onbewaakte kopie Lichaamsverzorging en observatie 251 Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Verzorgen overledene Omschrijving Verzorgen van de overledene nadat de dood is vastgesteld. Opdracht tot voorbehouden of risicovolle handeling: Mag zelfstandig verricht worden door: Aandachtspunten – Ga altijd na voordat je de handeling begint of de dood geconstateerd is. – Ga na of de overledene over een donorcodicil beschikt en informeer nabestaanden hierover. De begeleiding van nabestaanden in deze situatie is een taak van de arts. – Wanneer de overledene bij leven heeft, of nabestaanden hebben, aangegeven obductie te wensen, is de begeleiding van de nabestaanden eveneens een taak van de arts. – Houd bij de verzorging rekening met de culturele / religieuze wensen of gewoonten van de overledene en/of naasten. – Bied nabestaanden de mogelijkheid mee te helpen bij de verzorging van de overledene. – Bepaal per situatie het moment van de verzorging en de wijze waarop dit plaatsvindt, eventueel in overleg met nabestaanden. – Bespreek, indien mogelijk vóór het overlijden, wensen met betrekking tot kleding, make-up en sieraden die de cliënt aan/om wil na het overlijden. Adviseer kleding van natuurlijke materialen. – Voer de handeling bij voorkeur uit met twee personen uit vanwege de fysieke en emotionele belasting. – Verwijder infuus, katheter en andere voorwerpen en denk hierbij ook aan gehoortoestel enz. – Gebruik bij het scheren geen mes om beschadiging van de huid en uitdroging van de wangen te voorkomen. – Was alleen de vervuilde delen van het lichaam en gebruik geen zeep maar eventueel een wascrème om de natuurlijke vetlaag van de huid zoveel mogelijk in tact te laten. – Bedek insteekopeningen of wonden met schone gaasjes, verband en/of pleister, indien van toepassing. Complicaties tijdens de handeling Geen. Benodigdheden – niet steriele handschoenen – overschort(en) – 5 onderleggers – kinsteun of handdoek – kam of borstel – gaasjes – 2 washandjes – 2 handdoeken – 1 waskom – evt. wascrème – waszak – incontinentie-inlegverband of broek – schone kleding – toiletpapier – 2 lakens + kussensloop © Vilans 13-05-2013 Associatie van Zelfstandige High Care Hospices Handelwijze zo nodig: – nagelschaar of tang – scheerapparaat – Make-upartikelen voor afplakken insteekopeningen of wonden: – pleister of verband en schaar voor poetsen gebitsprothese: – gebitsbakje – tandenborstel – tandpasta – zo nodig kleefmiddel voor verwijderen katheter: 10 cc-spuit voor sluiten ogen: witte watten – afvalbak Verzorgen overledene: 129 (van 2) onbewaakte kopie Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Lichaamsverzorging en observatie 252 Werkwijze 1 Pas handhygiëne toe. 2 Zet de benodigdheden binnen handbereik. 3 Stel het bed op werkhoogte in, indien mogelijk. 4 Vul de waskom met water. 5 Trek het overschort en handschoenen aan. 6 Verwijder gehoorapparaat en desgewenst sieraden van de overledene en overhandig ze aan de nabestaande. 7 Ontkleed de overledene. 8 Leg een onderlegger onder de stuit van de overledene. 9 Druk op de onderbuik om de blaas te ledigen. 10 Verwijder de natte onderlegger en leg een droge onderlegger onder de stuit. 11 Verwijder infuus, katheter en andere vreemde voorwerpen, indien van toepassing (drain(s), centrale lijn en een schoon stomazakje, laten zitten). Plak insteekopeningen af met pleister of bedek ze met verband. 12 Scheer zo nodig de baard van de overledene met het scheerapparaat. 13 Reinig de neus en de oren met een nat gaasje. 14 Verzorg de mond met nat gaasjes dat om de vinger is gewikkeld. Breng vaseline aan op de lippen om uitdroging te voorkomen. 15 Poets, indien van toepassing, de gebitsprothese met de tandenborstel en tandpasta. Plaats de gebitsprothese weer in de mond, indien mogelijk. Breng zo nodig kleefmiddel aan. 16 Was (zonder zeep, gebruik evt. een wascrème) en droog het lichaam van de overledene. 17 Smeer desgewenst het lichaam in met crème of bodylotion. 18 Knip zo nodig de nagels van de handen met de nagelschaar. Reinig de nagelranden zo nodig met een nat gaasje. 19 Leg een incontinentie-inlegverband tussen de benen van de overledene en trek een onderbroek aan. Of: trek de overledene een incontinentiebroek aan. 20 Verschoon het onderlaken. 21 Kleed de overledene aan met de gewenste kleding (na zachtjes doorwrijven van de arm of het been, kan je het ledemaat zo nodig buigen). Indien een panty gewenst is knip deze dan bij de bovenbenen af. 22 Leg de overledene in rugligging. 23 Verschoon het kussensloop. Zorg voor ondersteuning van het hoofd van de overledene tijdens het verschonen. 24 Plaats een kussen onder het hoofd van de overledene. Zorg dat het kussen niet onder de schouders ligt. 25 Kam of borstel het haar. 26 Sluit de mond en ondersteun de kin met een kinsteun of opgerolde handdoek. 27 Sluit de ogen. Indien de ogen niet volledig gesloten zijn, sluit deze met behulp van natte gaasjes of witte watten. a Maak 2 gaasjes of 2 plukken witte watten nat. b Leg deze 15 minuten op de ogen. 28 Breng, in overleg met de nabestaanden, make-up aan. 29 Leg een schoon laken over de overledene, tot net onder de oksels. 30 Zorg dat de handen in de gewenste houding liggen. 31 Loop om het bed van de overledene en controleer of alles naar wens is. 32 Trek de handschoenen en overschort uit. 33 Pas handhygiëne toe. 34 Ruim de materialen op. Verzamel hierbij zorgvuldig de eigendommen van de overledene. © Vilans 13-05-2013 Associatie van Zelfstandige High Care Hospices Verzorgen overledene: 130 (van 2)