Uittreksel van Basisboek 56 Endogene en exogene krachten De aardbol kent een harde schil, de ..................................., die van vorm verandert door twee soorten krachten: ................................... (van buitenaf) en ................................... (van binnenuit). Exogene krachten als het [weer] en de ................................... vergruizen de aardkorst. Dit verschijnsel heet .................................... Verplaatsing van verweringsmateriaal zorgt voor .................................... De endogene kracht is de .................................... Deze maakt gesteente vloeibaar: .................................... Onder de aardkorst ontstaan stromingen van magma, die ertoe leiden dat ..................................., waar ................................... kunnen ontstaan. Magma dat door de aardkorst omhoog komt heet .................................... Wanneer deze ................................... kan het een vulkaan vormen.