Bijlage leerplan wiskunde lager onderwijs - euro

advertisement
Pedagogische begeleidingsdienst
Euro - Aanpassingen doelen wiskunde
1 Inleiding
Kinderen leren in reële situaties rekenen met geld en geldwaarden. Dit is een eindterm wiskunde die in een
aantal doelen in het leerplan wiskunde geconcretiseerd worden. Het leerplan wiskunde dateert echter van
voor de invoering van de Euro in 2002. Hierdoor zijn een aantal doelen die betrekking hebben op het
rekenen met geldwaarden niet correct meer.
Dit document kan je beschouwen als een ‘erratum’ of bijlage bij het leerplan wiskunde. De doelen die we
opsommen in rubriek 2 dienen ter vervanging van de desbetreffende doelen in het leerplan onder de
rubriek 4.2.8 ‘Geldwaarden’. Wat geel gemarkeerd is, is een toevoeging of aanpassing aan het
oorspronkelijke doel.
2 Aanpassingen doelstellingen rubriek 4.2.8 ‘Geldwaarden’
2.1 Eerste graad
1.2.16 Kennen, gebruiken en ordenen van in omloop zijnde muntstukken en bankbriefjes (tot 100 – zie
Getallenkennis).
Goed om weten:
De internationale code van de euro is EUR. Deze schrijfwijze is in elke taal dezelfde.
Het officiële symbool van de euro is € en staat altijd vóór het getal, bv €1,25 = 1 euro (en) 25 (euro)cent of
1 euro 25.
2.2 Tweede graad
2.2.24 In reële situaties muntstukken en bankbiljetten kunnen gebruiken: wisselen, betalen en teruggeven
(ook door bijtellen). In reële situaties wordt gewerkt met getallen tot 2 cijfers na de komma.
Goed om weten:
Vanaf 1 oktober 2014 mag de handelaar of titularis van een vrij beroep het totale te betalen bedrag op het
kasticket van zijn klanten afronden naar het dichtste veelvoud van 0 of 5 eurocent, indien de klant contant
betaalt. Het te betalen totaalbedrag dat eindigt op 1 of 2 eurocent wordt afgerond naar het lagere 0,00.
Het te betalen totaalbedrag dat eindigt op 3, 4, 6 of 7 eurocent wordt afgerond naar 0,05. Het te betalen
totaalbedrag dat eindigt op 8 of 9 eurocent wordt afgerond naar het hogere 0,10.
Deze regel werd ingevoerd omdat men op langere termijn de 1 en 2 eurocenten uit omloop wil halen.
2.3 Derde graad
3.2.27 Met behulp van een waardetabel van vreemde munten (zoals dollar, yen, pond, …) een prijs in
buitenlandse munt, in eigen munt (euro) kunnen omzetten en omgekeerd.
Goed om weten:
De aan- en afrondingsregels bij omrekening naar vreemde valuta:
 derde cijfer na de komma is groter dan 5 → aanronden naar boven
Pedagogische begeleidingsdienst
1
 derde cijfer na de komma is gelijk aan 5 → aanronden naar boven
 derde cijfer na de komma is kleiner dan 5 → afronden naar beneden
Pedagogische begeleidingsdienst
2
Download