sesamoidea (v) (v) (v) (v) (v) (v) (v) (v) (v) GEWRICHTEN ARTICULATIONES CINGULI MEMBRI SUPERIORIS lig. coracoacromiale 4 art. acromioclavicularis lig. acromioclaviculare lig. coracoclaviculare lig. conoideum lig. trapezoideum 4 8 art. sternoclavicularis discus articularis capsula articularis lig. sternoclaviculare anterius lig. sternoclaviculare posterius lig. costoclaviculare lig. interclaviculare 4 Bewegingen scapula/clavicula: elevatie detractie/depressie protractie re(tro)tractie laterorotatie mediorotatie ARTICULATIONES MEMBRI SUPERIORIS LIBRI 4 8 art. humeri labium glenoidale ligg. glenohumeralia lig. coracohumerale 4 Bewegingen: anteflexie retroflexie abductie adductie exorotatie endorotatie 4 4 4 4 art. cubiti art. humero-ulnaris art. radio-ulnaris proximalis art. humeroradialis lig. annulare radii lig. collaterale mediale (ulnare) en laterale (radiale) 4 Bewegingen: flexie extensie supinatie pronatie membrana interossea antebrachii chorda obliqua 4 8 art. radio-ulnaris distalis discus articularis (is tevens discus van art. radiocarpea) 4 Bewegingen: supinatie (zie art. cubiti) pronatie (zie art. cubiti) 4 4 4 art. radiocarpea artt. intercarpeae art. mediocarpea lig. radiocarpeum dorsale lig. radiocarpeum palmare lig. ulnocarpeum palmare lig. carpi radiatum lig. collaterale carpi ulnare lig. collaterale carpi radiale ligg. intercarpea dorsalia ligg. intercarpea palmaria ligg. intercarpea interossea 4 Bewegingen: dorsaal flexie palmair flexie ulnair abductie radiaal abductie 4 art. ossis pisiformis lig. pisohamatum lig. pisometacarpeum 4 artt. carpometacarpeae ligg. carpometacarpea dorsalia ligg. carpometacarpea palmaria art. carpometacarpea pollicus 4 artt. intermetacarpeae ligg. metacarpea dorsalia ligg. metacarpea palmaria ligg. metacarpea interossea spatia interossea metacarpi 4 artt. metacarpophalangeae ligg. collateralia lig. metacarpeum transversum profundum ligg. palmaria 4 artt. interphalangeae ligg. collateralia ligg. palmaria Spieren bovenste extremiteit Voor het leren van alle spieren geldt dat de namen, de onderlinge ligging, en de globale origo’s en inserties tot de basiskennis behoren. De uitgebreide origo’s en inserties van de spieren van de bovenste extremiteit behoren tot de leerstof voor deze module. Deze zijn terug te vinden in het boek anatomie in vivo van het bewegingsapparaat, dit betreft de onderstaande spieren waarbij geen origo en insertie vermeld is. De nummers 26 t/m 35 zijn nieuwe spieren t.o.v. module 3 1. m. trapezius 2. m. rhomboideus 3. m. levator scapulae* 4. m. serratus anterior* 5. m. pectoralis minor 6. m. sternocleidomastoideus* 7. m. subclavius 8. m. supraspinatus 9. m. infraspinatus 10. m. teres minor 11. m. subscapularis 12. m. teres major 13. m. deltoideus 14. m. coracobrachialis 15. m. pectoralis major 16. m. latissimus dorsi 17. m. biceps brachii 18. m. brachialis 19. m. triceps brachii 20. m. anconeus O: epicondylus lateralis humeri I: ulna effect: extensie 21. m. pronator teres 22. m. flexor carpi radialis 23. m. palmaris longus 24. m. flexor carpi ulnaris 25. m. flexor digitorum superficialis 26. m. flexor pollicis longus 27. m. flexor digitorum profundus 28. m. pronator quadratus 29. m. brachioradialis 30. m. extensor carpi radialis longus 31. m. extensor carpi radialis brevis 32. m. extensor digitorum 33. m. extensor digiti minimi 34. m. extensor carpi ulnaris 35. m. supinator O: ulna I: radius effect: supinatie 36. m. abductor pollicis longus 37. m. extensor pollicis brevis 38. m. extensor pollicis longus 39. m. extensor indicis hand radiaal, duimmuis 40. m. adductor pollicis O: basis os metacarpale II en III, os capitatum I: ulnair sesambeen aan basis duim effect: adductie in carpometacarpaal gewricht 41. m. opponens pollicis O: os trapezium I: os metacarpale I effect: oppositie in carpometacarpaal gewricht 42. m. flexor pollicis brevis O: os trapezium, os trapezoideum, capitatum en basis os metacarpale II I: radiaal sesambeen duim effect: flexie in metacarpophalangeaal gewricht 43. m. abductor pollicis brevis O: os scaphoideum I: radiaal sesambeen duim effect: abductie in carpometacarpaal gewricht ulnair, pinkmuis 44. m. opponens digiti minimi O: hamulus ossis hamati I: os metacarpale V effect: oppositie in carpometacarpaal gewricht 45. m. flexor digiti minimi brevis O: hamulus ossis hamati I: proximale phalanx V effect: flexie in metacarpophalangeaal gewricht 46. m. abductor digiti minimi O: os pisiforme I: basis phalanx proximalis V effect: abductie in metacarpophalangeaal gewricht 47. m. palmaris brevis O: aponeurosis palmaris I: huid pinkmuis effect: huidspier middenhand 48. mm. lumbricales O: pezen m. flexor digitorum profundus I: dorsale aponeurosen II t/m V effect: flexie metacarpophalangeale gewrichten + extensie in interphalangeale gewrichten 49. mm. interossei palmares O: os metacarpale II, IV en V I: dorsale aponeurosen II, IV en V effect: adductie vingers, flexie metacarpophalangeale gewrichten + extensie in interphalangeale gewrichten 50. mm. interossei dorsales O: tweekoppig van de ossa metacarpalia I: dorsaalaponeurosen II t/m IV effect: abductie vingers, flexie metacarpophalangeale gewrichten + extensie in interphalangeale gewrichten * = worden behandeld in module 8 8 septum intermusculare brachii mediale septum intermusculare brachii laterale fascia brachii fascia antebrachii 8 8 retinaculum extensorum retinaculum flexorum dorsaalaponeurose Innervatie: globale ligging + bouw plexus brachialis 8 plexus brachialis truncus superior truncus medius truncus inferior divisiones ventrales en dorsales 8 pars supraclavicularis n. dorsalis scapulae n. thoracicus longus n. subclavius n. suprascapularis pars infraclavicularis fasciculus lateralis n. musculocutaneus n. cutaneus antebrachii lateralis fasciculus medialis nn. pectorales mediales en laterales n. cutaneus brachii medialis n. cutaneus antebrachii medialis n. ulnaris radix medialis en radix lateralis n. medianus fasciculus posterior n. thoracodorsalis n. subscapularis n. axillaris n. radialis 8 + welke spieren/spiergroepen door welke zenuwen geïnnerveerd 8 8 8 Vascularisatie: globale ligging aorta truncus brachiocephalicus a. subclavia dextra a. carotis communis dextra a. carotis communis sinistra a. subclavia sinistra 8 8 8 8 a. subclavia a. axillaris a. brachialis a. profunda brachii a. radialis a. princeps pollicis arcus palmaris profundus a. ulnaris arcus palmaris superficialis v. mediana cubiti v. basilica v. cephalica v. axillaris v. subclavia v. brachiocephalica dextra en sinistra v. cava superior