Antwoorden 1.REKENEN AAN DE AARDE

advertisement
Rekenen met aardrijkskunde – Antwoorden
1.REKENEN AAN DE AARDE
OPDRACHT 1: DE AANDUIDING VAN STEDEN IN HET GRAADNET
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
St.Petersburg (Rusland)
Caïro (Egypte)
Londen (Verenigd Koninkrijk)
São Paulo (Brazilië)
New Orleans (Verenigde Staten)
Beijing (China)
Melbourne (Australië)
Kaapstad (Zuid-Afrika)
Mumbai (India)
Mexico-stad (Mexico)
ca. 60o NB
ca. 30o NB
ca. 51o NB
ca. 24o ZB
ca. 30o NB
ca. 40o NB
ca.38o ZB
ca. 34oZB
ca. 18oNB
ca. 19oNB
ca. 30o OL
ca. 32o OL
ca. 0o
ca. 48o WL
ca. 100o WL
ca.126o OL
ca.145o OL
ca.18o OL
ca. 73oOL
ca. 99oWL
OPDRACHT 2: BREEDTECIRKELS EN LENGTECIRKELS
Breedtecirkels
Lengtecirkels
Even lang / Niet even lang
Niet even lang
Even lang
Evenwijdig aan elkaar / Niet
evenwijdig aan elkaar
Evenwijdig aan elkaar
Niet evenwijdig aan elkaar
Halve cirkels / Hele cirkels
Hele cirkels
Halve cirkels
Maximaal 900 / Maximaal
1800
Maximaal 900
Maximaal 1800
Parallellen / Meridianen
Parallellen
Meridianen
Greenwich / Evenaar
Evenaar
Greenwich
OPDRACHT 3: DE EERSTE REIS ROND DE WERELD
A
(40o NB; 5o WL)
B
(40O ZB; 55oWL)
C
(25O ZB;120oWL)
D
(0o ; 155o WL)
E
(15oNB; 135o OL)
F
(30oZB; 30o OL)
OPDRACHT 4:REKENEN MET GRADEN, MINUTEN EN SECONDEN
A.
B.
C.
D.
E.
F.
G.
H.
I.
111 / 60 = 1,85 km
1,85 km = 1850 m 1850 / 60 = 30,8 m
10 x 111km = 1110 km
19-13 =6
6 x 111 = 666 km
8-4 = 4
4x111 = 444 km
o
0
28 - 26 30’ = 1o 30’ oftewel 1 ½ graad. 1½ x 111 = 166,5 km
570 00’ - 420 30’ = 14o 30’ oftewel 14½ graad. 14½ x 111 = 1609,5km
45’ = ¾ graad. ¾ x 111 = 83,25 km
680 45’ – 660 30’ = 2o 15’ oftewel 2¼ graad. 2¼ x 111= 249,75km
OPDRACHT 5: DE OMTREK VAN DE AARDE UITREKENEN.
7, 2 graden betekent een afstand langs het aardoppervlak van 800 kilometer.
1 graad betekent dus een afstand van : 800/7,2 = 111,11 kilometer.
360 graden betekent dus een afstand van: 360 x 111,11 = 40.000 kilometer.
Weergegeven in een verhoudingstabel:
1 graad
7,2 graden
360 graden
111,11 km
P km
800 km
En dus zou je de omtrek van de aarde, hier P genoemd ook als volgt kunnen uitrekenen:
360 x 800 = 7,2 x P
288.000 = 7,2 x P
En dus is P = 288.000 / 7,2 = 40.000 km
OPDRACHT 6: HOE ONTSTAAN DE SEIZOENEN?
A.
B.
C.
D.
E.
De kreeftskeerkring. 23½ graad noorderbreedte.
De steenbokskeerkring. 23½ graad zuiderbreedte.
Op 21 juni: 24 uur lang licht. Op 20 maart: 12 uur lang licht. Op 21 december: 0 uur licht.
66 ½ graad noorderbreedte en zuiderbreedte (de poolcirkels)
Op 21 juni staat de recht boven 23 ½ graad noorderbreedte. Op de evenaar vallen de
zonnestralen dus in onder een hoek van 23 ½ graad.
Op de Noordpool vallen de zonnestralen in onder een hoek van 90 – 23½ = 66½ graad.
OPDRACHT 7: EEN GRAFIEK TEKENEN VAN DE SCHIJNBARE BEWEGING VAN DE ZON
Download