HET DOOPSEL VAN ... 1. DE ONTVANGST Begroeting en woord van inleiding Gebed Allen: God onze Vader, Gij zijt de oorsprong van ons leven, de bron waaruit ons bestaan ontspringt. Wij danken U dat Gij ook dit kind uit uw liefde geboren laat worden en het aan ons toevertrouwt. Wij danken U dat Gij ons mensen zegent met nieuw leven en ons zo aanmoedigt op U te blijven vertrouwen vandaag en alle dagen van ons leven. Amen. Dialoog met de ouders en de peetouders Tot de ouders Pastor: Welke naam hebben jullie aan je kind gegeven? Ouders: … (de ouders noemen de doopnamen van hun kind) Pastor: Moge deze naam geschreven staan in het boek van het leven en gegrift in de palm van Gods hand. Wat vragen jullie voor jullie kind aan de kerk van God? Ouders: Aan de kerk van God vragen wij dat …(naam) gedoopt wordt. 1 Pastor: Jullie willen dat …(naam) gedoopt wordt. Van jullie wordt verwacht, dat jullie je kind laten zien wat het betekent om te geloven, onder meer door zelf in jullie leven Gods geboden een plaats te geven. En altijd volgens de woorden van Jezus: Houdt van God en van de mensen. Zijn jullie je bewust van de taak die jullie hiermee op je nemen? Ouders: Ja, daarvan zijn wij ons bewust. Tot de peetouders Pastor: … (namen) Niet alleen de ouders hebben een taak tegenover dit kind. Ook jullie willen meewerken als peetouders aan het levensgeluk van jullie petekind. Jullie vertegenwoordigen ook namens de kerk de vele mensen die een rol zullen spelen in het leven van ….(naam). Zijn jullie bereid om de ouders te helpen bij hun taak? Peetouders: Ja, daartoe zijn wij bereid. Tot de dopeling Pastor: De gemeenschap van Jezus Christus neemt jou, … (naam), graag in haar midden op. Daarom geef ik je in naam de kerk het kruisteken, het teken van onze Verlosser. 2. DIENST VAN HET WOORD Lezing 1 De doop in de Jordaan Marcus 1, 9 – 11 Jezus kwam uit Nazaret in Galilea en Hij liet zich in de Jordaan dopen door Johannes. Meteen toen Hij uit het water kwam, zag Hij de hemel openbreken en de Geest als een duif op zich neerkomen. En er klonk een stem uit de hemel: “Jij bent mijn geliefde Zoon, in wie Ik vreugde vind.’ 2 Lezing 2 Laat de kinderen tot Mij komen Lucas 18, 15 – 17 De mensen brachten kleine kinderen naar Jezus, met de bedoeling dat Hij ze zou aanraken. Toen de leerlingen dat zagen, wezen ze hen terecht. Maar Jezus riep de kinderen bij zich en zei: ‘Laat de kinderen bij Mij komen en houd ze niet tegen, want van zulke kinderen is het koninkrijk van God. Ik verzeker jullie, wie het koninkrijk van God niet als een kind aanvaardt, zal het nooit zien.’ Korte preek Voorbede met handoplegging en gebed om bescherming Allen: Goede God, uw Zoon Jezus Christus heeft aan kinderen de hand opgelegd om zo te tonen hoe Gij voor hen wilt zorgen. Wij bidden U: Laat … (naam) groot en krachtig worden in onze soms harde wereld. Bescherm hem/haar tegen verkeerde invloeden en laat hem/haar proeven en ervaren dat Gij uw reddende hand nooit terugtrekt. Geef dat wij, die deze wereld maken, …(naam) voor mogen gaan in alles wat zuiver is en waar. Laat …(naam) opgroeien als uw kind, onbezorgd en blij, het kwade overwinnend door het goede, onder de hoede van uw machtige hand. Pastor (legt de handen op): De kracht van Christus, de Heiland, moge je sterken …(naam), alle dagen van je leven. Allen: Amen. Hier kunnen persoonlijke intenties volgen 3 De voorbede wordt eventueel afgesloten met het aanroepen van de heiligen: Pastor: Allen: Heilige Maria, moeder van God, Bid voor ons. Pastor : Allen: Heilige Johannes de Doper, Bid voor ons. Pastor : Allen: Heilige Jozef, Bid voor ons. Pastor: Allen: Heilige Petrus en Paulus, Bidt voor ons. Pastor: Allen: Heilige [patroonheilige van de dopeling], Bid voor ons. Pastor: Allen: Alle heiligen van God, Bidt voor ons. 3. DE VIERING VAN HET DOOPSEL Zegening en aanroeping van God over het water Pastor: Allen: Pastor: Allen: Pastor: Goede Vader, uit de doopvont hebt Gij levend water naar ons laten stromen en ons leven vernieuwd. Gezegend zij God. Gij laat allen, die uit water en geest zijn gedoopt samenkomen als één volk in Jezus Christus uw Zoon. Gezegend zij God. Gij bevrijdt ons door uw Geest van liefde, die in ons woont, en schenkt ons uw vrede. 4 Allen: Pastor: Allen: Pastor: Allen: Gezegend zij God. Gij kiest U een volk om in de wereld en voor alle naties te getuigen van de blijde boodschap van uw Gezalfde, Jezus onze Heer. Gezegend zij God. Wil dit water zegenen waaruit dit kind herboren zal opstaan, en schenk het eeuwig leven aan hen allen, die Gij geroepen hebt in het geloof van de Kerk tot het bad van de wedergeboorte. Door Christus onze Heer. Amen. Geloofsbelijdenis Pastor: Beste ouders en peetouders: jullie zijn met jullie kind hier gekomen voor de viering van het doopsel, waardoor …(naam) uit het water en de heilige Geest nieuw leven zal ontvangen door de liefde van God. Het is jullie mooie taak om dit kind te laten groeien in zijn/haar geloof. Doe alles wat mogelijk is om dit leven, dat jullie van God hebben gekregen, het goede mee te geven en het te beschermen tegen de gevaren van de soms harde wereld. Help …(naam) om een persoon te worden naar Gods hart en een graag geziene gast bij de mensen. Als jullie dus bereid zijn om in het licht van het geloof deze taak op je te nemen: spreek dan opnieuw jullie doopbeloften uit door te zeggen dat jullie willen kiezen vóór het goede en tégen het kwaad. Pastor: Willen jullie je altijd verzetten tegen kwaad en onrecht om in vrijheid te leven als kinderen van God? Ouders en peetouders: Ja, dat beloof ik. 5 Pastor: Willen jullie je verzetten tegen de verleidingen van hoogmoed en egoïsme, zodat het kwaad jullie niet kan aanraken? Ouders en peetouders: Ja, dat beloof ik. Pastor: Willen jullie de goede God volgen en Hem alleen? Ouders peetouders: Ja, dat beloof ik. Pastor: Laten we dan ons geloof in Jezus Christus uitspreken, dat het geloof is van de kerk waarin we …(naam) gaan dopen. Allen: Ik geloof in God de almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde. En in Jezus Christus, zijn enige Zoon, onze Heer, die ontvangen is van de heilige Geest, geboren uit de maagd Maria; die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, die nedergedaald is ter helle, de derde dag verrezen uit de doden, die opgestegen is ten hemel, zit aan de rechterhand van God de almachtige Vader, vandaar zal Hij komen oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in de heilige Geest, de heilige katholieke kerk, de gemeenschap van de heiligen, de vergeving van de zonden, de verrijzenis van het lichaam en het eeuwig leven. Amen. Pastor: Ga …(naam) dan voor in de beleving van ons geloof en breng hem/haar groot in de Geest van Jezus Christus. Allen: Amen. 6 Doopsel Pastor: Willen jullie dus, dat … (naam) wordt gedoopt in het geloof van de kerk, dat we zojuist hebben uitgesproken? Ouders en peetouders Ja, dat willen wij. Pastor: …, (doopnamen), ik doop je in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest. 4. DE VERKLARENDE PLECHTIGHEDEN Zalving Pastor: De almachtige God, de Vader van onze Heer Jezus Christus, die jou, ... (naam), het nieuwe leven heeft gegeven uit het water en de heilige Geest, heeft je opgenomen in zijn volk. Hij zalft je nu met heilig chrisma. Zoals Christus is gezalfd tot priester, koning en profeet, zo mag jij als lidmaat van zijn lichaam voor altijd delen in het eeuwig leven. Allen: Amen. Doopkleed Doopkaars ‘Effeta’ 7 5. SLOTRITUS Onze Vader Allen: Onze Vader, die in de hemel zijt; uw naam worde geheiligd; uw rijk kome; uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood; en vergeef ons onze schuld, zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven; en leid ons niet in bekoring’ maar verlos ons van het kwade. Toewijding aan Maria Wees Gegroet Allen: Wees gegroet, Maria, vol van genade. De Heer is met U. Gij zijt de gezegende onder de vrouwen, en gezegend is Jezus, de vrucht van uw schoot. Heilige Maria, moeder van God, bid voor ons, zondaars, nu en in het uur van onze dood. Amen. Zegen Pastor: Ga in vrede met jullie kind naar huis, omring hem/haar met jullie liefde, en wees gelukkig met elkaar. Zegene jullie daartoe de liefdevolle God: Vader, Zoon en heilige Geest. Allen: Amen. 8