- Scholieren.com

advertisement
Inhoudsopgave
1: inleiding
2: hoofdstuk 1 bliksem
3: hoofdstuk 2 aardbeving/tsunami
4: hoofdstuk 3 tornado’s
5: hoofdstuk 4 overstroming
6: hoofdstuk 5 vulkaan
7: nawoord
8: bronvermelding
Inleiding
Ik hou mijn werkstuk over natuurrampen.
Ik heb dit onderwerp voor mijn werkstuk gekozen,
omdat mijn opa en oma een paar natuurrampen hebben meegemaakt
en daarom wil ik er meer over weten.
Mijn opa is helaas al overleden (niet aan een natuurramp maar aan een hartaanval)
Dus ik ga mijn oma wat vragen stellen.
En verder ga ik op internet informatie opzoeken.
Hoofdstuk 1 bliksem
Bliksem kan heel gevaarlijk zijn. Dat komt omdat bliksem elektronisch geladen is.
Elke hoge flat/wolken krabber heeft een bliksemafleider. Dat is omdat bliksem bij de hoge
punten inslaat. Een flat of een wolkenkrabber is hoger dan andere huizen. In een flat slaat
dus de bliksem sneller in. Daarvoor is de bliksemafleider. Die leidt de bliksem af. De
bliksemafleider voorkomt dus gevaren.
Maar als je op het platte land woont en je bent buiten dan ben jij de hoogste. Daarom is dat
heel gevaarlijk. Als de bliksem inslaat in jou, dan word je geëlektrocuteerd. Dat betekent dat
de elektriciteit van de bliksem in jou wordt opgenomen. Als dat gebeurd heb je 50% kans dat
je dat overleefd. In nederland worden er per jaar gemiddeld 10 mensen geraakt door de
bliksem en 5 daarvan overleven het niet.
Het ontstaan van bliksem
De lucht die bij de grond hangt is warmer dan de hogere lucht. Warme lucht is lichter dan
koude lucht. Daarom stijgt het op. Er ontstaat dan een sterke stroming omhoog van warme
en vochtige lucht.
De warme lucht stijgt dan wel 10 kilometer omhoog en koelt af door de koude lucht in die
omgeving. Daarbij ontstaan weer kleine ijsdeeltjes en waterdruppels. De ijsdeeltjes worden
dan groter en worden uiteindelijk hagelstenen. Die hagelstenen zijn negatief geladen en zijn
zo zwaar dat ze aan de onderkant van de wolk komen te zitten.
Door de sterke negatieve lading van de onderkant van de wolk wordt de bovenste laag van
de aarde wordt positief geladen.
Nu is dit ontstaan:
De positieve en negatieve ladingen proberen elkaar te neutraliseren. Daardoor ontstaat een
bliksemflits. Die bliksemflits is super snel en super hoog maar toch kan je hem zien en horen.
Dat komt doordat de lucht uit elkaar knalt en licht afgeeft . Dit is de bliksemflits en de
donder.
Tips
Als je binnen bent tijdens een onweersbui dan ben je redelijk veilig. Maar je moet wel uit de
buurt blijven bij koperen en ijzeren elektriciteit draden. Je kan het best ook niet douchen of
in bad.
Als je bij onweer buiten bent dan ben je veel minder veilig. Als dat het geval is doe dan het
volgende. Ga op je hurken zitten, zet je benen tegen elkaar aan en doe je hoofd tussen je
benen.
Als je dit niet doet wordt de spanning tussen je benen te
groot. Want de aarde is elektronisch geladen en daardoor kan er stroom door je lichaam
gaan lopen.
Weetjes
Wist je dat er op de aarde altijd wel 2000 onweersbuien zijn.
Wist je dat er een man in Amerika al 7 keer door de bliksem is getroffen.
Wist je dat er elke seconden op de aarde wel ergens een bliksemflits is.
Hoofdstuk 2 Aardbeving
Hoe ontstaat een aardbeving
Over de hele wereld zijn er altijd wel 2000 aardbevingen. De meeste daarvan zijn diep onder
de grond. Daar merk je dus niets van. Een lichte aardbeving kan ontstaan door onderaardse
gas pompen. In Groningen gebeurt dat weleens. Een aardbeving kan ook ontstaan door een
vulkaan. Die hebben we in Nederland niet. In Amsterdam komen nooit aardbevingen voor
omdat er geen vulkanen of gaspompen zijn. Nederland ligt op het midden van een
tektonische plaat daar komen dus geen aardbevingen. Onder de grond zitten tektonische
platen. Als tektonische platen verschuiven en botsen veroorzaakt dat een aardbeving.
Op dit plaatje zie je de tektonische platen. Alle lijnen die je ziet zijn scheuren in de aarden
langs de scheuren zijn veel vulkanen. Bij het rode rondje is Nederland. Nederland ligt niet
naast een scheur. In Groningen halen ze gas uit de aardbodem. Daardoor zakt de aarde in en
ontstaan er bevingen onder de grond. Een aardbeving dus. De mensen in Groningen zijn
boos. Hun huizen scheuren en worden minder waard.
Schaal van Richter
De Amerikaanse seismoloog Richter heeft in 1835 een schaal uitgevonden om de kracht van
aardbevingen te meten. Bij hele lichte trillingen is de schaal 0. Als de trilling 10 keer zo hard
is, is het getal 1. Als de trilling weer 10 keer zo kroot is, is het getal 2. Pas bij kracht 3
beginnen de bewoners de schok te voelen. Kracht en wat je er van voelt
0, 1, 2 Niets
3
Lichte trilling (alsof er een vrachtwagen door de straat rijdt)
4
Matig tot sterk (deuren rammelen, schilderijen slingeren)
5
Sterk (voorwerpen zoals vazen vallen om, bomen bewegen)
5,5
Zeer sterk (schade aan gebouwen, schoorstenen breken)
6
Vernielend (paniek, grote schade aan gebouwen)
6,7
Verwoestend (gebouwen zwaar beschadigd, gasleidingen breken waardoor branden
ontstaan, viaducten storten in)
7,3
Vernietigend (veel gebouwen ingestort, scheuren in de aarde)
8
Catastrofaal ( meeste gebouwen ingestort, rails buigen)
8,5
Zeer catastrofaal (hele steden verwoest, rotsen scheuren)
Hoofdstuk 2.1 tsunami
Hoe ontstaat een tsunami?
Een tsunami ontstaat als er een aardbeving onderwater plaatsvind. Een zeebeving dus. Als
de tektonische platen botsen gaan ze omhoog staan. Dan gaat het water ook omhoog. Dan
ontstaan er kleine golven die met een snelheid van 800 km per uur naar de kust rollen. In dat
proces worden de golven steeds groter. Als het water ondieper wordt remmen de golven af.
Dan worden de golven heel hoog. Soms wel 30 meter hoog.
Op 26 december 2004 was er een grote tsunami in zuid-oost azie. Mijn opa en oma waren
met hun zeilboot in een baai in thailand bij het plaatsje phuket. In de ochtend toen ze
wakker werden wiebelde hun boot een beetje. Ze wisten niet goed wat er aan de hand was.
Op een gegeven moment ging hun boot draaien. Het water werd ondieper en mensen
begonnen te gillen. Ze wisten toen dat er iets aan de hand was. Ze hezen het anker op en
voeren snel weg. Een paar minuten later vormde er een hele grote golf op de plak waar ze
net lagen. De grote golf rolde het land op en de mensen rende weg. Auto’s dreven weg,
huizen stortte in en mensen gingen dood. Mijn opa en oma zijn gelukkig ontsnapt. Maar voor
heel veel mensen was het al te laat. Toen het rustiger werd zijn mijn opa en oma aan land
gegaan en hebben geld gebracht naar ziekenhuizen. Mijn opa en nog andere mannen gingen
meegedreven spullen in het water naar het land brengen. Mijn opa en oma konden nog niet
naar huis bellen want de verbindingen vielen weg. Dezelfde dag in de avond konden ze mijn
familie telefonisch bereiken en zeggen dat ze in orde waren. Ze zijn heelhuids terug
gekomen
Dit is een foto van de overstroming
Hoofdstuk 3 tornado
Wat is een tornado?
Een tornado is een sterke storm, niet zo groot als een orkaan maar wel een sterke storm.
Een tornado is een soort draaikolk die door verschillende winden wordt rond gedraaid. Als
de winden harder gaan waaien krijgt het de vorm van een trechter. Als de tornado onder de
wolk is komt er veel meer lucht bij en gaat hij dalen. Een tornado is heel groot en hij draait
heel snel rond. De schade die een tornado veroorzaakt kan wel een vierkante kilometer zijn.
De tornado draait rond met een gemiddelde snelheid van 450 kilometer per uur. Er zijn
kleine tornado’s met een breedte van 3 meter, maar er zijn ook grote tornado’s van 300
meter breed.
Hoe ontstaat een tornado?
Vaak begint een tornado boven de zee. De koude lucht blijft bijna altijd bij elkaar. Als er
onder de koude lucht warme lucht hangt kan het door de koude lucht opstijgen, want
warme lucht stijgt op. De koude lucht botst dan tegen de warme lucht daarom gaat het dan
vaak regenen. Soms is de koude lucht een beetje tegendradig en vangt hij de warme lucht.
De warme lucht probeert dan te ontsnappen. Als dat lukt kan er ook bliksem komen. De
warme lucht die vrij komt stijgt op. De warme lucht vormt zich als een soort buis. Als hij
hoger is dan komt die buis in aanraking met andere winden. Die winden botsen er tegen aan
en gaan draaien om de buis. Zo ontstaat er een draaikolk. Dat is de tornado.
Hoe ziet een tornado eruit?
Een tornado lijkt een beetje op de slurf van een olifant. Als je op een foto een tornado ziet
lijkt de onderkant klein, maar eigenlijk heeft de onderkant een oppervlakte van gemiddeld
300 meter bij 300 meter. De tornado loopt als een trechter. De bovenkant is echt heel dik. In
het midden van de tornado is het windstil. Dat noem je het oog van de tornado. Het oog van
de tornado zit als het ware in het midden van de buis.
Het verschil tussen tornado’s en orkanen.
Tornado’s en orkanen zijn allebij wervelstormen. Het pricieze verschil is nog niet helemaal
duidelijk bij de wetenschappers. Er zijn wel verschillen. Bijvoorbeeld de afmetingen een
orkaan kan wel honderden kilometers breed zijn en een tornado is vaak niet groter dan 800
meter breedt. En nog een verschil is dat een orkaan alleen kan ontstaan op een oceaan met
een minimale watertemperatuur van 27 graden. Een tornado ontstaat meestal boven op het
land al 2 windstromen botsen met elkaar. Het kan wel zijn dat tornado’s ontstaan tijdens
een orkaan. Een orkaan duurt meestal veel langer dan een tornado. Een orkaan kan soms
wel een week duren. Een tornado duurt meestal maar en kwartier tot een half uur. Een
orkaan ontstaat op het water en daarom brengt het vaak een vloedgolf oftewel een tsunami
met zich mee. De tsunami is meestal dodelijker dan de orkaan zelf. De golgen die er bij een
orkaan zijn, zijn veel erger dan bij een tornado, tenminste als de orkaan het land bereikt. Een
orkaan kan ook gewoon zijn midden op de legen oceaan. Dan zullen aleen (als er boten zijn)
die er last van hebben.
De schaal van Fujita.
De schaal van Fujita bepaalt hoe sterk de tornado is. De schaal van Fujita loopt van F0 tot F5.
F0 is het minst sterk en F5 is het sterkst. Als de schaal van F1 word aangegeven kan er een
kippenhok worden weggeblazen en er vliegen wat kippen rond en als de schaal van F5 word
aangegeven dan vliegen er mensen, huizen, borden, dieren, en eigenlijk alles. De schaal van
Fujita is bedacht door theodore Fujita.
Namen van tornado’s.
De meeste tornado’s krijgen een naam zodat iedereen weet over welke tornado het gaat. De
namen van de tornado’s worden gemaakt met het alfabet. Elk jaar word opnieuw begonnen
met de letter A van de namen. Alle namen worden om de 6 jaar opnieuw gebruikt. Tenzij het
een hele bekende en dodelijke tornado was.
Hoofdstuk 4 overstromingen
Wat is een overstroming
Bronvermelding:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Bliksem
http://spreekbeurten.info/bliksem.html
http://spreekbeurten.info/aardbevingen-2.html
https://www.youtube.com/watch?v=7cL2MN_DPnM
https://www.youtube.com/watch?v=0kfS9DgBXak
https://www.youtube.com/watch?v=Qy3KTm1afPE
http://wikikids.nl/Tsunami
Download