Klasse : zoogdieren, vissen, vogels, reptielen, amfibieën (Trek een kring rond de klasse die jij gekozen hebt) Naam van dier 1: Naam van dier 2: Hoe ziet het dier eruit? (poten, huid, oren, ogen, staart,….) Hoe ziet het dier eruit? (poten, huid, oren, ogen, staart,….) Welk voedsel eet dit dier? Welk voedsel eet dit dier? Waar leeft dit dier? op het water in de lucht op het land Hoe plant dit dier zich voort? Waar leeft dit dier? op het water in de lucht op het land Hoe plant dit dier zich voort? Naam van dier 3: Naam van dier 4: Hoe ziet het dier eruit? (poten, huid, oren, ogen, staart,….) Hoe ziet het dier eruit? (poten, huid, oren, ogen, staart,….) Welk voedsel eet dit dier? Welk voedsel eet dit dier? Waar leeft dit dier? op het water in de lucht op het land Hoe plant dit dier zich voort? Waar leeft dit dier? op het water in de lucht op het land Hoe plant dit dier zich voort?