THEORIE VAN HET LIJMEN Lijm is bedoeld om verschillende materialen met elkaar te kunnen verbinden. Lijm is daarmee een concurrent van spijkers, paperclips of nietjes. Vloeibaar naar vast Lijm is vloeibaar of pasteus tijdens het lijmen. Daarna dient de lijm uit te harden om zijn sterkte te krijgen. Er zijn 2 manieren van uitharden: Als je gaat lijmen zijn er 4 zaken belangrijk: 1. Fysisch drogend Lijmen die fysisch drogen bevatten een vluchtig oplosmiddel, zoals bijvoorbeeld aceton, alcohol of water. Deze lijmen harden uit doordat het oplosmiddel uit de lijm verdampt. Belangrijk is dat dit soort lijmen daardoor niet gebruikt kan worden op materialen die geen vocht doorlaten. Het oplosmiddel kan dan niet weg, de lijm blijft vloeibaar of pasteus en krijgt geen sterkte. Bison Alleslijm is een voorbeeld van fusisch drogede lijm. Bison Kit en Bison Tix zijn ook fysisch drogende lijmen, maar vormen een uitzondering. Terwijl andere fysisch drogende lijmen hun oplosmiddel verliezen op het moment dat de beide te lijmen oppervlakken op elkaar zijn gebracht, dient bij Bison Kit of Bison Tix eerst het oplosmiddel te verdampen alvorens de te lijmen oppervlakken op elkaar worden gebracht. Deze lijmen kunnen daarom wel gebruikt worden op materialen die geen vocht of oplosmiddel doorlaten. Dit is er immers al uit op het moment dat de te lijmen materialen samengevoegd worden. Grondstoffen Lijm kan uit verschillende grondstoffen bestaan, zoals.bindmiddel, vulmiddel, oplosmiddel en additieven. Het bindmiddel is de belangrijkste grondstof. Deze grondstof bepaalt de eigenschappen van de lijm, zoals bijvoorbeeld de sterkte, de elasticiteit en de materialen waarop de lijm hecht. Een voorbeeld van een bindmiddel is neopreen. Dit bindmiddel wordt onder andere gebruikt in Bison Kit en Bison Tix. Adhesie Het soort bindmiddel bepaalt dus op welke materialen een lijm hecht. De hechting van lijm op een bepaald materiaal wordt veroorzaakt doordat het ene materiaal het andere aantrekt. Dit wordt adhesie genoemd. De moleculen van de lijm zowel als de moleculen van het materiaal komen dan zo dicht bij elkaar dat ze als het ware aan elkaar vast komen te zitten. Opruwen of ontvetten van het te lijmen materiaal zorgt ervoor dat de moleculen nog dichter bij elkaar kunnen komen en dit verbetert de sterkte van de verbinding. Cohesie De cohesie is de sterkte van de lijm zelf. Moleculen van een sterke lijm trekken elkaar heel sterk aan. In sommige gevallen kan het voorkomen dat de lijm zo sterk is, dat eerder het materiaal kapot getrokken wordt dan de lijm die gebruikt is om het materiaal te lijmen. Twee componentenlijmen zijn lijmen met een hele sterke cohesie en dus van nature sterk. Zij worden dan ook vaak gebruikt voor het lijmen van sterke materialen zoals metalen. Sterke lijmen zijn echter niet alijd de beste oplossing. Het belangrijkste is dat de lijm hecht op het materiaal dat u wilt lijmen. 2. Chemisch hardend Lijmen die chemisch harden bevatten geen vluchtige stoffen. Zij veranderen van vloeibaar naar vast door middel van een chmische reactie. Bij 2-componentenlijmen (Bison Kombi Snel, Bison Kombi Metaal) vindt een chemische reactie plaats door het ene component van de lijm met het andere component te mengen in een bepaalde mengverhouding. Bij 1-componentenlijmen, zoals Bison Konstruktie Tix en Bison Secondelijm, vindt een chemische reactie plaats onder invloed van bijvoorbeeld vocht uit de lucht of uit het te lijmen materiaal. Alle hiervoor genoemde punten dienen meegenomen te worden als je gaat kiezen voor de juiste lijm voor je klus. Om het je makkelijk te maken kun je op www.bison.nl gebruik maken van de Lijm-, Kit-, of Klusadviseur. Bison houdt bij het geven van advies al rekening met adhesie, cohesie en uitharding.